33719 Adv RvSt inzake de Wet aanpassing waterschapsverkiezingen
Wijziging van de Kieswet en de Waterschapswet ten behoeve van gecombineerde verkiezingen van vertegenwoordigers voor de ingezetenen in het algemeen bestuur van het waterschap en de verkiezingen voor de provinciale staten (Wet aanpassing waterschapsverkiezingen)
Advies Afdeling advisering Raad van State
Nummer: 2013D34312, datum: 2013-09-03, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.DOC), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van zaak 2013Z16571:
- Indiener: M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus, minister van Infrastructuur en Milieu
- Medeindiener: R.H.A. Plasterk, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Volgcommissie: vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu (2010-2017)
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2013-09-12 13:30: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2013-09-19 11:30: Procedurevergadering cie. Binnenlandse Zaken (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2013-10-17 14:00: Wijziging van de Kieswet en de Waterschapswet ten behoeve van gecombineerde verkiezingen van vertegenwoordigers voor de ingezetenen in het algemeen bestuur van het waterschap en de verkiezingen voor de provinciale staten (Wet aanpassing waterschapsverkiezingen) (33719) (Inbreng verslag (wetsvoorstel)), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2013-11-21 11:30: Procedurevergadering cie. Binnenlandse Zaken (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2013-12-09 14:00: Wet aanpassing waterschapsverkiezingen (33719) (Wetgevingsoverleg), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2013-12-17 16:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
No.W14.13.0100/IV 's-Gravenhage, 17 mei 2013 Bij Kabinetsmissive van 16 april 2013, no.13.000786, heeft Hare Majesteit Koningin Beatrix, op voordracht van de Minister van Infrastructuur en Milieu, mede namens de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, bij de Afdeling advisering van de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet tot wijziging van de Kieswet en de Waterschapswet ten behoeve van gecombineerde verkiezingen van de vertegenwoordigers voor de ingezetenen in het algemeen bestuur van het waterschap en de verkiezingen voor de provinciale staten (Wet aanpassing waterschapsverkiezingen), met memorie van toelichting. Het voorstel regelt de directe verkiezing van de vertegenwoordigers voor de ingezetenen in het algemeen bestuur van het waterschap. Hiervoor worden stembusverkiezingen ingevoerd die gelijktijdig zullen plaatsvinden met de verkiezing van de leden van de provinciale staten. De Afdeling advisering van de Raad van State onderschrijft de strekking van het wetsvoorstel, maar maakt opmerkingen over de integratie in de Kieswet, het belang van geregistreerde groeperingen en het verschil in kiesgerechtigdheid. Zij is van oordeel dat in verband daarmee aanpassing van het voorstel wenselijk is. 1. Integratie in de Kieswet Het voorstel integreert de regeling van de verkiezing van de vertegenwoordigers voor de ingezetenen in het algemeen bestuur van het waterschap in de Kieswet. De Afdeling heeft hiertoe eerder geadviseerd en onderschrijft deze keuze. De verkiezing voor de waterschappen wijkt echter op een aantal punten af van die van de andere verkiezingen die in de Kieswet geregeld worden, onder meer op het punt van de registratie van groeperingen. Het voorstel leidt daarom tot het op verschillende plaatsen in de Kieswet invoegen van bepalingen die specifiek zien op de verkiezing van het algemeen bestuur van de waterschappen en tot de vernummering van hoofdstuk A. In de toelichting wordt gesteld dat de keuze voor het opnemen van de bepalingen voor de waterschapsverkiezingen door de Kieswet heen in plaats van in een apart hoofdstuk leidt tot een betere integratie van de regeling van deze verkiezingen. De Afdeling merkt op dat de wijze van verkiezing van de vertegenwoordigers voor de ingezetenen in het algemeen bestuur van het waterschap in de afgelopen decennia regelmatig onderwerp van discussie is geweest en dat dit heeft geleid tot diverse wetswijzigingen, waarbij telkens bleek dat deze niet voldeden aan de verwachtingen, zodat daarop weer nieuwe wijzigingen plaatsvonden. Ook bij deze wijziging moet bijvoorbeeld nog worden afgewacht of de beoogde doelstelling van een hogere opkomst bereikt zal worden. Verder staat in het regeerakkoord dat de waterschappen zullen worden samengevoegd met de landsdelen. Dit zou op termijn betekenen dat de bepalingen over de verkiezing van de vertegenwoordigers voor de ingezetenen in het algemeen bestuur van het waterschap weer uit de Kieswet moeten worden gehaald. De Afdeling adviseert daarom, in navolging van de Kiesraad, om de bepalingen over de verkiezing van de waterschappen voorshands in een apart hoofdstuk van de Kieswet onder te brengen, zoals ook is gebeurd met de bepalingen over de verkiezing van de Eerste Kamer en het Europees Parlement. Indien blijkt dat de voorgestelde wijze van verkiezen de gewenste resultaten oplevert en de discussie over het (zelfstandig) voortbestaan van de waterschappen is afgerond, kunnen deze bepalingen eventueel alsnog worden geïntegreerd in de verschillende hoofdstukken van de Kieswet. De Afdeling adviseert het voorstel aan te passen. 2. Belang van geregistreerde groeperingen a. Eis aanwijsbaar belang Het voorstel brengt geen wijziging aan in de eis dat een groepering die wil meedoen aan de verkiezing van de vertegenwoordigers voor de ingezetenen in het algemeen bestuur van het waterschap een aanwijsbaar belang moet hebben bij de taakuitoefening van het waterschap. De vraag of dit belang gesteld zou moeten worden is bij de invoering van het lijstenstelsel voor de verkiezing van de waterschappen diverse malen aan de orde geweest. Terecht heeft de Kiesraad in zijn advies over dit voorstel nogmaals deze vraag gesteld. De Afdeling merkt op dat de reactie in de toelichting op het advies van de Kiesraad op dit punt summier is en tevens het standpunt van de Kiesraad miskent. De Afdeling adviseert de toelichting op dit punt aan te vullen. b. Schrapping van registratie Indien het van belang wordt geacht dat alleen groeperingen met een aanwijsbaar belang kunnen deelnemen aan de verkiezing voor de waterschappen wijst de Afdeling op het volgende. Blijkens het voorstel moet dit belang bij de registratie worden aangetoond. De Afdeling merkt op dat bij de bepalingen over het schrappen van de registratie in het zevende lid van het voorgestelde artikel G 2a niet geregeld is dat een groepering geschrapt wordt indien deze niet langer een aanwijsbaar belang heeft bij de taakuitoefening van het waterschap. Hierdoor is het mogelijk dat een groepering uitsluitend met het oogmerk van registratie een dergelijk belang opneemt in de statuten, maar dit na de registratie weer schrapt. Gelet op de doelstelling van de eis van het aanwijsbare belang voor deelname is dit ongewenst. De Afdeling adviseert daarom in het zevende lid van het voorgestelde artikel G 2a te bepalen dat een registratie geschrapt wordt indien de groepering niet langer een aanwijsbaar belang heeft bij de taakuitoefening van het waterschap. 3. Verschil in kiesgerechtigdheid Voor provinciale staten zijn alleen Nederlanders kiesgerechtigd, terwijl voor de waterschapsverkiezingen het ingezetenschap het criterium is voor kiesgerechtigdheid. Dit verschil in kiesgerechtigdheid betekent dat bij een combinatie met de verkiezing van provinciale staten ingezetenen die niet de Nederlandse nationaliteit bezitten wel mogen stemmen voor de waterschappen, maar niet voor de provinciale staten. Dit kan tot verwarring leiden over de vraag waarom een kiezer niet mag stemmen voor de provinciale staten. De toelichting gaat niet in op dit verschil in kiesgerechtigdheid. De Afdeling adviseert de toelichting aan te vullen. 4. Voor een redactionele kanttekening verwijst de Afdeling naar de bij het advies behorende bijlage. De Afdeling advisering van de Raad van State geeft U in overweging het voorstel van wet te zenden aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal, nadat met het vorenstaande rekening zal zijn gehouden. De vice-president van de Raad van State, Bijlage bij het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State betreffende no.W14.13.0100/IV met een redactionele kanttekening die de Afdeling in overweging geeft. Artikel I, onder Q vervangen door: In het opschrift van hoofdstuk G wordt na politieke groepering toegevoegd: of een belangengroepering. Advies van de Afdeling advisering van de Raad van State van 22 september 2011, Kamerstukken II 2011/12, 33 097, nr. 4. Toelichting, paragraaf 4, Consultatie en advisering, negende alinea. Regeerakkoord "Bruggen slaan", Hoofdstuk XIII Bestuur: "De waterschappen worden samengevoegd met de landsdelen" (Kamerstukken II 2012/13, 33 410, nr. 15, blz. 40). Advies van de Kiesraad van 15 februari 2013 over de Wet stembusverkiezingen ingezetenen algemeen bestuur waterschap. Zie onder meer het advies van de Raad van State van 25 mei 2006 over het voorstel van Wet modernisering waterschapsbestel (W09.06.0041) Kamerstukken II 2005/06, 30 601, nr. 4., de discussie hierover in de Eerste Kamer (Kamerstukken I, 2006/07, 30 601, E) en het advies van de Kiesraad van 3 juli 2007 over het Waterschapsbesluit. Toelichting, paragraaf 4, Consultatie en advisering, tiende alinea. De Kiesraad merkt op dat een materiële toets strijdig is met het uitgangspunt van de Kieswet dat de registratie van partijen uitsluitend is bedoeld om de duidelijkheid voor de kiezer te bevorderen. In het Kamerstuk waarnaar door de Kiesraad wordt verwezen staat dat de registratie daarmee niet bedoeld is als een soort vergunningstelsel voor politieke partijen (Kamerstukken II 1987/88, 20 264, nr. 3, blz. 26). Voor de waterschapsverkiezingen is registratie van een aanduiding waarbij van een aanwijsbaar belang wordt uitgegaan, een voorwaarde voor deelname en dus kan daar gesproken worden van een vergunningstelsel. De stelling dat de regering de opmerking van de Kiesraad onderschrijft is daarmee onjuist. Zie het voorgestelde artikel I, onder R, vierde lid, onder a van artikel G 2a. Toelichting, paragraaf 2.4, specifieke bepalingen voor de waterschapsverkiezingen, derde alinea. Zie artikel B 2 van de Kieswet. PAGE 1 PAGE 3 PAGE I AAN DE KONING ........................................................................ ...........