[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

33582 Av RvSt inzake Wijziging van de Gemeentewet in verband met de verruiming van de bevoegdheid van de burgemeester tot de inzet van cameratoezicht

Wijziging van de Gemeentewet in verband met de verruiming van de bevoegdheid van de burgemeester tot de inzet van cameratoezicht

Advies Afdeling advisering Raad van State

Nummer: 2013D11734, datum: 2013-03-19, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2013Z05461:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


No.W03.13.0009/II	's-Gravenhage, 8 februari 2013

Bij Kabinetsmissive van 18 januari 2013, no.13.000082, heeft Uwe
Majesteit, op voordracht van de Minister van Veiligheid en Justitie,
mede namens de

Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelatie, bij de Afdeling
advisering van de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het
voorstel van wet tot wijziging van de Gemeentewet in verband met de
verruiming van de bevoegdheid van de burgemeester tot de inzet van
cameratoezicht, met memorie van toelichting.

Het voorstel strekt ertoe een flexibele inzet van camera’s ten behoeve
van de handhaving van de openbare orde mogelijk te maken. Daartoe wordt
artikel 151c van de Gemeentewet aangepast, waarin thans het gebruik van
vaste camera’s is geregeld.

De Afdeling advisering van de Raad van State onderschrijft de strekking
van het wetsvoorstel, maar maakt daarbij de volgende kanttekening.

1.	Reikwijdte van het voorstel

Het voorstel strekt ertoe een flexibele inzet van camera’s door de
burgemeester mogelijk te maken. Naast het begrip flexibel cameratoezicht
wordt in de memorie van toelichting het begrip mobiel toezicht gebezigd.
Beide termen worden als synoniemen gebruikt.

Blijkens de toelichting is het doel van het voorgestelde
flexibele/mobiele cameratoezicht om een gemakkelijke verplaatsing van de
camera’s binnen een bepaald gebied ten behoeve van de handhaving van
de openbare orde mogelijk te maken. Niet duidelijk is echter welke
camera’s voor dat doel ingezet kunnen worden. Zo wijst ook de VNG erop
dat op basis van het voorstel elke bestaande vorm van cameratoezicht
mogelijk lijkt: zowel mobiele camera’s – dat wil zeggen gemakkelijk
verplaatsbare – camera’s die een vaste plaats hebben (bijvoorbeeld
bevestigd aan een lantaarnpaal) als echt mobiele camera’s (zoals in
auto’s, op vliegende drones of op helmen van politiemedewerkers). Ook
de Raad voor de rechtspraak wijst op de onduidelijkheid van de
reikwijdte van de voorgestelde wettelijke regeling en stelt de vraag of
bijvoorbeeld ook handcamera’s door de gemeentelijke toezichthouders,
bijvoorbeeld vanuit een auto, ingezet kunnen worden. In reactie op het
advies van de Raad op dit punt wordt in de toelichting gesteld dat het
voorstel niet voorziet in technische voorschriften met betrekking tot de
camera’s. Wel, zo stelt de toelichting, volgen er beperkingen uit de
eis dat cameratoezicht altijd proportioneel dient te zijn. 

De Afdeling acht het van belang dat de reikwijdte van de voorgestelde
regeling  duidelijk is, zowel voor de gemeenten als voor de burgers. De
toelichting wekt de indruk dat elk type camera’s ingezet kan worden
mits aan de eis van proportionaliteit is voldaan. In de toelichting ware
te verduidelijken of deze indruk juist is. Zo niet, dan adviseert de
Afdeling toe te lichten welk type mobiele camera’s wel en welk niet
onder de reikwijdte van het voorstel valt. 

2.	Voor een redactionele kanttekening verwijst de Afdeling naar de bij
het advies behorende bijlage.

De Afdeling advisering van de Raad van State geeft U in overweging het
voorstel van wet te zenden aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal,
nadat aan het vorenstaande aandacht zal zijn geschonken.

De vice-president van de Raad van State, 

Bijlage bij het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State
betreffende no.W03.13.0009/II met een redactionele kanttekening die de
Afdeling in overweging geeft.

De voorgestelde wijziging van het derde lid (nieuw) schrappen. Hetgeen
wordt voorgesteld is reeds geregeld (Stb. 2012, 316).

 Advies van 27 september 2012, blz. 2.

 Advies van 26 september 2012, blz. 2.

 Memorie van toelichting, paragraaf 7.

 Vgl. de voorbeelden genoemd in paragraaf 4.1. van de Memorie van
Toelichting

 PAGE   2 

  PAGE  2 

 PAGE   I 

AAN DE KONINGIN

........................................................................
...........