[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Wijziging van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en enige andere wetten in verband met een regeling voor het elektronische berichtenverkeer (Wet elektronisch berichtenverkeer Belastingdienst)

Wijziging van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en enige andere wetten in verband met een regeling voor het elektronische berichtenverkeer (Wet elektronisch berichtenverkeer Belastingdienst)

Eindtekst

Nummer: 2015D51496, datum: 2015-12-31, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2015Z08021:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


De Tweede Kamer der Staten- PRIVATE  

Generaal zendt bijgaand door

haar aangenomen wetsvoorstel

aan de Eerste Kamer.

De Voorzitter,

2 juli 2015



	Wijziging van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en enige andere
wetten in verband met een regeling voor het elektronische
berichtenverkeer (Wet elektronisch berichtenverkeer Belastingdienst)







VOORSTEL VAN WET



		Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden,
Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is enkele
wijzigingen aan te brengen in de formele belastingwetgeving om een
wettelijk kader te scheppen voor het verplichten van elektronisch
berichtenverkeer in het contact met de Belastingdienst en dat het
wenselijk is een regeling te treffen voor de technische voorzieningen
ten behoeve van dit berichtenverkeer;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State
gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden
en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Algemene wet inzake rijksbelastingen wordt als volgt gewijzigd: 

A

Na artikel 3 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 3a

1. In afwijking van artikel 2:14, eerste lid, van de Algemene wet
bestuursrecht wordt in het verkeer tussen belastingplichtigen of
inhoudingsplichtigen en de inspecteur of het bestuur van ´s Rijks
belastingen een bericht uitsluitend elektronisch verzonden.

2. Bij ministeriële regeling wordt bepaald op welke wijze het
elektronische berichtenverkeer plaatsvindt.

3. Bij ministeriële regeling kunnen berichten en groepen van
belastingplichtigen of inhoudingsplichtigen worden aangewezen waarvoor,
alsmede omstandigheden worden aangewezen waaronder, het berichtenverkeer
kan plaatsvinden anders dan langs elektronische weg.

B

Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het tweede lid vervalt onder vernummering van het derde tot en met
vijfde lid tot tweede tot en met vierde lid.

2. Het zesde lid vervalt. 

ARTIKEL II

De Invorderingswet 1990 wordt als volgt gewijzigd:

A

Na artikel 7b wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 7c

1. In afwijking van artikel 2:14, eerste lid, van de Algemene wet
bestuursrecht wordt in het verkeer tussen belastingschuldigen en de
directeur, de ontvanger of de belastingdeurwaarder een bericht
uitsluitend elektronisch verzonden.

2. Bij ministeriële regeling wordt bepaald op welke wijze het
elektronische berichtenverkeer plaatsvindt.

3. Bij ministeriële regeling kunnen berichten en groepen van
belastingschuldigen worden aangewezen waarvoor, alsmede omstandigheden
worden aangewezen waaronder, het berichtenverkeer kan plaatsvinden
anders dan langs elektronische weg.

B

Artikel 8, eerste lid, komt te luiden: 

1. De ontvanger maakt de belastingaanslag bekend door verzending of
uitreiking van het door de inspecteur voor de belastingschuldige
opgemaakte aanslagbiljet.

ARTIKEL III

In de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen wordt in de eerste
paragraaf van hoofdstuk 2 vóór artikel 14 een artikel ingevoegd,
luidende:

Artikel 13

1. In afwijking van artikel 2:14, eerste lid, van de Algemene wet
bestuursrecht wordt in het verkeer tussen belanghebbenden en de
Belastingdienst/Toeslagen een bericht uitsluitend elektronisch
verzonden.

2. Bij ministeriële regeling wordt bepaald op welke wijze het
elektronische berichtenverkeer plaatsvindt.

3. Bij ministeriële regeling kunnen berichten en groepen van
belanghebbenden worden aangewezen waarvoor, alsmede omstandigheden
worden aangewezen waaronder, het berichtenverkeer kan plaatsvinden
anders dan langs elektronische weg.

ARTIKEL IV 

In de Wet belasting zware motorrijtuigen wordt in artikel 11, vierde
lid, “artikel 8, derde lid, van die wet” vervangen door:
artikel 8, tweede lid, van die wet.

ARTIKEL V

In de Wet bereikbaarheid en mobiliteit wordt in artikel 6, vijfde lid,
“is, met uitzondering van artikel 8, tweede lid, niet van
toepassing” vervangen door: is niet van toepassing.

ARTIKEL VI

De Gemeentewet wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 236, eerste lid, wordt “3, 37” vervangen door: 3, 3a, 37.

B

In artikel 249 wordt “5, 20” vervangen door: 5, 7c, 20.

ARTIKEL VII

De Gemeentewet wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 236, eerste lid, wordt “3, 3a, 37” vervangen door: 3, 37.

B

In artikel 249 wordt “5, 7c, 20” vervangen door: 5, 20.

ARTIKEL VIII

De Waterschapswet wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 126 wordt “3, 37” vervangen door: 3, 3a, 37.

B

In artikel 138, eerste lid, wordt “5, 20” vervangen door: 5, 7c, 20.

ARTIKEL IX

De Waterschapswet wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 126 wordt “3, 3a, 37” vervangen door: 3, 37.

B

In artikel 138, eerste lid, wordt “5, 7c, 20” vervangen door: 5, 20.

ARTIKEL X

1. Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties draagt
zorg voor de inrichting, beschikbaarstelling, instandhouding, werking,
beveiliging en betrouwbaarheid van voorzieningen voor elektronisch
berichtenverkeer en informatieverschaffing alsmede van voorzieningen
voor elektronische authenticatie en elektronische registratie van
machtigingen. 

2. Bij regeling van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties worden regels gesteld met betrekking tot de werking,
beveiliging en betrouwbaarheid van de voorzieningen, bedoeld in het
eerste lid. 

3. Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties verwerkt
persoonsgegevens, waaronder het burgerservicenummer, bedoeld in artikel
1, onder b, van de Wet algemene bepalingen burgerservicenummer, voor
zover dit noodzakelijk is voor de goede vervulling van de taak, bedoeld
in het eerste lid. Bij algemene maatregel van bestuur wordt nader
bepaald welke persoonsgegevens worden verwerkt, aan wie deze worden
verstrekt en hoe lang deze worden bewaard.

ARTIKEL XI

1. De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk
besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of
onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld. 

2. Bij de bepaling van het tijdstip, bedoeld in het eerste lid, kan op
grond van artikel 12 van de Wet raadgevend referendum worden afgeweken
van de artikelen 8 en 9 van die wet.

3. Artikel X vervalt op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

ARTIKEL XII

Deze wet wordt aangehaald als: Wet elektronisch berichtenverkeer
Belastingdienst. 

	Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en
dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks
aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Staatssecretaris van Financiën,

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

De Staatssecretaris van Financiën,

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

 

 

 PAGE    

 PAGE   5