[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Inbreng verslag schriftelijk overleg over het onderzoek betreffende het overlijden van de heer Dolmatov in Detentiecentrum Rotterdam

Inbreng verslag schriftelijk overleg

Nummer: 2013D16083, datum: 2013-04-16, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2013Z07572:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


2013Z07572 	Onderzoek betreffende het overlijden van de heer Dolmatov in
Detentiecentrum Rotterdam

Nr. 	Verslag van een schriftelijk overleg

Vastgesteld …

De vaste commissie voor Veiligheid en Justitie heeft een aantal vragen
ter beantwoording voorgelegd aan de staatssecretaris van Veiligheid en
Justitie over de brief van de staatssecretaris van Veiligheid en
Justitie inzake het onderzoek betreffende het overlijden van de heer
Dolmatov in Detentiecentrum Rotterdam (2013Z07572).

Bij brief van ... heeft de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie
deze vragen beantwoord. Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt.

De voorzitter van de commissie,

Jadnanansing

Adjunct-griffier van de commissie,

Hessing-Puts

Inhoudsopgave

I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties

	1. Vragen en opmerkingen van de VVD-fractie

	2. Vragen en opmerkingen van de PvdA-fractie

	3. Vragen en opmerkingen van de PVV-fractie

4. Vragen en opmerkingen van de fracties van de SP, CDA, D66,
ChristenUnie en GroenLinks

5. Vragen en opmerkingen van de SGP-fractie

II. Reactie van de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie

I. Vragen en opmerkingen vanuit de fracties

1. Vragen en opmerkingen van de VVD-fractie

De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling en waardering
kennisgenomen van het rapport van de Inspectie Veiligheid & Justitie
(IV&J) inzake het overlijden van de heer Dolmatov in het Detentiecentrum
Rotterdam. Zij betreuren het overlijden van de heer Dolmatov en leven
ten zeerste mee met zijn familie. Deze leden hechten eraan dat in een
debat de conclusies en aanbevelingen van de Inspectie alsmede de
beleidsreactie kunnen worden besproken. Alle aanbevelingen van de IV&J
worden overgenomen en zijn in de beleidsreactie betrokken. Met het oog
op het debat hebben voornoemde leden een aantal vragen.

De leden van de VVD-fractie vragen of u de overtuiging heeft dat de
geconstateerde problemen bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND)
door het uitvoeren van de door de IV&J geformuleerde aanbevelingen
adequaat worden opgelost.

Zien deze leden het goed dat de Nationale Ombudsman ten behoeve van het
rapport “Overlijden in detentie” uit 2012 de zorgverlening aan
gedetineerden niet rechtstreeks heeft onderzocht, maar wel verwijst naar
een rapport uit 2009 van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) en
concludeert dat de aldaar geconstateerde problemen met de
informatieoverdracht ook in 2012 een knelpunt lijken te zijn?

Welke maatregelen zijn genomen na het rapport in 2009 en – zo nodig
– na de opmerkingen van de Nationale Ombudsman in 2012?

Voornoemde leden merken op dat in het voorliggende inspectierapport
wordt geconstateerd dat de vreemdelingenketen baat zou hebben bij het
waarborgen van invoerdiscipline bij de ketenpartners. Voorziet de
beleidsreactie in een adequate oplossing van dit probleem?

Deze leden vragen hoe wordt geborgd dat het bewustzijn rond de
verantwoordelijkheden niet ophoudt bij de grenzen van de eigen
organisatie en, daarmee samenhangend, met welke concrete maatregelen zal
u de regie in de vreemdelingenketen zal borgen?

De aan het woord zijnde leden vragen of het juist is dat de Nationale
Ombudsman in het rapport “Vreemdelingenbewaring” uit 2012 aanbeveelt
isoleercellen zo min mogelijk te gebruiken en, verwijzend naar eerdere
rapporten, concludeert dat redelijk terughoudend wordt omgegaan met het
opleggen van afzonderingsmaatregelen.

Hoeveel cellen met cameratoezicht zijn in het Detentiecentrum Rotterdam
aanwezig en hoe wordt het cameratoezicht uitgevoerd?

De leden van de VVD-fractie vragen of het juist is dat de IGZ in 2009
ten aanzien van vreemdelingenbewaring concludeerde dat de zorg zodanig
is georganiseerd dat het bieden van verantwoorde en veilige zorg
mogelijk is.

Zien deze leden het juist dat in het rapport van de Inspectie voor de
sanctietoepassing uit januari 2012 wordt geconcludeerd dat
Detentiecentrum Rotterdam de uitvoering en het beleid van de medische
zorg goed op orde heeft? Klopt het dat in dit rapport geen aanbevelingen
worden gedaan ten aanzien van informatieoverdracht en/of andere
problemen rond het aanbieden van medische zorg?

Klopt het dat in voornoemd rapport ook wordt geconcludeerd dat de
medische intake binnen 24 uur plaatsvindt en de screening overwegend aan
de normen en verwachtingen van de inspectie voldoet?

Voornoemde leden vragen of de IGZ in maart 2010 heeft beoordeeld of het
plan van aanpak naar aanleiding van het rapport uit 2009 conform
afspraak is uitgevoerd.

Welke maatregelen heeft u na 17 januari 2013 genomen? Welke van deze
maatregelen zijn genomen naar aanleiding van het voorliggende
inspectierapport en welke maatregelen moeten nog genomen worden omdat
deze een lange(re) implementatietermijn kennen?

Ten aanzien van deze laatste categorie van maatregelen vernemen deze
leden graag op welke termijn u meent dat het beleid zal zijn
geëffectueerd en welk tijdpad daartoe wordt gehanteerd.

De aan het woord zijnde leden vragen of het juist is dat de raadsman van
de heer Dolmatov het beroepschrift op de laatst mogelijke avond heeft
ingediend. Is het gangbaar dat advocaten in het vreemdelingenrecht
beroepschriften op de laatste dag en wel op de laatste avond indienen?
Is er een richtlijn voor het indieningstijdstip van het beroepschrift en
wordt ten aanzien van die termijn nog rekening gehouden met een weekend?


Deze leden vragen waarom het Centraal Inschrijfbureau Vreemdelingenzaken
(CIV) niet zes of zeven dagen in de week bemenst is indien er ook ’s
avonds en in het weekend beroepschriften worden ingediend. Hoeveel
beroepschriften worden zonder machtiging van de vreemdeling ingediend?
Wat is de juridische status van een dergelijk beroepschrift?

De leden van de VVD-fractie vragen of het klopt dat er door de IV&J niet
met de piketadvocaat van de heer Dolmatov werd gesproken. Wat was
hiervan de reden? Heeft de piketadvocaat geïnformeerd bij de heer
Dolmatov of hij een eigen advocaat had? Zo ja, wat was zijn antwoord op
die vraag? Bestaat er voor advocaten een verplichting door te verwijzen
naar een eerder in de arm genomen advocaat als die voor de betreffende
cliënt optreedt? Mag worden verwacht dat er tussen beide advocaten
overleg gepleegd wordt in dit soort gevallen? Is of zal er overleg
worden gepleegd met de verantwoordelijke deken van de Orde van Advocaten
over de wijze waarop de betrokken piketadvocaat de dienstverlening heeft
ingevuld gegeven het oordeel van de IV&J dat er sprake zou zijn geweest
van een opvallend passieve houding?

2. Vragen en opmerkingen van de PvdA-fractie

De leden van de PvdA-fractie vragen op welke momenten, vanaf de
asielaanvraag tot het overlijden, op welke wijze en met welke inhoud u
in persoon op de hoogte bent gesteld van informatie rondom de heer
Dolmatov. Wat heeft u met die informatie gedaan?

Voornoemde leden vragen of er naar uw mening in de vreemdelingenketen
voldoende rekening wordt gehouden met de menselijke maat, dat wil zeggen
dat er niet door systemen, het afvinken van bullits enzovoorts maar door
mensen naar de persoonlijke omstandigheden van de vreemdeling in kwestie
wordt gekeken? Zo ja, waaruit blijkt dat en hoe verhoudt zich dat tot de
bevindingen in het rapport naar aanleiding van het overlijden van de
heer Dolmatov? Zo nee, op welke punten schort het aan die menselijke
maat en hoe gaat u er voor zorgen dat die er wel komt?

De aan het woord zijnde leden vragen of u na het overlijden van de heer
Dolmatov en in aansluiting bij het rapport van de Nationale Ombudsman
naar het overlijden in detentie (dat zich beperkte tot penitentiaire
inrichtingen), aanleiding ziet om onderzoek te (laten) doen naar
overlijdens binnen de detentie- en uitzetcentra voor vreemdelingen. Zo
ja, op welke termijn gaat u dit onderzoek starten? Zo nee, waarom niet?

Gaat de IV&J die een coördinerende rol op zich neemt bij sterfgevallen
in detentie, die rol ook krijgen ten aanzien van vreemdelingendetentie?

Deze leden vragen of er sprake is van wet- of regelgeving ten aanzien
van de privacy waardoor de overdracht van het dossier van de heer
Dolmatov tussen de betrokken autoriteiten niet volledig kon zijn. Zo ja,
op welke punt botst de privacy wet- en regelgeving met het samenstellen
en overdragen van dergelijke dossiers? 

De leden van de PvdA-fractie vragen hoe het komt dat de onduidelijkheid
over het al dan niet aanvinken van de status van rechtmatig verblijf en
de verwijderbaarheid van vreemdelingen  in INDiGO in de periode medio
2011 - februari 2013 zo lang kon duren. Kan derhalve worden
geconcludeerd dat asielzoekers die beroep hebben ingesteld tegen de
afwijzing van hun asielaanvraag, in deze periode ten onrechte als
verwijderbaar zijn geregistreerd in INDiGO? Zo ja, in hoeveel gevallen?
Kunt u dit toelichten? Zijn er daardoor ook meer vreemdelingen ten
onrechte in bewaring gesteld? Zo ja, hoeveel? Is de betreffende
onduidelijkheid inmiddels  weggenomen? Zijn er in de afgelopen drie jaar
vreemdelingen verwijderd die feitelijk (en dus niet volgens INDiGO) niet
verwijderbaar zijn? Zo ja, hoeveel? Kunt u al deze individuele zaken
beschrijven waarin vreemdelingen zijn uitgezet terwijl ze feitelijk nog
over een verblijfstitel beschikten? Kunt u beschrijven wat vervolgens
met deze mensen is gebeurd? Hoeveel mensen zijn teruggehaald c.q.
teruggekeerd naar Nederland? Wat is er gebeurd met de mensen die ten
onrechte zijn uitgezet en niet zijn teruggekeerd naar Nederland?

Op welk moment was het departement op de hoogte van het probleem met het
vinkje en het feit dat daardoor ten onrechte in de systemen staat
vermeld dat mensen verwijderbaar zijn die dat niet zijn? Kunt u exact
beschrijven welke actie op basis daarvan is ondernomen om dit probleem
te herstellen, dan wel om te voorkomen dat dit probleem tot onterechte
detentie of uitzetting zou leiden? Kunt u exact beschrijven op welke
wijze nagegaan is of het probleem was opgelost ofwel zodanig was
opgevangen dat daardoor geen onterechte detentie of verwijdering zou
kunnen plaatsvinden?

Voornoemde leden vragen wanneer u persoonlijk voor het eerst op de
hoogte bent gesteld van de problemen met het vinkje? Kunt u exact
beschrijven welke actie u daarop heeft ondernomen? Kunt u exact
beschrijven op welke wijze u bent nagegaan of de door u in gang gezette
acties het beoogde effect hebben gehad?

Op welk moment was het departement voor het eerst op de hoogte dat er
sprake was van problemen met de uitwisseling van informatie over
vreemdelingen die in bewaring werden gesteld, waardoor in de
informatiesystemen geen betrouwbaar dossier beschikbaar is over de
persoon die in bewaring genomen wordt? Welke actie is daarop ondernomen
en wanneer is nagegaan of deze acties tot verbetering leidden?

Op welk moment bent u persoonlijk voor het eerst op de hoogte gesteld
dat er sprake was van problemen met de uitwisseling van informatie over
vreemdelingen die in bewaring werden gesteld waardoor in de
informatiesystemen geen betrouwbaar dossier beschikbaar is over de
persoon die in bewaring genomen wordt? Welke actie heeft u daarop
ondernomen en kunt u beschrijven hoe u bent nagegaan of deze acties tot
verbetering leidden?

De aan het woord zijnde leden vragen of u de mening deelt dat bij
wijzigen van een verwijderbaarheidstitel van een vreemdeling niet meer
automatisch en zonder een inhoudelijke beoordeling mogelijk moet zijn.
Zo ja, hoe gaat u hier gevolg aan geven? Zo nee, waarom niet?

Deze leden vragen waarom de hulpofficier van justitie die in het
arrestantencomplex was om in het kader van de vreemdelingenbewaring de
heer Dolmatov te horen geen contact heeft gehad met de piketadvocaat
waarmee de heer Dolmatov heeft gesproken? Waarom was er bij het verhoor
geen (piket)advocaat aanwezig? 

De leden van de PvdA-fractie constateren dat de hulpofficier van
justitie verkeerde bullits heeft aangevinkt met betrekking tot de
behoefte aan een advocaat en de aanwezigheid daarvan bij het verhoor.
Hoe komt het dat de verkeerde bullits zijn aangevinkt? 

Deze leden vragen of u kunt aangeven welke beperkingen een piketadvocaat
heeft in vergelijking met de eigen advocaat van de vreemdeling, om zijn
zaak volledig en maximaal te kunnen behartigen. Is de effectieve
rechtsbescherming voor de vreemdeling minder indien gebruik moet worden
gemaakt van een piketadvocaat? Hoe beoordeelt u dat verschil in zaken
waar ingrijpende beslissingen als vreemdelingenbewaring in combinatie
met cruciale persoonlijke omstandigheden aan de orde zijn? Hoort een
piketadvocaat bij een goede uitoefening van zijn functie contact op te
nemen met de eigen advocaat in het geval die er kenbaar is?

Voornoemde leden vragen of u de mening deelt dat in het geval van
mogelijke inbewaringstelling altijd onmiddellijk effectieve
rechtsbijstand moet worden geboden en dat ook een rechtelijke toets van
de rechtmatigheid van de bewaring zo snel mogelijk moet plaatsvinden,
bij voorkeur standaard binnen 48 uur. Bent u bereid hier onderzoek naar
te doen?

De aan het woord zijnde leden vragen of u de mening deelt dat er
behoefte is aan een integraal informatiesysteem binnen de
vreemdelingenketen, waarop alle betrokken organisaties zijn aangesloten
en dat actuele (real-time) en accurate informatie bevat. Zo ja, hoe gaat
u hier gevolg aan geven? Zo nee, waarom niet? Hoe kan er worden
vertrouwd op een systeem dat niet of in ieder geval niet-tijdig de
juiste informatie geeft? Hoe wordt gecontroleerd dat de bestaande
informatie binnen de vreemdelingenketen accuraat is?

De leden van de PvdA-fractie vragen hoe het komt dat er ondanks het feit
dat er een nieuw M118-formulier is gekomen, juist met het doel om meer
duidelijkheid over kenmerken en gedrag van een vreemdeling te
verschaffen, toch nog het oude formulier wordt gebruikt. Waarom zijn de
aanbevelingen van de Commissie Integraal Toezicht Terugkeer (CITT)
hieromtrent niet opgevolgd? Hoe komt het dat Vreemdelingenpolitie van de
Eenheid Rotterdam in de zaak Dolmatov, in zijn algemeenheid nog altijd
gebruik maakt van het oude M118-formulier? Is het waar dat de gehele
Nationale Politie nog steeds het oude formulier gebruikt? Zo ja, waarom?

Betekent het gebruik van het oude formulier dat mede daardoor er nog
steeds te weinig zicht kan zijn op de kenmerken en het gedrag van een
vreemdeling? Zo ja, hoe gaat u er voor zorgen dat het nieuwe formulier
onmiddellijk door alle betrokken partijen gaat worden gebruikt?

Hoe gaat u er voor zorgen dat het M118-formulier voortaan wel als
groeidocument wordt gebruikt zodat opeenvolgende partners in de
vreemdelingenketen voortaan wel op de hoogte zijn van relevante
informatie met betrekking tot de vreemdeling?

Deze leden vragen of u de mening deelt dat, afgezien van de
onrechtmatigheid van de bewaring van de heer Dolmatov, er in dit geval
ook geen noodzaak bestond om hem in detentie te plaatsen. Waarom is niet
gebruik gemaakt van een lichter alternatief? Kunt u bij dit antwoord
betrekken dat hij forse psychische problemen had, zijn beroepstermijn
nog maar juist was verstreken, er geen indicaties waren dat hij zich zou
onttrekken aan toezicht en hij geen gevaar was voor de openbare orde?

Voornoemde leden vragen of u bereid bent in de toepassing van uw beleid
voor het in bewaring te stellen van vreemdelingen mee te wegen dat een
inbewaringneming voor een uitgeprocedeerde asielzoeker een buitengewoon
traumatiserende ervaring kan zijn en dat daarbij ernstige gevoelens van
depressie en uitzichtloosheid kunnen ontstaan. Zo ja, op welke wijze?

De aan het woord zijnde leden vragen op welke wijze en wanneer de
adviezen van de  rapporten van de Ombudsman "Overlijden in detentie" en
"Vreemdelingenbewaring, strafregime of maatregel om uit te zetten"
worden opgevolgd. Is er anderszins gevolg aan deze rapporten gegeven? Op
welke wijze is invulling gegeven aan de brief van de Ombudsman van 23
januari 2013? 

3. Vragen en opmerkingen van de PVV-fractie

De leden van de PVV-fractie hebben kennisgenomen van de brief van de
staatssecretaris van Veiligheid en Justitie inzake het onderzoek
betreffende het overlijden van de heer Dolmatov in Detentiecentrum
Rotterdam. Naar aanleiding daarvan hebben deze leden enkele vragen.

Uit het rapport van de IV&J blijkt dat er sprake is van problemen rond
INDiGO. Een basisgegeven als het feit of een vreemdeling al dan niet
rechtmatig in Nederland verblijft, blijkt niet correct in het systeem
verwerkt te kunnen worden.

De leden van de PVV-fractie vragen hoe het aan de oppervlakte komen van
een dergelijke bijzonder ernstige tekortkoming zich verhoudt tot de
stelling van de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie in zijn
brief van 19 februari 2013 dat het streven dat INDiGO in 2012 het
primaire systeem van de IND zou worden is behaald, nu gebleken is dat
zelfs elementaire gegevens niet op de juiste wijze in het systeem
blijken te zijn geregistreerd en verwerkt.

Tevens vragen deze leden of INDiGO wel in staat is om op betrouwbare
wijze te functioneren, nu is gebleken dat zelfs de geregistreerde
standaardgegevens inzake een vreemdeling en diens procedure niet blijken
te deugen. Graag ontvangen zij hierop een reactie.

Tenslotte vragen voornoemde leden of u erkent dat in INDiGO ook andere
registratiefouten plaatsvinden met betrekking tot bijvoorbeeld het al
dan niet rechtmatig in Nederland verblijven van vreemdelingen. 

4. Vragen en opmerkingen van de fracties van de SP, CDA, D66,
ChristenUnie en GroenLinks

De leden van de fracties van SP, CDA, D66, ChristenUnie en GroenLinks
hebben de volgende vragen over het rapport “Het overlijden van
Alexander Dolmatov” en de brief die de staatssecretaris naar
aanleiding hiervan naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.

Bent u altijd volledig en tijdig geïnformeerd over de problematiek in
de vreemdelingenketen en dat er in strijd met wettelijke vereisten wordt
gehandeld door zijn ambtenaren? Zo ja, wanneer, door wie en hoe? Kan
hier een feitenrelaas van worden gegeven?

Voornoemde leden vragen hoe vaak en waarom het tussen medio 2011 en
februari 2013 is voorgekomen dat de (voorzieningen)-rechter heeft
besloten om mensen terug te halen die onterecht zijn uitgezet. Hoe vaak
en waarom is het voorgekomen dat mensen ten onrechte in d
vreemdelingenbewaring zijn terechtgekomen? Hoeveel van deze gevallen
zijn veroorzaakt door omissies en onzorgvuldigheden zoals die in
bovengenoemd rapport aan de orde zijn gekomen?

Deze leden vragen of de veiligheidsdiensten betrokken zijn geweest bij
de zaak Dolmatov? Zo ja, welke rol hebben zij hierin gespeeld? Heeft
Nederland gedurende de asielprocedure contact gehad met Rusland over de
heer Dolmatov? Is er tijdens het bezoek van President Poetin aan
Nederland over deze zaak gesproken? Wat was de reactie van de Russische
autoriteiten op het rapport? Wanneer is deze ontvangen?

Het rapport dateert 28 maart 2013. Waarom kreeg de Kamer het rapport pas
op 12 april 2013?

De aan het woord zijnde leden vragen wat de gevolgen zijn van het
Masterplan Dienst Justitiële Inrichtingen 2013-2018, waarin forse
bezuinigingen zijn aangekondigd op inrichtingen en personeel, voor de
zorgvuldigheid en de kwaliteit van de behandeling van gedetineerde
vreemdelingen en de medische zorg. Op welke wijze brengt dit plan de
menselijke maat in het vreemdelingenbeleid in het algemeen en de
detentie van vreemdelingen in het bijzonder, dichterbij? Waarom is niet
eerder overgegaan tot het uitbreiden en verbeteren van de centrale
ketenvoorziening, terwijl al langer bekend is dat systemen niet altijd
goed aan elkaar gekoppeld zijn? 

De leden van de fracties van de SP, CDA, D66, ChristenUnie en GroenLinks
constateren dat verschillende organisaties die belast zijn met de
vreemdelingentaak allemaal in verschillende stadia van digitalisering
verkeren. Daardoor duurt het enige jaren tot eenduidige
informatie-uitwisseling. Wordt erkend dat de digitalisering direct op
eenduidige wijze had moeten gebeuren? Hoe wordt in de toekomst voorkomen
dat dat men afhankelijk wordt van de systemen, vooral wanneer zij aan
elkaar gekoppeld zijn?

Deze leden vragen op welke wijze voor de uitkomsten van het rapport over
het overlijden van de heer Dolmatov controle werd uitgevoerd op de
naleving van de afspraken omtrent de overdracht van (medische) dossiers
van vreemdelingen aan detentiecentra. Klopt het dat het beleid rond
suïcidepreventie in detentiecentra niet wordt aangepast? Zo ja, waarom
niet? Waarom is er niet voor gekozen om psychologen pro-actiever te
laten handelen, als duidelijk is dat vreemdelingen met suïcidale
neigingen wordt binnengebracht en dus dat deze vreemdelingen direct met
een psycholoog kunnen praten na binnenkomst en er niet standaard een
verpleegkundige tussen zit als dit volgens een psycholoog niet nodig is?

Hoe komt het dat er een spanning is ontstaan tussen werken met
protocollen en professionele verantwoordelijkheid? Kwam dit bijvoorbeeld
door werkdruk, complexe wet- en regelgeving, of wellicht door de cultuur
die heerst bij ketenpartners?

Voornoemde leden constateren dat u maandag in een interview aangaf dat u
een verschil ziet tussen wat je een bewindspersoon met toerekenen en wat
je hem moet aanrekenen. Kunt u aangeven in hoeverre u zich
verantwoordelijk voelt voor de handelswijze van de verschillende
instanties in de vreemdelingenketen specifiek met betrekking tot de heer
Dolmatov en in zijn algemeenheid? Kunt u aangeven in hoeverre u zich
verantwoordelijk voelt voor het onzorgvuldig handelen door verschillende
organisaties in de vreemdelingenketen? Kunt u aangeven wat u precies
moet worden toegerekend en wat u moet worden aangerekend met betrekking
tot de behandeling van de heer Dolmatov en zijn overlijden?

Deze leden constateren dat in uw reactie van 21 december 2012 op het
rapport van de Nationale Ombudsman over vreemdelingendetentie, u aangaf
dat het Nederlands beleid betreffende vreemdelingenbewaring in
overeenstemming is met internationaal geldende mensenrechten en het
inzetten van vreemdelingenbewaring als uiterst middel reeds praktijk is.
U wist op dat moment al van de problemen in de vreemdelingenketen onder
andere met het systeem INDiGO, waardoor mensen onterecht in
vreemdelingendetentie terechtkwamen en uiteindelijk uitgezet zijn. Bent
u bereid uw eigen reactie op het rapport van de Nationale Ombudsman te
herzien, mede in het licht van het verschenen onderzoek van de IV&J naar
het overlijden van de heer Dolmatov, dat verschillende systeemomissies
bloot heeft gelegd?

De IV&J constateert dat er een te grote afhankelijkheid is van de
systemen, procedures en formulieren. Hieruit blijkt dat niet alleen
maatregelen nodig zijn om (het gebruik van) de systemen, procedures en
formulieren beter te stroomlijnen en gebruiken, maar dat het ook nodig
is dat de afhankelijkheid van de systemen, procedures en formulieren
aanzienlijk vermindert. Hoe bent u van plan dit aan te pakken?

De leden van de fracties van de SP, CDA, D66, ChristenUnie en GroenLinks
merken op dat de IV&J constateert dat de systeemomissies die aan het
licht zijn gekomen in het onderzoek voor een belangrijk deel bekend zijn
bij de betrokken ketenpartners. Kunt u aangeven van welke omissies u op
welk moment op de hoogte bent gesteld en op welke manier u heeft
getracht deze omissies aan te pakken? 

Deze leden vragen hoe vaak het gebeurt dat advocaten eigenstandig een
beroepschrift indienen zonder dat de betrokken vreemdeling hiervan weet
heeft. Is expliciete toestemming van de vreemdeling hiervoor niet nodig?

Waarom is het landelijke interne systeem van de rechtbanken (BERBER-VK)
niet gekoppeld aan de systemen die de partners in de vreemdelingenketen
gebruiken?

Voornoemde leden merken op dat de IV&J heeft vastgesteld dat de IND
tussen medio 2011 en februari 2013 in een voor de IV&J onbekend aantal
gevallen heeft verzuimd in INDiGO in te voeren dat een ingesteld beroep
in de verlengde asielprocedure opschortende werking heeft. Hoe kan het
dat er in de periode, dus gedurende anderhalf jaar, onduidelijkheid
bestond over het al dan niet aanvinken van de rechtsmiddelentermijn in
INDiGO? Wie was hiervan op de hoogte? Was u op de hoogte van dit
uitvoeringsprobleem? 	Waarom is er pas op 22 februari 2013 een maatregel
genomen en waarom is de Kamer hier niet gelijk van op de hoogte gesteld?
Waarom is er in de driemaandelijkse rapportage over INDiGO nooit
gerapporteerd over de mogelijke risico’s voor zorgvuldige
besluitvorming door onduidelijkheid bij het gebruik van het systeem voor
de medewerkers? Is er bij de implementatie van INDiGO voldoende aandacht
voor zorgvuldige besluitvorming en het belang van juiste en volledige
invoering van informatie in het systeem? Op welke wijze werd
opschortende werking in INDIS aangegeven? Waren daar toen ook al
problemen mee? Zo ja, kunt u deze toelichten? Hoe is het mogelijk dat de
IV&J niet kan vaststellen in hoeveel gevallen dit probleem zich heeft
voorgedaan? Beschikt u wel over deze cijfers? Wordt hier aanvullend
onderzoek naar gedaan? Zo ja, door wie? 

De leden van de fracties van de SP, CDA, D66, ChristenUnie en GroenLinks
 constateren dat de partners in de keten zich ervan bewust zijn dat het
niet mogelijk is de beschikbare informatie real-time aan alle
ketenpartners aan te bieden, maar laten zich hier in hun handelen
desondanks toch door leiden. Is hier sprake van ernstige nalatigheid? Zo
nee, waarom niet? Waarom is de vreemdelingenketen niet in staat om de
binnen de keten beschikbare informatie real-time aan alle ketenpartners
aan te bieden? Hoe beoordeelt u het gegeven dat de partners in de keten
zich hiervan bewust zijn, maar zich hier in hun handelen desondanks toch
door laten leiden? Hoe beoordeelt u de constatering dat de wetenschap
bij ketenpartners dat de actualiteitswaarde van de (eigen) systemen soms
beperkt is en dat beroepschriften vaak pas op het laatste moment worden
ingediend, niet leiden tot extra zorgvuldigheid bij de ketenpartners? 

Voornoemde leden merken op dat de heer Dolmatov geen gebruik heeft
kunnen maken van de mogelijkheid om een voorkeursadvocaat te noemen. Is
er sprake van een eenmalig incident of komt het vaker voor dat de
juridische rechten van vreemdelingen worden geschonden? Hoe vaak is dit
al voorgekomen? In hoeverre is hier sprake van de gangbare handelswijze
van de organisatie?

Na de suïcidepoging van de heer Dolmatov wordt om voor de IV&J
onduidelijke redenen afgezien van het inschakelen van de forensisch
arts. Wie was er verantwoordelijk voor deze afweging? 

Uit het onderzoek van de IV&J blijkt dat op verschillende momenten is
afgeweken van de geldende richtlijnen en geen forensisch arts is
ingeschakeld. Deelt u de mening dat naar alle waarschijnlijkheid hier
geen sprake is van uitzonderingen of incidenten, maar dit vaker kan zijn
gebeurd? Hoe vaak is dit al voorgekomen? In hoeverre is hier sprake van
de gangbare handelswijze van de organisatie?

De aan het woord zijnde leden constateren dat de partijen in de
vreemdelingenketen in dit kader een passieve houding ten opzichte van
elkaar aannemen. Kunt u precies in beeld brengen welke organisaties,
directies, afdelingen etc. verantwoordelijk zijn voor een goede
informatiedeling binnen de vreemdelingenketen? Hoe zijn de verhoudingen
hiertussen? Wie of welk organisatieonderdeel is verantwoordelijk voor
het corrigeren van de passieve houding in de keten? Waarom heeft de
ambtelijke samenwerking gefaald? Welke consequenties heeft dit voor de
betreffende leidinggevenden?

De leden van de fracties van de SP, CDA, D66, ChristenUnie en GroenLinks
merken op dat de informatie nergens samenkomt tot een compleet beeld.
Dat bemoeilijkt het zorgvuldig handelen binnen de vreemdelingenketen
ernstig. De keten heeft volgens de IV&J dan ook vooral baat bij het
waarborgen van invoerdiscipline door de verschillende ketenpartners. Hoe
kan het dat de invoerdiscipline binnen de verschillende ketenpartners
onvoldoende is? Waarom heeft niemand ingegrepen?	Is dit toe te schrijven
aan de organisatiecultuur of de leidinggevenden die hierop toe moeten
zien? Kunt u hierop een analyse geven? Bent u van mening dat er
verwijtbaar is gehandeld door de leidinggevenden of een van de
ketenpartners?

Deze leden vragen wanneer de heer Dolmatov twee maal eerder in Nederland
is geweest en voor hoe lang.

Voornoemde leden vragen waarom gegevens in de Basisvoorziening
Vreemdelingen (BVV) maar een keer worden gesynchroniseerd met INDiGO?
Waarom is de informatie in de BVV niet altijd actueel? 

De aan het woord zijnde leden constateren dat de hulpofficier van
justitie de heer Dolmatov een maatregel van bewaring oplegt, zoals
bedoeld in artikel 59 van de Vreemdelingenwet 2000. Had de hulpofficier
van justitie voldoende redenen om de heer Dolmatov in
vreemdelingendetentie te plaatsen? 

Ondanks dat hij had zich eerder niet aan zijn meldplicht had gehouden,
woonde hij gewoon nog op een asielzoekerscentrum. Hij had zich dus niet
aan toezicht onttrokken. Ziet u aanleiding om uw beleid ten aanzien van
het opsluiten van vreemdelingen te matigen in die zin dat het slechts
als een ultimum remedium zal worden gebruikt?

Deze leden vragen of de hulpofficier van justitie bij zijn oordeel over
plaatsing in vreemdelingenbewaring ook rekening houdt met de reden
waarom vreemdelingen bijvoorbeeld niet zijn komen opdagen bij gesprekken
over hun terugkeer. Hoe komt het dat er geen enkele communicatie was
tussen de hulpofficier van justitie en de (piket)advocaat? Komt dit
vaker voor of is hier beleid op?

De leden van de fracties van de SP, CDA, D66, ChristenUnie en GroenLinks
constateren dat het onderzoek van de IV&J niet uitwijst dat de heer
Dolmatov tijdens zijn verblijf in het arrestantencomplex niet heeft
gebeld en dus ook geen telefonisch contact heeft gehad met zijn moeder,
zijn advocaat en/of de Russische ambassade. Had de heer Dolmatov wel een
telefoon ter beschikking? Werd de heer Dolmatov verhinderd telefonisch
contact te plegen?

Deze leden vragen in hoeverre het gebruikelijk is in de
vreemdelingenketen om fouten die niet onder de eigen
verantwoordelijkheid van de ketenpartner liggen aan te kaarten bij de
ketenpartner waar de fout wel ligt? Waarom is niet proactief gehandeld
toen men had kunnen zien dat een vinkje verkeerd in het systeem stond
toen het beroepschrift in INDiGO werd verwerkt?

Voornoemde leden vragen of het gebruikelijk is dat de
Vreemdelingenpolitie de medische situatie niet op schrift wil hebben?
Wat zijn de afspraken over overdracht van medische dossiers?

De aan het woord zijnde leden constateren dat tijdens het onderzoek
blijkt dat de partners in de vreemdelingenketen ervan op de hoogte zijn
dat hun informatiesystemen niet altijd accuraat op elkaar aansluiten en
dat de informatie in de systemen daardoor niet altijd actueel is. Was u
ook hiervan op de hoogte? Zo ja, wanneer? Hoe en door wie bent u
hierover geïnformeerd? Hoe heeft u de verantwoordelijken hierop
aangesproken?

Deze leden merken op dat de heer Dolmatov op de afdeling een
standaardpakket heeft ontvangen met daarin onder andere een scheermesje,
een kleine hoeveelheid koffie, melk en suiker. In zijn cel lag in één
van de kasten onder andere een waszak. Krijgen suïcidale vreemdelingen
standaard een scheermesje op hun cel? Mogen zij dat zonder toezicht
gebruiken?

De leden van de fracties van de SP, CDA, D66, ChristenUnie en GroenLinks
constateren dat de Vreemdelingenpolitie– zoals uit de melding aan het
vreemdelingenpiket blijkt – voor de heer Dolmatov heeft besloten dat
hij geen voorkeur heeft voor een raadsman. De  Vreemdelingenpolitie
heeft hierbij niet conform artikel 4.18 van het Vreemdelingenbesluit en
artikel 3.7 van de Vreemdelingencirculaire 2000 (A) gehandeld. Welke
gevolgen heeft dit voor de desbetreffende ambtenaren bij de
vreemdelingenpolitie? Bent u van oordeel dat dit een eenmalig incident
is of is vaker een vreemdeling in detentie de keuze voor een advocaat
vaker ontzegd? Op welke wijze zal in de toekomst worden gestimuleerd dat
Vreemdelingenpolitie, IND en de Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V)
controleren of sprake van verwijderbaarheid als hier gerede twijfel toe
is? Waarom wordt de verantwoordelijkheid hiervoor op verregaande wijze
neergelegd bij de vreemdeling en diens advocaat?

Deze leden vragen of het standaardprocedure is om een vreemdeling over
te brengen naar een observatiecel van een arrestantencomplex als deze
suïcidale neigingen heeft. Zo ja, waarom? Is er beleid of een
duidelijke afspraak tussen onder andere het Gezondheidscentrum
Asielzoekers (GCA) en de surveillancedienst over het inschakelen van de
crisisdienst? Zo ja, waarom is het dan toch fout gegaan? Zo nee, komt er
een eenduidig beleid hierop?

Op welke wijze worden medische gegevens van vreemdelingen normaliter
overgedragen van een asielzoekerscentra aan een arrestantencomplex?
Waarom wordt er niet standaard tevoren door arrestantenverzorgers
gekeken naar belangrijke medische gegevens in Basisvoorziening
Handhaving, zoals in dit geval suïcidale neigingen? Waarom stond de
heer Dolmatov vermeld op een arrestantenlijst, terwijl er geen sprake
was van een strafbaar feit? Wat is hier het beleid op?

Waarom is na de eerste suïcidepoging van de heer Dolmatov niet
overgegaan tot het inschakelen van een arts, terwijl dit wel had
gemoeten? Wie bepaalt uiteindelijk of een arts wordt ingeschakeld en op
welke wijze komt deze beslissing tot stand? Hoe is dit keten breed
geregeld en vastgelegd? Hoe vaak komt het voor dat na een suïcidepoging
geen arts wordt ingeschakeld?

Voornoemde leden constateren dat het nieuwe model in de periode
2010-2011 door een keten brede werkgroep is opgesteld naar aanleiding
van het jaarverslag 2010 van de CITT. Een van de conclusies in het
jaarverslag was dat in de dagelijkse praktijk onvoldoende werd gewerkt
volgens afgesproken protocollen. De CITT adviseerde daarom de
informatiepositie van alle betrokken ketenpartners te verbeteren en een
uniform elektronisch formulier M118 in te voeren in de keten. Hierdoor
zou niet alleen de informatiepositie van alle betrokken ketenpartners
verbeteren, maar ook de regie binnen de keten. Zijn de ketenpartners
verplicht deze aanbevelingen op te volgen? Wie houdt hier toezicht op en
controleert of dit ook daadwerkelijk gebeurt? Waarom zijn deze
aanbevelingen uiteindelijk niet opgevolgd? Aan wie is dit toe te
rekenen? Wie heeft de regie binnen de vreemdelingenketen?

De leden van de fracties van de SP, CDA, D66, ChristenUnie en GroenLinks
vragen of het overlijden van de heer Dolmatov de directe en enige
aanleiding was van het instellen van het onderzoek. Veel van de
problemen binnen de organisatie waren al bekend. Welke acties heeft IV&J
hierop genomen? Is de IV&J tekortgeschoten in haar toezicht? Waarom wel
of waarom niet? Heeft de I&J de u eerder geattendeerd op de problemen
zoals die uit het rapport naar voren komen? Zo ja, wanneer en wat heeft
u daarmee gedaan?

Deze leden vragen op grond waarvan u de schade zult vergoeden. Gaat het
hierbij om zowel materieel als immateriële schade?

Welke extra sturingskansen ziet u? Hoe zullen die extra sturingskansen
gestalte gaan krijgen en welke eenduidiger afspraken op het terrein van
het vreemdelingentoezicht zullen gemaakt gaan worden? 

Kunt u uitleggen hoe de vorming van de nationale politie een bijdrage
levert aan de twee gerichte aanbevelingen? 

5. Vragen en opmerkingen van de SGP-fractie

De leden van de SGP-fractie constateren dat bij vrijwel alle partners in
de keten al geruime tijd bekend was dat de informatie uit INDiGO met
betrekking tot de verwijderbaarheid van vreemdelingen onvoldoende
betrouwbaar is. Deze leden vragen daarom welke inspanningen de afgelopen
jaren zijn verricht om specifiek op dit punt extra waarborgen aan te
brengen, aangezien het een bijzonder cruciaal onderdeel van de procedure
betreft. Is binnen het beleid bijzondere en verhoogde zorgvuldigheid
ingebouwd ten aanzien van de rechten van vreemdelingen met betrekking
tot vreemdelingenbewaring, gelet op het feit dat het een ultimum
remedium betreft?

De leden van de SGP-fractie lezen dat de heer Dolmatov niet in de
gelegenheid is gesteld contact te hebben met een zelfgekozen advocaat.
Zij vragen of dit recht van vreemdelingen bij relevante ketenpartners
doorgaans bekend kan worden verondersteld en wordt toegepast, of dat er
aanleiding is om te veronderstellen dat dit in veel gevallen onvoldoende
aan bod komt. Graag ontvangen zij ook een toelichting op de situatie dat
de heer Dolmatov meermalen en op verschillende momenten heeft aangegeven
contact te willen hebben met zijn advocaat, maar dat dit contact die
dagen nooit tot stand is gekomen.

Voornoemde leden constateren dat vreemdelingen op de extra zorgafdeling
een standaardpakket krijgen waarin onder andere een scheermesje zit. Zij
vragen welke overwegingen aan deze standaardkeuze ten grondslag liggen,
gezien het feit dat op de afdeling vreemdelingen worden ingesloten die
een suïcidale achtergrond kunnen hebben.

II. Reactie van de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie

 PAGE   \* MERGEFORMAT 1