Eindtekst
Wijziging van de Wet op het onderwijstoezicht in verband met het wettelijk regelen van de verbetertermijn voor zeer zwakke instellingen die bestaan uit basisscholen als bedoeld in de Wet op het primair onderwijs en scholen als bedoeld in de Wet op het voortgezet onderwijs
Eindtekst
Nummer: 2015D05740, datum: 2015-02-18, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van zaak 2013Z21917:
- Indiener: S. Dekker, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Medeindiener: S.A.M. Dijksma, staatssecretaris van Economische Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2013-11-19 14:40: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2013-11-21 10:00: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2013-12-12 10:00: Wetsvoorstel inzake zeer zwakke scholen (Inbreng verslag (wetsvoorstel)), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2014-04-24 11:00: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2014-05-14 14:40: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2014-12-17 10:00: Wetsvoorstel inzake verbetertermijn voor zeer zwakke scholen in primair en voortgezet onderwijs (33796) (Wetgevingsoverleg), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2014-12-18 19:45: Einde vergadering: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
De Tweede Kamer der Staten- PRIVATE Generaal zendt bijgaand door haar aangenomen wetsvoorstel aan de Eerste Kamer. De Voorzitter, 18 december 2014 Wijziging van de Wet op het onderwijstoezicht in verband met het wettelijk regelen van de verbetertermijn voor zeer zwakke instellingen die bestaan uit basisscholen als bedoeld in de Wet op het primair onderwijs en scholen als bedoeld in de Wet op het voortgezet onderwijs GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de verbetertermijn voor zeer zwakke instellingen die bestaan uit basisscholen als bedoeld in de Wet op het primair onderwijs en scholen als bedoeld in de Wet op het voortgezet onderwijs te maximeren tot een jaar en dat daartoe een wijziging van de Wet op het onderwijstoezicht noodzakelijk is; Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: ARTIKEL I In de Wet op het onderwijstoezicht worden de volgende wijzigingen aangebracht: A In artikel 11, vierde lid, wordt "een door haar aangegeven termijn" vervangen door: na ten hoogste één jaar. B In artikel 14 wordt het tweede lid vernummerd tot het derde lid en wordt een nieuw tweede lid ingevoegd, luidend: 2. De inspectie informeert Onze Minister indien naar het oordeel van de inspectie de kwaliteit van het onderwijs op een instelling die bestaat uit een school als bedoeld in de Wet op het primair onderwijs, op een instelling die bestaat uit een school als bedoeld in de Wet op de expertisecentra, of op een instelling waar onderwijs wordt gegeven van de soorten en leerwegen, genoemd in artikel 23a1, eerste lid, van de Wet op het voortgezet onderwijs, of een school voor praktijkonderwijs als bedoeld in de Wet op het voortgezet onderwijs, langer dan een jaar ernstig tekortschiet zonder dat de kwaliteitsverbeteringen, bedoeld in artikel 11, vierde lid, voldoende zijn gerealiseerd. ARTIKEL II De Wet op het primair onderwijs wordt als volgt gewijzigd: A In artikel 10a, vierde lid, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1. “bedoeld in artikel 11, derde lid, van de Wet op het onderwijstoezicht” wordt vervangen door: bedoeld in artikel 11, vierde lid, van de Wet op het onderwijstoezicht. 2. “bedoeld in artikel 11, tweede lid, van de Wet op het onderwijstoezicht” wordt vervangen door: bedoeld in artikel 11, derde lid, van de Wet op het onderwijstoezicht. B In artikel 45a wordt na het tweede lid een lid toegevoegd, luidende: 3. Indien de inspectie op basis van een onderzoek als bedoeld in artikel 11 of artikel 15 van de Wet op het onderwijstoezicht in het inspectierapport, bedoeld in artikel 20 van genoemde wet, tot het oordeel is gekomen dat sprake is van een zeer zwakke school, betrekt het bevoegd gezag de ouders van de leerlingen van de school bij de door het bevoegd gezag voorgenomen maatregelen ten behoeve van kwaliteitsverbetering. ARTIKEL III De Wet op het voortgezet onderwijs wordt als volgt gewijzigd: A In artikel 23a1, derde lid, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1. “bedoeld in artikel 11, derde lid, van de Wet op het onderwijstoezicht” wordt vervangen door: bedoeld in artikel 11, vierde lid, van de Wet op het onderwijstoezicht. 2. “bedoeld in artikel 11, tweede lid, van de Wet op het onderwijstoezicht” wordt vervangen door: bedoeld in artikel 11, derde lid, van de Wet op het onderwijstoezicht. B In artikel 23c wordt na het tweede lid een lid toegevoegd, luidende: 3. Indien de inspectie op basis van een onderzoek als bedoeld in artikel 11 of artikel 15 van de Wet op het onderwijstoezicht in het inspectierapport, bedoeld in artikel 20 van genoemde wet, tot het oordeel is gekomen dat sprake is van een zeer zwakke school, betrekt het bevoegd gezag de ouders van de leerlingen van de school en de meerderjarige leerlingen bij de door het bevoegd gezag voorgenomen maatregelen ten behoeve van kwaliteitsverbetering. ARTIKEL IIIA In de Wet op de expertisecentra wordt in artikel 48a, na het tweede lid, een lid toegevoegd, luidende: 3. Indien de inspectie op basis van een onderzoek als bedoeld in artikel 11 of artikel 15 van de Wet op het onderwijstoezicht in het inspectierapport, bedoeld in artikel 20 van genoemde wet, tot het oordeel is gekomen dat sprake is van een zeer zwakke school, betrekt het bevoegd gezag de ouders van de leerlingen van de school en de meerderjarige leerlingen bij de door het bevoegd gezag voorgenomen maatregelen ten behoeve van kwaliteitsverbetering. ARTIKEL IV Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld. Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden. Gegeven De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, De Staatssecretaris van Economische Zaken, De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, De Staatssecretaris van Economische Zaken, PAGE PAGE 2