[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

33922, bijgewerkt t/m nr. 9 (NvW d.d. 31 augustus 2016)

Bijgewerkte tekst

Nummer: 2016D32281, datum: 2016-08-31, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2014Z07232:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)




Bijgewerkt t/m nr. 9 (NvW 31.8.2016)

	33 922 	Voorstel van wet van het lid Yücel tot wijziging van de Wet op
de ondernemingsraden en het Burgerlijk Wetboek om gelijke beloning van
mannen en vrouwen te bevorderen 







Nr. 5	GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET



	

	Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins
van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

	Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

	Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het voor gelijke beloning
van mannen en vrouwen voor hetzelfde of gelijkwaardig werk wenselijk is
dat bewustzijn over gelijke beloning tussen mannen en vrouwen wordt
vergroot, en de controle op gelijke beloning wordt verstevigd door de
zeggenschap van ondernemingsraden te versterken met onder ander
instemmingsrecht over beleid ten aanzien van gelijke beloning en door
bedrijven te verplichten cijfers en hun beleid over beloningsgelijkheid
te publiceren in het jaarverslag;

	Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State
gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden
en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I 

	De Wet op de ondernemingsraden wordt als volgt gewijzigd:

A

	Aan artikel 27, eerste lid, wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

	n. een regeling inzake het door de onderneming gevoerde beleid met
betrekking tot de gelijke behandeling van mannen en vrouwen ten aanzien
van alle elementen en voorwaarden van beloning;

B

	Aan artikel 31d, eerste lid, wordt een zin toegevoegd, luidende:
Daarbij wordt voor iedere groep het percentage mannen en vrouwen
aangegeven. 

ARTIKEL II

	Artikel 391 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek wordt als volgt
gewijzigd:

	1. Na lid 4 wordt, onder vernummering van de leden 5 en 6 tot 6 en 7
een lid ingevoegd, luidende:

	5. In het bestuursverslag wordt informatie vermeld over de omvang van
de verschillen in beloning van bij de rechtspersoon werkzame vrouwelijke
en mannelijke werknemers. Voorts wordt, indien er sprake is van
ongelijke beloning van vrouwen en mannen, een verklaring gegeven voor
dit verschil en uiteengezet op welke wijze wordt getracht gelijke
beloning te bevorderen.

	2. In lid 7 (nieuw) wordt “lid 5” vervangen door: lid 6.

ARTIKEL IIA

	1. Indien het bij koninklijke boodschap van 23 maart 2016 ingediende
voorstel van wet tot wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in
verband met het voortzetten van het streefcijfer voor een evenwichtige
verdeling van de zetels van het bestuur en de raad van commissarissen
van grote naamloze en besloten vennootschappen (34 435) tot wet is of
wordt verheven en artikel I van die wet eerder in werking is getreden of
treedt dan deze wet, wordt:

	a. in artikel II, onderdeel 1, van deze wet, in de aanhef “van de
leden 5 en 6 tot 6 en 7” vervangen door “van de leden 5, 6 en 7 tot
6, 7 en 8”, en

	b. in artikel II, onderdeel C, van die wet (34 435) “lid 7”
vervangen door: lid 8.

	2. Indien het bij koninklijke boodschap van 23 maart 2016 ingediende
voorstel van wet tot wijziging van boek 2 van het Burgerlijk Wetboek in
verband met het voortzetten van het streefcijfer voor een evenwichtige
verdeling van de zetels van het bestuur en de raad van commissarissen
van grote naamloze en besloten vennootschappen (34 435) tot wet is of
wordt verheven en artikel I van die wet  later in werking treedt dan
deze wet, wordt die wet als volgt gewijzigd:

	a. het in artikel I, onderdeel C, opgenomen zevende lid wordt
vernummerd tot achtste lid, en

	b. in artikel II, onderdeel C, wordt “lid 7” vervangen door: lid 8.

ARTIKEL III

	

	Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen
tijdstip.

	

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en
dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks
aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

De Minister van Veiligheid en Justitie,

De Staatssecretaris van Economische Zaken,

 

 

 PAGE    

 PAGE   2