[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Inbreng verslag schriftelijk overleg over Fiscale moties en toezeggingen Tweede Kamer

Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Financiën (IXB) en de begrotingsstaat van Nationale Schuld (IXA) voor het jaar 2015

Inbreng verslag schriftelijk overleg

Nummer: 2014D40412, datum: 2014-11-06, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2014Z15911:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal	2



	Vergaderjaar 2014-2015





34000-IX	Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van
Financiën (IXB) en de begrotingsstaat van Nationale Schuld (IXA) voor
het jaar 2015









	Nr. 	VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

	Vastgesteld … november 2014





De vaste commissie voor Financiën heeft op 6 november 2014 een aantal
vragen en opmerkingen voorgelegd aan de staatssecretaris van Financiën
inzake de brief van 16 september 2014 over Fiscale moties en
toezeggingen Tweede Kamer (Kamerstuk 34000-IX nr. 5). 

De staatssecretaris heeft deze vragen beantwoord bij brief van …...
Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt. 





De voorzitter van de commissie,

Duisenberg





De griffier van de commissie,

Berck





I 	Vragen en opmerkingen vanuit de fracties





Vragen en opmerkingen van  de leden van de fractie van de VVD

De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van
de brief en hebben nog een aanvullende vraag.

De leden van de VVD-fractie zijn positief over de stappen die de
staatssecretaris heeft ondernomen ten aanzien de voorstellen van de
Europese Commissie over wederzijdse douanebijstand en
douaneovertredingen en sancties en de kritische houding die wij
gezamenlijk met andere lidstaten hiertegen hebben. Wel vragen de leden
zich af hoe het proces nu verder gaat ten aanzien van de gestuurde brief
naar de voorzitter van de Raad? Kan de staatssecretaris toelichten wat
de eventuele verdere vervolgstappen zijn?

Vragen en opmerkingen van  de leden van de fractie van de PvdA

De leden van de PvdA-fractie hebben kennisgenomen van de brief van de
staatssecretaris over de fiscale moties en toezeggingen en hebben geen
aanvullende vragen.

Vragen en opmerkingen van  de leden van de fractie van het CDA

Afgedane moties en toezeggingen

Verklaring arbeidsrelaties (VAR)

De leden van de CDA-fractie vragen of er inmiddels sprake is van een
model of een convenant op basis waarvan zzp’ers in de zorg aan het
werk kunnen zonder als werknemer te worden aangemerkt. Zo ja, hoe kunnen
zzp’ers kennisnemen van dit model?

De leden van de CDA-fractie herinneren zich nog goed dat de
staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport tijdens het debat
op 16 oktober 2014 zei dat de Belastingdienst wat wetgeving betreft geen
eigenstandige bevoegdheden heeft en gebonden is aan het oordeel van de
rechter. De leden van de CDA-fractie hadden het vermoeden dat de
Belastingdienst daarbij het oordeel van de rechter in de praktijk wel
erg streng uitlegde, met name omdat er niet veel procedures gevoerd
worden door zzp’ers in de zorg met goede fiscale bijstand, omdat dit
voor hen een kostbare zaak is. Inmiddels heeft Hof Arnhem-Leeuwarden op
23 september 2014 geoordeeld dat de verpleegkundige die elf zorgvragers
verzorgde via vijf bemiddelingsbureaus fiscaal is aan te merken als
ondernemer. 

Kan de staatssecretaris bevestigen dat ook nu de Belastingdienst de zaak
verloren heeft, de Belastingdienst gebonden is aan het oordeel van de
rechter? Wat betekent deze uitspraak voor de beoordeling van zzp’ers
in de zorg in het kader van de VAR-wuo? Gaat de Belastingdienst zich aan
deze uitspraak houden of is de staatssecretaris voornemens in cassatie
te gaan? Is met deze uitspraak alvast het eerste model gevonden op basis
waarvan zzp’ers in de zorg kunnen werken als ondernemer? 

Kan de staatssecretaris tevens specifiek reageren op onderdeel 4.4 van
het oordeel van Hof Arnhem-Leeuwarden? Uit dit onderdeel blijkt namelijk
dat de Belastingdienst tot nu toe steeds de verkeerde toets heeft
gehanteerd omdat niet van belang is dat de zzp’er alleen via
toegelaten zorgaanbieders, die verantwoordelijk zijn voor de kwaliteit
van de verleende zorg, zorg in natura kan leveren. Wel beslissend is of
de zzp’er als thuiszorg verlenende verpleegkundige voldoende
zelfstandigheid bezit ten opzichte van de opdrachtgevers (de
bemiddelingsbureaus), waaraan in deze casus voldaan was. 

De turboverdeling in de inkomstenbelasting

De leden van de CDA-fractie zijn blij dat de staatssecretaris
duidelijkheid heeft gegeven over de fiscale behandeling van de
turboverdeling. Deze leden betreuren het echter ten zeerste dat de
staatssecretaris de turboverdeling als een mogelijke
belastingconstructie ziet, aangezien zij constateren dat deze verdeling
in grote delen van het land sinds jaar en dag een gebruikelijke
verdeling is. Deze verdeling is ook geaccordeerd door de Hoge Raad in
zijn arrest van HR 8 februari 1995 (BNB 1995/105). Dan is het erg
vervelend dat alg gevolg van dit ‘gebruik’ de helft van de
hypotheekrenteaftrek komt te vervallen. Kan de staatssecretaris reageren
op de door PWC gepubliceerde stelling dat hij in de onderhavige brief
ten onrechte terugkomt op een eerder standpunt en mogelijk de positie
van de langstlevende verslechtert? (bron:
https://actueel.pwc.nl/belastingnieuws/particulieren/fiscale-gevolgen-va
n-de-turboverdeling-voor-de-eigen-woning/) 

Planning te behandelen moties en toezeggingen

Herziening fiscale regeling aftrek speciale zorgkosten

De leden van de CDA-fractie zijn blij met de toezegging van de
staatssecretaris dat hij de fiscale regeling voor specifieke zorgkosten
in 2015 niet zal herzien. De leden van de fractie van het CDA kunnen de
uitgangspunten van de staatssecretaris om de regeling beter te richten
op de doelgroep van chronisch zieken en gehandicapten en het verbeteren
van de handhaafbaarheid ondersteunen. Wel vragen deze leden daarbij
aandacht voor de groep zieken en gehandicapten die niet goed onder de
definitie vallen van chronisch zieken en gehandicapten, maar wel kosten
maken die voortkomen uit hun ziekte. Deze leden geven daarbij het
voorbeeld van de ex-militair met een geamputeerd been die geen
voorgeschreven medicatie gebruikt, maar alleen aspirines. Doordat hij
geen geregistreerde medicatie gebruikt en geen sprake is van een
voortdurende ziekte, valt hij niet onder de definitie van chronisch
zieken en gehandicapten. Zijn zorgkosten vallen niet onder andere
regelingen, maar komen wel in aanmerking voor aftrek in de
inkomstenbelasting. Kan de staatssecretaris toezeggen dat deze groep ook
deel uitmaakt van het externe evaluatieonderzoek?

Vragen en opmerkingen van  de leden van de fractie van de PVV

Afgedane moties en toezeggingen

Verklaring Arbeidsrelaties (VAR)

De leden van de fractie van de PVV vragen of er sprake is van
convenanten die duidelijkheid proberen te geven aan werknemers en
werkgevers in bepaalde sectoren. Wat is de status van de convenanten?
Geven die slechts invulling en verduidelijking aan wet- en regelgeving
of rechtspraak? Is het mogelijk een beroep te doen op die convenanten
als zij in strijd zijn met wet- en regelgeving en rechtspraak?

Douane

Wat is tot nu toe het resultaat van de door de coalitie gezamenlijk
gestuurde brief aan de Griekse minister van Financiën in zijn
hoedanigheid van voorzitter van de Raad?

Er is onderzoek geweest naar het handhavingspalet met betrekking tot de
douane. Heeft de staatssecretaris nog iets gevonden dat hij aan het
handhavingspalet zou kunnen toevoegen?

Vennootschapsbelastingplicht overheidsondernemingen

Het verheugt de leden van de fractie van de PVV dat de staatssecretaris
is afgestapt van de indirecte ondernemingsvariant en dat hij nu voor de
rechtsvormneutrale uitwerking van de modernisering van de
vennootschapsbelastingplicht voor overheidsondernemingen heeft gekozen.

Ondanks dat er sprake is van rechtsvormneutraliteit schrijft de
staatssecretaris dat toch de vinger aan de pols zal worden gehouden om
te bezien of, en zo ja op welke schaal, het op Prinsjesdag aan de Kamer
aangeboden wetsvoorstel aanleiding zal geven tot uitholling van de
belastinggrondslag door overheidsondernemingen. Dit roept de vraag op op
welke wijze de staatssecretaris uitholling van de belastinggrondslag
ziet opdoemen. Ook merkt de staatssecretaris op dat van medeoverheden op
dit punt terughoudendheid mag worden verwacht. Als de medeoverheden deze
niet betrachten op welke wijze denkt de staatssecretaris dan op te
treden?

Gedragscode salarissen bestuurders ANBI

Is er een beeld of er bij ANBI’s sprake is van excessieve beloningen?
Acht de staatssecretaris het opportuun om een maximumnorm in te voeren
en bij overschrijding daarvan het verlies van de ANBI-status als sanctie
te hanteren?

Motie Voedselbanken

Is het niet nodig om het BUA te wijzigen teneinde duidelijkheid bij het
doneren van voedsel te scheppen, vragen de leden van de fractie van de
PVV?

De turboverdeling in de inkomstenbelasting

Turboverdeling, super-turbo-verdeling klopt het dat deze verdelingen
eigenlijk allemaal 'fiscaal gedreven' zijn? Klopt het dat de motor
achter dit soort verdelingen tal van soorten beperkt zakelijke rechten
zijn en dat het er uiteindelijk om draait hoe dat deze beperkt zakelijke
rechten in het kader van de Successiewetgeving worden gewaardeerd? Klopt
de waarderingsregel met betrekking tot de beperkt zakelijke rechten nog
wel? Ziet de staatssecretaris een vereenvoudiging met betrekking tot de
waardering van die beperkt zakelijke rechten?

Waarom wordt het besluit van 21 februari 2014, nr. BLKB 2104/342M,
Stcrt. 6641 niet gecodificeerd?

Fiscaal verdragsbeleid

Klopt het dat de fiscale verdragen niet van toepassing zijn op de
toeslagen omdat deze niet aan te merken zijn als belastingen? Klopt het
dat de sociale zekerheidsverdragen niet van toepassing zijn op de
toeslagen omdat deze niet aan te merken zijn als sociale verzekeringen
of sociale voorzieningen?

Klopt het dat de toeslagen over de grens civielrechtelijk ingevorderd
moeten worden, vragen de leden van de PVV-fractie?

Digitale leermiddelen

Klopt het dat papieren leermiddelen onder het 6%-tarief vallen en
digitale leermiddelen onder het hoge btw-tarief (21%)? Als dat zo is,
waarom is dat zo en gaat de staatssecretaris dit nog aanpassen?

Indexatie

Kan de staatssecretaris eens aangeven op welke wijze de indexatie
plaatsvindt? Gaat dat bij wet of besluit?

Planning te behandelen moties en toezeggingen

Toeslagen

Hoe worden de startersaftrek, de zelfstandigenaftrek en MKB-vrijstelling
verwerkt voor de toekenning van toeslagen?

Evaluatie pilot uitbesteding incasso kleine vorderingen

In welke fase van het invorderingstraject heeft deze incasso van kleine
vorderingen plaatsgevonden? Wordt hierbij gebruik gemaakt van de
bevoegdheden uit de Invorderingswet 1990 of wordt hierbij gebruik
gemaakt van het civiele recht?

Waarom is het uitstel nodig? Wat waren beletselen dat het niet tijdig
uitgevoerd kon worden? 

Uit de beschikbare informatie lijkt het alsof de Belastingdienst
problemen had met de aanlevering? 

Klopt het dat het posten betrof die reeds door de Belastingdienst
oninbaar waren verklaard? 

Stroomlijning toeslagen en belastingen

Ziet de staatssecretaris mogelijkheden om de toeslagen in de Algemene
wet inzake rijksbelastingen (AWR) en de Invorderingswet 1990 te
incorporeren?

Vragen en opmerkingen van  de leden van de fractie van ChristenUnie

De leden van de ChristenUnie-fractie hebben kennisgenomen van de brief
over de fiscale moties en toezeggingen. Zij hebben hierbij enkele vragen
over de uitvoering van de motie voedselbanken (Kamerstuk 31 532, nr.
127). Genoemde leden lezen dat “een juiste uitleg van het BUA met zich
meebrengt dat geen uitsluiting van eerder in aftrek gebrachte btw op
voedingsmiddelen plaatsvindt als een ondernemer voedingsmiddelen, die
niet langer verkoopbaar zijn doneert aan een voedselbank of een daarmee
vergelijkbare instelling, zonder dat daar een prestatie van die
voedselbank tegenover staat.” Wanneer is er sprake van goederen die
niet langer verkoopbaar zijn? Mag een ondernemer ook voedingsmiddelen
doneren met behoud van btw-aftrek die nog wel verkoopbaar zijn, maar
waarvan hij verwacht dat deze niet meer verkocht zullen worden
(bijvoorbeeld bij een grote voorraad in het distributiecentrum)? Deze
leden vragen ook wat onder “met voedselbanken vergelijkbare
instellingen” moet worden verstaan. Kan de staatssecretaris verder
toelichten wat precies wordt bedoeld met “in andere gevallen is een
aftrekuitsluiting pas aan de orde wanneer het drempelbedrag van € 227
per jaar per begunstigde wordt overschreden”? Wanneer is deze drempel
van toepassing? In welke gevallen is aan de orde dat voedselbanken
voedingsmiddelen ter waarde van maximaal € 227 per jaar mogen
ontvangen, zonder dat aftrekuitsluiting aan de orde is? De leden van de
ChristenUnie-fractie lezen ook dat de bespreking ertoe heeft geleid dat
meer duidelijkheid is ontstaan bij betrokken partijen over de fiscale
behandeling van voedseldonatie aan voedselbanken. Genoemde leden hebben
hier ook andere signalen over ontvangen. Is de staatsecretaris bereid om
de verschillende mogelijkheden en afspraken rond de fiscale behandeling
van voedseldonatie aan voedselbanken of daarmee vergelijkbare
instellingen op een rij te zetten en aan voedselbanken te sturen?







II 	Reactie van de staatssecretaris









 PAGE    

 PAGE   1