[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Reactie op brieven van een burger inzake misstanden bij de gemeente Nederweert

Brief regering

Nummer: 2014D04544, datum: 2014-02-05, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van zaak 2014Z02266:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 5 februari 2014

U heeft mij bij brief van 21 januari 2014 verzocht te reageren op het
schrijven van de heer C. U heeft tevens verzocht de eerder door u
verzonden brief over deze kwestie, d.d. 1 oktober 2013, bij deze reactie
te betrekken.

De kwestie die de heer C aandraagt heeft in de afgelopen jaren diverse
malen, zowel telefonisch als per brief, de aandacht gehad van mijn
ministerie. Het is mij daarbij duidelijk geworden dat het hierbij in de
eerste plaats gaat om een reeds langlopend en inmiddels juridisch
beslecht arbeidsrechtelijk conflict tussen de heer C  en zijn vorige
werkgever, de gemeente Nederweert. De heer C is daarbij van mening dat
de gemeente hem ten onrechte heeft ontslagen. Bovendien zou hij op een
onbehoorlijke manier zijn behandeld door de gemeente. In zijn
briefwisselingen heeft de heer C mij daarom diverse malen verzocht te
interveniëren. 

Ik heb de heer C bij brief van 20 augustus 2012, 28 september 2012 en 6
maart 2013 aangegeven dat er diverse, daarvoor speciaal in het leven
geroepen, instanties bestaan die zich kunnen uitspreken over klachten
inzake het ontslag, alsmede het handelen van de gemeente Nederweert in
deze zaak. Ik heb begrepen dat diverse instanties, waaronder de Centrale
Raad voor Beroep, de Nationale Ombudsman, het Adviespunt Klokkenluiders,
De Commissie Klokkenluiders Gemeentelijke Overheid en het Gerechtshof
Den Bosch zich inmiddels ook hebben uitgesproken over de door de heer C
aangevoerde klachten. 

Gezien de uitspraken van de betrokken instanties en het feit dat
gemeenten, grondwettelijk gewaarborgd, autonoom zijn in de regeling en
het bestuur van hun eigen huishouding, zie ik geen reden tot
interveniëren in dit arbeidsrechtelijke conflict. Ik ben daarom ook
niet voornemens tot het instellen van een integriteitsonderzoek bij de
gemeente Nederweert, zoals verzocht door de heer C. 

De door de heer C als nieuw ontdekte misstanden rond de integriteit van
de burgemeester van Nederweert dienen in de eerste plaats door de
gemeenteraad, als democratisch verkozen controleorgaan, te worden
geadresseerd. Uit informatie van de gemeente Nederweert is gebleken dat
de gemeenteraad deze aantijgingen in maart 2010 reeds heeft
geadresseerd. Ik zie daarom ook in dit geval geen aanleiding tot het
instellen van nader onderzoek. 

In mijn laatste brief aan de heer C, d.d. 6 maart 2013, heb ik
medegedeeld dat verdere correspondentie over deze kwestie niet meer in
behandeling zal worden genomen. Voor de volledigheid zal ik de heer C en
de gemeente Nederweert nog wel een afschrift van deze brief sturen.

De minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

R.H.A. Plasterk

 Zie bijlagen: Brief d.d. 20 augustus 2012, kenmerk 2012-000047282;
Brief d.d. 28 september 2012, kenmerk 2012-0000518900; Brief d.d. 6
maart 2013, kenmerk 2013-0000128795.