[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Inbreng schriftelijk overleg over versterking van de tijdelijke treindienst Den Haag HS - Brussel Zuid v.v.

Nederlands deel van een hogesnelheidsspoorverbinding Amsterdam-Brussel-Parijs en Utrecht-Arnhem-Duitse grens

Inbreng verslag schriftelijk overleg

Nummer: 2013D16660, datum: 2013-04-19, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2013Z07802:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal	2



	Vergaderjaar 2012-2013





	Versterking tijdelijke treindienst Den Haag HS - Brussel Zuid vice
versa









	Nr. 22 026	VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

	Vastgesteld op ……. 2013





Binnen de vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu hebben meerdere
fracties de behoefte om vragen en opmerkingen voor te leggen aan de
staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu inzake haar brief over
versterking van de tijdelijke treindienst Den Haag HS - Brussel Zuid
vice versa (Kamerstuk   HYPERLINK
"http://parlisweb/parlis/document.aspx?id=cd9ed00d-2d4e-4ea2-864c-37faef
95b9f4&zaak=3aa8ff61-514f-4f0c-9467-8ad8593d09c5" \t "_blank"  22 026,
nr. 397 ).

De vragen en opmerkingen zijn op 19 april 2013 aan de staatssecretaris
van Infrastructuur en Milieu voorgelegd. Bij brief van ... zijn deze
door haar beantwoord.





De voorzitter van de commissie,

Paulus Jansen





De adjunct-griffier van de commissie,

M. Israel





I 	Vragen en opmerkingen vanuit de fracties





Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie

	De leden van de VVD-fractie hebben met teleurstelling kennisgenomen van
de brief over de versterking van de tijdelijke treindienst Den Haag HS
– Brussel Zuid vice versa. Deze leden zijn vooral teleurgesteld over
het feit dat de staatssecretaris niet in staat zegt te zijn een
substantiële versterking van de treindienst te realiseren op korte
termijn. De leden van de VVD-fractie hebben begrip voor de complexiteit
waaraan herhaaldelijk in de brief wordt gerefereerd, maar hebben nog wel
enkele vragen.

De leden van de VVD-fractie lezen dat verwacht wordt dat de door de
Kamer gewenste verhoging naar een frequentie van 16 treinen per dag niet
kan worden gerealiseerd. Dit geeft aan dat er wel een mogelijkheid is.
Wat is er exact nodig om een frequentie van 16 treinen per dag in 2013
wel voor elkaar te krijgen, zo vragen de leden van de VVD-fractie. Deze
leden vragen voorts of de verwachting er wel is dat in 2014 16 treinen
per dag worden gereden. Wanneer komt het uitsluitsel met betrekking tot
de aangevraagde treinpaden?

De leden van de VVD-fractie hebben van derden begrepen dat er voldoende
treinpaden beschikbaar kunnen zijn in 2013 om een frequentie van 16
treinen per dag te kunnen rijden. De leden van deze fractie vragen of de
staatssecretaris heeft geconcludeerd dat het aantal beschikbare
treinpaden om deze frequentie te halen in 2013 echt niet toereikend is.

De leden van de VVD-fractie hebben met betrekking tot het aantal
geschikte types locomotieven de vraag wat de staatssecretaris heeft
gedaan om dit probleem Europees aan te kaarten. Klopt het dat er
eenvoudigweg te weinig locomotieven zijn? Is er in het goederenvervoer
ook geen locomotief beschikbaar die grensoverschrijdend kan rijden?

Met betrekking tot het kijken naar de mogelijkheden bij andere
vervoerders hebben de leden van de VVD-fractie de vraag wat de
staatssecretaris exact heeft gedaan om de mogelijkheid van het laten
rijden door andere vervoerders inzichtelijk te krijgen. Wat is er vanaf
1 februari 2013 gebeurd om deze mogelijkheid te onderzoeken en wat zijn
de uitkomsten hiervan? De leden van de VVD-fractie vragen voorts wanneer
uitsluitsel wordt gegeven of andere vervoerders wellicht deze
treindienst kunnen rijden. Hoe speelt het initiatief van de gemeente Den
Haag om een andere vervoerder te laten rijden hierin een rol? De leden
van de VVD-fractie zijn van mening dat de mogelijkheden om een andere
vervoerder te laten rijden volwaardig moeten worden onderzocht. Is de
staatssecretaris dezelfde mening toegedaan? Zo ja, kan een overzicht
worden gegeven van de acties hieromtrent, zowel in het verleden als de
toekomst?

De leden van de VVD-fractie lezen in de brief van de staatssecretaris
dat het opleiden van medewerkers in deze problematiek enige maanden
kost. Deze leden vragen hoeveel medewerkers sinds 1 februari 2013 deze
gespecialiseerde opleiding hebben gevolgd en wanneer voldoende
medewerkers voor een frequentie van 16 treinen per dag zijn opgeleid.
Als dat nog niet is gebeurd, waarom niet?

Kan de staatssecretaris ten slotte aan de leden van de VVD-fractie
aangeven of echt alle in de brief genoemde elementen (capaciteit,
materieel, personeel) ontoereikend zijn om op korte termijn een
frequentie van 16 treinen per dag te realiseren? Als niet alle elementen
ontoereikend zijn, welke zijn dat wel en welke niet?





Vragen en opmerkingen van de leden van de PvdA-fractie

	De leden van de fractie van de Partij van de Arbeid hebben met
belangstelling kennisgenomen van de brief over de versterking van de
tijdelijke treindienst Den Haag HS – Brussel Zuid vice versa. De leden
van de PvdA-fractie hebben nog een aantal vragen. 

Uitgangspunt van deze leden is dat de internationale reiziger op zo goed
mogelijke wijze bediend moet worden en alle partijen, met name de
vervoerders, mee moeten werken om een zo goed mogelijke dienstregeling
te realiseren tussen Nederland en België.

De leden van de PvdA-fractie vragen de staatssecretaris toe te lichten
wat de huidige bezetting is en deze uit te splitsen in binnenlandse en
grensoverschrijdende reizigers.

De leden van de PvdA-fractie vragen de staatssecretaris om toe te
lichten welke belemmeringen er nu precies zijn om het aantal treinen van
8 naar 16 uit te breiden. Ligt het probleem met name bij de
dienstregeling van NS, de al vergeven treinpaden aan het
goederenvervoer, logistieke problemen zoals het periodiek openstellen
van bruggen en dergelijke of aan de capaciteit op het Belgische spoor?
Kunt u elk afzonderlijk probleem en mogelijke oplossing schetsen? Waar
is het materieel en het personeel gebleven waar tot eind 2013 gebruik
van werd gemaakt? Waarom kan daar niet direct weer gebruik van worden
gemaakt? Als beide momenteel niet meer voor handen zijn, toont dat dan
niet aan dat NS op geen enkele wijze rekening heeft gehouden met de
mogelijkheid dat de Beneluxtrein toch weer van stal gehaald moest
worden?

De leden van de PvdA-fractie hebben er begrip voor dat NS momenteel heel
uitgebreid en secuur kijkt naar de mogelijkheden om de Fyra in de
toekomst weer te laten rijden, maar zijn van mening dat de reiziger in
de tussentijd zo goed als mogelijk bediend moet worden. Deze leden
vragen of het benodigde personeel voor internationale treinreizen niet
teveel ingezet wordt ten behoeve van de Fyra.

De leden van de PvdA-fractie vragen tevens of de staatssecretaris het
met hen eens is dat het niet in het belang van de reiziger was dat NS
bewust een risico nam door de Beneluxtrein niet meer op te nemen in de
dienstregeling en ook geen reservecapaciteit aan te vragen voor de
nieuwe dienstregeling die op 9 december 2012 inging. Daarmee bleek er
geen oplossing voor de lijn Breda-Antwerpen noch een terugvaloptie meer
te zijn toen de Fyra door technische problemen niet in staat bleek om te
kunnen rijden. Hoe kijkt de staatssecretaris naar deze afweging?

De leden van de PvdA-fractie vragen de staatssecretaris toe te lichten
wanneer duidelijk wordt of in de dienstregeling in 2014 wél 16 treinen
per dag richting Brussel kunnen worden opgenomen.

De leden zijn positief over de inventarisatie die de vervoerders doen om
indien nodig extra treinstellen in te zetten in geval van drukte in de
zomer. Is er op dit moment voldoende capaciteit? Kan iedereen in
principe altijd zitten of is er nu ook al regelmatig sprake van te lage
capaciteit? Zo ja, kunnen die extra treinstellen dan ook al op dit
moment worden ingezet?





Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie

	De leden van de SP-fractie vragen in hoeverre de staatssecretaris er
spijt van heeft dat ze de aangenomen motie van het lid Roemer over het
behouden van de dienstverlening van de Beneluxtrein op minimaal het
huidige peil van 2 juli 2009 (Kamerstuk   HYPERLINK
"http://parlisweb/parlis/document.aspx?id=878419ea-56e0-4803-bfc2-14e962
a1e08d&zaak=75717b21-d69c-4214-a507-c666fe1f98fb" \t "_blank"  29 984,
nr. 197 ) niet heeft uitgevoerd. Kan de staatssecretaris bevestigen dat
deze hele ellende er niet was geweest als ze gewoon naar de Kamer had
geluisterd? De leden willen ook graag weten of de staatssecretaris
bereid is om alsnog alles uit de kast te halen en net zolang over te
werken totdat op de verbinding weer een fatsoenlijk aantal treinen
rijdt.

Verder vragen de leden van de SP-fractie waarom er niet direct een
intercityverbinding tussen Den Haag HS en de Belgische grens wordt
opgestart. Tijdens de hoorzitting in het Beneluxparlement op 28 januari
2013 in Brussel is door ProRail aangegeven dat deze treinpaden
beschikbaar zijn. Kunnen de leden van de SP-fractie hieruit concluderen
dat de problemen met treinpaden zich vooral aan Belgische kant voordoen?
Verder geeft de staatssecretaris aan dat er zowel wat betreft materieel
en personeel problemen zijn om op korte termijn de frequentie van de
intercityverbinding op te schroeven naar 16 treinen per dag. Tot een
paar maanden geleden reed de Beneluxtrein er nog en destijds waren er
wel voldoende personeelsleden en materieel beschikbaar. Waar wordt dit
tekort nu ineens door veroorzaakt, vragen de leden van de SP-fractie.

Voorts vragen de leden waarom het niet mogelijk zou zijn om op zeer
korte termijn al geschikte locomotieven te huren. Heeft dit te maken met
de beschikbaarheid, de kosten of wellicht een andere oorzaak? Heeft de
staatssecretaris haar Duitse ambtsgenoot al verzocht om materiaal uit te
lenen? Zo nee, waarom is dit nog niet gebeurd? Buren zijn er toch om
elkaar te helpen?

In hoeverre neemt de staatssecretaris ook de mogelijkheid serieus om de
verbinding Amsterdam – Den Haag – Brussel in ere te herstellen? Laat
de staatssecretaris de directe verbinding met Amsterdam geheel buiten
beschouwing? Ook in dit kader wijzen de leden van de SP-fractie op de
genoemde aangenomen motie van het lid Roemer.

Hoe wordt de samenwerking met de Belgische ambtsgenoot ervaren door de
staatssecretaris? Is er bij beiden sprake van hetzelfde gevoel van
urgentie?

Heeft de staatssecretaris een deadline voor ogen wanneer de reiziger
weer gebruik moet kunnen maken van een volwaardige verbinding naar
België van 16 treinen per dag? De leden van de SP-fractie vragen tot
slot of de staatssecretaris er ook consequenties aan zal verbinden
wanneer dit niet gehaald zal worden door bijvoorbeeld het voor de
komende vijf jaar opleggen van een boete. 





Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie

	De leden van de D66-fractie hebben met teleurstelling kennisgenomen van
de brief van de staatssecretaris over de versterking van de tijdelijke
treindienst naar België. Zij begrijpen dat de staatssecretaris geen
ijzer met handen kan breken, maar zijn er niet van overtuigd dat het
onderste uit de kan is gehaald om treinreizigers tussen Nederland en
België een hoogwaardige tijdelijke oplossing te bieden voor de
Fyra-verbinding. Deze leden hebben hierover een aantal vragen en
opmerkingen.

De leden van de D66-fractie lezen dat het ‘de verwachting’ is van de
staatssecretaris dat de gewenste verhoging naar 16 treinen per dag niet
kan worden gerealiseerd. Kan de staatssecretaris aangeven waarom ze dit
verwacht? Wanneer verwacht zij duidelijkheid te hebben over wat mogelijk
is in 2013? Kunnen de leden van de D66-fractie de brief zo lezen dat er
in 2014 wel 16 keer per dag een verbinding naar Brussel is? Wanneer
heeft de staatssecretaris hierover meer duidelijkheid? Houdt een vlotte
verbinding Breda-Antwerpen ook haar aandacht? Kan zij aangeven welke
stappen zij heeft gezet sinds het plenaire debat van 28 februari 2013?

De leden van de D66-fractie constateren dat er slechts in algemene
termen een aantal knelpunten wordt benoemd, waardoor een uitbreiding van
de dienstregeling niet mogelijk is. Deze leden willen graag dat deze
knelpunten worden geëxpliciteerd.

Allereerst vragen de leden van de D66-fractie waar de exacte knelpunten
liggen waar het gaat om het vrijmaken van de capaciteitsaanvraag. Waarop
is de verwachting gebaseerd dat dit niet mogelijk is? Kan de
staatssecretaris het onderliggende stuk waarop dit oordeel is gebaseerd
naar de Kamer sturen?

Hoe verhoudt de conclusie van de staatssecretaris dat een verhoging van
de frequentie naar 16 treinen per dag te complex zou zijn, zich met de
uitspraak van ProRail tijdens de hoorzitting op 28 januari 2013 in
Brussel, namelijk dat er op korte termijn treinpaden voor 16 treinen per
dag zijn vrij te maken? Is het mogelijk de dienstregeling uit te breiden
door een aantal andere verbindingen terug te schroeven? Welke keuzes
zijn hierbij gemaakt? Liggen de knelpunten in Nederland of in België?
Om welke trajecten gaat dit dan? Is het bijvoorbeeld mogelijk om door
een andere verbinding één keer per twee uur te schrappen, wel een
uitbreiding van de verbinding met België te faciliteren? Zo ja, om
welke verbindingen en om welke tijdstippen gaat dit? Waarom wordt aan NS
(en de Belgische vervoerder NMBS) gevraagd om treinpaden te organiseren,
en niet aan ProRail? 

De leden van de D66-fractie lezen dat dat naast de complexiteit, ook de
doorlooptijd een barrière vormt voor een verbetering van de
dienstregeling in 2013. Kan de staatssecretaris de elementen van deze
doorlooptijd uiteenzetten? Waaruit is deze doorlooptijd precies
opgebouwd en hoe lang is nodig voor elk van deze elementen? Is het niet
mogelijk om de doorlooptijd te versnellen, gezien de urgentie van het
bieden van een hoogwaardig tijdelijk alternatief voor de
Fyra-verbinding?

De leden van de D66-fractie lezen dat op basis van de verwachte
bezettingsgraden in de zomer wordt gekeken of de treinen kunnen worden
verlengd. Waarom is dat niet nu al mogelijk, aangezien de treinen naar
België regelmatig overvol zitten?

De leden van de D66-fractie vragen voorts waar de exacte knelpunten
liggen waar het gaat om personeel. Hoeveel personeel is er te weinig?
Waarom lukt het niet om voldoende personeel op de been te krijgen om
acht extra treindiensten te rijden, terwijl er aan de andere kant 16
Fyradiensten niet rijden? Waar wordt het personeel dat oorspronkelijk op
de Fyra zou rijden, dan nu ingezet? Zijn de machinisten die op de
Beneluxtrein reden niet beschikbaar voor het tijdelijk versterken van de
treindienst?

De leden van de D66-fractie vragen ook waar de exacte knelpunten liggen
waar het gaat om materieel. Welk materieel is er te weinig? Is het
mogelijk om de treinen die nu 8 keer per dag rijden, te verlengen? Als
16 keer per dag niet lukt, is het wel mogelijk om 9, 10, 11, 12, 13, 14
of 15 keer per dag een treindienst tussen Nederland en België te
faciliteren?

Kan de staatssecretaris voorts toelichten aan de leden van de
D66-fractie waarom het materieel van de voormalige Beneluxtreinen niet
kan worden ingezet voor de extra verbindingen? Kan zij voorts aangeven
welke pogingen zijn ondernomen om materieel in te huren? Hoeveel
locomotieven van het type dat op dit traject zouden kunnen rijden zijn
er op dit moment in Europa beschikbaar? Hoeveel hiervan zijn in te
huren? Is de reden om deze niet in te huren een kwestie van
beschikbaarheid of van te hoge kosten?

Tot slot vragen de leden van de D66-fractie of, aangezien de knelpunten
vooral bestaan op het vlak van materieel en personeel, ook andere
vervoerders zijn gevraagd om mee te werken aan een tijdelijk
alternatief.





Vragen en opmerkingen van de leden van de ChristenUnie-fractie

	De leden van de ChristenUnie-fractie zijn teleurgesteld dat inzet van
extra treinen tussen Den Haag en Brussel bovenop de huidige 8 treinen
per dag volgens de staatssecretaris niet mogelijk is in 2013. De leden
van deze fractie vinden dat een uiterste inspanning nodig is van alle
betrokken partijen om toch nog dit jaar extra treinen te realiseren.
Genoemde leden hebben in dit kader een aantal vragen.

De leden van de ChristenUnie-fractie beseffen dat een extra trein in de
drukke Randstad niet makkelijk is in te plannen. Normaal duurt de
planning van de dienstregeling immers meer dan een jaar. Toch vragen
deze leden meer inzicht in de belemmeringen van het nog in 2013
reserveren van extra treinpaden voor de groei van 8 naar 16 treinen per
dag tussen Den Haag en Brussel. Is het werkelijk zo dat er voor alle 8
extra treinen conflicterende treinpaden zijn of geldt dit maar voor een
deel van deze extra treinen? Is er ook naar opties gekeken waarbij een
treinpad wordt ingelegd met een iets langere reistijd?

Voor de dienstregeling 2014 die in december 2013 ingaat moesten in april
2013 treinpaden worden aangevraagd. Genoemde leden vragen hoeveel
treinpaden door NS zijn aangevraagd voor de directe verbinding Den
Haag-Roosendaal-Antwerpen-Brussel. Zij krijgen namelijk uit de brief van
de staatssecretaris de indruk dat er alleen extra treinpaden zijn
aangevraagd voor het traject Roosendaal-Antwerpen. Als dit klopt dan
vragen de leden waarom de andere treinpaden niet zijn aangevraagd.

Ook vragen deze leden of er een aanvraag voor de dienstregeling voor
2014 is gedaan voor treinpaden Amsterdam-Den
Haag-Roosendaal-Antwerpen-Brussel. Deze leden vragen verder of NS
inmiddels extra treinpaden voor de lopende dienstregeling heeft
aangevraagd. Zo ja, om hoeveel paden gaat dit? Voor welke trajecten en
wanneer kan ProRail uitsluitsel geven over de beschikbaarheid van deze
paden?

Aangezien de aanvragen voor treinpaden voor de dienstregeling 2014 tot
april 2013 konden worden gedaan en de dienstregeling 2014 in december
2013 ingaat vragen de leden van de ChristenUnie-fractie waar de
staatssecretaris de verwachting op baseert dat realisatie in 2013 van
extra treinen niet meer mogelijk zou zijn. Deelt de staatssecretaris de
mening dat op voorhand de beschikbaarheid van treinpaden niet het
probleem kan zijn, omdat deze tot april konden worden aangevraagd en
omdat in de capaciteitsverdeling door ProRail pas zal blijken of deze
paden beschikbaar te maken zijn of niet?

Wat betreft het materieel vragen de leden van de ChristenUnie-fractie of
huur van extra locomotieven de enige optie is. Klopt het dat ten behoeve
van de Hogesnelheidslijn-Zuid ook extra locomotieven in bestelling zijn
en dat deze ook over conventioneel spoor in Nederland en België kunnen
rijden? Zo ja, wanneer worden deze locomotieven geleverd?

Met betrekking tot de opleiding van personeel vragen genoemde leden of
inmiddels voldoende personeel in opleiding is om uiterlijk in december
16 treinen per dag te kunnen aanbieden tussen Amsterdam en Brussel via
Den Haag.

In januari 2013 heeft de Belgische vervoerder NMBS elk uur een extra
sneltrein Roosendaal-Antwerpen gereden. Genoemde leden vragen of het
mogelijk is om op korte termijn, op de uren dat de intercity Den
Haag-Brussel niet rijdt, deze sneltrein weer te laten rijden vanaf
Roosendaal in aansluiting op de intercity Amsterdam-Roosendaal. Zij
vragen waarom de vervoerders deze oplossing momenteel niet bieden.





II 	Reactie van de staatssecretaris









 PAGE    

 PAGE   2