Behandelvoorstel Tweede winterpakket Energie-Unie commissie IenM
Brief lid / fractie
Nummer: 2017D01491, datum: 2017-01-19, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: R.J. (Remco) Dijkstra, Tweede Kamerlid (Ooit VVD kamerlid)
- Mede ondertekenaar: S. van Veldhoven, Tweede Kamerlid (Ooit D66 kamerlid)
Onderdeel van zaak 2017Z00716:
- Indiener: R.J. (Remco) Dijkstra, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: S. van Veldhoven, Tweede Kamerlid
- Volgcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu (2010-2017)
- 2017-01-25 10:15: Procedurevergadering commissie voor Infrastructuur en Milieu (Procedurevergadering), vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu (2010-2017)
Preview document (🔗 origineel)
Aanleiding
EU-Stafnotitie
aan vaste commissie IenM
vaste commissie EUza
van de rapporteurs Energie-Unie, de leden Van Veldhoven en Dijkstra
datum 18 januari 2017
onderwerp Behandelvoorstel Tweede winterpakket Energie-Unie commissie IenM
te betrekken bij Procedurevergadering IenM d.d. 25 januari 2017
Op 30 november 2016 publiceerde de Europese Commissie een omvattend nieuw pakket voorstellen in het kader van de Energie-Unie. Dit zogenaamde (tweede) “winterpakket” omvat onder meer acht wetgevende voorstellen op de terreinen van de commissies EZ, IenM en WR.
De Energie-Unie is een EU-prioriteit van de commissie EZ en de commissie IenM (voor het klimaatdeel) en daarnaast de commissie WR voor de richtlijn energieprestaties gebouwen. De Kamer heeft voor de Energie-Unie twee co-rapporteurs benoemd: de leden Van Veldhoven (EZ) en Dijkstra (IenM).
Achtergrondinformatie over dit pakket en zijn inhoud vindt u in de (separaat bijgevoegde) tussenrapportage Energie-Unie van de rapporteurs d.d. 18 januari 2017.
Hieronder vindt u het behandelvoorstel voor uw commissie voor dit winterpakket.
Behandelvoorstel winterpakket Energie-Unie
Behandelvoorstel commissie IenM
Voor het verkiezingsreces (24 februari t/m 20 maart 2017):
Het voorstel over Ecodesign ligt op het snijvlak van Energie-Unie en Circulaire economie, en hoort eerder thuis bij Circulaire economie. Voorstel is daarom om dit in het kader van de Circulaire economie te behandelen en door de rapporteur Circulaire economie mee te laten nemen (integreren in het werkbezoek aan Brussel dat de rapporteur voornemens is af te leggen in januari/februari en opnemen in de eindrapportage van de rapporteur over het CE-pakket).Na de verkiezing van de nieuwe Tweede Kamer en onder voorbehoud van bevestiging door de nieuwe commissie IenM: De tegelijk met het energiepakket uitgebrachte (en daarbinnen passende) mededeling over intelligent transport systems (C-ITS) onder brengen in de behandeling van een viertal door u geprioriteerde dit jaar uit te brengen EU-voorstellen op het gebied van mobiliteit (inclusief een eventueel werkbezoek aan Brussel).
Het formele voortouw bij de behandeling van de rest van dit pakket ligt bij de commissie EZ (zie volgende subparagraaf). Uw commissie zal in elk geval worden uitgenodigd bij de activiteiten die deze commissie in dit kader onderneemt. Voor de commissie IenM zijn met name van belang de voorstellen over Governance (opstellen en monitoren nationale klimaat- en energieplannen), Energie-efficiëntie (bindende doelstelling 30% energiebesparing in 2030) en Hernieuwbare energie (bindende doelstelling 27% aandeel hernieuwbare energie in 2030).
Ter informatie: behandeling in overige commissies
Commissie EZ
De commissie EZ besluit tijdens haar procedurevergadering van 24 januari 2017 of zij instemt met de volgende behandelvoorstellen:
Voor het verkiezingsreces:
Een behandelvoorbehoud plaatsen voor de wetgevende voorstellen uit het pakket, te weten: governance (COM(2016)759), herziening elektriciteitsmarkt (COM(2016)861 t/m 864), energie-efficiëntie (COM(2016)761), hernieuwbare energie (COM(2016)767).1
Voor het AO behandelvoorbehoud kan het AO Energieraad van 22 februari a.s. met een uur worden verlengd.
Daar gemaakte informatieafspraken met het kabinet worden vastgelegd in een brief van de Kamer waarover op 23 februari a.s. kan worden gestemd (NB: gezien het verkiezingsreces is dit tevens de laatste mogelijkheid).
Bij dit AO dan tevens de commissies I&M en WR uitnodigen.
Voorafgaand aan dit AO Eurocommissaris Šefčovič (Energie-Unie) uitnodigen voor een gesprek met de commissies EZ, I&M en (desgewenst) WR. Hij start in februari met een tour langs EU-lidstaten om het energiepakket toe te lichten.
Na de verkiezing van de nieuwe Tweede Kamer en onder voorbehoud van bevestiging door de nieuwe commissie EZ:
Een technische briefing organiseren door de Europese Commissie over het gehele pakket i.v.m. de samenhang tussen de voorstellen. Hiervoor tevens de commissie I&M en de commissie WR uitnodigen.
Een ronde-tafelgesprek organiseren met Nederlandse stakeholders over de impact van het pakket in Nederland (zoals Tennet i.v.m. infrastructuur; energieleveranciers; ngo’s; wetenschap, etc.). Hiervoor eveneens de commissies I&M en WR uitnodigen.
De (nog aan te wijzen) EP-rapporteurs voor het Winterpakket in een later stadium, wanneer de rapporten gevorderd zijn, uitnodigen voor een gesprek, en daarbij tevens de commissies I&M en WR uitnodigen.
Commissie WR
De commissie W&R heeft een subsidiariteitstoets voorgesteld voor de herziening van de richtlijn energieprestaties gebouwen. Tijdens de procedurevergadering van deze commissie op 17 januari jl. is besloten om een conceptbrief met negatief subsidiariteitsoordeel aan te melden voor plenaire behandeling. De stemming zal naar verwachting plaatsvinden op dinsdag 24 januari 2017.2
Toelichting: Behandelvoorbehoud
Het behandelvoorbehoud is een instrument uit de Goedkeuringswet van het Verdrag van Lissabon waarmee de controle op Europese besluitvorming versterkt is. Als de Tweede Kamer van mening is dat een Europees wetgevend voorstel van groot politiek belang is en dat zij nauw betrokken wil zijn bij de onderhandelingen in Brussel, kan zij een behandelvoorbehoud plaatsen en daarmee de regering oproepen om binnen vier weken het EU-voorstel uitvoerig met de Kamer te bespreken in een speciaal aan dit voorstel gewijd AO en informatieafspraken te maken voor tijdens het onderhandelingsproces.
De procedure rond het behandelvoorbehoud is vastgelegd in procedureregeling als bijlage bij het RvO van de Kamer. Een gedetailleerde beschrijving is te vinden in het gedeelte Behandelvoorbehoud in het draaiboek Prioritaire EU-voorstellen (inclusief behandelvoorbehoud, subsidiariteitstoets). In het kort wordt tijdens de procedurevergadering van de verantwoordelijke vakcommissie – mede op basis van een EU-stafnotitie – besloten of de commissie aan de plenaire vergadering wil adviseren een behandelvoorbehoud te plaatsen op het EU-voorstel. Vervolgens wordt dit aan de plenaire vergadering voorgelegd. Dit moet binnen acht weken nadat het Europese voorstel in vertaling is uitgebracht gebeuren. Het reces stuit de termijnen van een behandelvoorbehoud voor de duur van dat reces.
Als de Kamer besluit tot het plaatsen van een voorbehoud, wordt de regering per brief verzocht dit in de Brusselse overlegfora formeel vast te leggen (‘parliamentary reservation’). Dit betekent dat de regering nog niet formeel een standpunt kan innemen. Ook wordt de regering verzocht een versneld BNC-fiche (dat wil zeggen binnen 3 weken) aan de Kamer te sturen. Vervolgens moet binnen 4 weken na het plaatsen van het voorbehoud een AO plaatsvinden waar het EU-voorstel en het fiche worden besproken. Daarin licht de regering haar standpunt over het voorstel toe en worden er informatie-afspraken gemaakt. Deze afspraken worden aan het einde van dit AO door de commissievoorzitter opgelezen. Deze worden door de commissiestaf in een brief gezet die aan de plenaire vergadering wordt voorgelegd. Na instemming is het behandelvoorbehoud beëindigd, tenzij er nog een VAO moet plaatsvinden. De commissiestaf zorgt voor ondertekening en verzending.
Een AO behandelvoorbehoud kan worden gevolgd door een VAO. De dan ingediende moties dienen te worden gezien als (nadere) afspraken waaraan de regering zich dient te houden. Indien een AO wordt gevolgd door een VAO is de behandelvoorbehoudprocedure geëindigd na stemming over of intrekking van de daar ingediende motie(s). Indien de indiener van de motie de motie wenst aan te houden ontstaat een impasse omdat de motie dan niet in stemming wordt gebracht en het behandelvoorbehoud niet wordt geëindigd, waardoor de regering niet zou kunnen onderhandelen in Brussel. Zolang de motie niet in stemming is gebracht, kan de regering in dit geval voortgaan met de onderhandelingen, echter met de melding dat er op het betreffende voorstel een parlementair voorbehoud rust. Indien de motie alsnog in stemming wordt gebracht of wordt ingetrokken is het behandelvoorbehoud geëindigd. Op basis van artikel 69, lid 2, van het RvO [3] wordt de motie geacht te zijn vervallen en het behandelvoorbehoud beëindigd indien stemming niet heeft plaatsgevonden in de eerste vergadering twee maanden na het besluit tot aanhouden. Een gedetailleerde procedureregeling is als bijlage bij het Reglement van Orde (Kamerstuk 32 258) van de Tweede Kamer opgenomen.
Een behandelvoorbehoud dient geplaatst te worden binnen 8 weken na verschijning van het EU-voorstel (Kamerrecessen hebben een opschortende werking voor de termijn). Het AO behandelvoorbehoud, waarin informatieafspraken worden gemaakt met het kabinet, dient plaats te vinden binnen 4 weken na het plaatsen van het behandelvoorbehoud. Zie ook toelichting onderaan deze notitie.↩︎
Zie http://parlisweb/parlis/zaak.aspx?id=a30cfc31-de03-4778-9b00-474aac6d548f↩︎