[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

33543 NR inzake Goedkeuring van het op 15 oktober 2012 tot stand gekomen protocol tot wijziging van het Verdrag van 31 maart 1965 betreffende de instelling en het statuut van een Benelux-Gerechtshof (Trb. 2013, 12)

Goedkeuring van het op 15 oktober 2012 tot stand gekomen protocol tot wijziging van het Verdrag van 31 maart 1965 betreffende de instelling en het statuut van een Benelux-Gerechtshof (Trb. 2013, 12)

Nader rapport

Nummer: 2013D23038, datum: 2013-05-31, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2013Z11059:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Afdeling Verdragen

MINBUZA-2013.161110

AAN DE KONING

Voorstel van wet houdende goedkeuring van het op 15 oktober 2012 te
Luxemburg tot stand gekomen Protocol tot wijziging van het Verdrag van
31 maart 1965 betreffende de instelling en het statuut van een
Benelux-Gerechtshof (Trb. 2013, 12)

							’s-Gravenhage, 28 mei 2013

Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van
6 februari 2013, nr. 12.002834, machtigde Uwe Majesteit mij het
Protocol waarop het bovenvermelde voorstel van wet betrekking heeft, met
het oog op stilzwijgende goedkeuring over te leggen aan de beide Kamers
der Staten-Generaal.

Bij brieven van 6 februari 2013 heb ik vervolgens het Protocol
overgelegd (Kamerstukken II, 2012-2013, 33 543, A/ Nr. 1).

Op 12 maart 2013 hebben 40 leden van de Tweede Kamer der
Staten-Generaal, overeenkomstig artikel 5, eerste lid, van de Rijkswet
goedkeuring en bekendmaking verdragen, de wens te kennen gegeven dat het
Protocol aan de uitdrukkelijke goedkeuring van de Staten-Generaal zal
worden onderworpen. 

In verband hiermee bied ik U het hierboven vermelde voorstel van wet
aan.

Op grond van artikel 19, onder b, van de Wet op de Raad van State kan
het horen van de Afdeling advisering van de Raad van State achterwege
blijven aangezien de Afdeling advisering al gehoord is in het kader van
de stilzwijgende goedkeuringsprocedure. 

Ik moge U derhalve verzoeken het hierbij gevoegde voorstel van wet en de
 memorie van toelichting rechtstreeks aan de Tweede Kamer der
Staten-Generaal te zenden. 

De Minister van Buitenlandse Zaken,