Schriftelijke antwoorden eerste termijn begroting van het Ministerie van EZ voor het jaar 2013; onderdeel Landbouw en Natuur
Brief regering
Nummer: 2013D02610, datum: 2013-01-23, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: S.A.M. Dijksma, staatssecretaris van Economische Zaken (Ooit PvdA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2013Z01176:
- Indiener: S.A.M. Dijksma, staatssecretaris van Economische Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Economische Zaken (2012-2017)
- 2013-01-24 10:45: Begroting Economische Zaken: onderdeel Landbouw en Natuur (33400-XIII) (rest) (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2013-02-05 16:00: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Economische Zaken (2012-2017)
- 2013-02-14 14:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2013-05-21 15:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Bureau Bestuursraad Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401 2500 EK Den Haag Factuuradres Postbus 16180 2500 BD Den Haag Overheidsidentificatienr 00000001003214369000 T 070 379 8911 (algemeen) www.rijksoverheid.nl/ez Ons kenmerk BBR / 13009543 Bijlage(n) 1 Geachte Voorzitter, Hierbij treft u aan de beantwoording van de vragen die door uw Kamer zijn gesteld in de eerste termijn van de behandeling van de begroting van 2013 van het Ministerie van Economische Zaken; onderdeel Landbouw en Natuur. (w.g.) Sharon A.M. Dijksma Staatssecretaris van Economische Zaken PVV Wat gaat de Staatssecretaris doen om ‘paling over de dijk zetten’ mogelijk te blijven maken? In 2012 heeft mijn ministerie ontheffing verleend voor enkele pilots om aal over de dijk te zetten. Deze pilots worden nu geëvalueerd. Tevens heb ik IMARES opdracht gegeven de lijst met belangrijkste knelpunten voor aalmigratie te actualiseren, zodat duidelijk wordt op welke locaties overzetten het meeste effect heeft. De belangrijkste migratieknelpunten moeten op basis van de Kaderrichtlijn Water worden opgelost voor 2027. In de kabinetsreactie op het rapport van de commissie Remkes wordt mede namens het ministerie van Infrastructuur en Milieu nader ingegaan op de rijksinzet bij het ‘paling over de dijk zetten’. Reeds toegezegd is dat u deze reactie in februari ontvangt. Er moet één Nationale Veterinaire Dierenambulanceorganisatie komen, onder het nummer 144. Wat gaat Staatssecretaris hiervoor doen? In het kader van de afspraken over ‘144 red een dier’ zijn in het convenant dierennoodhulp afspraken gemaakt met onder andere de Federatie Dierenambulances Nederland en de Dierenbescherming over verbetering en professionalisering van de dierenhulpverlening. Er wordt in dit kader hard gewerkt aan een kwaliteitskeurmerk voor dierenambulances door de dierenbescherming en de Federatie. Dit keurmerk zal openstaan voor alle dierenambulances die aan de kwaliteitseisen voldoen. Het keurmerk zal naar verwachting dit jaar worden opengesteld voor alle dierenambulances. Ik steun dit initiatief. De vorming van één nationale organisatie acht ik niet nodig. Ik ga graag met de dierenhulpverleningsector door op de ingeslagen weg van een keurmerk. Wil de Staatssecretaris een ‘veterinaire CSI’ opzetten? Door de NVWA, politie of het OM kunnen als dat nodig is in het kader van een strafrechtelijk onderzoek op het terrein van dierenmishandeling deskundigen worden ingeschakeld voor forensisch onderzoek. Ook het Nederlands Forensisch Instituut en andere laboratoria worden hiervoor ingeschakeld. Een speciaal veterinair instituut is derhalve niet nodig. Gaat de Staatssecretaris het Kankerfonds voor Dieren erkennen en zorgen voor meer samenwerking met EZ en VWS op dit terrein? Nee, ik ga het Kankerfonds voor dieren niet erkennen. Ik juich dergelijke initiatieven toe maar zie geen directe rol voor de overheid. De samenwerking die ik heb met mijn collega van VWS op het terrein van dierziekten betreft over het algemeen dierziekten die een gevaar vormen voor de volksgezondheid. Bij kanker voor dieren is hiervan geen sprake. VVD De VVD vindt dat de toezichtlasten voor ondernemers drastisch naar beneden moeten. Er zou slechts één dienst moeten zijn die alle landbouwbedrijven controleert. Graag reactie van de staatssecretaris. Ook dit kabinet streeft naar vermindering van de toezichtlasten voor ondernemers. De controles worden op een zo efficiënt mogelijke manier uitgevoerd en tussen de betrokken toezichthouders afgestemd. Waar mogelijk werken de toezichthouders samen om lastendruk voor landbouwbedrijven zo laag mogelijk te houden, met behoud van kwaliteit en expertise. Jonge boeren en tuinders moeten nadenken over andere vormen van financiering zoals kredietunies, crowdfunding en MKB-obligaties. Is de staatssecretaris bereid om samen met het NAJK een inventarisatie te maken tegen welke problemen ze op dit gebied aanlopen en in overleg met de minister van EZ en Financiën belemmeringen wegnemen? Ja, graag zet ik met het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK) de discussie voort over alternatieve vormen van financiering. Tevens refereer ik aan het reeds bestaande discussiestuk van oktober 2012 van de NAJK over alternatieve financiering in de primaire sector. Hierin is al een inventarisatie gemaakt van de knelpunten voor de primaire sector. Indien nodig zal ik daarvoor vanzelfsprekend ook met de minister van Financiën overleggen. Kunnen agrarische ondernemers ook gebruik maken van de faciliteiten binnen het bestaande Innovatiefonds MKB+? Het innovatiekrediet en het fund of funds staan binnen het innovatiefonds MKB+ open voor de agrarische sector. VVD heeft vorig jaar een klachtenbundel Natura 2000 uitgebracht. Wat is daarmee gedaan en wat gaat de Staatssecretaris er nog aan doen? De diverse onderwerpen uit de bundel zijn bekend en komen aan de orde in de beheerplanprocessen in de gebieden. Daarmee kan ook tot concrete oplossingen worden gekomen. Hoe gaat de Staatssecretaris om met het grond-voor-grond principe uit het Natuurakkoord? De afspraken uit het Bestuursakkoord Natuur om met het grond-voor-grond-principe 17.000 ha grondverwerving/functieverandering te realiseren en 40.000 ha in te richten als natuur, blijven van kracht. Over de nadere uitwerking van het grond voor grond principe vindt thans overleg plaats met de provincies. VVD krijgt signalen dat de gelijkberechtiging niet overal goed verloopt en wordt toegepast. Houdt de Staatssecretaris vast aan gelijkberechtiging en hoe gaat zij daarop controleren? Mijn beleid is er op gericht dat bij het verwerven van natuurterreinen iedereen die aan de gestelde voorwaarden voor natuurbeheer voldoet voor deze gronden in aanmerking komt. Voor de toepassing van de gelijkberechtiging zijn de provincies sinds de decentralisatieafspraken verantwoordelijk. Nu de realisatie van de EHS weer ter hand wordt genomen, ga ik er van uit dat provincies dit beleid gaan uitvoeren. Ik zal met provincies in overleg treden over de toepassing in de praktijk. Wanneer komt de Staatssecretaris met een Nota van Wijziging op de nieuwe Natuurwet? Ik streef er naar voor de zomer te komen met een Nota van Wijziging. SP Tijdens de Q-koorts was GD in particuliere handen. Onderschrijft de staatssecretaris dat volksgezondheid altijd boven economische belangen gaat en daarom in overheidsdienst moet zijn? Volksgezondheid staat voorop. Ik ben echter niet van mening dat de GD daarom een overheidsdienst zou moeten zijn. Dit heb ik ook toegelicht in mijn recente brief aan uw Kamer dd. 20/12/2012. Zoals in die brief aangegeven ben ik voornemens een aantal overheidstaken die de GD momenteel uitvoert op het gebied van registratie op termijn terug te halen naar de overheid. Dit betreft taken ten aanzien van de registratie van varkens (I&R varkens) en de registratie van unieke bedrijfsnummers (UBN’s) van bedrijven gericht op de handel, opvang en het fokken van honden en katten (Honden- en kattenbesluit 1999). De uitvoering van de verplichte laboratoriumtaken die de GD verricht met het oog op het behoud van diergezondheid en volksgezondheid is geborgd via het bestaande wettelijke kader en ik zie daarom geen reden deze taken terug te nemen. Wel laat ik een onderzoek doen naar de belangrijkste niet-wettelijke taak van de GD op dit terrein, de zogeheten basismonitoring, om zeker te zijn dat deze activiteit naar behoren functioneert. Wilt u met een Grondnota komen? Voormalig staatssecretaris Bleker heeft afgelopen jaar de Grondnota al aan de Tweede Kamer toegezonden (Kamerstuk 30 825, nr. 179). Het daarin verwoorde beleid wordt voortgezet. Een nieuwe Grondnota is derhalve niet nodig. PvdA Wil de staatssecretaris in overleg met maatschappelijke organisaties en bedrijven bezien met welke constructies het oude leenartikel (om de financiering van natuur mogelijk te maken) opnieuw kan worden ingevoerd? Voor de realisatie van de natuur en het natuurbeleid zoek ik naar verbreding van de financieringsmogelijkheden. Ik zal het toejuichen wanneer maatschappelijke organisaties en bedrijven, op welke manier ook, constructies ontwerpen om bij te dragen in de financiering van natuur. Voorstellen daartoe kunnen partijen bespreken met de provincies, die verantwoordelijk zijn voor de realisatie van de robuuste EHS. Het Rijk heeft ook middelen beschikbaar gesteld voor de robuuste EHS. Hoe met deze middelen wordt omgegaan (bijvoorbeeld voorfinanciering afsluiten) is echter een verantwoordelijkheid van de provincies. Het Rijk zal zelf geen leenfaciliteit openstellen om geen extra langjarige financiële verplichtingen aan te gaan. Wil de staatssecretaris de titel en status van Nationale Parken behouden? Ja. De titel en status zijn vastgelegd in de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte en in de Regeling aanwijzing nationale parken. Zij zijn ook verankerd in het wetsvoorstel Natuurbescherming. Natuur- en milieueducatie moet ook na 2014 op niveau blijven en er moet ruimte zijn voor bottom up-projecten. Natuur- en Milieu-Educatie (NME) zal naar verwachting na het overgangsjaar 2013 worden gecontinueerd binnen een bredere context van educatie over natuur, milieu en duurzaamheid in het Programma DuurzaamDoor. Binnen het programma zal er ruimte zijn voor bottom-up projecten met landelijke betekenis, zeker in de decentrale programmaonderdelen via de provincies en gemeenten. Met de departementen die betrokken waren bij de uitvoering van NME in de periode 2008-2012 wordt overlegd over de deelname in het koepelprogramma DuurzaamDoor voor de periode 2013-2016. Als de andere departementen hun commitment aan het programma verlengen, dan staat er een solide programma, waarbinnen de natuur- en milieu-educatie in verschillende vormen voor de langere termijn is geborgd. Ik zal u het tweede kwartaal van dit jaar informeren over het programma DuurzaamDoor. Er moet een eenduidige regeling komen voor schaapherders die nu in iedere provincie met een andere regeling te maken hebben. Dat geldt eigenlijk voor alle provincieoverschrijdende zaken, ook bijvoorbeeld voor het wandelroutenetwerk. Op het gebied van natuur en recreatie is veel gedecentraliseerd naar provincies. Regionaal maatwerk en gebiedskennis wordt van groot belang geacht. Dat geldt ook voor schaapskuddes. Provincies kunnen, bijvoorbeeld via de Subsidieregeling Natuur en Landschap (SNL), goed inspelen op de vraag vanuit natuurbeheer en het aanbod van schaapskuddes. Ik acht het dan ook niet nodig om een structurele landelijke subsidieregeling voor schaapskuddes te ontwerpen. Aan de andere kant moet de uitvoering van regelingen, ook voor wandelpaden, simpel en overzichtelijk zijn voor de gebruikers. Het Interprovinciaal Overleg (IPO) draagt daaraan bij met uniforme modelregelingen. Ik ben bereid om in mijn overleg met de provincies het belang van uniformiteit over de provinciegrenzen heen aan de orde te stellen en deze te bevorderen. Wil de staatssecretaris met de minister van Justitie overleggen over een plan voor het vervolgen en straffen van stroperij? Het vangen en doden van beschermde inheemse diersoorten in strijd met de Flora- en faunawet is strafbaar. Op basis van de Wet op de economische delicten kan een boete van maximaal € 19.500 worden geëist. In het wetsvoorstel Natuurbescherming is voorgesteld deze strafmaat te verhogen. De strafmaat komt dan op hetzelfde niveau te liggen als de strafmaat voor de illegale handel in beschermde inheemse diersoorten (€ 78.000; voor rechtspersonen € 780.000). Daarmee wordt dan ook de inzet van bijzondere opsporingsbevoegdheden bij dit soort stroperijdelicten mogelijk. Vanwege het voorhanden hebben van vuurwapens, het gebruik daarvan, en daarmee gepaard gaande criminaliteit, is stroperij vooral een veiligheidsprobleem. De nationale politie is verantwoordelijk voor de veiligheid in het buitengebied en BOA's, bijvoorbeeld van de terreinbeherende organisaties, hebben daarbij een signalerende functie voor de politie. Daarom vindt reeds structureel overleg plaats tussen EZ (incl. diensten zoals de NVWA) en Justitie, waaronder functioneel parket en nationale politie. Wil de staatssecretaris met de minister van OCW overleggen over of groene organisaties vrijgesteld kunnen worden van het criterium in de Subsidieregeling Instandhouding Monumenten dat 40% van de activiteiten gericht moet zijn op monumentenbeheer? De Subsidieregeling Instandhouding Monumenten is onlangs gepubliceerd. Een aanpassing acht ik derhalve op dit moment niet opportuun. Desondanks ben ik bereid om nog eens te kijken naar het gesignaleerde probleem. Is de Staatssecretaris bereid om in overleg te gaan met de NMa, de primaire producenten en retailers om de positie van de primaire producent te verbeteren? Als het gaat om het versterken van de positie van de primaire producent dan ligt een rol voor de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) niet voor de hand. Primaire producenten kunnen samenwerken in coöperaties en producentenverenigingen en daar speelt de NMa in beginsel geen rol bij. CDA Het CDA ziet graag een verlenging van groen en doen. Is de staatssecretaris daartoe bereid? Bij de behandeling van de begroting 2012 is een amendement Groen en Doen ingediend door het CDA om voor de jaren 2012 en 2013 tweemaal € 2 mln vrij te maken. Voor 2013 is in voorliggende begroting dit amendement meegenomen. Green Deal: Is de staatssecretaris bereid om de benodigde wijziging van regelgeving snel door te voeren en vooruitlopend daarop sommige initiatieven of pilots al de ruimte te geven om te starten? Ik wil ruimte en kansen bieden voor innovatieve ontwikkelingen op het gebied van voedsel met het oog op een grotere mondiale voedselzekerheid en de verduurzaming van de voedselproductie. Op het terrein van alternatieve eiwitten, zoals insecten, doen er zich mogelijkheden voor. Mijn Ministerie heeft een Green Deal afgesloten met de insectensector om eventuele wettelijke belemmeringen indien mogelijk weg te nemen. Deze beleidslijn en aanpak wil ik graag voortzetten. Daarbij is het evenwel noodzakelijk, dat we de veiligheid en mogelijke risico’s voor mens, dier en milieu van nieuwe voedingsmiddelen en diervoeders scherp in het oog blijven houden en deze ook borgen. Met name de diervoederregelgeving biedt op dit moment geen mogelijkheden voor de toepassing van insecten als diervoedergrondstof. Daarnaast biedt genoemde Europese regelgeving geen ruimte voor pilots of experimenten. Wil de staatssecretaris met de directie van Staatsbosbeheer in gesprek gaan om ze te verzoeken om snel en veel meer met wsw'ers aan de slag te gaan in hun natuurgebieden? Ook het stimuleren van de inzet van (rest)producten uit het bosbouwbeheer voor lokale bio-energie-projecten zou in dat gesprek aan de orde moeten komen. Staatsbosbeheer is zowel met het inschakelen van mensen uit de wet sociale werkvoorziening (wsw) als met het benutten van de biomassa uit zijn natuurterreinen al erg actief. Op die manier geeft Staatsbosbeheer blijk van zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid. Hoe denkt u over een evaluatie van het nieuwe pachtrecht in samenhang met de pachtprijzensystematiek om te komen tot gewenste pachtmodellen? De voorbereidingen van de evaluatie van het pachtstelsel zijn in gang gezet. Het is tijd te onderzoeken welke pachtvormen er nodig zijn in het kader van schaalvergroting, een gezonde bedrijfsstructuur en verantwoord grondgebruik in de agrarische sector. Hoe denkt u erover om een Verklaring Omtrent Gedrag ook gratis voor natuur- en landschapsorganisaties te maken? (Nu wordt deze enkel aan de vrijwilligers die met kinderen werken bij de scouting, sportclubs en als begeleiders van jeugdkampen gratis verstrekt.) Ik zal eerst nagaan in hoeverre dit speelt bij natuur- en landschapsorganisaties. Naar aanleiding daarvan zal ik bezien of mijn inzet nodig is. D66 Er wordt vlak bij de Nederlandse grens in Duitsland een megastal gebouwd. Wat betekent dat voor gezondheid, stikstof en natuur? Wil de staatssecretaris overleg voeren met haar Duitse collega? De Duitse overheid is verantwoordelijk voor het ruimtelijke ordenings- en milieubeleid met betrekking tot de bouw van deze stal. Ik zie vooralsnog geen aanleiding hierover met de Duitse collega overleg te voeren. Hoe wordt de € 200 miljoen voor natuur goed benut? Ik verwijs u graag naar de brief over de ‘uitkomst van bestuurlijk overleg met provincies en besteding € 200 mln’ die ik u vorige week heb toegestuurd (Kamerstuk 30 825, nr. 189). Hoe kunnen we voor natuur slim omgaan met groene belastingen? Voorstellen op fiscaal beleid stem ik altijd nauw af met de verantwoordelijk bewindspersoon voor de fiscaliteit, de staatssecretaris van Financiën. Voor groene belastingen geldt dat Nederland al heel veel doet: Nederland heeft het op één-na-meest vergroende belastingstelsel in de EU. Voorkomen moet worden dat groene belastingen de concurrentiepositie aantasten en problemen verplaatsen naar het buitenland. Dit betekent dat veelal een Europese en soms mondiale aanpak nodig zal zijn, waarbij de borging van het level playing field centraal staat. Niet alleen landgoederen maar ook anderen, als recreatieondernemers, maken gebruik van de NSW. Hoe kan dit? Is dit concurrentievervalsend? Kan de staatssecretaris de evaluatie vervroegen? Wil zij bestaande gevallen herkeuren? En wil zij zorgen dat de NSW voortaan alleen nog aan echte doelen wordt gekoppeld? De vereisten voor de rangschikking van een landgoed op grond van de Natuurschoonwet 1928 (NSW) zijn dat het voldoende omvang heeft, dat er een bepaald minimum aan bos, natuur of houtopstanden is en dat het landgoed gebruikt wordt op een manier die geen inbreuk maakt op het natuurschoon. Op zichzelf behoeft recreatief gebruik rangschikking onder de Natuurschoonwet 1928 niet in de weg te staan. Bij de juiste randvoorwaarden kan zich op bijvoorbeeld een golfbaan aantrekkelijke natuur ontwikkelen, die bijdraagt aan de biodiversiteit. Rangschikking onder de NSW is dan ook mogelijk. Naar aanleiding van een aanscherping van de eisen van de NSW heeft vanaf 2007 een grootscheepse herrangschikking plaatsgevonden. Deze operatie is bijna afgerond. Nederland moet 600 ha natuurherstel in de Westerschelde realiseren. Hoe wordt zekergesteld dat de 300 ha waarvoor de provincie verantwoordelijk is, naar tevredenheid van de Europese Commissie worden gerealiseerd? Vorig jaar startte de Europese Commissie de infractieprocedure en plaatste opmerkingen bij de maatregelen van het Zeeuwse middengebied (ca. 300 ha.). Nu het huidige kabinet heeft besloten tot ontpoldering van de Hedwigepolder, wordt teruggekeerd naar het oorspronkelijke totaalpakket van ruim 600 hectare nieuwe estuariene natuur, alsmede de wijze waarop dit door Zeeland voor het middengebied is ingevuld en sinds 2007 wordt uitgevoerd. Met dit pakket voldoet Nederland aan de Vogel- en Habitatrichtlijn. De Europese Commissie zal naar verwachting binnen enkele maanden reageren op het kabinetsbesluit. Ik zie de reactie met vertrouwen tegemoet. ChristenUnie Wordt in de nieuwe Strategische Agenda Biodiversiteit ook gekeken naar de effecten van voedsel- en veevoerproductie en –handel op internationale biodiversiteit? Ja, zoals aan uw Kamer toegezegd in het AO Biodiversiteit van 15 november jl. zal in de strategische agenda biodiversiteit aandacht zijn voor de effecten van voedsel en handel op internationale biodiversiteit. Ik zal hierin ook de veevoederproductie in betrekken. De strategische agenda biodiversiteit zal voor de zomer van dit jaar aan uw Kamer worden aangeboden. Is de staatssecretaris bereid om in Brussel te pleiten voor herijking van Natura 2000, waarbij meer aandacht komt voor natuurontwikkeling? Ik ondersteun dat natuurontwikkeling belangrijk is, ook om Natura 2000-doelen te realiseren. Europese richtlijnen staan dit niet in de weg. Met de PAS investeren we in natuurherstel en creëren daarmee ruimte voor ondernemers. Ik heb u reeds geïnformeerd dat ik met de beschikbare € 200 mln ga investeren in natuur. Natuurontwikkeling en economische ontwikkeling gaan zo de komende jaren goed samen. Ik zie dan ook geen reden om hiervoor terug te gaan naar Brussel. Programma Duurzaam Door, de rest van de € 2,9 mln is bestemd voor de Nationale Parken. Juist nu is het belangrijk dat de burger én de consument meer begrip krijgt voor het nut van natuur en de prijs van verduurzaming. Is de staatssecretaris bereid om te bekijken of aanvullende financiering vanuit EZ en overige partijen mogelijk is? In 2013 wordt een gedeelte van het budget aangewend voor de financiering van educatie-activiteiten in de Nationale Parken. Ik stel de komende jaren 2013-2017 gemiddeld over de jaren genomen een bedrag van € 3,5 mln per jaar beschikbaar vanuit EZ voor het bredere koepelprogramma DuurzaamDoor, waarin ook de NME aanpak wordt geborgd. Het door u genoemde bedrag van € 2,9 mln in 2013 betreft de resterende financieringsverplichting van EZ bovenop een eerder verstrekt voorschot aan programma DuurzaamDoor van € 600.000. In totaal is er dus € 3,5 mln in 2013 beschikbaar. Met andere departementen ben ik nog in gesprek over hun bijdrage aan het programma DuurzaamDoor. Ook cofinanciering van provincies en gemeenten zal voorwaarde zijn voor de toekomstige inzet van educatie. Ik zal de Tweede Kamer in het tweede kwartaal informeren over het programma DuurzaamDoor. GroenLinks Er worden heel veel dieren opgevangen, de opvangcentra zijn vol en de kosten nemen toe. Kan de Staatssecretaris financiële compensatie bieden voor de dierenopvang? De kosten van de opvang van dieren die in beslag of in bewaring worden genomen in het kader van de handhaving van de dierenwelzijnsregels wordt bekostigd door het ministerie van Economische Zaken. Indien sprake is van het bestuursrechtelijke “ïn bewaring nemen” kunnen de kosten in beginsel worden verhaald op de dader. Voor dieren die gevonden worden en waarvan wordt vermoed dat zij een eigenaar hebben gehad geldt op grond van het burgerlijk wetboek een bewaarplicht van twee weken voor de gemeente. Gemeenten kunnen deze plicht invullen op een manier die past bij de problematiek in de eigen gemeente. Gemeenten maken hiertoe veelal afspraken met lokale asielen. Indien een gemeente niet voldoet aan deze plicht dan is het aan de gemeenteraad om het college van burgemeester en wethouders aan te spreken op deze tekortkoming. Uw Kamer heeft mij met de aangenomen motie Ouwehand, ingediend tijdens het AO opvang van dieren van 20 november 2012, gevraagd in gesprek te gaan met gemeenten omdat vele gemeenten de wettelijke plicht niet zouden naleven. Ik ben momenteel bezig met het inventariseren van de problematiek. Zodra ik meer zicht heb op de omvang van de problemen zal ik met de gemeenten en/of VNG hierover in gesprek treden. In hoeveel van de aanvragen voor gewasbeschermingsmiddelen vorig jaar was er sprake van glyfosaat en/ of neonicotinoïden? Het Ctgb laat mij weten dat het voor glyfosaat en neonicotinoïden in de lopende middelenaanvragen over 2012 gaat om: drie lopende aanvragen voor de stof glyfosaat en vijf lopende aanvragen voor de stof thiamethoxam. Dit is de enige stof uit de neonicotinoidengroep waarvoor aanvragen lopen. Is de Staatssecretaris bereid om zich in te zetten voor het uitbannen van glysofaat en neonicotinoïden? Gewasbeschermingsmiddelen, waaronder die zijn gebaseerd op de werkzame stoffen glyfosaat en neonicotinoïden, worden in de EU en NL alleen toegelaten na een risicobeoordeling en wanneer sprake is van aanvaardbare effecten op mens dier en milieu bij gebruik volgens voorschrift. Er is een zware bewijslast nodig voor intrekken van toelatingen of het aanpassen van Europese goedkeuringen. Ten aanzien van de neonicotinoïden: In lijn met het advies van het Ctgb is mijn standpunt naar aanleiding van de EFSA-herbeoordeling als volgt. a. Voor de 3 toepassingen waar een risico is geïdentificeerd door EFSA/Ctgb (maïs en erwt) Ik deel de zorg van het Ctgb voor wat betreft de 3 Nederlandse toepassingen, waar een risico is geïdentificeerd. In het SCoFCAH zal Nederland aangeven dat er op deze toepassingen actie ondernomen moet worden. Mijn voorkeur ligt bij communautair inperken van de goedkeuring voor de betreffende stoffen. Immers, in de EU geldt vrij verkeer van behandeld zaaizaad en daarom zal een geharmoniseerde aanpak het meest effectief zijn. Daarom zal ik het EFSA rapport agenderen voor de komende Landbouw- en Visserijraad. Daarbij zal ik aandringen bij de EC op snelle communautaire maatregelen. Mocht de EC niet met maatregelen komen, dan zal ik het Ctgb vragen, conform zijn advies, over te gaan tot het nemen van nationale maatregelen. b. Voor de 19 toepassingen waarvoor de risicobeoordeling door EFSA niet worden gefinaliseerd (a.g.v. data-gaps) EFSA geeft aan dat de risicobeoordeling van een aantal toepassingen niet kon worden gefinaliseerd. Dat betekent dat niet vast te stellen is of de risico's voor bijen en bestuivers aanvaardbaar of onaanvaardbaar zijn. Voor deze 19 voor Nederland relevante toepassingen is het Ctgb van mening dat voor die groep vooralsnog geen reden is tot het nemen van maatregelen, zoals het indien noodzakelijk aanpassen of intrekken van middelen. Ik heb het Ctgb opdracht gegeven voor deze toepassingen te bekijken of deze, op grond van de huidige kennis die aanwezig is bij het Ctgb, toch een hoger risico in zich dragen. Ik wacht deze quickscan af. Deze is uiterlijk 25 januari 2013 gereed. Voorts heb ik het Ctgb gevraagd om op korte termijn in samenwerking met de EFSA de data gaps zo snel mogelijk in te vullen en op basis daarvan met eventuele aanvullende maatregelen te komen. In elk geval zal Nederland in het SCoFCAH aandringen op: · Afspreken van een geharmoniseerd vervolg voor de beoordeling van de toepassingen, waarvoor de risicobeoordeling door EFSA nu niet kon worden gefinaliseerd. · Omzetten met hoge prioriteit van het concept-toetsingskader in een door de EU vastgesteld richtsnoer, zodat duidelijk wordt welke aanvullende studies nodig zijn om beoordeling te kunnen afronden en de data gaps gevuld kunnen vullen. Ten aanzien van glyfosaat: Ik wacht de uitkomst van het reeds aan u aangekondigde onderzoek af naar onkruidbestrijdingsmethoden op verhardingen buiten de landbouw. Ik zal mijn reactie hierop uiterlijk eind april sturen, in de tweede nota duurzame gewasbescherming. SGP Wil de staatssecretaris toezeggen dat niet automatisch onderzoek wordt uitgezet bij de WUR, maar dat bij elk onderwerp wordt gekeken waar de expertise zit? De gangbare praktijk bij het uitzetten van kennisopdrachten is dat bezien wordt welke expertise nodig is en welke kennisinstellingen die het beste kunnen leveren. Er is sprake van een grote diversiteit van opdrachtnemers. Door de wereldwijd erkende unieke kennispositie van WUR op de beleidsterreinen landbouw, natuur en voedsel is hier wel veel expertise aanwezig. Bijgevolg blijkt WUR dan ook vaak de meest geschikte partij om het gewenste onderzoek uit te voeren. Een aparte positie betreft het wettelijk verplichte onderzoek. Uit oogpunt van de gewenste continuïteit en kosteneffectiviteit in de uitvoering hiervan, wordt dit onderzoek ‘automatisch’ in opdracht gegeven aan WUR omdat WUR de benodigde expertise het beste geborgd heeft. Wil de staatssecretaris in overleg met de sector eens naar de verhouding tussen overtreding en sanctie kijken? Ik ben het met u eens dat de sanctie in verhouding tot de overtreding moet staan. Dat is ook uitgangspunt. Vaak ben ik echter gehouden aan Europese regels over kortingen en sancties. Tegelijkertijd blijf ik in het kader van de nieuwe programmaperiode van het Gemeenschappelijk Landbouw- en Visserijbeleid inzetten voor een eenvoudiger en proportioneel controle- en sanctiebeleid. PvdD Laat de Staatssecretaris de Nota Dierenwelzijn van het vorige kabinet voor wat het is? Ik zal uw kamer binnen enkele maanden een beleidsbrief dierenwelzijn doen toekomen met daarin de uitwerking van de ambities op dierenwelzijn zoals verwoord in het regeerakkoord. Gaat de Staatssecretaris de met steun van de PvdA aangenomen motie om ingrepen bij pluimvee te verbieden per 2015 uitvoeren? De Tweede Kamer wordt voor het Algemeen Overleg Wet Dieren geïnformeerd over de uitvoering van de motie Ouwehand / Van Dekken waarbij de regering verzocht wordt om ingrepen bij pluimvee te verbieden per 2015. Komt de Staatssecretaris met doelstellingen voor het aantal biologische boerderijen en/of het aantal biologische gehouden dieren? Op grond van de Beleidsnota biologische landbouwketen 2008-2011 is gewerkt aan de verdere verzelfstandiging van de biologische sector. Dit heeft geresulteerd in een biologische markt die al jaren een solide groei kent. De markt doet nu zijn werk. Vanaf 2012 is, zoals in de nota was aangekondigd, het beleid op biologische landbouw geïntegreerd in algemeen landbouwbeleid. Er zijn er geen doelen specifiek voor de biologische landbouw. Hoe ziet de Staatssecretaris megastallen? Gaat de Staatssecretaris megastallen verbieden? Gaat de Staatssecretaris subsidies aan megastallen verbieden? In mijn brief aan uw Kamer van 16 januari 2013 ben ik ingegaan op de niet uitgevoerde motie Thieme/Jacobi (28 286, nr. 472) over het moratorium op megastallen. Kortheidshalve verwijs ik naar dat schrijven. Schaalgrootte is geen criterium in het EZ-subsidie-instrumentarium. Dit is ook aangegeven in antwoorden op Kamervragen van het lid Thieme (Tweede kamer, 2012-2013, Aanhangsel 209), van het lid Van Gerven (Tweede kamer, 2012-2013, Aanhangsel 210) en van het lid Van Dekken (Tweede kamer, 2012-2013, Aanhangsel 211). Hoe gaat de Staatssecretaris de motie van de Partij voor de Dieren uitvoeren die de kantelbox wil uitfaseren? De partijen bij het convenant onbedwelmd slachten volgens religieuze riten zijn, zoals eerder ook aan uw Kamer is gemeld, in het convenant overeengekomen nog nader onderzoek te laten verrichten naar de uit het oogpunt van dierenwelzijn gewenste wijze van fixeren. Op basis van de onderzoeksresultaten en het advies van de wetenschappelijke adviescommissie kunnen convenantspartijen nadere afspraken zoals het uitfaseren, maken die vervolgens in regelgeving worden verankerd. Vanuit oogpunt van dierenwelzijn is dit een belangrijk punt. Ik wil hierover nog dit jaar een besluit nemen op basis van de resultaten van het onderzoek. Is de staatssecretaris bereid om het onderzoek naar de hondenfokkerij te versnellen? Het onderzoek naar de incidentie van schadelijke raskenmerken en erfelijke gebreken is complex. Met name de fase van het verzamelen van de onderzoeksgegevens vergt veel tijd. Ik acht zorgvuldigheid bij de uitvoering van dit onderzoek van belang ten behoeve van betrouwbare resultaten omdat deze resultaten zullen worden gebruikt om fokkers aan te spreken op hun verantwoordelijkheid in het fokproces. Afhankelijk van de resultaten wordt voorts bezien of verdere stappen noodzakelijk zijn. Versnellen van onderzoek acht ik niet in het belang van de beoogde kwaliteit. Eind van dit jaar verwacht ik de resultaten van het onderzoek. Wat gaat de regering doen om een einde te maken aan de plezierjacht? De regels over de uitoefening van de jacht maken onderdeel uit van het bij de Tweede Kamer aanhangige wetsvoorstel natuurbescherming (nr. 33 348). Dat overigens door mij zal worden gewijzigd ter uitvoering van het regeerakkoord. Wilde zwijnen worden jaarlijks afgeschoten en opgejaagd. Ze krijgen een versterkte prikkel om zich voort te planten. Tijd voor nieuw beleid. Wat gaat de staatssecretaris doen? De provincies zijn verantwoordelijkheid voor het populatiebeheer van zwijnen. Ze worden daarin geadviseerd door onder meer het Faunafonds. Mijn ministerie kan op verzoek van provincies gevraagd worden om via onderzoek een bijdrage te leveren. Er moeten alternatieven komen voor afschot. Hoe gaat de staatssecretaris ervoor zorgen dat dit wordt gerealiseerd? De provincies zijn verantwoordelijkheid voor populatiebeheer en voor het inzetten van de meest geschikte beheermethode. Wil de staatssecretaris een moratorium op het gebruik van neonicotinoiden afkondigen (tot eventueel is aangetoond dat het gebruik niet schadelijk is)? Hierover heb ik in het AO landbouwraad van heden al met uw Kamer gesproken. Wil de staatssecretaris het Hollandse Hout openstellen voor dieren in de Oostvaardersplassen? De commissie-Gabor (ICMO-2) heeft geadviseerd om een deel van het Hollandse Hout een rol te geven als reservoir voor voedsel en beschutting voor grote grazers uit de Oostvaardersplassen. In eerste instantie als noodmaatregel of meer permanente maatregel tijdens (strenge) winters. Ook ik vind dit een sympathieke gedachte die het proberen waard is. Tegelijk realiseer ik me dat onder meer de gemeenteraad van Lelystad zich heeft uitgesproken tegen het toelaten van grote grazers in het Hollandse Hout. Mede daarom is de aandacht tot nu toe gericht geweest op het realiseren van beschuttingsmaatregelen binnen het Oostvaardersplassengebied. Ik ben graag bereid om met de gemeente Lelystad een gesprek aan te gaan over het ten dele openstellen van het Hollandse Hout. Wil de Staatssecretaris vissers weren uit de beschermde natuurgebieden? Ik wil visserij uit beschermde Natura 2000-gebieden weren, voor zover dat noodzakelijk is voor het realiseren van de instandhoudingsdoelstellingen. Zo is voor de Natura 2000-gebieden Noordzeekustzone en Vlakte van de Raan het VIBEG-akkoord gesloten tussen rijk, natuur- en visserijorganisaties. Daarin is afgesproken om boomkorvisserij met wekkerkettingen per 2016 te verbieden; in de tussentijd geldt een zonering met aanzienlijke beperkingen voor deze vorm van visserij. De implementatie van dit akkoord is inmiddels voortvarend in vergunningverlening ter hand genomen. Ook zullen gebieden voor visserij worden gesloten in de Natura 2000-gebieden in de Exclusieve Economische Zone (Doggersbank, Klaverbank en Friese Front). Hiervoor is het FIMPAS-project, waarin alle stakeholders participeren, leidend. Daarvoor is eind november 2012 een advies ontvangen van ICES (International Council for the Exploration of the Sea). Ook heeft het kabinet besloten tot gebiedsbescherming in verband met de Kaderrichtlijn Mariene Strategie. Beperkende maatregelen voor de visserij zullen in kader van het Gemeenschappelijk Visserijbeleid worden getroffen. Bureau Bestuursraad BBR / 13009543 Pagina PAGE \* MERGEFORMAT 15 van SECTIONPAGES \* MERGEFORMAT 15 > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA ’s-GRAVENHAGE Datum 23 januari 2013 Betreft Schriftelijke antwoorden op vragen gesteld in de eerste termijn van de behandeling van de begroting van het Ministerie van Economische Zaken voor het jaar 2013; onderdeel Landbouw en Natuur Pagina PAGE \* MERGEFORMAT 1 van SECTIONPAGES \* MERGEFORMAT 15