34007, bijgewerkt t/m nr. 14 (brief van de initiatiefnemer d.d. 6 september 2016)
Bijgewerkte tekst
Nummer: 2016D22894, datum: 2016-09-06, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van zaak 2014Z14630:
- Indiener: O.C. Tellegen, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: M.S. van Veen, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: algemene commissie voor Wonen en Rijksdienst (2012-2017)
- 2014-09-09 15:05: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2015-09-30 14:30: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Veiligheid en Justitie (2010-2017)
- 2015-11-05 14:00: Voorstel van wet van het lid Tellegen tot wijziging van de Gemeentewet in verband met de aanpak van woonoverlast (Wet aanpak woonoverlast) (Kamerstuk 34007) (Inbreng verslag (wetsvoorstel)), vaste commissie voor Veiligheid en Justitie (2010-2017)
- 2016-06-09 15:15: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Veiligheid en Justitie (2010-2017)
- 2016-06-16 14:20: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2016-09-07 16:00: Wet aanpak woonoverlast (34 007) (Eerste Termijn Kamer) (Plenair debat (initiatiefwetgeving)), TK
- 2016-12-22 13:00: Voorstel van wet van het lid Tellegen tot wijziging van de Gemeentewet in verband met de aanpak van woonoverlast (34 007) (antwoord 1e termijn + rest) (Plenair debat (initiatiefwetgeving)), TK
- 2016-12-22 19:25: Einde vergadering: Stemmingen (over alle resterende punten) (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Bijgewerkt t/m nr. 14 (brief van de initiatiefnemer d.d. 6/916) 34 007 Voorstel van wet van het lid Tellegen tot wijziging van de Gemeentewet in verband met de aanpak van woonoverlast (Wet aanpak woonoverlast) VOORSTEL VAN WET ZOALS GEWIJZIGD NAAR AANLEIDING VAN HET ADVIES VAN DE AFDELING ADVISERING VAN DE RAAD VAN STATE Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje Nassau, enz. enz. enz. Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de wettelijke mogelijkheden voor gemeenten tot aanpak van woonoverlast te vergroten; Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: ARTIKEL I De Gemeentewet wordt als volgt gewijzigd: Na artikel 151c wordt een artikel ingevoegd, luidende: Artikel 151d 1. De raad kan bij verordening bepalen dat degene die een woning of een bij die woning behorend erf gebruikt, er zorg voor draagt dat door gedragingen in of vanuit die woning of dat erf of in de onmiddellijke nabijheid van die woning of dat erf geen ernstige hinder voor omwonenden wordt veroorzaakt. 2. De in artikel 125, eerste lid, bedoelde bevoegdheid tot oplegging van een last onder bestuursdwang wegens overtreding van het in het eerste lid bedoelde voorschrift wordt uitgeoefend door de burgemeester. De burgemeester oefent de bevoegdheid uit met inachtneming van hetgeen daaromtrent door de raad in de verordening is bepaald en slechts indien de ernstige hinder redelijkerwijs niet op een andere geschikte wijze kan worden tegengegaan. 3. Onverminderd de laatste volzin van het tweede lid kan de last, bedoeld in de eerste volzin van dat lid, een verbod inhouden om aanwezig te zijn in of bij de woning of op of bij het erf. Het verbod geldt voor een periode van tien dagen. De artikelen 2, tweede lid, en vierde lid, aanhef en onder a en b, 5 6, 8, eerste lid, aanhef en onder a en b, 9 en 13 van de Wet tijdelijk huisverbod zijn van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat de burgemeester bij ernstige vrees voor verdere overtreding de looptijd van het verbod kan verlengen tot ten hoogste vier weken. ARTIKEL IA In bijlage 1 van de Algemene wet bestuursrecht wordt in onderdeel a van de zinsnede met betrekking tot de Gemeentewet na “124a,” ingevoegd: 151d, derde lid, ARTIKEL II Onze Minister van Veiligheid en Justitie zendt binnen vijf jaar na de inwerkingtreding van deze wet aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van deze wet in de praktijk. ARTIKEL III Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip. ARTIKEL IV Deze wet wordt aangehaald als: Wet aanpak woonoverlast. Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden. Gegeven De Minister voor Wonen en Rijksdienst,