[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

33322, bijgewerkt t/m nr. 19 (Tweede NvW d.d. 5 september 2013)

Wijziging van de Meststoffenwet (invoering stelsel verantwoorde mestafzet)

Bijgewerkte tekst

Nummer: 2013D31078, datum: 2013-09-05, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2012Z13447:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Bijgewerkt t/m nr. 19 (tweede nota van wijziging, d.d. 5 september 2013



	33 322	Wijziging van de Meststoffenwet (invoering
mestverwerkingsplicht)







Nr. 2	VOORSTEL VAN WET



	Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins
van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is als mogelijk
alternatief voor productiebegrenzing van dierlijke meststoffen een
mestverwerkingsplicht in te voeren met het oog op het verminderen van de
milieudruk van mest op landbouwgrond en het bieden van ruimte voor
innovatieve ontwikkeling van de veesector, en dat de Meststoffenwet
daartoe dient te worden aangepast;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State
gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden
en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

	De Meststoffenwet wordt als volgt gewijzigd: 

A

	Artikel 1, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:

	1. Onderdeel f komt te luiden: 

	f. Onze Minister: Onze Minister van Economische Zaken;.

	2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel bb door een
puntkomma, worden zeven onderdelen toegevoegd, luidende: 

	cc. bedrijfsoverschot: hoeveelheid dierlijke meststoffen, uitgedrukt in
kilogrammen fosfaat, die in een kalenderjaar op een bedrijf wordt
geproduceerd boven de hoeveelheid die in het desbetreffende
kalenderjaar:

	1°. ingevolge artikel 8, onderdeel c, mag worden gebracht op of in de
tot het desbetreffende bedrijf behorende oppervlakte landbouwgrond, en

	2°. ingevolge de krachtens de artikelen 7 en 15 van de Wet
bodembescherming geldende voorschriften mag worden aangebracht op een in
Nederland gelegen natuurterrein dat de hoofdfunctie natuur heeft, dat in
het desbetreffende kalenderjaar op een bij algemene maatregel van
bestuur vast te stellen datum bij het bedrijf in gebruik is; 

	dd. dierlijke meststoffen verwerken: 

	1°. behandelen van dierlijke meststoffen tot een eindproduct dat
voldoet aan de bij regeling van Onze Minister vast te stellen
specificaties, of 

	2°. exporteren van dierlijke meststoffen; 

	ee. mestverwerkingsovereenkomst: 

	1°. bij de overdracht van dierlijke meststoffen van een landbouwer die
op zijn bedrijf dierlijke meststoffen produceert aan een verwerker
behorend volledig ingevuld krachtens artikel 34, onderdeel b,
vastgesteld bewijsmiddel, voor zover de daarop vermelde gegevens
overeenkomstig de daartoe krachtens artikel 34, onderdeel b, geldende
voorschriften tijdig bij Onze Minister zijn ingediend, of

	2°. overeenkomst tussen een landbouwer die op zijn bedrijf dierlijke
meststoffen produceert, een andere ondernemer dan een verwerker, en een
verwerker; 

	ff. produceren van dierlijke meststoffen: produceren van dierlijke
meststoffen door het op een bedrijf houden of anderszins aanwezig hebben
van dieren; 

	gg. landbouwer: natuurlijke persoon of rechtspersoon die of
samenwerkingsverband van natuurlijke personen of rechtspersonen dat
enige vorm van landbouw uitoefent op een bedrijf; 

	hh. verwerker: natuurlijke persoon of rechtspersoon die of
samenwerkingsverband van natuurlijke personen of rechtspersonen dat een
verwerkende onderneming voert; 

	ii. verwerkende onderneming: onderneming, niet zijnde een bedrijf, in
het kader waarvan dierlijke meststoffen worden verwerkt.

B

	In de artikelen 10, tweede lid, en 12, derde lid, wordt na “zand- of
lössgrond” telkens een zinsnede ingevoegd, luidende: , waarbij
onderscheid kan worden gemaakt naar regio’s waarin de landbouwgrond is
gelegen.

C

	In artikel 11, vierde lid, wordt de zin “Zolang de algemene maatregel
van bestuur niet in werking is getreden, is de bij of krachtens het
eerste tot en met derde lid voor grond met neutrale fosfaattoestand
geldende norm van toepassing.” vervangen door: Zolang in de algemene
maatregel van bestuur voor een bepaald jaar geen norm is vastgesteld,
geldt voor dat jaar de norm van het meest recente voorgaande jaar
waarvoor een norm is vastgesteld.

D

	Artikel 15 wordt als volgt gewijzigd:

	1. In het eerste lid vervalt “, vernietigen”.

	2. In het tweede lid, onderdeel b, wordt “, te verwerken of te
vernietigen” vervangen door: of te verwerken.

	3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

	5. Bij algemene maatregel van bestuur kan worden bepaald dat het is
verboden dierlijke meststoffen in voorraad te hebben, te verwerken, te
vervoeren of te verhandelen zonder voorafgaande registratie bij Onze
Minister. Daarbij kunnen regels worden gesteld over de weigering,
schorsing of schrapping van een registratie. Die regels kunnen inhouden
dat een registratie kan worden geweigerd of geschrapt in het geval en
onder de voorwaarden, bedoeld in artikel 3 van de Wet bevordering
integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur en dat daaraan
voorafgaand het Bureau bevordering integriteitsbeoordelingen door het
openbaar bestuur, bedoeld in artikel 8 van de Wet bevordering
integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur, om een advies als
bedoeld in artikel 9 van die wet kan worden gevraagd.

E

	Het opschrift van hoofdstuk V komt te luiden:

Hoofdstuk V. Regels inzake de productie van dierlijke meststoffen

F

	Aan hoofdstuk V wordt een titel toegevoegd, luidende:

TITEL 6. MESTVERWERKING 

Artikel 33a

	1. Het is een landbouwer verboden in enig kalenderjaar op zijn bedrijf
dierlijke meststoffen te produceren. 

	2. Het eerste lid is niet van toepassing op een landbouwer die in het
desbetreffende kalenderjaar:

	a. op zijn bedrijf geen bedrijfsoverschot produceert;

	b. een hoeveelheid dierlijke meststoffen, uitgedrukt in kilogrammen
fosfaat, minimaal gelijk aan een door Onze Minister voor het
desbetreffende kalenderjaar vastgesteld percentage van het op zijn
bedrijf geproduceerde bedrijfsoverschot: 

	1˚ laat verwerken, 

	2˚ voor zover de landbouwer behoort tot een bij regeling van Onze
Minister aan te wijzen categorie landbouwers, overdraagt of laat
overdragen aan een afnemer die behoort tot een bij regeling van Onze
Minister aan te wijzen categorie afnemers, of 

	3˚	brengt op of in de in het desbetreffende kalenderjaar bij het
desbetreffende bedrijf in gebruik zijnde landbouwgrond die is gelegen in
Duitsland of België op een bij regeling van Onze Minister vast te
stellen afstand van de Nederlandse grens, voor zover is voldaan aan bij
regeling van Onze Minister te stellen voorwaarden, of 

	c. op zijn bedrijf een bedrijfsoverschot produceert dat dusdanig in
omvang is dat de hoeveelheid dierlijke meststoffen, uitgedrukt in
kilogrammen fosfaat, bedoeld in onderdeel b, kleiner is dan een bij
regeling van Onze Minister vast te stellen omvang, waarbij onderscheid
kan worden gemaakt naar diersoort of diercategorie.

	3. Onder het laten verwerken van dierlijke meststoffen, bedoeld in het
tweede lid, onderdeel b, onder 1˚, wordt verstaan:

	a. het overdragen of laten overdragen van op zijn bedrijf geproduceerde
dierlijke meststoffen aan een verwerkende onderneming, overeenkomstig
een op het desbetreffende kalenderjaar betrekking hebbende
mestverwerkingsovereenkomst als bedoeld in artikel 1, eerste lid,
onderdeel ee, onder 1°;

	b. het overdragen of laten overdragen van op zijn bedrijf geproduceerde
dierlijke meststoffen aan een andere onderneming dan een verwerkende
onderneming, op basis van een uiterlijk in het desbetreffende
kalenderjaar gesloten mestverwerkingsovereenkomst als bedoeld in artikel
1, eerste lid, onderdeel ee, onder 2°, of

	c. het sluiten van een overeenkomst met een andere landbouwer waarin is
bepaald dat die andere landbouwer in zijn plaats uitvoering zal geven
aan de voorwaarden, bedoeld in het tweede lid, onderdeel b, door middel
van het laten verwerken, bedoeld in de onderdelen a of b.

	4. Een ondernemer die een andere onderneming voert als bedoeld in het
derde lid, onderdeel b, draagt in een kalenderjaar de hoeveelheid
dierlijke meststoffen, uitgedrukt in kilogrammen fosfaat, waarvoor hij
met betrekking tot het desbetreffende kalenderjaar
mestverwerkingsovereenkomsten als bedoeld in het derde lid, onderdeel b,
heeft gesloten, over of laat deze overdragen aan een verwerkende
onderneming. 

	5. Onverminderd het tweede lid, onderdeel b, laat de andere landbouwer,
bedoeld in het derde lid, onderdeel c, in een kalenderjaar een op zijn
bedrijf geproduceerde hoeveelheid dierlijke meststoffen, uitgedrukt in
kilogrammen fosfaat, waartoe hij zich met betrekking tot het
desbetreffende kalenderjaar bij een overeenkomst als bedoeld in het
derde lid, onderdeel c, heeft verplicht, verwerken als bedoeld in het
derde lid, onderdeel a of b.

	6. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden gesteld over
de mogelijkheid van het sluiten van een overeenkomst als bedoeld in het
derde lid, onderdeel c, tussen een landbouwer die op zijn bedrijf in
overwegende mate dierlijke meststoffen produceert van één of meer
diersoorten of diercategorieën en een landbouwer die op zijn bedrijf in
overwegende mate dierlijke meststoffen produceert van één of meer
andere diersoorten of diercategorieën.

	7. Bij regeling van Onze Minister kunnen regels worden gesteld ten
aanzien van een landbouwer of afnemer als bedoeld in het tweede lid,
onderdeel b, onder 2˚.

Artikel 33b

	1. Een mestverwerkingsovereenkomst als bedoeld in artikel 1, eerste
lid, onderdeel ee, onder 2°, of een overeenkomst als bedoeld in artikel
33a, derde lid, onderdeel c, voldoet voor de toepassing van deze wet
indien is voldaan aan de bij of krachtens de in het tweede tot en met
vierde lid gestelde eisen.

	2. Een mestverwerkingsovereenkomst als bedoeld in artikel 1, eerste
lid, onderdeel ee, onder 2°, of een overeenkomst als bedoeld in artikel
33a, derde lid, onderdeel c:

	a. wordt uiterlijk in het kalenderjaar waarop de overeenkomst ziet
schriftelijk op een duurzame gegevensdrager aangegaan en door partijen
ondertekend;

	b. bevat ten minste een aanduiding van het kalenderjaar waarop de
overeenkomst ziet;

	c. voldoet aan de bij regeling van Onze Minister gestelde regels.

	3. In een mestverwerkingsovereenkomst als bedoeld in artikel 1, eerste
lid, onderdeel ee, onder 2°, wordt opgenomen de hoeveelheid dierlijke
meststoffen, uitgedrukt in kilogrammen fosfaat, die de andere
onderneming in het desbetreffende kalenderjaar zal afnemen en de
verwerker zal afnemen met het oog op verwerking.

	4. In een overeenkomst als bedoeld in artikel 33a, derde lid, onderdeel
c, wordt opgenomen de hoeveelheid dierlijke meststoffen, uitgedrukt in
kilogrammen fosfaat, waarvoor de andere landbouwer in het desbetreffende
kalenderjaar in de plaats van de landbouwer uitvoering zal geven aan de
voorwaarden, bedoeld in artikel 33a, tweede lid, onderdeel b.

	5. De gegevens uit een mestverwerkingsovereenkomst als bedoeld in
artikel 1, eerste lid, onderdeel ee, onder 2°, of een overeenkomst als
bedoeld in artikel 33a, derde lid, onderdeel c, worden uiterlijk in het
kalenderjaar waarop de overeenkomst ziet langs elektronische weg aan
Onze Minister verstrekt door alle partijen bij de overeenkomst.

Artikel 33c 

	1. Bij regeling van Onze Minister wordt het percentage, bedoeld in
artikel 33a, tweede lid, onderdeel b, vastgesteld, dat voor
verschillende diersoorten, diercategorieën, mestsoorten en gebieden
verschillend kan worden vastgesteld. 

	2. Onze Minister houdt bij het vaststellen van het
verwerkingspercentage in ieder geval rekening met de verwachte productie
van dierlijke meststoffen in Nederland en de beschikbare landbouwgrond
in Nederland.

	3. Bij regeling van Onze Minister kan worden bepaald dat voor
landbouwers voor wie op grond van het eerste lid meerdere
verwerkingspercentages van toepassing zijn, één van de
verwerkingspercentages geldt. 

Artikel 33d 

	1. Een verwerker verwerkt de hoeveelheid dierlijke meststoffen,
uitgedrukt in kilogrammen fosfaat, waarvoor hij met betrekking tot een
kalenderjaar mestverwerkingsovereenkomsten heeft gesloten. 

	2. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden
gesteld inzake de termijnen waarbinnen aan de verplichting, bedoeld in
het eerste lid, moet zijn voldaan.

	3. Bij algemene maatregel van bestuur kan worden bepaald dat krachtens
die maatregel aan te wijzen soorten dierlijke meststoffen niet meetellen
voor het voldoen aan de verplichting, bedoeld in het eerste lid. 

G

	Artikel 34 wordt als volgt gewijzigd:

	1. In de aanhef wordt “die meststoffen produceren, verhandelen of
gebruiken” vervangen door: die meststoffen produceren, verhandelen,
gebruiken of verwerken.

	2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel c door een
puntkomma, wordt een onderdeel toegevoegd, luidende: 

	d. het bepaalde bij of krachtens de artikelen 33a, 33b en 33d. 

H

	In artikel 51 wordt na “15,” ingevoegd: 33a, eerste, vierde, vijfde
en zevende lid, 33b, vijfde lid, 33d, eerste lid. 

I

	Na artikel 58 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 59 

	1. In geval van overtreding van artikel 33a, eerste lid, bedraagt de
bestuurlijke boete € 11 per kilogram fosfaat ten aanzien waarvan de
landbouwer niet heeft gehandeld overeenkomstig artikel 33a, tweede lid,
onderdeel b.

	2. In geval van overtreding van artikel 33a, vierde lid, bedraagt de
bestuurlijke boete € 11 per kilogram fosfaat waarmee dat lid wordt
overtreden.

	3. In geval van overtreding van artikel 33a, vijfde lid, bedraagt de
bestuurlijke boete € 11 per kilogram fosfaat waarmee dat lid wordt
overtreden.

	4. In geval van overtreding van artikel 33a, zevende lid, bedraagt de
bestuurlijke boete € 11 per kilogram fosfaat waarmee dat lid wordt
overtreden.

	5. In geval van overtreding van artikel 33d, eerste lid, bedraagt de
bestuurlijke boete € 11 per kilogram fosfaat waarmee dat lid wordt
overtreden.

J

	In artikel 60, eerste lid, wordt “de artikelen 57, eerste lid, en 58,
eerste lid,” vervangen door: de artikelen 57, eerste lid, 58, eerste
lid, en 59. 

K

	Artikel 62 wordt als volgt gewijzigd: 

	1. In het eerste lid wordt “artikel 57 of 58” vervangen door:
artikel 57, 58 of 59.

	2. In het tweede lid wordt na “15,” ingevoegd: 33b, vijfde lid,. 

L

	Artikel 77 komt te luiden:

Artikel 77 

	Hoofdstuk V, titels 1 tot en met 5, vervalt op een bij koninklijk
besluit te bepalen tijdstip. 

ARTIKEL II

	In artikel 1a, onderdeel 1°, van de Wet op de economische delicten
wordt “de Meststoffenwet, de artikelen 7, 14, eerste lid, 19, 20,
eerste lid, 21, 22, derde lid, en 26, zesde lid;” vervangen door: de
Meststoffenwet, de artikelen 7, 14, eerste lid, 19, 20, eerste lid, 21,
22, derde lid, 26, zesde lid, 33a, eerste, vierde, vijfde of zevende
lid, en 33d;.

ARTIKEL IIa

	De Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur
wordt als volgt gewijzigd:

A

	Artikel 1, eerste lid, onderdeel c, wordt als volgt gewijzigd:

	1. In de aanhef wordt na “erkenning” ingevoegd: , registratie.

	2. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel 14° door
een puntkomma wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

	15°. artikel 15 van de Meststoffenwet.

B

	In artikel 27, eerste lid, onderdeel c, wordt “de Algemene
Inspectiedienst” vervangen door: de Nederlandse Voedsel- en
Warenautoriteit.

ARTIKEL III

Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari 2014. Indien het
Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 31
december 2013, treden de artikelen van deze wet in werking op een bij
koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende
artikelen en onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministers, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden. 

Gegeven

De Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu

 

 

 PAGE    

 PAGE   1