[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

33168, bijgewerkt t/m nr. 7 (nota van wijziging d.d. 18 februari 2013)

Wijziging van de Wet toelasting zorginstellingen en enkele andere wetten om het mogelijk te maken dat aanbieders van medisch-specialistische zorg, mits zij aan een aantal voorwaarden voldoen, winst uitkeren (voorwaarden voor winstuitkering aanbieders medisch-specialistische zorg)

Bijgewerkte tekst

Nummer: 2013D06850, datum: 2013-02-18, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2012Z02330:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Bijgewerkt t/m nr. 7 (Nota van wijziging d.d. 18 februari 2013)





	33 168	Wijziging van de Wet toelating zorginstellingen en enkele andere
wetten om het mogelijk te maken dat aanbieders van
medisch-specialistische zorg, mits zij aan een aantal voorwaarden
voldoen, winst uitkeren (voorwaarden voor winstuitkering aanbieders
medisch-specialistische zorg)







Nr. 2	VOORSTEL VAN WET



	Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins
van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: 

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de Wet
toelating zorginstellingen en enkele andere wetten te wijzigen teneinde
het aanbieders van medisch-specialistische zorg die aan daartoe geldende
voorwaarden voldoen, toe te staan winst uit te keren;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State
gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden
en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

(vervallen)

ARTIKEL II

(vervallen)

ARTIKEL III

De Wet toelating zorginstellingen wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid, onderdeel e, komt te luiden: 

e. zorgautoriteit: de Nederlandse Zorgautoriteit, bedoeld in de Wet
marktordening gezondheidszorg;.

2. In het eerste lid, onderdeel f, wordt "als bedoeld in artikel 5,
eerste lid" vervangen door: als bedoeld in artikel 5.

3. In het derde lid wordt "voor de toepassing van artikel 5, eerste
lid," vervangen door: voor de toepassing van artikel 5.

B

In artikel 4 wordt "als bedoeld in artikel 5, eerste lid" vervangen
door: als bedoeld in artikel 5.

C

Artikel 5 wordt als volgt gewijzigd: 

1. De aanduiding "1." voor het eerste lid vervalt.

2. Het tweede lid vervalt. 

D

In artikel 13, eerste lid, vervalt: in artikel 5, tweede lid, en.

E

Na hoofdstuk IV wordt een nieuw hoofdstuk ingevoegd, luidende:

HOOFDSTUK IVA. REGELS OVER WINSTUITKERING DOOR ZORGAANBIEDERS 

Paragraaf  1. Algemene bepaling

Artikel 16a

1. In dit hoofdstuk en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan
onder: 

a. zorg: zorg of dienst als omschreven bij of krachtens de Algemene Wet
Bijzondere Ziektekosten of de Zorgverzekeringswet;

b. intramurale zorg: zorg die verblijf van een cliënt in een
accommodatie gedurende het etmaal met zich brengt;

c. extramurale zorg: zorg die geen verblijf van een cliënt in een
accommodatie gedurende het etmaal met zich brengt;

d. medisch-specialistische zorg: zorg zoals medisch-specialisten die
plegen te bieden; 

e. zorgaanbieder: de natuurlijke persoon die, het verband van
natuurlijke personen dat of de rechtspersoon die bedrijfsmatig zorg doet
verlenen door een of meer natuurlijke personen;

f. winst: het door een zorgaanbieder in een boekjaar gerealiseerde
resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening vermeerderd met het
buitengewone resultaat, alles na belastingen;

g. solvabiliteitsmarge: het in procenten uitgedrukte aandeel van het met
positieve herwaarderingsreserves verminderde eigen vermogen in het
balanstotaal;

h. zorgaanbiedersgroep: een groep als bedoeld in artikel 24b van Boek 2
van het Burgerlijk Wetboek, waar een zorgaanbieder aan het hoofd staat. 

2. In afwijking van het eerste lid, onderdeel e:

a. is een zorgverzekeraar als bedoeld in artikel 1, eerste lid,
onderdeel b, van de Zorgverzekeringswet of artikel 1, eerste lid,
onderdeel b, van de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten voor de
toepassing van dit hoofdstuk slechts zorgaanbieder indien hij zorg doet
verlenen door natuurlijke personen die bij hem in dienst zijn;

b. zijn in artikel 90quinquies, tweede lid, van het Wetboek van
Strafrecht bedoelde justitiële inrichtingen voor verpleging van ter
beschikking gestelden, geen zorgaanbieders in de zin van dit hoofdstuk. 

Paragraaf 2. Winstuitkeringsverbod aanbieders intramurale zorg als
bedoeld in de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten

Artikel 16b

Een zorgaanbieder die op grond van de Algemene Wet Bijzondere
Ziektekosten verzekerde, intramurale zorg verleent, keert geen winst
uit.

Paragraaf 3. Regels over winstuitkering door aanbieders van
medisch-specialististische zorg

Artikel 16c

1. Een zorgaanbieder die op grond van een zorgverzekering verzekerde
medisch-specialistische zorg verleent, keert slechts winst uit indien:

a. hij aan de artikelen 16d, 16e en 16f voldoet, en

b. hij een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid,
naamloze vennootschap of coöperatie is, indien hij een rechtspersoon
naar Nederlands recht is.

2. In afwijking van het eerste lid keren academische ziekenhuizen als
bedoeld in artikel 1.13 van de Wet op het hoger onderwijs en
wetenschappelijk onderzoek geen winst uit.

3. In afwijking van het eerste lid, onderdelen a en b, kunnen op basis
van een maatschap samenwerkende personen zonder aan de artikelen 16d en
16e te voldoen winst uitkeren aan diegenen van hen, die hun arbeid
hebben ingebracht. 

4. In afwijking van het eerste lid, onderdeel a, kunnen de volgende
zorgaanbieders winst uitkeren zonder aan de artikelen 16d, 16e en 16f te
voldoen:

a. zorgaanbieders die al dan niet in combinatie met zorg zoals klinisch
psychologen die plegen te bieden, uitsluitend extramurale
medisch-specialistische zorg verlenen in verband met een psychiatrische
aandoening;

b. zorgaanbieders die uitsluitend niet op grond van de Algemene Wet
Bijzondere Ziektekosten verzekerde behandelingen van
gedragswetenschappelijke aard in verband met een psychiatrische
aandoening verlenen; 

c. een besloten vennootschap met één directeur-grootaandeelhouder, die
beroepsmatig in persoon zorg verleent.

Artikel 16d

1. Een zorgaanbieder die medisch-specialistische zorg verleent, keert
geen winst uit:

a. zolang hij geen beschikking van Onze Minister heeft, inhoudende dat
hij zijn bestuurlijke verantwoordelijkheid voor de kwaliteit en
veiligheid van de te verlenen zorg naar behoren heeft ingericht en dat
hij een kwalitatief goed veiligheidsmanagementsysteem heeft; 

b. indien zijn solvabiliteitsmarge en, indien hij deel uitmaakt van een
zorgaanbiedersgroep, de solvabiliteitsmarge van het hoofd van die groep
na de winstuitkering minder dan 20% zou zijn;

c. zolang zijn resultaat uit gewone bedrijfsoefening na belastingen niet
gedurende de drie boekjaren die aan het uitkeringsjaar vooraf zijn
gegaan, positief is geweest;

d. zolang het bestuur geen goedkeuring aan het besluit tot uitkering van
winst heeft verleend;

e. gedurende de periode waarover hij op grond van een beschikking van de
zorgautoriteit een geldelijke bijdrage, niet zijnde een bijdrage als
bedoeld in artikel 56a van de Wet marktordening gezondheidszorg,
ontvangt;

f. zolang hij op grond van de Garantieregeling Inrichtingen voor
Gezondheidszorg 1958 zoals deze voor 1 januari 1988 luidde, over een
garantie beschikt voor de betaling van rente en aflossing van leningen,
aangegaan voor in die regeling bedoelde investeringskosten;

g. zolang op hem een aanwijzing, een bevel of een last onder
bestuursdwang als bedoeld in de Kwaliteitswet zorginstellingen van
toepassing is dan wel, indien hem in plaats van een last onder
bestuursdwang als bedoeld in de Kwaliteitswet zorginstellingen een last
onder dwangsom is opgelegd, zolang deze last onder dwangsom op hem van
toepassing is.

2. Een zorgaanbieder kan een beschikking als bedoeld in het eerste lid,
onderdeel a, niet eerder aanvragen dan in de tiende maand van het derde
jaar volgende op de dag waarop hij voor de eerste keer ten gevolge van
een investering eigen vermogen verwerft. 

3. Het bestuur van de zorgaanbieder weigert de in het eerste lid,
onderdeel d, bedoelde goedkeuring slechts indien de winstuitkering
plaats zou vinden in strijd met hetgeen daaromtrent in deze wet is
geregeld, of indien het weet of redelijkerwijs behoort te voorzien dat
de zorgaanbieder na de uitkering niet zal kunnen blijven voortgaan met
het betalen van zijn opeisbare schulden.

4. Indien de zorgaanbieder een naamloze vennootschap is, weigert het
bestuur de in het eerste lid, onderdeel d, bedoelde goedkeuring voorts
indien het weet of redelijkerwijze kan voorzien dat de zorgaanbieder met
het uitkeren van winst in strijd zal handelen met artikel 105 van boek 2
van het Burgerlijk Wetboek. 

5. Indien de uitkering van winst ertoe heeft geleid dat een naamloze
vennootschap, een coöperatie of een rechtspersoon naar buitenlands
recht niet voort kan gaan met het betalen van haar opeisbare schulden,
is op de bestuurders daarvan artikel 216, derde en vierde lid, van Boek
2 van het Burgerlijk Wetboek van overeenkomstige toepassing. 

Artikel 16e

Over ieder voornemen tot het uitkeren van winst door een zorgaanbieder
die medisch-specialistische zorg verleent, wordt het toezichthoudend
orgaan van die zorgaanbieder gehoord.

Artikel 16f

1. Voor zover winst is toegevoegd aan andere dan de wettelijke of
statutaire reserves, mag het toegevoegde bedrag slechts aan
aandeelhouders of leden worden uitgekeerd indien de zorgaanbieder winst
mag uitkeren.

2. Voor de toepassing van dit hoofdstuk wordt onder het uitkeren van
winst mede verstaan: het gedurende het boekjaar storten van bedragen op
rekeningen van leden van een coöperatie, indien in die bedragen een
aandeel in de verwachte winst is verwerkt. 

Artikel 16g

Een zorgaanbieder met winstoogmerk waarop de artikelen 16c tot en met
16f niet van toepassing waren en die louter ten gevolge van een
uitbreiding van de te verzekeren prestaties als bedoeld in de
Zorgverzekeringswet op grond van een zorgverzekering verzekerde
medisch-specialistische zorg gaat verlenen, kan gedurende de eerste drie
jaar vanaf het moment waarop hij deze zorg gaat verlenen, winst uitkeren
zonder dat hij voldoet aan artikel 16c, eerste lid, onderdeel b, en aan
artikel 16d, eerste lid, onderdeel b en c en zonder dat hij een
beschikking als bedoeld in artikel 16d, eerste lid, onderdeel a, heeft. 

Artikel 16h

1. Een besluit van een orgaan van een zorgaanbieder tot uitkering van
winst, genomen in strijd met artikel 16b of artikel 16c in verbinding
met de artikelen 16d, 16e of 16f, is nietig, met dien verstande dat het
bestuur dan wel het toezichthoudend orgaan een in strijd met artikel
16d, eerste lid, aanhef en onderdeel d, dan wel met artikel 16e genomen
besluit tot winstuitkering binnen de in artikel 14, derde lid, van Boek
2 van het Burgerlijk Wetboek bedoelde termijn kan bekrachtigen.

2. Aandeelhouders, leden van coöperaties of andere winstgerechtigden
dienen uitgekeerde winst terug te betalen indien zij wisten of behoorden
te weten dat de uitkering in strijd met het bepaalde in deze wet
geschiedde.

3. Indien de zorgaanbieder een naamloze vennootschap of een besloten
vennootschap is, geldt het tweede lid onverminderd de artikelen 105,
achtste lid, en 216, derde lid, derde zin, van Boek 2 van het Burgerlijk
Wetboek. 

Artikel 16i

1. Binnen drie maanden nadat hij winst heeft uitgekeerd, zendt de
zorgaanbieder de zorgautoriteit, bedoeld in de Wet marktordening
gezondheidszorg, een verantwoording, waaruit blijkt dat hij de bij en
krachtens deze wet en het Burgerlijk Wetboek geregelde voorwaarden voor
winstuitkering in acht heeft genomen. 

2. De zorgautoriteit kan regels stellen met betrekking tot de inhoud en
de inrichting van de verantwoording, bedoeld in het eerste lid, en kan
daarbij bepalen dat de verantwoording volgens door haar te stellen
regels wordt onderzocht door een accountant als bedoeld in artikel 393
van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, en op welke wijze deze accountant
zijn bevindingen uit het onderzoek kenbaar maakt.

F

In artikel 17, tweede lid, vervalt: , alsmede ter uitvoering van een
beslissing als bedoeld in artikel 18. 

G

Artikel 18 vervalt. 

H

Artikel 35 wordt als volgt gewijzigd:

1. Voor de tekst wordt de aanduiding "1." geplaatst.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

2. Het eerste lid geldt niet voor het toezicht op de naleving van het
bepaalde bij of krachtens hoofdstuk IVa. 

I

Artikel 37 wordt als volgt gewijzigd:

1. In de eerste zin wordt "artikel 5, eerste lid" vervangen door:
artikel 5.

2. In de derde zin wordt "de artikelen 17, eerste en achtste lid, en 18,
eerste en tweede lid" vervangen door: artikel 17, eerste en achtste lid.

J

In artikel 41, eerste en tweede lid, wordt "artikel 5, eerste lid"
telkens vervangen door: artikel 5.

K

Artikel 45 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste en tweede lid, wordt "artikel 5, eerste lid," telkens
vervangen door: artikel 5.

2. In het derde lid wordt "artikel 5, eerste lid" vervangen door:
artikel 5.

ARTIKEL IV

	

De Wet marktordening gezondheidszorg wordt als volgt gewijzigd:

A

Aan artikel 16 wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van
onderdeel g door een puntkomma, een onderdeel toegevoegd, luidende:

h. toezicht op de uitvoering van het gestelde bij en krachtens de
artikelen 16b, 16c, eerste lid, onderdeel b, en tweede, derde en vierde
lid, 16d, eerste lid, met uitzondering van onderdeel d, 16f, eerste lid,
en16g tot en met 16i van de Wet toelating zorginstellingen. 

B

In artikel 72, eerste lid, aanhef, wordt na "wet" ingevoegd: en van de
artikelen, bedoeld in artikel 16, onder h. 

C

Na artikel 78a wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 78b

1. De zorgautoriteit kan uit hoofde van haar taak, bedoeld in artikel
16, onder h, een aanwijzing geven aan een zorgaanbieder, erop gericht
dat aan de in dat onderdeel bedoelde artikelen van de Wet toelating
zorginstellingen wordt voldaan. 

2. In geval van nietigheid als bedoeld in artikel 16h, eerste lid, van
de Wet toelating zorginstellingen is, tenzij sprake is van een
bekrachtiging als bedoeld in dat artikellid, de zorgautoriteit bevoegd
de zorgaanbieder een aanwijzing te geven, inhoudende dat hij de
uitgekeerde winst van degenen, bedoeld in het tweede lid van dat
artikel, als onverschuldigd betaald terugvordert.

D

In artikel 79, eerste lid, wordt "als bedoeld in de artikelen 76 tot en
met 78a" vervangen door: als bedoeld in de artikelen 76 tot en met 78b.

			

E

Na artikel 81a wordt een artikel toegevoegd, luidende:

Artikel 81b

1. Indien een zorgaanbieder niet binnen de termijn, bedoeld in artikel
79, aan een krachtens artikel 78b gegeven aanwijzing voldoet, is de
zorgautoriteit bevoegd:

a. een last onder dwangsom op te leggen, of

b. ter openbare kennis te brengen, zo nodig onder vermelding van de
overwegingen die tot die kennisgeving hebben geleid:

1º. dat de zorgaanbieder in strijd handelt met een of meer door de
zorgautoriteit genoemde, in artikel 16, onder h, bedoelde artikelen;

2º. dat aan de zorgaanbieder een aanwijzing is gegeven dan wel een last
onder dwangsom of een bestuurlijke boete is opgelegd. 

2. Artikel 80, tweede tot en met zesde lid, en achtste lid, is van
overeenkomstige toepassing. 

3. Indien het adequaat functioneren van de zorgverlenings- of
zorginkoopmarkt of de positie van zorgaanbieders op die markt geen
uitstel toelaat, kan de zorgautoriteit, in afwijking van het tweede lid
juncto artikel 80, tweede tot en met zesde lid, het feit onverwijld ter
openbare kennis brengen. 

F

Na artikel 84a wordt een artikel toegevoegd, luidende:

Artikel 84b

1. De zorgautoriteit kan een zorgaanbieder een last onder dwangsom
opleggen ter zake van overtreding van de artikelen 16b, 16c, eerste lid,
onderdeel b, of tweede, derde en vierde lid, 16d, eerste lid, met
uitzondering van onderdeel d, 16f, eerste lid, 16g of 16i van de Wet
toelating zorginstellingen.

2. In geval van nietigheid als bedoeld in artikel 16h, eerste lid, van
de Wet toelating zorginstellingen is, tenzij sprake is van een
bekrachtiging als bedoeld in dat artikellid, de zorgautoriteit bevoegd
de zorgaanbieder een last onder dwangsom op te leggen, inhoudende dat
hij de uitgekeerde winst van degenen, bedoeld in het tweede lid van dat
artikel, als onverschuldigd betaald terugvordert.

G

Na artikel 90 wordt een artikel toegevoegd, luidende:

Artikel 91

1. De zorgautoriteit kan een zorgaanbieder een bestuurlijke boete
opleggen ter zake van overtreding van de artikelen 16b, 16c, eerste lid,
onderdeel b, of tweede, derde of vierde lid, 16d, eerste lid, met
uitzondering van onderdeel d, 16f, eerste lid, 16g of 16i van de Wet
toelating zorginstellingen.

2. De bestuurlijke boete voor een afzonderlijk overtreding als bedoeld
in het eerste lid bedraagt ten hoogste € 500.000 of, indien dat meer
is, ten hoogste tien procent van de omzet van de zorgaanbieder in het
boekjaar voorafgaande aan de boetebeschikking.

3. Indien op grond van artikel 5:1, derde lid, van de Algemene wet
bestuursrecht toepassing is gegeven aan artikel 51, tweede lid, onder
2°, van het Wetboek van Strafrecht, bedraagt voor de daar bedoelde
overtreder de bestuurlijke boete ten hoogste € 500.000.

4. De berekening van de omzet, bedoeld in het tweede lid, geschiedt op
de voet van het bepaalde in artikel 377, zesde lid, van boek 2 van het
Burgerlijk Wetboek voor de netto-omzet.

H

Aan artikel 104 wordt een lid toegevoegd, luidende:

6. De zorgautoriteit draagt de op grond van de artikelen 81b, 84b of 91
ingevorderde dwangsommen en bestuurlijke boetes af aan het
Zorgverzekeringsfonds of het Algemeen Fonds Bijzondere Ziektekosten.

ARTIKEL V

(vervallen)

ARTIKEL VI

In artikel 39, tweede lid, onderdeel k, van de Zorgverzekeringswet wordt
"op grond van artikel 81, eerste lid, onder c, van die wet" vervangen
door: op grond van de artikelen 81, eerste lid, onderdeel  c, 81a, 81b,
84a, 84b, 90 of 91 van die wet.

ARTIKEL VII

In artikel 90, eerste lid, onderdeel f, van de Wet financiering sociale
verzekeringen wordt "op grond van artikel 81, eerste lid, onder c, van
die wet" vervangen door: op grond van de artikelen 81, eerste lid,
onderdeel  c, 81a, 81b, 84a, 84b, 90 of 91 van die wet.

ARTIKEL VIII

In afwijking van artikel 16b van de Wet toelating zorginstellingen mag
een zorgaanbieder die op grond van de Algemene Wet Bijzondere
Ziektekosten verzekerde, intramurale zorg verleent en die op de datum
van inwerkingtreding van deze wet een winstoogmerk had, winst uitkeren. 

ARTIKEL IX

Indien de dag, bedoeld in artikel 16d, tweede lid, van de Wet toelating
zorginstellingen, ligt voor de dag waarop deze wet in werking treedt,
kan in afwijking van laatstgenoemde artikelleden de daar bedoelde
aanvraag niet eerder worden gedaan dan in de tiende maand van het derde
jaar volgende op de dag waarop deze wet in werking treedt.  

ARTIKEL X 

Indien daartegen op de datum van inwerkingtreding van de artikelen III
en IV van deze wet nog beroep kon worden ingesteld of beroep was
ingesteld, blijft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State
bevoegd om beroepen te behandelen inzake de volgende besluiten:

a. een besluit genomen op grond van artikel 13, tweede lid, van de Wet
toelating zorginstellingen wegens het niet voldoen aan de eis, bedoeld
in artikel 5, tweede lid, van die wet en de daarop gebaseerde
voorschriften;

b. een besluit genomen op grond van artikel 18 van de Wet toelating
zorginstellingen;

c. een besluit genomen op grond van artikel 37, derde zin, juncto
artikel 18 van de Wet toelating zorginstellingen. 

ARTIKEL XI

Onze Minister zendt binnen vijf jaar na de inwerkingtreding van deze wet
en vervolgens nog eens na vijf jaar aan de Staten-Generaal een verslag
over de doeltreffendheid en de effecten van deze wet in de praktijk. 

ARTIKEL XII

De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk
besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of
onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld. 

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks
aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

 

 

 PAGE    

 PAGE   10