34319 Advies Afdeling advisering Raad van State inzake Wijziging van de Wet houdende wijziging van de Zorgverzekeringswet en de Invoerings- en aanpassingswet Zorgverzekeringswet in verband met verbetering van de maatregelen bij niet-betalen van de premie en de bestuursrechtelijke premie en enkele andere wijzigingen (verbetering wanbetalersmaatregelen) in verband met behoud van voormalige wettelijke reserves Zfw
Wijziging van de Wet houdende wijziging van de Zorgverzekeringswet en de Invoerings- en aanpassingswet Zorgverzekeringswet in verband met verbetering van de maatregelen bij niet-betalen van de premie en de bestuursrechtelijke premie en enkele andere wijzigingen (verbetering wanbetalersmaatregelen) in verband met behoud van voormalige wettelijke reserves Zfw
Advies Afdeling advisering Raad van State
Nummer: 2015D39246, datum: 2015-10-14, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: J.P.H. Donner, vicepresident van de Raad van State (Ooit CDA kamerlid)
Onderdeel van zaak 2015Z19302:
- Indiener: E.I. Schippers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2015-10-27 16:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2015-10-28 10:15: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2015-10-29 14:00: Wijziging van de Wet houdende wijziging van de Zorgverzekeringswet en de Invoerings- en aanpassingswet Zorgverzekeringswet in verband met verbetering van de maatregelen bij niet-betalen van de premie en de bestuursrechtelijke premie en enkele andere wijzigingen (verbetering wanbetalersmaatregelen) in verband met behoud van voormalige wettelijke reserves Zfw - 34319 (Inbreng verslag (wetsvoorstel)), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2015-11-03 15:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2015-11-05 12:45: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2015-11-10 15:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (š origineel)
AAN DE KONING
No.W13.15.0240/III 's-Gravenhage, 21 augustus 2015
Bij Kabinetsmissive van 14 juli 2015, no.2015001293, heeft Uwe Majesteit, op
voordracht van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, bij de Afdeling
advisering van de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van
wet tot wijziging van de Wet houdende wijziging van de Zorgverzekeringswet en de
Invoerings- en aanpassingswet Zorgverzekeringswet in verband met verbetering van
de maatregelen bij niet-betalen van de premie en de bestuursrechtelijke premie en
enkele andere wijzigingen (verbetering wanbetalersmaatregelen), met memorie van
toelichting.
Het wetsvoorstel strekt ertoe de voorwaarde die bij de inwerkingtreding van de
Zorgverzekeringswet (Zvw) verbonden is aan het behoud van financiƫle reserves door
voormalig ziekenfondsen te verlengen. Voorgesteld wordt om deze voorwaarde, het
verbod om te functioneren met een winstoogmerk op straffe van het vervallen van de
behouden financiƫle reserves, te laten voortduren tot 1 januari 2018.
De Afdeling advisering van de Raad van State adviseert het voorstel aan de Tweede
Kamer te zenden, maar acht een toereikende motivering aangewezen. De verlenging
van het voor voormalige ziekenfondsen geldende verbod op het functioneren met een
winstoogmerk dient dragend te worden gemotiveerd, met name in het licht van de
verenigbaarheid van de maatregel met artikel 1 van het Eerste Protocol van het
Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele
vrijheden (EVRM).
Ziekenfondsen hebben in de periode tot de inwerkingtreding van de Zvw financiƫle
reserves opgebouwd, volgens de toelichting in totaal zoān ā¬ 2 miljard.1 Bij de
inwerkingtreding van de Zvw behielden ziekenfondsen deze reserves om zo een reƫle
startpositie te verkrijgen in het nieuwe stelsel. Bij de inwerkingtreding van de Zvw is
bepaald dat de rechtsopvolgers van ziekenfondsen vanwege voornoemde maatregel
gedurende tien jaar geen statuten mogen hebben die winstuitkering mogelijk maken.
Dit op straffe van het toevallen van de toegekende financiƫle reserves aan de
Nederlandse staat.
Het werd onwenselijk geacht dat de door premiebetalers opgebouwde reserves zouden
kunnen worden uitgekeerd aan aandeelhouders en onmiddellijk zouden kunnen
wegvloeien als winstuitkering.2 Verder bestond er bij de inwerkingtreding van de Zvw
nog geen gelijk speelveld tussen bestaande en nieuwe spelers en tussen voormalige
ziekenfondsen en andere zorgverzekeraars, maar de verwachting was dat de
zorgmarkt na een overgangsperiode zodanig zou zijn ontwikkeld dat voormalige
ziekenfondsen geen voordeel meer zouden hebben van de onder de Ziekenfondswet
1 Uit een analyse van de Europese Commissie bij het verlenen van de Beschikking van 3.V.2005, nr. C
(2005) 1329 inzake steunmaatregelen nr. N 541/2004 en nr. N 542/2004, blijkt dat de Commissie van
de behouden financiƫle reserves slechts een eenmalige kapitaalinjectie van de Staat met een waarde
van ā¬ 300 miljoen (in 2005) rekent tot toegekende publieke middelen. De rest van de reserves zijn
opgebouwd door concurrentie met premiestelling, efficiencywinsten en redelijke winstmarges volgens
de Commissie.
2 Kamerstukken II 2004/05, 30 124, nr. 3, blz. 6-7, zie memorie van toelichting, Algmeen,
Tienjaarstermijn.
(Zfw) opgebouwde reserves.3 Bij de inwerkingtreding van de Zvw is daarom duidelijk
gemaakt dat de voormalige ziekenfondsen na het verstrijken van de termijn van tien
jaar als private zorgverzekeraars, conform de uitgangspunten van het nieuwe
zorgstelsel, kunnen gaan functioneren met een winstoogmerk.
Deze tienjaarstermijn zou per 1 januari 2016 verstrijken. Het aangenomen
amendement Leijten/Van Gerven op het wetsvoorstel verbetering
wanbetalersmaatregelen bewerkstelligt evenwel dat die termijn komt te vervallen en
het verbod op een winstoogmerk voor een opvolger van een ziekenfonds voortaan, op
straffe van het vervallen van de opgebouwde reserve, geldt zonder beperking in de
tijd.4 Het wetsvoorstel strekt ertoe, in plaats van het handhaven van het verbod op een
winstoogmerk zonder begrenzing in de tijd, de voornoemde tienjaarstermijn te
verlengen met twee jaar, tot 1 januari 2018.
De toelichting gaat er naar het oordeel van de Afdeling terecht vanuit dat het verlengen
van het verbod om te functioneren met een winstoogmerk aangemerkt kan worden als
inmenging in het ongestoord genot van eigendom zoals dat wordt beschermd door
artikel 1 van het Eerste Protocol bij het EVRM. De voormalige wettelijke Zfw-reserves
behoren toe aan de betreffende zorgverzekeraars. Een verlenging van het verbod voor
zorgverzekeraars om te functioneren met een winstoogmerk valt dan ook te
kwalificeren als een inmenging in het eigendomsrecht.
Volgens artikel 1 van het Eerste Protocol bij het EVRM is de inmenging in het
eigendomsrecht slechts gerechtvaardigd wanneer de inmenging geschiedt bij wet, in
het algemeen belang is en in een evenredige verhouding staat tot het nagestreefde
doel. Voor de vaststelling of een inmenging proportioneel is, wordt door het EHRM
bezien of de belangenafweging tot een rechtvaardig en evenwichtig resultaat heeft
geleid. Er moet een āfair balanceā zijn getroffen tussen de mate van inmenging in het
eigendomsrecht en het algemeen belang dat daarmee wordt gediend. Gezien die eis
waarmee het verbod op het functioneren met een winstoogmerk wordt verlengd, dient
de noodzaak van de maatregel toereikend te worden gemotiveerd. De Afdeling wijst er
daarbij op, dat het vorenstaande nog meer nadruk krijgt indien, zoals wordt
voorgesteld, het verbod op het functioneren met een winstoogmerk wordt verlengd
tegen het einde van de tienjaarstermijn. Sinds de inwerkingtreding van de Zvw kunnen
voormalige ziekenfondsen aan artikel 2.1.9, derde lid, van de Invoerings- en
aanpassingswet Zvw het gerechtvaardigde vertrouwen ontlenen dat zij vanaf 1 januari
2016 vrij over de ziekenfondsreserves zouden kunnen beschikken.
Over de motivering van de maatregel om het verbod op het functioneren met een
winstoogmerk te verlengen, merkt de Afdeling het volgende op.
a. Verzekerdenpopulatie
De toelichting motiveert de verlenging van de tienjaartermijn door erop te wijzen dat de
verwachting dat na tien jaar het verzekerdenbestand van ziekenfondsen niet meer
3 Er werd vanuit gegaan dat er integratie zou plaatsvinden tussen voormalige ziekenfondsen en private
zorgverzekeraars en dat de portefeuilles van de zorgverzekeraars zodanig zouden wijzigen dat er geen
directe koppeling meer zou bestaan met de verzekerdenportefeuilles van voormalige ziekenfondsen en
de daarmee verbonden wettelijke reserves vanuit de Zfw, Kamerstukken II 2004/05, 30 124, nr. 3, blz.
6-7.
4 Kamerstukken II 2014/15, 33 683, nr. 41.
herkenbaar zou zijn, niet helemaal is uitgekomen.5
De Afdeling merkt op dat de toelichting niet cijfermatig onderbouwt dat het
verzekerdenbestand van ziekenfondsen minder onherkenbaar is dan verwacht werd bij
inwerkingtreding van de Zvw. De toelichting gaat ook niet in op de vraag in welke mate
het verzekerdenbestand van voormalige ziekenfondsen gewijzigd zou moeten zijn,
alvorens het verbod op het functioneren met een winstoogmerk kan worden
opgeheven.
b. Solvabiliteitseisen
De toelichting voert ter rechtvaardiging van de voorgestelde verlenging van de
tienjaarstermijn eveneens aan dat in 2016 nieuwe solvabiliteitseisen gaan gelden, voor
zorgverzekeraars.6 De toelichting maakt niet duidelijk waarom de nieuwe
solvabiliteitseisen uit hoofde van Solvency II een verlenging van de tienjaarstermijn
noodzakelijk maken. Er wordt slechts gesteld dat de komende twee jaar duidelijk zal
worden hoe die solvabiliteitseisen uitwerken voor zorgverzekeraars. De Afdeling wijst
erop dat de nieuwe solvabiliteitseisen al enige tijd bekend zijn. Een noodzaak voor een
voortdurende inmenging in het eigendomsrecht kan in de nieuwe eisen dan ook niet
worden gevonden, temeer niet omdat uit de toelichting niet blijkt van
solvabiliteitsproblemen bij zorgverzekeraars.
c. Ex ante risicovereveningssysteem en gelijk speelveld
In de toelichting wordt vermeld dat de verlenging van de tienjaarstermijn het mogelijk
maakt dat het ex ante risicovereveningsysteem verbeterd kan worden en zo het gelijke
speelveld in de zorg beter wordt verzekerd.7 De Afdeling merkt op dat de zorgmarkt
zich sinds de inwerkingtreding van de Zvw behoorlijk heeft ontwikkeld. De contractering
is grotendeels vrijgegeven en de budgetfinanciering van zorginstellingen via de
contractering is inmiddels afgeschaft. Zorgverzekeraars verzekeren in toenemende
mate voor eigen rekening en eigen risico. Zij zijn steeds meer als normale
verzekeringsmaatschappijen gaan functioneren, met name door de afschaffing van ex
post vereveningsmechanismen. De somatische zorg is sinds 2015 volledig
risicodragend en in 2017 zal de Zvw volledig risicodragend zijn als ook de ex post
verevening voor de geneeskundige GGZ naar verwachting zal worden afgeschaft.8 In
het licht hiervan is niet duidelijk waarom eerst over twee jaar het speelveld waarop
zorgverzekeraars functioneren āgelijk genoegā zal zijn om het verbod op het
functioneren met een winstoogmerk op straffe van het vervallen van de Zfw-reserves
op te heffen.
d. Conclusie
De Afdeling begrijpt de strekking van het voorstel om het tijdelijke karakter van het
verbod op het functioneren met een winstoogmerk te behouden. Gelet op het
hierboven gestelde, merkt de Afdeling evenwel op dat de voorgestelde verlenging van
het verbod om te functioneren met een winstoogmerk niet voldoende toereikend is
gemotiveerd. Een goede rechtvaardiging van voornoemde maatregel is temeer van
belang nu deze noodzakelijk is voor de verenigbaarheid daarvan met artikel 1 van het
Eerste Protocol van het EVRM. Daarnaast is een goede motivering van de maatregel
5 Toelichting, Algemeen, Verlenging van de tienjaarstermijn.
6 Toelichting, Algemeen, Verlenging van de tienjaarstermijn.
7 Toelichting, Algemeen, Verlenging van de tienjaarstermijn.
8 Voor de geneeskundige GGZ is de hogekostencompensatie afgeschaft per 2015 en wordt de
bandbreedteregeling per 2017 afgeschaft. Kamerstukken II 2014/15, 29 689 nr. 544, blz. 2.
van belang in verband met de rechtszekerheid: zorgverzekeraars moeten er van op
aan kunnen dat de voorgestelde verlenging van het verbod op het functioneren met
een winstoogmerk eenmalig is.
De Afdeling adviseert in de toelichting op het vorenstaande in te gaan en het verlengen
van het verbod op het functioneren met een winstoogmerk toereikend te motiveren.
De Afdeling advisering van de Raad van State geeft U in overweging het voorstel van
wet te zenden aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal, nadat aan het
vorenstaande aandacht zal zijn geschonken.
De vice-president van de Raad van State,