Evaluatie Begroting 2013 – Voorstel verfijning techniek verantwoord begroten OCW (versie 2)
Brief lid / fractie
Nummer: 2013D06978, datum: 2013-02-20, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: P.J. Duisenberg, Tweede Kamerlid (Ooit VVD kamerlid)
- Mede ondertekenaar: P.H. van Meenen, Tweede Kamerlid (Ooit D66 kamerlid)
Onderdeel van zaak 2013Z02185:
- Indiener: P.J. Duisenberg, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: P.H. van Meenen, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2013-02-07 10:00: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2013-03-07 10:00: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2013-03-07 10:00: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Preview document (🔗 origineel)
EVALUATIE BEGROTING 2013 – VOORSTEL VERFIJNING TECHNIEK VERANTWOORD BEGROTEN OCW Aanleiding: OCW begrotingsbehandeling november – december 2013 Eind november tot en met begin december 2012 is de begroting OCW in de Tweede Kamer behandeld en goedgekeurd. Deze behandeling is vooraf gegaan door een technische briefing van de Algemene Rekenkamer over o.a. de departementale OCW-begroting 2013 en vooropnames passend onderwijs en HO ( HYPERLINK "http://parlisweb/parlis/Activiteit.aspx?id=e5a3e81f-b23d-40ea-9e26-e9ac 9bddc405" \t "_self" 2012A03740 ). De begrotingsbehandeling zelf bestond uit drie wetgevingsoverleggen (waarvan op 29 november 2012 een wetgevingsoverleg inzake het begrotingsonderzoek ‘’Apparaatskosten van ZBO’s RWT’s en externe inhuur op OCW terrein’’), een plenaire afronding en stemmingen. De Commissie OCW heeft besloten een vervolgtraject te starten om tot aanbevelingen te komen voor verdere verbetering van de begroting en verantwoording van middelen, in het bijzonder het inzicht in de doelmatigheid. Ook het Regeerakkoord zet deze richting al in naar meer publieke verantwoording over behaalde resultaten en gebruikte middelen. De in deze notitie geformuleerde aanbevelingen worden namens de commissie voorbereid door Pieter Duisenberg (VVD) en Paul van Meenen (D’66). Hierna wordt naar hen verwezen als ‘’opstellers van dit voorstel’’. De evaluatie en aanbevelingen worden gedaan in de context van de introductie van Verantwoord Begroten (VB), voor het eerst op de volledige Rijksbegroting 2013 (met behandeling in 2012). De randvoorwaarden zijn door VB gezet en worden beheerd door de minister van financiën, maar de nadere invulling wordt over gelaten aan de Kamercommissies en de vakminister. De minister van financiën stelde daarover in het schriftelijke overleg Verantwoord begroten met de commissie Rijksuitgaven (april 2012, TK 31 865, nr 39): “Het nadere tijdschema houdt in dat met Prinsjesdag de eerste volledige rijksbegroting volgens Verantwoord Begroten wordt gepresenteerd. Vervolgens is het oordeel aan uw Kamer in hoeverre deze opzet is geslaagd. Bij de diverse begrotingsbehandelingen kunnen de diverse commissies vervolgens met de vakminister in gesprek over de mate van afrekenbaarheid en bijvoorbeeld over de programmering van beleidsdoorlichtingen. Voor het systeem van Verantwoord Begroten ben ik uw aanspreekpunt en daarover blijf ik graag met u in gesprek.” Aanpak door de opstellers van dit voorstel Deze notitie is opgesteld op basis van een aantal eerdere documenten en vervolgens gesprekken met commissieleden, het BOR en betrokken ambtenaren van OCW FEZ. De geraadpleegde documenten zijn: Verantwoord begroten, Ministerie van Financiën, 22 maart 2011 (TK 2010-2011, 31865, nr. 26) OCW Begroting 2013 OCW Rijksjaarverslag 2011 Trends in Beeld: Zicht op Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, september 2012 Diverse interne BOR notities Verbetering verantwoording en begroting, Algemene Rekenkamer, 14 november 2012 (TK 31865, nr 44) Memo begrotingsonderzoek OCW, P. Duisenberg, 28 november 2012. Deze notitie wordt ingebracht in de Commissie OCW, als voorstel voor een Commissiebrief aan de minister met betrekking tot de te realiseren verbeteringen in de begroting 2014. Bevindingen van de opstellers van dit voorstel Belangrijke context is de nieuw geïntroduceerde methodiek van Verantwoord Begroten in 2011. De Kamer had in de periode daaraan voorafgaand aangegeven niet tevreden te zijn met de informatie in begrotingen en jaarverslagen. Het toenmalige kabinet heeft die knelpunten geadresseerd met de methodiek Verantwoord Begroten (VB). Voor die tijd werd een methodiek gebruikt met de naam ‘’Van beleidsbegroting naar beleidsverantwoording’’ (VBTB). Juist het gebruik van outputindicatoren was één van de grote knelpunten in deze VBTB methode: men concludeerde dat ‘’in de praktijk is gebleken dat niet alle doelstellingen goed te vertalen zijn in meetbare indicatoren in termen van output of outcome.’’ De nieuwe methode VB bouwt daarom voort op VBTB, maar legt de nadruk op een duidelijke beleidsinzet van de Minister in de begroting, die aansluit bij zijn/haar taken en verantwoordelijkheden en vervolgens de inzet van financiële middelen. Deze beleidsinzet moet ook leiden tot een heldere verantwoording in het jaarverslag. De begroting moet volgens VB beantwoorden aan de drie WWW vragen: Wat wil de minister bereiken? Wat is de rol/verantwoordelijkheid van de minister en welke instrumenten zet de minister in? Wat kosten de instrumenten en wat kost het apparaat van de minister? Een goede toepassing van VB is nodig, wil de Tweede Kamer haar budgetrecht goed kunnen uitoefenen. Zeker in het huidig tijdsgewricht, waarin er veel gebeurt op de Rijksbegroting en voor cumulatief €46 miljard aan ombuigingen staan gepland, is het voor de Kamer in toenemende mate belangrijk een goed beeld te hebben, niet alleen op de begroting en verantwoording, maar ook op de voortgang, effecten en risico’s van grote veranderingen. De OCW begroting heeft vorig jaar een compliment gekregen van de minister van financiën. Hij noemde de OCW begroting één van de beste voorbeelden van Verantwoord Begroten. De opstellers van dit voorstel OCW complimenteren de minister en het departement eveneens met de voortgang in de presentatie van de begroting. Toch zijn er ons inziens nog een aantal aandachtspunten in deze nieuwe begroting. Door de invoering van verantwoord begroten heeft de Tweede Kamer minder zicht op de beleidsambities en te bereiken resultaten van de bewindspersoon. Dit uitte zich in de begroting OCW 2012 al in minder prestatie-indicatoren in vergelijking tot voorgaande jaren en het niet opnemen van operationele doelstellingen. In de begroting 2013 is dit niet veranderd. In het licht van bovenstaande toegenomen belang van verantwoording van middelen en bereikte resultaten en van specifieke ombuigingen en intensiveringen, zien de opstellers van dit voorstel nog verdere mogelijkheden voor verbetering. De voornaamste aandachtspunten zijn: relatie tussen streefdoelen, algemene doelen en uitgaven is onduidelijk. De momenten waarop de streefdoelen moeten zijn bereikt, liggen voor het grootste deel verder weg dan 2013. Daardoor zijn ze niet direct te relateren aan de begrotingsinspanning voor komend jaar en is het op veel terreinen onduidelijk waarop de minister is aan te spreken (Algemene Rekenkamer, 14 nov 2012). Ook is niet duidelijk hoe de streefdoelen aansluiten op vigerende strategie documenten, zoals de Strategische Agenda Hoger Onderwijs en Leraar 2020. budgetflexibiliteit: amendeerruimte is grotendeels juridisch verplicht in verband met de lumpsum methodiek. inzicht in grote beleidstrajecten, intensiveringen of ombuigingen. De Algemene Rekenkamer noemt in haar rapportage van 14 november 2012 twee belangrijke onderwerpen waarbij het niet duidelijk is wat de middelen, plannen en doelen zijn: passend onderwijs en het Actieplan Leerkracht van Nederland. Met betrekking tot het Actieplan Leerkracht: artikel 9 (arbeidsmarkt- en personeelsbeleid) toont een begrotingsbedrag oplopend tot €800 mln, verklaart waaraan dit wordt besteed, maar verklaart in het geheel niet wat er concreet voor wordt teruggekregen of wordt bereikt. inzicht in maatschappelijke effecten: de concretisering van de beleidsinzet in de te leveren prestaties raakt buiten beeld. Door de nadruk op VB en financiële instrumenten, krijgt de Kamer door de nieuwe inrichting van de begroting wel inzicht in de financiële inzet van de minister, maar de beoogde maatschappelijke effecten raken buiten beeld (Algemene Rekenkamer, 14 nov 2012). beleidsdoorlichtingen: deze zijn bijna alle gepland in 2014 en bijna geen in 2013, wat een zorgvuldige Kamerbehandeling in de weg kan staan. Daarnaast heeft de Kamer geen inspraak in de te onderzoeken onderwerpen, terwijl zij hier vanuit haar toeziende rol op de doelmatigheid en doeltreffendheid wel behoefte aan kan hebben. verantwoording van doelmatigheid van subsidies, ZBO’s en RWT’s: hierbij wordt gedoeld op verbeteringen zoals gesuggereerd in het begrotingsonderzoek van 28 november 2012 (P. Duisenberg). behandeling begroting in Kamercommissie: een aantal Commissieleden merkte op dat de begrotingsbehandeling meer ging over de politieke actualiteit dan over de begroting. Hierdoor is mogelijk veel aandacht uitgegaan naar enkele deelgebieden en heeft geen evaluatie plaatsgevonden over de gehele breedte van het beleid of over de voor het gehele werkgebied te stellen doelen en middelen. Voorstellen voor verbetering Onze aanbevelingen komen voort uit de aandachtspunten in de voorgaande paragraaf. Daarnaast doen wij deze aanbevelingen met het oog op het toenemend belang van begroting en verantwoording in deze tijd van verandering. De overkoepelende doelstellingen zijn daarbij uiteindelijk dat we van goed naar excellent onderwijs willen en zoveel mogelijk willen borgen dat onderwijsgeld effectief wordt besteed. De opstellers van dit voorstel zijn van oordeel dat de begroting, naast de financiële verantwoording, ook de beoordeling van doelen, prestaties en doelmatigheid zou moeten faciliteren. Van de 3 W vragen, is in de begroting 2013 met name de derde W aan bod gekomen en de eerste twee in mindere mate. Daarnaast zijn de opstellers van dit voorstel van oordeel dat de werkwijze van de Kamercommissie bij de behandeling van de begroting, als gevolg had dat niet alle gepresenteerde informatie door de Commissie voldoende is benut. Een meer methodische jaarlijkse werkwijze van behandelen van de begroting en verantwoordingsinformatie zal veel toegevoegde waarde hebben in de aansturing en controle van een effectieve overheid. Deze werkwijze vergt een tijdsinvestering door OCW en de Kamercommissie. Het is onze verwachting dat de meeste onderstaande punten kunnen worden gefaciliteerd door bestaande informatie beter voor het voetlicht te brengen. Echter, de organisatie van presentatie van informatie en de voorbereiding van en aanwezigheid bij overleggen, zullen zowel aan OCW als Kamerzijde tijd vragen. Dit is voornamelijk het gevolg van twee extra technische briefings, die worden voorbereid door OCW, aan de hand van richtinggevende vragen door een door de Commissie aangewezen begrotingscommissie. Hiermee komen we op de volgende voorstellen voor verbetering: lange termijn strategie en streefdoelen worden gekoppeld aan korte termijn (jaar)doelen en beleidsartikelen: de begroting bevat een lange termijn (4-5 jaar) financieel-strategisch plan, dit is op hoofdlijnen en bevat (op basis van de vigerende strategie, hoofdlijnenakkoorden en regeerakkoord) projecties van financiële cijfers en niet-financiële streefdoelen en kengetallen (bijvoorbeeld lerarentekorten, leerlingenramingen, aantal vroegtijdig schoolverlaters, rendement etc.). Concreet is het voorstel om een selectieve set monitor streefdoelen zichtbaar te laten aansluiten op de vigerende strategieën, hier doelen voor op te nemen en deze te vertalen naar operationele tussenliggende (jaar)doelstellingen. de streefdoelen (lange termijn en operationeel) komen in het hoofdstuk beleidsagenda en daarnaast in de respectievelijke beleidsartikelen. Daarmee komt ‘’wat wil de minister bereiken’’ beter in beeld, ook per beleidsartikel. Het hoofdstuk beleidsagenda (en bij voorkeur de beleidsartikelen) bevatten naast een uiteenzetting van beleidsvoornemens, zo concreet mogelijk een beperkte set van geplande acties in het begrotingsjaar. Daarmee komt ‘’wat wil de minister gaan doen’’ beter in beeld, bij voorkeur per beleidsartikel. De Commissie OCW kent in haar jaarplanning één extra behandeling van het lange termijn financieel-strategisch plan. Deze heeft de vorm van een technische briefing, waarin de in de begroting geprojecteerde 4-5 jaar financiële cijfers en niet-financiële streefdoelen en kengetallen, worden uiteengezet. Daarnaast kunnen de geplande grote beleidstrajecten hier extra worden toegelicht. Rekening houdend met de gebruikelijke cyclus van begroten, vindt deze behandeling van de strategie plaats bij eerste gelegenheid na publicatie van de Begroting (dus na Prinsjesdag, maar voor de schriftelijke inbreng op de begroting). Om richting te geven aan de inhoud van de technische briefing, bereidt een voorbereidingsgroep (begrotingscommissie) van twee leden (oppositie + coalitie) een aantal vragen voor. grote beleidstrajecten, ombuigingen en intensiveringen worden uitgelicht en gevolgd, zowel financieel als op doelmatigheid/doeltreffendheid: binnen de begroting worden grote beleidstrajecten, ombuigingen en intensiveringen, herkenbaar uitgelicht in de beleidsagenda en in de respectievelijke beleidsartikelen. Deze worden ook bij de verantwoording specifiek behandeld. Dit betreft middelen en effecten. financiële ombuigingen en intensiveringen worden daarnaast uitgelicht en gevolgd in de €46 miljard monitor. doelmatigheid en doeltreffendheid wordt als toets op diverse manieren opgenomen in de gepresenteerde informatie (uitoefening ‘’zacht’’ budgetrecht): de begroting en verantwoording bevat ten aanzien van beleidsdoorlichtingen, Algemene Rekenkamer rapporten, inspectie rapporten met materiële impact een eenvoudige conclusie- of status indicatie, zodat de Commissie in één oogopslag een beeld heeft uit de verschillende bronnen van ‘’assurance’’ . de begroting en verantwoording bevat informatie over de doelmatigheid van subsidies, ZBO’s en RWT’s (zie toezeggingen naar aanleidingen van begrotingsonderzoek 28 nov 2012). de verantwoording bevat informatie die inzicht verschaft in doelmatigheid en doeltreffendheid (kosten en effecten en vergelijkende cijfers op stelselniveau en onderwijssectorniveau, zoals kosten per leerling/student per onderwijssector (bijvoorbeeld ten opzichte van andere top kenniseconomieën, gemiddelden en de scores van de onderste en bovenste 10% instellingen). de Commissie OCW kan periodiek een evaluatie vragen naar de mate waarin de bekostiging voor bepaalde doelstellingen toereikend is (zoals de Algemene Rekenkamer nu doet voor het Actieplan Leerkracht en voor het PO en VO). de commissie OCW kent in haar jaarplanning, voorafgaand aan het verantwoordingsdebat, één extra technische briefing over dit onderwerp: doelmatigheid en doeltreffendheid van het onderwijs. Deze briefing betreft, op basis van het financieel verslag, de Staat van het Nederlands Onderwijs en Trends in beeld (eventueel ook SCP, CPB, Onderwijsraad rapportages), een toelichting op de resultaten in het verantwoordingsjaar, de stand van zaken betreffende de strategie-indicatoren, grote beleidstrajecten, doelmatigheid/doeltreffendheid. Om richting te geven aan de inhoud van de technische briefing, bereidt een voorbereidingsgroep (begrotingscommissie) van twee leden (oppositie + coalitie) een aantal vragen voor. Begrotingscommissie Om richting te geven aan de inhoud van de twee hierboven genoemde technische briefings (zie punt 1 en 3), stellen wij voor dat de vaste Kamercommissie een begrotingscommissie uit haar midden aanwijst (twee leden, uit oppositie en coalitie). Deze begrotingscommissie analyseert de aangeboden documenten in hun samenhang en legt vragen en discussie-onderwerpen voor aan het ministerie. Jaaragenda Kort samengevat worden twee technische briefings toegevoegd en zou het tijdpad gedurende het jaar er dan als volgt uitzien: Prinsjesdag Voorbereidingsgroep/begrotingscommissie (minimaal 2 rapporteurs, coalitie/oppositie) bereidt onderstaande briefing voor door vaststellen van de key issues en de belangrijkste vragen t.a.v. strategie-/jaardoelen, grote beleidstrajecten en begroting (eind september) Technische briefing kort na Prinsjesdag waarin de lange-termijn-strategie (voortaan opgenomen in hoofdstuk beleidsagenda in de begroting) in relatie tot de jaardoelen, begroting en grote beleidstrajecten wordt toegelicht (begin oktober) Feitelijke vragenlijst bij de begroting (medio oktober) Plenaire begrotingsbehandeling OCW (eind november / begin december) Verantwoordingsdag Voorbereidingsgroep/begrotingscommissie (minimaal 2 rapporteurs, coalitie/oppositie) bereidt onderstaande briefing voor door vragen op te stellen over stand van zaken betreffende strategie-indicatoren, grote beleidstrajecten, doelmatigheid/doeltreffendheid (Onderwijsverslag, financieel verslag, Trends in Beeld, CPB- en SCP-rapporten, etc.) (eind mei) Technische briefing Doelmatigheid en doeltreffendheid (nav Onderwijsverslag, financieel verslag, Trends in Beeld, CPB- en SCP-rapporten, etc.) (eind mei) Feitelijke vragenlijst bij het financieel jaarverslag OCW (eind mei, begin juni) Verantwoordingsdebat OCW (in WGO) (eind juni) Tot slot De opstellers van dit document zijn van mening dat deze voorstellen bijdragen aan: focus op doelmatige besteding van onderwijsgeld en het consistent nastreven van de strategische doelen voor het onderwijs in Nederland; een betere begrotings- en verantwoordingscyclus en uitoefening van budgetrecht en controlerende verantwoordelijkheid van de Kamer. Wij hebben geprobeerd zo pragmatisch mogelijk gebruik te maken van bestaande informatie en te werken binnen de bestaande begrotingscyclus en VB methodiek. Hierdoor denken wij dat de additionele tijdsinvestering door OCW en de Kamercommissie beperkt kan blijven. Tot slot willen wij benadrukken dat het hanteren van strategische streefdoelen en tussenliggende (jaar)doelstellingen, van de Kamercommissie zal vragen om begrip dat dit soort cijfers niet exact zijn en met een bandbreedte beschouwd zullen moeten worden. INTERN GEBRUIK Memorandum aan De leden en plv leden van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap van P. Duisenberg en P. van Meenen datum 15 februari 2013 onderwerp EVALUATIE BEGROTING 2013 – VOORSTEL VERFIJNING TECHNIEK VERANTWOORD BEGROTEN OCW te betrekken bij OCW-procedurevergadering d.d. 7 maart 2013 PAGE \* Arabic \* MERGEFORMAT 1 datum 4 februari 2013 betreft VERFIJNING TECHNIEK VERANTWOORD BEGROTEN OCW PAGE \* Arabic \* MERGEFORMAT 8