[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [šŸ” uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

34291, bijgewerkt t/m nr. 14 (3e NvW d.d. 17 juni 2016)

Voorstel van wet van het lid Van Vliet tot wijziging van Boek 6 en Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek en van de Overgangswet nieuw Burgerlijk Wetboek in verband met het invoeren van een verbod op het vragen van een toeslag voor het gebruik van betaalmiddelen bij consumenten (Wet verbod toeslag gebruik betaalmiddelen bij consumenten)

Bijgewerkte tekst

Nummer: 2016D23801, datum: 2016-06-08, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 5

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2015Z17363:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (šŸ”— origineel)


Bijgewerkt t/m nr. 14 (Derde nota van wijziging 17 juni 2016)
34 291 Voorstel van wet van het lid Van Vliet tot wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Wet handhaving consumentenbescherming en van de Overgangswet nieuw Burgerlijk Wetboek in verband met het invoeren van een verbod op het vragen van een toeslag voor het gebruik van betaalmiddelen (Wet verbod toeslag gebruik betaalmiddelen)
Nr. 5 VOORSTEL VAN WET ZOALS GEWIJZIGD NAAR AANLEIDING VAN HET ADVIES VAN DE AFDELING ADVISERING VAN DE RAAD VAN STATE

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is het vragen van een toeslag voor het gebruik van betaalmiddelen te verbieden omdat een toeslag concurrentieverstorend werkt en nadelig uitpakt voor consumenten;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

(vervallen)

ARTIKEL II

Aan artikel 520 van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek wordt een lid toegevoegd, luidende:

4. Geen vergoeding wordt door de begunstigde gevraagd voor het gebruik van betaalinstrumenten waarvan de afwikkelingsvergoedingen onder hoofdstuk II van Verordening (EU) nr. 2015/571 vallen, noch voor betaaldiensten waarop Verordening (EU) nr. 260/2012 van toepassing is.

ARTIKEL IIa

De Wet handhaving consumentenbescherming wordt als volgt gewijzigd:

A

In hoofdstuk 8 wordt na artikel 8.13 een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 8.14

Een begunstigde als bedoeld in artikel 514, onderdeel c, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, neemt artikel 520, vierde lid, van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek in acht.

B

In de bijlage wordt aan onderdeel a een rij toegevoegd, luidende:

Richtlijn (EU) 2015/2366 van het Europees Parlement en de Raad van 25 november 2015

betreffende betalingsdiensten in de interne markt, houdende wijziging van de Richtlijnen 2002/65/EG, 2009/110/EG en 2013/36/EU en Verordening (EU) nr. 1093/2010 en houdende intrekking van Richtlijn 2007/64/EG.

Artikel 8.14 van deze wet.

ARTIKEL III

In de Overgangswet nieuw Burgerlijk Wetboek wordt na artikel 211a een nieuw artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 211b

Artikel 520, lid 4, van het Burgerlijk Wetboek, zoals gewijzigd door de Wet verbod toeslag gebruik betaalmiddelen (Stb. ā€¦, ā€¦) is tot een jaar na het in werking treden van de wet niet van toepassing op overeenkomsten die voor het tijdstip van het in werking treden van deze wet zijn gesloten.

ARTIKEL IV

Deze wet wordt aangehaald als: Wet verbod toeslag gebruik betaalmiddelen.

ARTIKEL V

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld. In dat besluit wordt zo nodig toepassing gegeven aan artikel 12 van de Wet raadgevend referendum.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Veiligheid en Justitie,