[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Reactie op de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep (CRvB) van 25 maart 2013 in de zaak van de heer M.

Brief regering

Nummer: 2013D14669, datum: 2013-04-09, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2013Z07081:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 9 april 2013

Op 28 maart jl. heeft de vaste commissie voor Defensie (VCD) mij
verzocht om een reactie op de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep
(CRvB) van 25 maart jl. in de zaak van de heer M. Tevens verzocht de
commissie mij in te gaan op de uitwerking van de uitspraak op andere
zaken (kenmerk 2013Z06276/2013D13124). Met deze brief voldoe ik aan dit
verzoek.

De CRvB – de hoogste (militaire) ambtenarenrechter – heeft op 25
maart jl. geoordeeld dat de heer M. direct na zijn missie in Srebrenica
in 1995 te weinig nazorg aangeboden heeft gekregen. Het nazorgbeleid als
zodanig is niet ter discussie gesteld. 

Nu Defensie aansprakelijk is gehouden zal zij zo spoedig mogelijk met de
heer M. in gesprek gaan over het vaststellen van de schade. De heer M.
moet daartoe binnen ÊÊn maand na de uitspraak zijn schadeclaim
indienen bij Defensie. Defensie moet binnen drie maanden na de uitspraak
een besluit nemen. 

Deze uitspraak geeft duidelijkheid voor de heer M. Voor andere
aansprakelijkheidszaken laat ik per geval beoordelen of, en zo ja in
welke mate, de schadeclaim zal worden gehonoreerd.

Volgens de rechter was de nazorg die de heer M. vanaf augustus 1996 is
geboden wel op orde. Defensie heeft lessen getrokken uit de ervaringen
na de val van Srebrenica. De kwaliteit van de zorg voor veteranen is een
voortdurend punt van aandacht.

De minister van Defensie, 

J.A. Hennis-Plasschaert