[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [šŸ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Inbreng verslag van een schriftelijk overleg inzake Beschikbaarheidbijdrage medische vervolgopleidingen

Wijziging van de Wet marktordening gezondheidszorg en enkele andere wetten in verband met de aanvulling met instrumenten voor bekostiging (Wet aanvulling instrumenten bekostiging WMG)

Inbreng verslag schriftelijk overleg

Nummer: 2012D25775, datum: 2012-06-15, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2012Z10552:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (šŸ”— origineel)


VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld ā€¦ā€¦ā€¦ā€¦. 2012 

In de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport bestond er
bij enkele fracties behoefte een aantal vragen en opmerkingen voor te
leggen aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over haar
voorhangbrief van 14 juni 2012  inzake de Beschikbaarheidbijdrage
medische vervolgopleidingen (32393, nr. 17)

De op 15 juni 2012 toegezonden vragen en opmerkingen zijn met de door de
bewindsvrouw bij brief van ā€¦ā€¦. 2012 toegezonden reactie hieronder
afgedrukt.

De voorzitter van de commissie,

Smeets

De griffier van de commissie,

Teunissen

Inbreng VVD-fractie

De leden van de VVD-fractie hebben met instemming kennisgenomen van de
brief van de minister over de beschikbaarheidbijdrage medische
vervolgopleidingen. Zij hebben nog enkele vragen.

In de brief wordt helder aangegeven welke vervolgopleidingen het
betreft. Deze leden vragen waarom er voor gekozen wordt om alleen voor
deze opleidingen de beschikbaarheidbijdrage zal gelden? Welke criteria
worden gehanteerd bij het maken van de keuze of opleidingen wel of niet
onder het regime van de beschikbaarheidbijdrage te vallen? Welke voor-
en/of nadelen treden er op bij die opleidingen die niet onder het regime
van de beschikbaarheidbijdrage te vallen?  

De leden van de VVD fractie vragen tevens waarom voor sommige
opleidingen wordt gekozen voor bekostiging per kalenderjaar en voor
andere opleiding per studiejaar, naast het argument om aan te sluiten
bij de bestaande systematiek.

In de brief wordt gesproken van een kostprijsonderzoek dat wordt
afgewacht om mede de bepaling van de hoogte van de bijdrage vast te
stellen. In hoeverre wordt de geleverde productie van assistenten in
opleiding (aioā€™s) daar ook in meegenomen? 

Tot slot vragen de leden van de VVD-fractie of de Nederlandse
Zorgautoriteit (Nza) een uitsluitend toetsende rol of ook een
beleidsvormende rol heeft in de toedeling van gelden vanuit de centrale
opleidingsfondsen. 

Inbreng PvdA-fractie

Algemeen

De leden van de fractie van de PvdA hebben met belangstelling kennis
genomen van de brief d.d. 25 mei 2012 van de Minister van VWS waarin zij
voorstelt om een beschikbaarheid-bijdrage in te voeren voor de
bekostiging van de medische vervolgopleidingen. Deze leden hebben
hierover de volgende vragen:

In haar brief schrijft de minister dat het invoeren van een
beschikbaarheidbijdrage de marktverstoring opheft die de huidige
praktijk van het toerekenen van de opleidingskosten in de tarieven met
zich mee brengt. Kan de minister toelichten waarom het financieren uit
het opleidingsfonds een marktverstoring met zich meebrengt? Kan de
minister financieel onderbouwen welke effecten zij verwacht van het
invoeren van de beschikbaarheidbijdragen ten aanzien van de tarieven van
de specialisten? Dalen de tarieven evenredig met de geĆÆnvesteerde
opleidingskosten?

Uit het rapport ā€˜Zorgopleidingen in de polder, Evaluatie
Opleidingsfonds en CBOGā€™ (7 oktober 2010)", blijkt dat er onvrede
bestaat over het ā€œgebrek aan wederzijds vertrouwen in het
(verdelings)procesā€. Wordt deze onvrede effectief bestreden door de
nieuwe opzet? 

In de brief geeft de minister aan dat er meer ruimte wordt geboden aan
het veld. Hoe garandeert de minister dat de toewijzing en het
(verdelings)proces voldoende transparant geschieden? Op welke wijze
draagt zij er zorg voor dat er voldoende verantwoording over het
verdelingsproces wordt afgelegd.

Ook bleek uit het rapport ā€˜Zorgopleidingen in de Polder, Evaluatie
Opleidingsfonds en CBOGā€™ dat er in 2010 geen behoefte was vanuit het
veld om het systeem weer ā€˜overhoopā€™ te halen. Is deze behoefte er nu
wel? Zo ja, waar blijkt dit uit? Is het veld geconsulteerd over deze
wijziging? Zo nee, waarom niet? Zo ja, in welke mate wordt deze
wijziging door het veld gedragen? 

In hoeverre wordt overwogen een deel van de opleidingskosten in rekening
te brengen van de medisch specialist? Per wanneer?  Deze leden ontvangen
graag op dit punt een toelichting. Zij vinden een eigen bijdrage aan een
opleiding waarmee later goed verdiend kan worden aannemelijk, maar zien
meer in een sociaal leenstelsel, waarbij voorkomen wordt dat er een
situatie ontstaat waarin alleen studenten met een goed inkomen (in de
familie) de mogelijkheid hebben zich te specialiseren in de richting van
hun keuze. Hoe wordt dit voorkomen? 

Inbreng SP-fractie

De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van de brief van de
minister over de voorgenomen inzet van het instrument
beschikbaarheidbijdrage voor medische vervolgopleidingen. Deze leden
hebben enkele vragen.

De minister stelt dat de beschikbaarheidbijdrage noodzakelijk is omdat
het doorberekenen van hogere tarieven vanwege de kosten die aanbieders
voor het aanbieden van opleidingen maken, marktverstorend werkt. De
leden van de SP-fractie vragen een toelichting op deze stelling.
Aangezien de tarieven een vertaling zijn van hogere kosten in verhouding
tot zorgaanbieders die geen opleiding aanbieden, zou er
verhoudingsgewijs geen onevenredig voordeel of nadeel moeten ontstaan
ten opzichte van een andere aanbieder. De leden van de SP-fractie vragen
de minister of dit betekent dat het marktverstorende aspect van
doorberekenen van opleidingskosten in tarieven veroorzaakt wordt,
doordat kennelijk geen reƫle tarieven kunnen worden vastgesteld. Zij
vragen de minister of dit juist is en wat dit zegt over de berekening
van tarieven elders in de zorg. Daarnaast vragen de leden de minister om
toe te lichten in hoeverre er daadwerkelijk sprake is van een markt die
verstoord zou kunnen worden. Waaruit bestaat deze marktwerking precies?

Deze leden vragen de minister hoeveel zorgaanbieders in aanmerking komen
voor beschikbaarheidbijdragen, uitgesplitst naar type aanbieder.

De leden van de SP-fractie vragen de minister meer informatie over de
registratiecommissies die belast zijn met het stellen van een overzicht
van de verdeling van opleidingsplaatsen per zorgopleiding. Hoeveel van
dergelijke commissies zijn er, onder welke instantie ressorteren deze
commissies en wat is de samenstelling?

Inbreng CDA-fractie

De minister sluit zoveel mogelijk aan bij de systematiek die in 2012 van
toepassing is.

De beschikbaarheidbijdrage wordt toegekend per opleidingsplaats per
jaar. Om

overcompensatie te voorkomen wordt de beschikbaarheidbijdrage definitief
vastgesteld op

basis van de daadwerkelijk bezetting van de opleidingsplaatsen. Wanneer
vindt deze

definitieve vaststelling plaats? Meteen na afloop van het desbetreffende
jaar? De leden

van de CDA-fractie vinden het belangrijk dat zo snel mogelijk kosten in
de zorg, waar dan ook worden vastgesteld en verrekend.