Commentaar t.b.v. hoorzitting/rondetafelgesprek uitvoering motie Van der Staaij cs over ambitieniveau krijgsmacht d.d. 30 september 2015
Position paper
Nummer: 2015D35547, datum: 2015-09-24, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van zaak 2015Z11915:
- Indiener: J.A. Hennis-Plasschaert, minister van Defensie
- Medeindiener: A.G. Koenders, minister van Buitenlandse Zaken
- Volgcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Defensie
Onderdeel van zaak 2015Z17449:
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Defensie
- 2015-07-02 10:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Defensie
- 2015-09-01 15:05: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2015-09-30 12:30: Rondetafelgesprek uitvoering motie Van der Staaij cs over ambitieniveau krijgsmacht (Rondetafelgesprek), vaste commissie voor Defensie
- 2015-09-30 12:30: Rondetafelgesprek uitvoering motie Van der Staaij cs over ambitieniveau krijgsmacht (Rondetafelgesprek), vaste commissie voor Defensie
- 2015-10-01 10:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Defensie
- 2015-11-02 10:00: Personeel Defensie (Wetgevingsoverleg), vaste commissie voor Defensie
- 2015-11-02 16:45: Materieel Defensie (Wetgevingsoverleg), vaste commissie voor Defensie
- 2015-11-10 15:30: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (š origineel)
Referte:
Uitnodiging RTG Ambitieniveau krijgsmacht
Geachte voorzitter, geachte leden van de vaste commissie voor Defensie,
U heeft mij gevraagd deel te nemen aan het rondetafelgesprek van 30 september 2015 a.s. Onder hartelijke dankzegging accepteer ik graag deze uitnodiging.
Ik ben sinds 2001 medewerker van het Commando Zeestrijdkrachten (verder te noemen Koninklijke Marine) en trots op mijn beroep. Ik wil u graag enkele zaken toelichten. Ik richt mij daarbij op mijn eigen krijgsmachtdeel, omdat ik daar tenslotte de meeste kennis van heb.
Ik zal u tijdens het rondetafelgesprek enkele recente voorbeelden noemen die betrekking hebben op onderstaande tekst.
Met het huidige ambitieniveau zijn de middelen die nu ter beschikking staan ontoereikend. Dit ondervinden wij dagelijks. Niet alleen bij opleidingen of trainingen, maar ook bij de collegaās die zorgdragen voor het onderhoud of de bevoorrading. Ik zal dat in drie hoofdzaken uiteenzetten.
Acute knelpunten (korte termijn)
Op korte termijn hebben we te maken met een aantal knelpunten. Dat betekent dat ze de dagelijkse bedrijfsvoering raken. Ik noem ze achtereenvolgens, om ze daarna kort toe te lichten:
1. Personele vulling
2. Voorzettingsvermogen
3. Investeringsbudget
Er is met de afgelopen reorganisatie sterk gesneden in de diverse staven. Het aantal VTEāen is verminderd, maar het werk is gelijk gebleven, of in sommige gevallen zelfs toegenomen. De battle staff van de marine, NLMARFOR, moet bij oefeningen aangevuld worden vanuit de rest van de organisatie, wat een enorme wissel trekt op het personeel en inefficiĆ«nt is. Bij scheepsbemanningen is geen redundantie meer, waardoor bijvoorbeeld bij ziekte van een bemanningslid direct een negatief gevolg optreedt. De inzetten zoals Vessel Protection Detachments (VPDās), Enhanced Boarding Elements (EBEās) en de missies in Irak en Mali zorgen voor een verstoring bij de gereedstelling van de marinierseenheden en MARSOF. Uitbreiding van deze staven en eenheden is nodig om aan de taakstelling te kunnen voldoen.
Het voortzettingsvermogen is afhankelijk van beschikbaarheid van munitie, onderdelen en onderhoudscapaciteit. Naar mijn mening zitten we wat dat betreft aan de kritische ondergrens. Tegenvallers kunnen niet meer worden opgevangen. Dagelijks zien we de voorbeelden hiervan in de praktijk. Schepen en wapensystemen worden gekannibaliseerd vanwege het gebrek aan onderdelen. Tekort aan munitie, uitrusting en nachtzichtapparatuur heeft gevolgen voor opleidingen en trainingen. Een uiterst slecht neveneffect hiervan is dat dit het personeel demotiveert.
Als laatste knelpunt zijn er zorgen over het investeringsbudget. Hier lijken een aantal grote projecten samen te vallen, zoals de vervanging van de onderzeeboten, de M-fregatten en de mijnenjagers. Hierbij zijn de tijdige vervanging, het gewenste aantal en het profiel of kwaliteit van belang. Een garantie op maritieme veiligheid binnen de ambitie die we nu hebben, vraagt om investeringen!
Zorgpunten (middellange termijn)
Er is op dit moment een onbalans in diverse cruciale capaciteiten in relatie tot het huidige ambitieniveau. Ook binnen het NAVO-verband is een gebrek aan bepaalde capaciteiten, waarop wij niet vanzelfsprekend kunnen terugvallen.
De balans tussen gevechtskracht en de noodzakelijke ondersteuning is scheef. Dat betekent dat aan gevechtskracht ingeboet wordt. Ik noem vier zaken bij de Koninklijke Marine die daarbij in kwantitatieve zin aandacht behoeven:
- Mijnenjagers
- Fregatten
- JSS
- Personeel en bijbehorende middelen voor marinierseenheden en MARSOF
De Commandant Zeestrijdkrachten kan u daar als maritiem adviseur zijn visie over geven.
Ontwikkelpunten (lange termijn)
De gehele defensieorganisatie draait om personeel. Een goede visie en het daaruit voortvloeiende personeelsbeleid is daarom van groot belang. Om continuĆÆteit in kennis te waarborgen zal personeel efficiĆ«nt geplaatst moeten worden. Maar nog belangrijker: Defensie moet oog houden voor behoud van kennis en specialisten. Daarom zal de innovatiegraad minstens zo hoog moeten liggen als bij het bedrijfsleven om het aantrekkelijk te houden.
Met de huidige sensorcapaciteit op onze schepen zijn we in staat om wereldleider te worden op het gebied van ballistische raketverdediging. Dit vraagt om een geringe investering waarmee we wel binnen Europa en de NAVO het voortouw nemen.
Joint opereren vraagt om een goede voorbereiding. Joint optreden maakt ons sterker, het verbindt ons. Het moet echter geen doel op zich worden en versnippering teweegbrengen. Als voorbeeld voor joint opereren noem ik de inzet van een amfibisch transportschip met transporthelikopters, marinierseenheden en vuursteunelementen aan boord.
Toekomstbeeld
Afsluitend mijn visie op het toekomstperspectief van de Koninklijke Marine.
De Koninklijke Marine is een krachtige hoogtechnologische marine die ready-to-deploy is. Onze marine werkt nauw samen met haar strategische partners in het NAVO-verband, zoals Belgiƫ, het Verenigd Koninkrijk, Duitsland, de Scandinavische landen en de Verenigde Staten.
Onze marine is leidend in het expeditionaire optreden, waarbij marinierseenheden voor kortdurende initial entry operaties in de kustgebieden opereren. Kleinere taakeenheden kunnen, joint en combined, langdurig in elk geweldspectrum opereren. Een modern gevechtsveld vraagt om specialisten en hoogwaardige infanteristen die echt expeditionair zijn.
Onze marine kan in een hoog dreigingsscenario robuust optreden met een maritieme taakgroep om deze (en andere) marinierseenheden bescherming te bieden. Voor directe inzet zijn stand-by voorraden gereed.
De Koninklijke Marine is wereldleider met haar sensor-systemen en onbemande (wapen-)systemen. Hierbij heeft de Nederlandse industrie een belangrijke bijdrage geleverd. Innovatieve ideeƫn hiervoor komen vooral uit de eigen organisatie en krijgen een platform binnen Defensie.
Het personeel heeft een goed loopbaanperspectief, is voldoende opgeleid en bekleedt zijn of haar functie efficiƫnt (plaatsingsduur). Ten opzichte van de Koninklijke Marine is de matroos of marinier een loyale, goed opgeleide medewerker die een bijdrage levert voor een veiliger Nederland. De medewerker van Defensie is een ambtenaar met een bijzondere rechtspositie en heeft een CAO die daarbij past.
De politiek is betrokken bij de defensiemedewerker en waardeert de inzet voor het Koninkrijk der Nederlanden. Deze betrokkenheid uit zich onder andere in een constant beleid dat verder reikt dan een kabinetsperiode.
Tot slot ben ik oprecht trots deel uit te mogen maken van onze Nederlandse krijgsmacht. Ik doe dat met toewijding en in sommige situaties met gevaar voor eigen leven. Ik ben blij met het feit dat er minder wordt bezuinigd. Een kentering die zich hopelijk voort gaat zetten. Ik vraag u dus, mede namens mijn collegaās in binnen- en buitenland, zich hiervoor met de grootst mogelijke inspanning in te zetten.
Ik wens u veel wijsheid in uw verantwoordelijke taak.
Hoogachtend,
Mark Brouwer
Kapitein der Mariniers