33363 NR inzake Goedkeuring van de op 11 mei 2012 te Brussel tot stand gekomen Partnerschaps- en Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten , enerzijds, en de Republiek Irak, anderzijds (Trb. 2012, 101)
Goedkeuring van de op 11 mei 2012 te Brussel tot stand gekomen Partnerschaps- en Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten , enerzijds, en de Republiek Irak, anderzijds (Trb. 2012, 101)
Nader rapport
Nummer: 2012D33935, datum: 2012-09-11, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: U. Rosenthal, minister van Buitenlandse Zaken ()
Onderdeel van zaak 2012Z15779:
- Indiener: U. Rosenthal, minister van Buitenlandse Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2012-09-19 10:29: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2012-10-04 13:00: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2012-10-25 16:00: Goedkeuring Overeenkomst tussen de Europese Unie en Irak (Inbreng verslag (wetsvoorstel)), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2012-12-20 13:00: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2013-01-17 14:30: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2013-03-19 16:00: Goedkeuring van de op 11 mei 2012 te Brussel tot stand gekomen Partnerschaps- en Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten enerzijds, en de Republiek Irak, anderzijds (33363) (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2013-03-26 15:15: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Afdeling Verdragen MINBUZA-2012.18895 AAN DE KONINGIN Nader rapport inzake het voorstel van wet houdende goedkeuring van de op 11 mei 2012 te Brussel tot stand gekomen Partnerschaps- en Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Unie en haar lidstaten, enerzijds, en de Republiek Irak, anderzijds (Trb. 2012, 101) ’s-Gravenhage, 4 september 2012 Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 24 juli 2012, no. 12.001744, machtigde Uwe Majesteit de Afdeling advisering van de Raad van State haar advies inzake het bovenvermelde voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen toekomen. Dit advies, gedateerd 1 augustus 2012, nr. W02.12.0280/II, bied ik U hierbij aan. Het voorstel van wet geeft de Afdeling advisering van de Raad van State geen aanleiding tot het maken van inhoudelijke opmerkingen. Ik moge U verzoeken het hierbij gevoegde voorstel van wet en de memorie van toelichting aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden. De Minister van Buitenlandse Zaken,