[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Eindtekst

Regels omtrent meeteenheden en meetinstrumenten voor Bonaire, Sint Eustatius en Saba (IJkwet BES 2014)

Eindtekst

Nummer: 2014D12129, datum: 2014-04-03, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2014Z03886:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


De Tweede Kamer der Staten- PRIVATE  

Generaal zendt bijgaand door

haar aangenomen wetsvoorstel

aan de Eerste Kamer.

De Voorzitter,

3 april 2014





	Regels omtrent meeteenheden en meetinstrumenten voor Bonaire, Sint
Eustatius en Saba (IJkwet BES 2014)







VOORSTEL VAN WET



	Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins
van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de regels
met betrekking tot meeteenheden en meetinstrumenten op een aan de eisen
van deze tijd aangepaste en overzichtelijke wijze vast te stellen voor
Bonaire, Sint Eustatius en Saba.

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State
gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden
en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen

Artikel 1

In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

a. Onze Minister: Onze Minister van Economische Zaken;

b. meetinstrument: apparaat of systeem met een meetfunctie;

c. ijk: keuring van een meetinstrument als bedoeld in artikel 3 door de
bevoegde instantie aan de bij of krachtens artikel 3 gestelde eisen;

d. herijk: herhaalde keuring van een in gebruik genomen meetinstrument
als bedoeld in artikel 3 door de bevoegde instantie aan de bij of
krachtens artikel 3 gestelde eisen;

e. in gebruik nemen: eerste gebruik van een voor een eindgebruiker
bestemd meetinstrument voor het doel waarvoor het is bestemd;

f. bevoegde instantie: op grond van artikel 11 aangewezen instantie.

HOOFDSTUK 2. Meeteenheden en standaarden

Artikel 2

Bij algemene maatregel van bestuur kunnen voor grootheden meeteenheden
worden vastgesteld en kunnen tevens regels worden gesteld betreffende:

a. het symbool, de aanduiding, de omschrijving en het gebruik van een
meeteenheid;

b. de benaming en de meetstandaard van een grootheid.

HOOFDSTUK 3. Meetinstrumenten

Artikel 3

1. Aan ijk en herijk zijn bij ministeriële regeling aangewezen
meetinstrumenten onderworpen die worden gebruikt voor of zich bevinden
op plaatsen bestemd voor:

a. het drijven van handel;

b. het doen van leveringen;

c. het vaststellen van heffingen of arbeidsloon naar grondslag van maat
of gewicht;

d. observatie, diagnose en behandeling in de medische praktijk;

e. het vervaardigen van medicijnen op voorschrift in de apotheek en het
verrichten van analyses in medische en farmaceutische laboratoria;

f. het vaststellen van overtredingen in het kader van de
verkeershandhaving of de handhaving van de milieuregelgeving.

2. Meetinstrumenten als bedoeld in het eerste lid ondergaan de ijk
voordat ze in gebruik worden genomen.

3. Bij ministeriële regeling worden de eisen vastgesteld waaraan
meetinstrumenten, bedoeld in het eerste lid, moeten voldoen. Daarbij kan
onderscheid worden gemaakt naar het gebruiksdoel van een meetinstrument.

4. In de regels, bedoeld in het derde lid, kan onderscheid worden
gemaakt tussen het in gebruik nemen en het gebruik van meetinstrumenten.

Artikel 4

1. Een meetinstrument ondergaat een herijk op grond van de in artikel 3
voor dat meetinstrument voorgeschreven eisen:

a. voordat het meetinstrument weer wordt gebruikt na een reparatie of
een verandering die van invloed kan zijn op de meetfunctie,

b. na schending van het ijkmerk, of

c. op verzoek van de eigenaar of gebruiker.

2. Bij ministeriële regeling kan voor een meetinstrument als bedoeld in
artikel 3, eerste lid, een termijn worden vastgesteld waarbinnen het
herijkt moet worden.

Artikel 5

1. Meetinstrumenten als bedoeld in artikel 3 worden voorzien van een
ijkmerk.

2. De ijkmerken, bedoeld in het eerste lid, worden onderscheiden in:

a. goedkeuringsmerken

b. afkeuringsmerken

3. Bij ministeriële regeling worden nadere regels gesteld omtrent de
vorm van de ijkmerken.

Artikel 6

1. Bij ijk of herijk goedgekeurde meetinstrumenten krijgen een
goedkeuringsmerk.

2. Het hoofd van de bevoegde instantie kan in bijzondere gevallen
bepalen dat het goedkeuringsmerk wordt vervangen door een schriftelijke
verklaring.

3. Bij ijk of herijk afgekeurde meetinstrumenten krijgen een
afkeuringsmerk.

HOOFDSTUK 4. Verboden en geboden

Artikel 7

1. Het is verboden:

a. een grootheid uit te drukken in een andere meeteenheid dan de
meeteenheid die krachtens artikel 2 voor die grootheid is vastgesteld;

b. voor een grootheid een benaming te bezigen in strijd met de krachtens
artikel 2 gestelde regels.

2. Bij ministeriële regeling kunnen gevallen of omstandigheden worden
bepaald waarin het verbod, bedoeld in het eerste lid, niet geldt.

Artikel 8

1. Het is enkel toegestaan een meetinstrument als bedoeld in artikel 3
in gebruik te nemen of te gebruiken wanneer deze voldoet aan de voor dit
meetinstrument vastgestelde eisen en is voorzien van een
goedkeuringsmerk of vergezeld gaat van een voor dit meetinstrument
afgegeven schriftelijke verklaring als bedoeld in artikel 6, tweede lid.

2. Bij ministeriële regeling kan worden bepaald dat in daarbij
aangegeven gevallen of omstandigheden een vrijstelling geldt van het
gebod, bedoeld in het eerste lid.

Artikel 9

Het is enkel toegestaan een meetinstrument als bedoeld in artikel 3 te
gebruiken indien het meetinstrument:

a. in een goede staat van onderhoud verkeert,

b. overeenkomstig de instructies van de fabrikant geïnstalleerd en
dienovereenkomstig gebruikt wordt,

c. gebruikt wordt voor metingen overeenkomstig de bestemming en

d. zodanig gejusteerd en gecorrigeerd wordt dat de aanwijzingsfouten zo
dicht mogelijk bij nul liggen.

Artikel 10

Meetinstrumenten welke worden gebruikt voor de verkoop aan particulieren
van goederen die bij de maat of het gewicht worden verkocht, moeten
zodanig zijn opgesteld, dat de koper de aanwijzing van het betrokken
meetinstrument onbelemmerd kan waarnemen.

HOOFDSTUK 5. Uitvoering en toezicht

Artikel 11

1. Het bestuurscollege wijst één instantie aan die tot taak heeft met
inachtneming van het bij of krachtens deze wet bepaalde:

a. ten aanzien van meetinstrumenten, waarvoor bij of krachtens artikel 3
voorschriften zijn gegeven, de ijk en herijk te verrichten;

b. zorg te dragen voor de uitoefening van het toezicht op de naleving
van hetgeen bij of krachtens deze wet is bepaald.

2. Bij eilandsverordening, houdende algemene maatregelen, kan de
inrichting, samenstelling en werkwijze van de in het eerste lid bedoelde
instantie worden geregeld.

Artikel 12

1. De bevoegde instantie kan de eigenaar of houder van een
meetinstrument kosten in rekening brengen voor zover deze redelijkerwijs
kunnen worden toegerekend aan de voor de ijk en herijk noodzakelijke
handelingen.

2. Bij eilandsverordening, houdende algemene maatregelen, kunnen
tarieven worden vastgesteld die de bevoegde instantie ten hoogste mag
berekenen voor de verrichte werkzaamheden in het kader van ijk en
herijk.

Artikel 13

1. Met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens deze wet
bepaalde zijn belast de daartoe door het bestuurscollege aangewezen
personen. Een zodanige aanwijzing wordt bekendgemaakt in de
Staatscourant.

2. De krachtens het eerste lid aangewezen personen zijn, uitsluitend
voor zover dat voor de vervulling van hun taak redelijkerwijs
noodzakelijk is, bevoegd:

a. alle inlichtingen te vragen;

b. inzage te verlangen van alle boeken, bescheiden en andere
informatiedragers en daarvan afschrift te nemen of deze daartoe
tijdelijk mee te nemen;

c. meetinstrumenten als bedoeld in artikel 3 te allen tijde te
onderzoeken en deze daartoe tijdelijk mee te nemen en, indien zij niet
voldoen aan de bij of krachtens deze wet voor herijk gestelde eisen, van
een afkeuringsmerk te voorzien;

d. met medeneming van de benodigde apparatuur elke plaats te betreden
met uitzondering van een woning zonder toestemming van de bewoner
waarbij zij bevoegd zijn zich te doen vergezellen door personen die
daartoe door hen zijn aangewezen.

3. Zo nodig, wordt de toegang tot een plaats als bedoeld in het tweede
lid, onderdeel d, verschaft met behulp van de sterke arm.

4. Een ieder is verplicht aan de krachtens het eerste lid aangewezen
personen alle medewerking te verlenen die op grond van het tweede lid
wordt gevorderd.

5. De krachtens het eerste lid aangewezen personen staan onder het gezag
van de door het bestuurscollege aangewezen bevoegde instantie en leggen
over werkzaamheden uitsluitend aan die instantie verantwoording af.

Artikel 14

In beslag genomen meetinstrumenten worden niet aan de rechthebbende
teruggegeven alvorens te zijn geijkt of herijkt.

HOOFDSTUK 6. Strafbepalingen

Artikel 15

Met hechtenis van ten hoogste een week of een geldboete van ten hoogste
USD 500 wordt gestraft hij, die handelt in strijd met dan wel niet
voldoet aan de vereisten gesteld in de artikelen 7, eerste lid, 8,
eerste lid, 9 en 10.

Artikel 16

De in artikel 15 strafbaar gestelde feiten worden beschouwd als
overtreding.

HOOFDSTUK 7. Overige bepalingen

Artikel 17

Het bestuurscollege kan de bevoegde instantie opdragen gebruik te maken
van haar bevoegdheden om de naleving van deze wet af te dwingen.

Artikel 18

1. De bevoegde instantie verstrekt desgevraagd aan Onze Minister alle
voor de uitoefening van diens taak benodigde inlichtingen. Onze Minister
kan inzage vorderen van alle gegevens en bescheiden, voor zover dat voor
de vervulling van zijn taak redelijkerwijs noodzakelijk is.

2. De instantie is verplicht Onze Minister of een door hem daartoe
aangezochte deskundige of instelling gelegenheid te geven, na te gaan of
de toezichthoudende instantie voldoet aan de gestelde eisen en
voorschriften.

Artikel 19

De IJkwet BES wordt ingetrokken.

HOOFDSTUK 8. Wijziging van andere wetten

Artikel 20

De Warenwet BES wordt gewijzigd als volgt:

A

Na artikel 5 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 5a

Bij ministeriele regeling kunnen:

a. bepaalde verpakte artikelen worden aangewezen, waarop de netto-inhoud
in metrieke maat of gewicht duidelijk moet zijn aangegeven;

b. bepaalde goederen worden aangewezen, welke niet anders dan bij maat
of gewicht mogen worden verkocht;

c. voorschriften worden gegeven betreffende de mate waarin verpakkingen,
die een bepaalde inhoud naar maat of gewicht doen veronderstellen,
tenminste moeten zijn vervuld;

d. bepaalde goederen worden aangewezen, welke niet anders dan in voor te
schrijven maat- of gewichtshoeveelheden mogen worden verkocht.

B

Na artikel 16 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 16a

Het is verboden waren per maat of gewicht te verkopen, te koop aan te
bieden of op welke wijze ook in de handel te brengen, anders dan bij
netto-inhoud of netto-gewicht.

C

In artikel 24, eerste lid en tweede lid, wordt “overtreding van de in
artikelen 8 tot en met 16 gestelde verboden” telkens vervangen door:
overtreding van de in artikelen 8 tot en met 16a gestelde verboden.

D

Na artikel 24 wordt een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 24a

1. Met hechtenis van ten hoogste een week of een geldboete van ten
hoogste USD 500 wordt gestraft hij, die ten behoeve van handel of
bedrijf, maat of gewicht der goederen heeft vastgesteld of op zijn last
heeft doen vaststellen, indien de netto-hoeveelheid meer dan het dubbele
van de afwijking, die voor het gebruikte meetinstrument bij herijk is
toegestaan, in zijn voordeel of het voordeel van de lastgever afwijkt
van de ware netto-hoeveelheid.

2. Het in het eerste lid strafbaar gestelde feit wordt beschouwd als
overtreding.

Artikel 21

Het Wetboek van Strafrecht BES wordt gewijzigd als volgt:

A

Artikel 223 komt te luiden:

Artikel 223

Met gevangenisstraf van ten hoogste drie jaren of een geldboete van de
vierde categorie wordt gestraft:

1°. hij die op een aan ijk onderworpen meetinstrument valse merken
plaatst of echte vervalst, met het oogmerk om die meetinstrumenten te
gebruiken of door anderen te doen gebruiken alsof de daarop geplaatste
merken echt en onvervalst waren;

2°. hij die, met gelijk oogmerk, op de bedoelde voorwerpen merken
plaatst door wederrechtelijk gebruik te maken van echte stempels.

B

Artikel 226 komt te luiden:

Artikel 226

1. Hij die een aan ijk onderworpen meetinstrument ontdoet van het daarop
geplaatste afkeuringsmerk, met het oogmerk om die voorwerpen te
gebruiken of door anderen te doen gebruiken als waren zij niet
afgekeurd, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar
of een geldboete van de derde categorie.

2. Met dezelfde straf wordt gestraft hij die opzettelijk deze van dat
afkeuringsmerk ontdane meetinstrumenten gebruikt, verkoopt, te koop
aanbiedt, aflevert, ten verkoop in voorraad heeft, als waren zij niet
afgekeurd.

HOOFDSTUK 9. Slotbepalingen

Artikel 22

De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk
besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of
onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld.

Artikel 23

Deze wet wordt aangehaald als: IJkwet BES 2014.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks
aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Economische Zaken,

 

 

 PAGE    

 PAGE   7