Eindtekst
Aanpassingen van de Wet op de jeugdzorg en enkele andere wetten ten behoeve van de professionalisering van de jeugdzorg
Eindtekst
Nummer: 2015D05618, datum: 2015-02-17, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van zaak 2013Z08696:
- Indiener: E.I. Schippers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Medeindiener: F. Teeven, staatssecretaris van Veiligheid en Justitie
- Volgcommissie: vaste commissie voor Veiligheid en Justitie (2010-2017)
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2013-05-14 15:05: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2013-05-22 13:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2013-06-26 14:00: Wijziging van de Wet op de jeugdzorg en enkele andere wetten, houdende vaststelling van een grondslag voor het stellen van kwaliteitseisen over beroepsoefenaren werkzaam in de jeugdzorg en voor het aanwijzen van een kwaliteitsregister (33619) (Inbreng verslag (wetsvoorstel)), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2013-12-11 13:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2013-12-18 14:45: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2014-03-27 14:00: Aanpassingen van de Wet op de jeugdzorg en enkele andere wetten ten behoeve van de professionalisering van de jeugdzorg (33619) (Plenair debat (wetgeving)), TK
- 2014-04-01 15:15: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
De Tweede Kamer der Staten- PRIVATE Generaal zendt bijgaand door haar aangenomen wetsvoorstel aan de Eerste Kamer. De Voorzitter, 1 april 2014 Aanpassingen van de Wet op de jeugdzorg en enkele andere wetten ten behoeve van de professionalisering van de jeugdzorg VOORSTEL VAN WET Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is ter waarborging van de verlening van verantwoorde zorg regels te kunnen stellen ten aanzien van de kwaliteit van de beroepsbeoefening in de jeugdzorg; Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: ARTIKEL I In artikel 47 van de Wet op de jeugdzorg wordt onder vernummering van het tiende en elfde lid tot elfde en twaalfde lid een lid ingevoegd, luidende: 10. Indien een organisatie van beoefenaren van een beroep in de jeugdzorg, een systeem van tuchtrecht heeft georganiseerd, zijn de ambtenaren van de Inspectie jeugdzorg bevoegd in het kader van dat systeem een tuchtklacht in te dienen. Bij algemene maatregel van bestuur kunnen ter zake nadere regels worden gesteld. ARTIKEL II Aan het slot van artikel 3b, tweede lid, van de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen wordt toegevoegd: Op een particuliere inrichting is het bepaalde bij en krachtens de artikelen 25, eerste en tweede lid en 28, eerste lid, van de Wet op de jeugdzorg voor wat betreft de verantwoordelijkheidstoedeling van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat voor 'de zorgaanbieder' wordt gelezen: de particuliere inrichting. ARTIKEL III Aan artikel 48g van de Wet Justitie-subsidies wordt een lid toegevoegd, luidende: 6. Op een Halt-bureau is het bepaalde bij en krachtens de artikelen 25, eerste en tweede lid, en 28, eerste lid, van de Wet op de jeugdzorg voor wat betreft de verantwoordelijkheidstoedeling van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat voor 'de zorgaanbieder' wordt gelezen: het Halt-bureau. ARTIKEL IV Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip. Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden. Gegeven De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, PAGE PAGE 1