Verzoek van het lid Beertema om de staatssecretaris om een stand-van-zaken-brief te vragen inzake onderwijshuisvesting (zie: agendapunt 2 brievenlijst)
Brief lid / fractie
Nummer: 2014D37111, datum: 2014-10-16, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: H.J. Beertema, Tweede Kamerlid (Ooit PVV kamerlid)
Onderdeel van zaak 2014Z18234:
- Indiener: H.J. Beertema, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2014-10-16 10:00: Procedurevergadering OCW (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Preview document (🔗 origineel)
Rondvraag lid Beertema
Verzoek Harm Beertema (PVV) - onderwijshuisvesting
Schoolbesturen zijn vanaf 2015 verantwoordelijk voor het totale onderhoud en aanpassingen aan hun schoolgebouwen.
Voor het merendeel van de schoolbesturen geldt dat zij structureel te weinig vergoeding zullen ontvangen voor de uitvoering van het reguliere onderhoud, zo blijkt uit het landelijke benchmarkonderzoek dat Kenniscentrum ICSadviseurs heeft uitgevoerd naar de onderhoudslasten van 215 basisscholen, die qua omvang en spreiding een representatief beeld geven.
De aanstaande overheveling van de verantwoordelijkheid voor het zogenaamde buitenonderhoud en aanpassingen in het primair onderwijs komt landelijk op een spannend moment. De kwaliteit van veel schoolgebouwen laat te wensen over, er is sprake van krimp en leegstand en er vindt een aanzienlijke verschuiving plaats binnen de budgetten van gemeenten en schoolbesturen. Het onderhoud aan schoolgebouwen komt daarmee onder druk te staan. Gemeenten en schoolbesturen blijven echter gezamenlijk voor een aanzienlijke opgave staan.
Schoolbesturen worden verantwoordelijk voor meer dan ze denken
Het ontbreken van kennis over de zorgplicht van het schoolbestuur (wat nu al de verantwoordelijkheid van het schoolbestuur is, gezien de eigendoms- en gebruikerssituatie) baart de PVV zorgen. Mede omdat de aan de zorgplicht gerelateerde zaken betrekking hebben op de veiligheid van de gebruikers (lees: leerlingen en leraren) van het schoolgebouw.
Vanuit diverse praktijkvoorbeelden en gesprekken met betrokkenen (po-raad, vo-raad etc.) is de noodzaak voor een geoormerkt onderhoudsbudget duidelijk geworden. Dit was als zodanig opgenomen in de gewijzigde motie Beertema 32 764, druk nr. 4 d.d. 22 november 2011, maar dit komt niet meer terug in de uiteindelijke wetswijziging zoals genoemd in het huidige regeerakkoord. Hierdoor bestaat het risico dat onderwijsinstellingen het budget aanwenden voor andere doeleinden dan het onderhoud van het schoolgebouw. Hiervoor liggen diverse oorzaken aan ten grondslag, zoals bijvoorbeeld het ontbreken van expertise bij het schoolbestuur met betrekking tot vastgoedmanagement of een slechte financiële balans van het schoolbestuur.
Monitor kwaliteit onderwijshuisvesting PO en VO
De conclusie dat het risico reëel is dat onderwijsinstellingen het budget aanwenden voor andere doeleinden dan het onderhoud van het schoolgebouw., kan worden getrokken uit de onderzoeksresultaten van het rapport “Monitor kwaliteit onderwijshuisvesting PO en VO” nulmeting 2013 – eindrapportage (Oberon, 2013). Ondanks dat het VO-bestuur al geruime tijd de budgetverantwoordelijkheid heeft voor het buitenonderhoud en dus vrij is om, naar eigen inzicht, te investeren in aanpassingen aan het schoolgebouw, is de onvrede over het schoolgebouw nagenoeg gelijk aan die van de PO-besturen. De VO-besturen hebben, ondanks dat ze beschikking hadden over de benodigde middelen, blijkbaar niet geïnvesteerd in aspecten die te maken hebben met functionele kwaliteit van het gebouw waarover ze ontevreden waren. Dit was wellicht anders geweest wanneer het onderhouds-/huisvestingsbudget wél geoormerkt was geweest.
De staatssecretaris heeft in de vaststelling van de begrotingstaken (33750VIII) geopperd om de schoolbesturen te ondersteunen in de professionalisering en het beschikbaar stellen van kennisproducten, waaronder praktijkvoorbeelden en benchmarks.
Ook heeft het kabinet besloten een Nederlandse Investeringsinstelling op te richten (huidig regeerakkoord). Hiermee wil het Rijk zich inzetten om banken, investeerders, bedrijfsleven, gemeenten en schoolbestuurders bij elkaar te brengen om de gewenste verbeteringen van het bestaande scholenbestand verder te stimuleren.
Wat wil de PVV?
Een stand-van-zaken-brief van de staatssecretaris die vóór de begrotingsbehandeling van Onderwijs (week van 3 november 2014) binnen is.
Stand van zaken;
Hoe verloopt het proces rond het overhevelen van het onderwijshuisvestingsbudget per 1 januari 2015 van gemeenten naar schoolbesturen?
Wat zijn de knelpunten voor schoolbesturen en/of gemeenten op dit moment bij de implementatie?
Hoe verloopt de voorlichting van dit proces?
Ingaan op mogelijkheid tot oormerking van het onderwijshuisvestingsbudget
Wat is de stand van zaken rond de Nederlandse Investeringsinstelling?