34253 Advies Afdeling advisering Raad van State inzake Wijziging van de Faillissementswet in verband met de versterking van de positie van de curator (Wet versterking positie curator)
Wijziging van de Faillissementswet in verband met de versterking van de positie van de curator (Wet versterking positie curator)
Advies Afdeling advisering Raad van State
Nummer: 2015D28262, datum: 2015-07-13, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van zaak 2015Z14043:
- Indiener: G.A. van der Steur, minister van Veiligheid en Justitie
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Veiligheid en Justitie (2010-2017)
- 2015-09-01 15:05: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2015-09-09 14:30: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Veiligheid en Justitie (2010-2017)
- 2015-10-29 14:00: Wijziging van de Faillissementswet in verband met de versterking van de positie van de curator (Wet versterking positie curator)(34253) (Inbreng verslag (wetsvoorstel)), vaste commissie voor Veiligheid en Justitie (2010-2017)
- 2016-09-14 14:30: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Veiligheid en Justitie (2010-2017)
- 2016-12-12 11:00: Wijziging van de Faillissementswet in verband met de versterking van de positie van de curator (Wet versterking positie curator) (34253) (Wetgevingsoverleg), vaste commissie voor Veiligheid en Justitie (2010-2017)
- 2016-12-20 15:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
No.W03.15.0091/II 's-Gravenhage, 4 juni 2015 Bij Kabinetsmissive van 1 april 2015, no.2015000588, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Minister van Veiligheid en Justitie, bij de Afdeling advisering van de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet tot wijziging van de Faillissementswet in verband met de versterking van de positie van de curator (Wet versterking positie curator), met memorie van toelichting. De voorgestelde wijzigingen in de Faillissementswet (Fw) hebben tot doel faillissementsfraude te bestrijden. Daartoe wordt onder meer voorgesteld de fraudesignalerende rol van de curator wettelijk vast te leggen en te versterken door te voorzien in vervolgstappen voor de curator als hij in een faillissement onregelmatigheden signaleert. De Afdeling advisering van de Raad van State adviseert het voorstel naar de Tweede Kamer te zenden, maar adviseert in de toelichting nader in te gaan op de noodzaak van de bevoegdheid voor de rechter-commissaris om de curator te bevelen melding of aangifte van onregelmatigheden te doen bij de bevoegde instanties en het voorstel zo nodig aan te passen. De curator wordt volgens het voorstel verplicht bij het beheer en de vereffening van de failliete boedel te bezien of zich onregelmatigheden voordoen. Hij dient vervolgens de rechter-commissaris vertrouwelijk te informeren over de onregelmatigheden en doet, zo hij of de rechter-commissaris dit nodig acht, melding of aangifte ervan bij de bevoegde instanties. In de toelichting wordt vermeld dat indien de rechter-commissaris meent dat de door de curator gerapporteerde onregelmatigheden qua aard of omvang dermate ernstig zijn, dat melding of aangifte geboden is, hij de curator daartoe kan gelasten. Voorts wordt vermeld dat “vooropgesteld moet worden dat het primaat om melding te maken of aangifte te doen van onregelmatigheden bij de curator ligt. Mochten de rechter-commissaris en de curator van mening verschillen over de noodzaak om melding te maken of aangifte te doen van onregelmatigheden, dan is het in het kader van de fraudebestrijding van belang dat de beslissing om wél melding te maken of aangifte te doen prevaleert. Hierin wordt voorzien door te bepalen dat de curator van geconstateerde of vermoede onregelmatigheden melding of aangifte doet als hij dat nodig acht. In het geval de curator nalaat om te voldoen aan het bevel van de rechter-commissaris om melding te maken of aangifte te doen, dan kan de rechter-commissaris de rechtbank verzoeken om de curator te ontslaan (art. 73 Fw).” De Afdeling merkt op dat onvoldoende duidelijk is wat de toegevoegde waarde is van de voorgestelde bevoegdheid voor de rechter-commissaris. De rechter-commissaris is immers te allen tijde bevoegd de rechtbank te verzoeken de curator te ontslaan dan wel te vervangen (artikel 73 Fw). Dat geldt ook in het geval de curator een verzoek van de rechter-commissaris niet wenst op te volgen. In dat licht is de introductie van een mogelijk bevel aan de curator tot melding van faillissementsfraude niet noodzakelijk. Uit de toelichting blijkt voorts niet dat zich in de samenwerking tussen de curator en de rechter-commissaris problemen voordoen, ook niet in de gevallen waarin de rechter-commissaris en de curator van mening verschillen over de noodzaak om melding te maken of aangifte te doen. De Afdeling adviseert in de toelichting nader in te gaan op de noodzaak van de bevoegdheid voor de rechter-commissaris om de curator te bevelen melding of aangifte van onregelmatigheden te doen bij de bevoegde instanties en het voorstel zo nodig aan te passen. De Afdeling advisering van de Raad van State geeft U in overweging het voorstel van wet te zenden aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal, nadat met het vorenstaande rekening zal zijn gehouden. De vice-president van de Raad van State, Het betreft onregelmatigheden die het faillissement, althans mede, hebben veroorzaakt (paulianeuze onttrekkingen, kennelijk onbehoorlijk bestuur), die de vereffening van de failliete boedel bemoeilijken (afwezigheid van adequate administratie) of die het tekort in het faillissement hebben vergroot (paulianeuze onttrekkingen). Voorgesteld artikel 68, tweede lid, Fw. Memorie van toelichting, paragraaf 4.1. Versterking van de fraudesignalerende rol van de curator. Artikel 73 Fw: 1. De rechtbank heeft de bevoegdheid de curator te allen tijde, na hem gehoord of behoorlijk opgeroepen te hebben, te ontslaan en door een ander te vervangen, of hem een of meer medecurators toe te voegen, een en ander hetzij op voordracht van de rechter-commissaris, hetzij op een met redenen omkleed verzoek van een of meer schuldeisers, de commissie uit hun midden, of de gefailleerde. 2. De ontslagen curator legt rekening en verantwoording van zijn beheer af aan de in zijn plaats benoemde curator. Memorie van toelichting, Artikelsgewijze toelichting bij artikel I, onderdeel B, onder ‘Het maken van een melding of het doen van aangifte bij onregelmatigheden’. De Raad voor de rechtspraak merkt in zijn advies op dat het staande praktijk is dat de curator de rechter-commissaris van zijn bevindingen op de hoogte stelt en in dat kader de wenselijkheid van aangifte met de rechter-commissaris bespreekt. Advies Raad voor de rechtspraak d.d. 16 juni 2014, blz. 2. PAGE 2 ........................................................................ ........... AAN DE KONING