30830 bijgewerkt t/m nr. 13 (NvW d.d. 18 september 2013)
Voorstel van wet van de leden Pechtold en Van der Ham tot wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 ter verbetering van de rechtsbescherming in asielzaken
Bijgewerkte tekst
Nummer: 2013D33452, datum: 2013-09-18, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 4
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van zaak 2007Z02037:
- Indiener: A.G. Schouw, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- 2010-03-02 15:30: Extra procedurevergadering commissie Justitie (Procedurevergadering), vaste commissie voor Justitie (2008-2010)
- 2010-03-10 16:00: Procedurevergadering commissie Justitie (Procedurevergadering), vaste commissie voor Justitie (2008-2010)
- 2012-05-30 13:30: Procedurevergadering cie. Immigratie en Asiel (Procedurevergadering), algemene commissie voor Immigratie, Integratie en Asiel (2010-2012)
- 2013-10-02 14:30: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Veiligheid en Justitie (2010-2017)
- 2014-01-30 14:00: Voorstel van wet van het lid Schouw tot wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 ter verbetering van de rechtsbescherming in asielzaken (30830) (Inbreng verslag (wetsvoorstel)), vaste commissie voor Veiligheid en Justitie (2010-2017)
- 2017-04-05 14:30: Extra procedurevergadering Veiligheid en Justitie (groslijst controversieel verklaren) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Veiligheid en Justitie (2010-2017)
- 2018-01-24 14:30: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
Preview document (🔗 origineel)
Bijgewerkt t/m nr. 13 (NvW d.d. 18 september 2013) 30 830 Voorstel van wet van het lid Schouw tot wijziging van de Vreemdelingenwet 2000 ter verbetering van de rechtsbescherming in asielzaken VOORSTEL VAN WET ZOALS GEWIJZIGD NAAR AANLEIDING VAN HET ADVIES VAN DE RAAD VAN STATE Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de rechtsbescherming in asielzaken te verbeteren; Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: ARTIKEL I De Vreemdelingenwet 2000 wordt gewijzigd als volgt: A Aan artikel 31 wordt een lid toegevoegd, luidende: 4. Artikel 4:6, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht blijft buiten toepassing, als er aanwijzingen zijn dat de uitzetting in strijd kan komen met een voor Nederland geldende internationaalrechtelijke verplichting. B Artikel 38 wordt gewijzigd als volgt: 1. Voor de tekst wordt de aanduiding “1.” geplaatst. 2. Toegevoegd wordt een tweede lid, luidende: 2. Voorafgaand aan het horen wordt de vreemdeling er op gewezen, dat hij feiten en omstandigheden aannemelijk moet maken die hetzij op zichzelf, hetzij in verband met andere feiten, een rechtsgrond voor de verlening of verlenging van de vergunning vormen. Daarbij wordt hij er op gewezen dat hij daartoe verklaringen moet afleggen en alle bewijsmiddelen waarover hij beschikt of redelijkerwijs de beschikking kan krijgen, moet overleggen. C Na artikel 82 wordt een artikel tussengevoegd, luidende: Artikel 82a De rechtbank houdt bij de beoordeling van het beroep rekening met door de vreemdeling afgelegde verklaringen en overgelegde bewijsmiddelen, voorzover zij de daarin gestelde feiten en vermoedens geloofwaardig acht. D Aan artikel 83 wordt een lid toegevoegd, luidende: 8. De in het eerste lid bedoelde feiten en omstandigheden kunnen ook betrekking hebben op zaken die geen verband houden met hetgeen de vreemdeling in de procedure inzake de aanvraag van een vergunning, bedoeld in artikel 28, naar voren heeft gebracht. E In paragraaf 2. “beroep op de rechtbank” wordt, onder vernummering van artikel 83a tot artikel 83b, na artikel 83 een artikel ingevoegd, luidende: Artikel 83a Indien het beroep gericht is tegen een beslissing op een herhaalde aanvraag en aannemelijk is dat uitzetting van de vreemdeling strijdig zou kunnen zijn met een voor Nederland geldende internationaalrechtelijke verplichting beoordeelt de rechtbank het beroep als ware het gericht tegen een beslissing op eerste aanvraag. ARTIKEL II 1. Artikel I, onderdelen A en B, is niet van toepassing indien de aanvraag voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet is ingediend. 2. Artikel I, onderdelen C en D, is niet van toepassing indien het beroep voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet is ingediend 3. Artikel I, onderdeel E, is niet van toepassing indien het onderzoek ter zitting voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet is gesloten. ARTIKEL IIA De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie stuurt binnen vijf jaar na de inwerkingtreding van deze wet aan de Staten-Generaal een verslag over de effecten van deze wet in de praktijk. ARTIKEL III Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip. Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden. Gegeven De Minister van Justitie, De Staatssecretaris van Justitie, PAGE PAGE 2