[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

33515 Adv RvSt inzake Wijziging van de Wet verhuurderheffing

Wijziging van de Wet verhuurderheffing

Advies Afdeling advisering Raad van State

Nummer: 2013D01149, datum: 2013-01-14, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2013Z00394:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


No.W04.12.0513/I	's-Gravenhage, 10 januari 2013

Bij Kabinetsmissive van 21 december 2012, no.12.003149, heeft Uwe
Majesteit, op voordracht van de Minister voor Wonen en Rijksdienst, mede
namens de Staatssecretaris van Financiën, bij de Afdeling advisering
van de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van
wet houdende wijziging van de Wet verhuurderheffing, met memorie van
toelichting.

Het wetsvoorstel betreft een aanvulling (novelle) op het voorstel van
wet tot invoering van een verhuurderheffing (Wet verhuurderheffing).
Aanleiding voor de novelle is de motie Essers c.s. die bij de plenaire
behandeling van het voorstel van Wet verhuurderheffing in de Eerste
Kamer der Staten-Generaal is aangenomen. In deze motie wordt de
regering, kort gezegd, verzocht om met een novelle te komen om de
verhuurderheffing alleen voor het jaar 2013 van toepassing te laten zijn
en een nieuw voorstel uit te werken voor 2014 en volgende jaren.
Onderhavige novelle strekt ertoe de toepassing van de Wet
verhuurderheffing te beperken tot het jaar 2013. 

De Afdeling advisering van de Raad van State onderschrijft de strekking
van het wetsvoorstel, maar maakt daarbij de volgende kanttekening.

1.	Terugwerkende kracht

Ingevolge de novelle treedt de Wet verhuurderheffing in werking met
ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij
wordt geplaatst en werkt zij terug tot en met 1 januari 2013 (de
oorspronkelijk beoogde datum van inwerkingtreding van de Wet
verhuurderheffing). Als gevolg van deze terugwerkende kracht zijn
belastingplichtigen voor de verhuurderheffing alsnog op 1 januari 2013
verhuurderheffing verschuldigd, te betalen binnen 9 maanden na dat
tijdstip.

De Afdeling is, zoals uit onderscheiden adviezen in het verleden al is
gebleken, van oordeel dat aan belastende maatregelen (zoals in casu),
geen terugwerkende kracht gegeven mag worden tenzij bijzondere
omstandigheden (bijvoorbeeld aanmerkelijke aankondigingseffecten, of een
omvangrijk oneigenlijk gebruik of misbruik van een wettelijke
voorziening) een afwijking van deze regel rechtvaardigen. In de memorie
van toelichting bij de novelle wordt niet ingegaan op de noodzaak voor
terugwerkende kracht van de (belastende) verhuurderheffing, noch op de
bijzondere omstandigheden die een terugwerkende kracht van de
verhuurderheffing rechtvaardigen.

De Afdeling adviseert in de memorie van toelichting op het vorenstaande
in te gaan.

2.	Voor redactionele kanttekeningen verwijst de Afdeling naar de bij het
advies behorende bijlage.

De Afdeling advisering van de Raad van State geeft U in overweging het
voorstel van wet te zenden aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal,
nadat aan het vorenstaande aandacht zal zijn geschonken.

De vice-president van de Raad van State,

Bijlage bij het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State
betreffende no.W04.12.0513/I met redactionele kanttekeningen die de
Afdeling in overweging geeft.

Ingevolge artikel I, onderdeel A, van de novelle wordt de considerans
van de Wet verhuurderheffing gewijzigd. Onderdeel A schrappen, gelet ook
op aanwijzing 226 van de Aanwijzingen voor de regelgeving en de
toelichting op die aanwijzing (de wenselijkheid om de wettelijke
regeling van de verhuurderheffing te beperken tot 2013 wordt (al) tot
uitdrukking gebracht in de considerans van de novelle).

Artikel 12 en artikel 13 van de Wet verhuurderheffing vernummeren tot
artikel 10 respectievelijk artikel 11, nu ingevolge artikel I, onderdeel
G, van de novelle de artikelen 10 en 11 van de Wet verhuurderheffing
vervallen.

 	Kamerstukken I 2012/13, 33 407, A herdruk.

 	Kamerstukken I 2012/13, 33 407, F.

	Artikel 12, eerste lid, van de Wet verhuurderheffing zoals dat lid
luidt na aanpassing ingevolge artikel I, onderdeel H, van de novelle.

 	Artikel 8 van de Wet verhuurderheffing zoals dat artikel luidt na
aanpassing ingevolge artikel I, onderdeel E, van de novelle.

 	Artikel 9, tweede en derde lid, van de Wet verhuurderheffing zoals die
leden luiden na aanpassing ingevolge artikel I, onderdeel F, van de
novelle.

 PAGE   1 

  PAGE  2 

 PAGE   I 

AAN DE KONINGIN

........................................................................
...........