33775 NR inzake Wijziging van de Warenwet
Wijziging van de Warenwet in verband met het verhogen van het maximum bedrag van de bestuurlijke boete en enkele andere wijzigingen waaronder regels inzake het aanprijzen van het aanbrengen van een tatoeage of piercing en wiziging van de Warenwet BES in verband met het eenduidig regelen van de bevoegdheden van de toezichthouders en de eilandbesturen
Nader rapport
Nummer: 2013D41788, datum: 2013-10-17, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: E.I. Schippers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Ooit VVD kamerlid)
Onderdeel van zaak 2013Z20229:
- Indiener: E.I. Schippers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2013-10-29 15:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2013-11-06 13:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2013-12-12 14:00: Wijziging van de Warenwet in verband met het verhogen van het maximum bedrag van de bestuurlijke boete en enkele andere wijzigingen waaronder regels inzake het aanprijzen van het aanbrengen van een tatoeage of piercing en wijziging van de Warenwet BES in verband met het eenduidig regelen van de bevoegdheden van de toezichthouders en de eilandbesturen - 33775 (Inbreng verslag (wetsvoorstel)), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2014-05-28 10:15: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2014-06-19 13:40: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2015-04-09 18:30: Wijziging van de Warenwet in verband met het verhogen van het maximum bedrag van de bestuurlijke boete en enkele andere wijzigingen waaronder regels inzake het aanprijzen van het aanbrengen van een tatoeage of piercing en wijziging van de Warenwet BES in verband met het eenduidig regelen van de bevoegdheden van de toezichthouders en de eilandbesturen (33775) (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2015-04-14 15:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
- 2015-04-21 15:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Aan de Koning Nader rapport inzake het voorstel van wet, houdende wijziging van de Warenwet in verband met het verhogen van het maximum bedrag van de bestuurlijke boete en enkele andere wijzigingen waaronder regels inzake het aanprijzen van het aanbrengen van een tatoeage of piercing en wijziging van de Warenwet BES in verband met het eenduidig regelen van de bevoegdheden van de toezichthouders en de eilandbesturen Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw Kabinet van 24 april 2013, no. 13.000888, machtigde Uwe Majesteit de Afdeling advisering van de Raad van State haar advies inzake het bovenvermelde voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen toekomen. Dit advies, gedateerd 13 juni 2013, no. W13.13.0109/III, bied ik U hierbij aan. Verhoging maximale bedrag bestuurlijke boete Met de inwerkingtreding van de Wet aanscherping handhaving en sanctiebeleid SZW-wetgeving zijn de bestuurlijke boeten in de SZW-wetgeving aanzienlijk verhoogd. Tussen de Arbeidsomstandighedenwet en de Warenwet bestaat een nauwe relatie. Om die reden is het wenselijk ook de maximumboete in de Warenwet aan te passen en aan te laten sluiten bij de Arbeidsomstandighedenwet, anders zouden onverklaarbare verschillen tussen de beide wetten ontstaan. In de Warenwet staat het maximumbedrag van de bestuurlijke boete. In het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten staan de concrete boetebedragen die bij overtreding van de verschillende Warenwetbesluiten kunnen worden opgelegd. De verhoging van het boetemaximum zal in de praktijk gevolgen hebben voor warenwetbesluiten die een nauwe relatie hebben met de Arbeidsomstandighedenwet. De warenwetbesluiten die het betreft zijn: Warenwetbesluit containers, Warenwetbesluit explosieveilig materieel, Warenwetbesluit drukvaten van eenvoudige vorm, Warenwetbesluit drukapparatuur, Warenwetbesluit liften, Warenwetbesluit machines en Warenwetbesluit persoonlijke beschermingsmiddelen. Voor de Warenwetbesluiten die primair onder de verantwoordelijkheid van de Minister van VWS vallen volstaat het huidige boetemaximum van € 4.500. Niet uit te sluiten is echter dat ook voor deze besluiten in de toekomst bij overtreding van bepaalde voorschiften hogere boeten gerechtvaardigd zijn. De Warenwet biedt daar dan de mogelijkheid toe. Zoals de Raad terecht opmerkt, behoren deze boetes in redelijke verhouding te staan tot de aard en de ernst van de overtreding. De afweging of daarvan sprake is, wordt gemaakt in het Warenwetbesluit bestuurlijke boeten. Verbod aanprijzen aanbrengen tatoeage of piercing Het verbod tot het aanprijzen van het aanbrengen van een tatoeage of piercing beperkt het in artikel 10 van het Europees Verdrag tot Bescherming van de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden (EVRM), opgenomen recht van de vrijheid van meningsuiting. De Afdeling merkt terecht op dat die beperking een rechtvaardiging behoeft. Artikel 10, tweede lid, van het EVRM vereist dat een beperking van het recht op de vrijheid van meningsuiting: bij de wet is voorzien; een in dat lid genoemd belang dient, en noodzakelijk is in een democratische samenleving. De beperking vormt na de inwerkingtreding van het onderhavige wetsvoorstel een onderdeel van de Warenwet. Het voorgestelde nieuwe vijfde lid van artikel 24 van de Warenwet bevat een duidelijke omschrijving van de beperking en wordt in het Staatblad bekend gemaakt en via HYPERLINK "http://www.overheid.nl" www.overheid.nl raadpleegbaar. De beperking van het recht op de vrijheid van meningsuiting is daarmee bij de wet voorzien. De beperking dient ter bescherming van de gezondheid. Het betreft hier een in artikel 10, tweede lid, van het EVRM, genoemd belang. De vereiste noodzakelijkheid houdt in dat: de beperking voorziet in een dringende maatschappelijke behoefte; de beperking geschikt is om de bescherming van de gezondheid te bereiken; er geen minder vergaande beperking van het recht van de vrijheid van meningsuiting bestaat waarmee dezelfde bescherming van de gezondheid kan worden gerealiseerd, en de bescherming van de gezondheid op weegt tegen de beperking. De beperking voorziet in de dringende maatschappelijke behoefte van het tegengaan van het aanbrengen van tatoeages en piercings door personen die niet beschikken over de daarvoor vereiste vergunning. Het in het voorgestelde nieuwe vijfde lid van artikel 24 van de Warenwet opgenomen verbod geldt slechts voor personen die niet voldoen aan de krachtens die wet geldende vergunningplicht. Het krachtens de Warenwet geldend vergunningstelsel voor het gebruik van tatoeage- of piercingsmateriaal is uitsluitend in het leven geroepen om het volksgezondheidsbelang te dienen en is een goed middel om infecties van ernstige ziektes te verminderen. Het bovenbedoeld verbod leidt ertoe dat minder personen een tatoeage of een piercing laten aanbrengen door personen die niet beschikken over de daarvoor vereiste vergunning. Het verbod vormt daarmee een geschikt middel voor de bescherming van de volksgezondheid. Het voorgestelde nieuwe vijfde lid van artikel 24 van de Warenwet bepaalt dat het verbod niet geldt voor personen die beschikken over de vereiste vergunning of waarvan de aanbrengactiviteiten krachtens de Warenwet niet vergunningplichtig zijn. De beperking van het recht van de vrijheid van meningsuiting gaat met andere woorden niet verder dan nodig om de bescherming van de gezondheid te realiseren. Er bestaat dan ook geen minder vergaande beperking van het recht van de vrijheid van meningsuiting waarmee dezelfde bescherming van de gezondheid wordt bereikt. De beperking van het recht op de vrijheid van meningsuiting betreft activiteiten van personen op het vlak van het aanbrengen van tatoeages of piercings die ze niet mogen uitvoeren. Het belang van een persoon om zijn activiteiten aan te kunnen prijzen, terwijl er vanwege het niet beschikken over de vereiste vergunning een verbod voor hem geldt om die uit te voeren is niet groot. De beperking van de gezondheid weegt daarmee op tegen de beperking van het recht op de vrijheid van meningsuiting. De voorgestelde wijziging voldoet daarmee aan de vereiste noodzakelijkheid. Er is van de gelegenheid gebruik gemaakt om in de Warenwet verplichtingen te schrappen om een aantal regels of besluiten vast te stellen dan wel termijnen te verlengen in overeenstemming met de Minister van Economische Zaken. Dit wordt voorgesteld op aangeven van de Minister van Economische Zaken. Dit houdt verband met het ook in het regeerakkoord neergelegde streven de bureaucratie zoveel mogelijk te beperken. Dit neemt uiteraard niet weg dat per geval zal worden beoordeeld of afstemming nodig is. Er is tevens van de gelegenheid gebruik gemaakt om in de Warenwet een grondslag op te nemen voor de doorberekening van kosten van de behandeling van een aanvraag voor documenten. Het betreft hier documenten die geen betrekking hebben op een vergunning of de aanwijzing van een instelling. Gedacht kan worden aan een document waaruit blijkt dat een certificaat van een organisatie uit een andere lidstaat voldoet aan de in Nederland gestelde eisen. De redactionele kanttekeningen van de Afdeling advisering van de Raad van State zijn overgenomen. Ik moge U mede namens de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid verzoeken het hierbij gevoegde voorstel van wet en de memorie van toelichting aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden. De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, mw. drs. E.I. Schippers Zie in dit verband Stb, 2007, 114, blz.9. Pagina PAGE \* MERGEFORMAT 2 van NUMPAGES \* MERGEFORMAT 3 Pagina PAGE \* MERGEFORMAT 1 van NUMPAGES \* MERGEFORMAT 3 Kenmerk 157041-111304-WJZ Den Haag 16 oktober 2013