[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Reactie op een burgerbrief over het onjuist informeren van de Kamer door DUO over het uitsluiten van studenten voor de loting 2010 in verband met het niet op tijd binnen zijn van cijferlijsten

Brief regering

Nummer: 2017D03690, datum: 2017-02-03, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van zaak 2017Z01776:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 3 februari 2017

De vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft mij bij
brief van 19 mei 2016 gevraagd om een reactie op de brief van de heer V.
en de heer G. over het onjuist informeren van de Kamer door DUO over het
uitsluiten van studenten voor de loting 2010 in verband met het niet op
tijd binnen zijn van cijferlijsten.

De aan u gerichte brief heeft betrekking op de procedure rondom de
toelating tot een fixusopleiding in 2010 van de kandidaten V. en G. en
richt zich meer in het bijzonder op het achterhouden van gegevens over
de aanwezigheid van eindexamenresultaten door DUO, het tussentijds
veranderen van de regelgeving, de positie van de toenmalig
staatssecretaris van OCW en de schending van de scheiding der machten.

De heer V. heeft bij brief van 15 augustus 2011 en bij brief van 3 juli
2015 een reactie ontvangen op zijn klacht over de procedure inzake de
selectie van zijn dochter. Van de brief van 15 augustus 2011 heeft uw
Kamer een afschrift ontvangen. Van de andere brief doe ik u hierbij een
afschrift toekomen. In deze brieven zijn de procedures en toen vigerende
regelgeving uiteengezet. Daaraan voeg ik toe dat de wijzigingen die de
laatste jaren zijn aangebracht in de procedure rondom de aanmelding voor
een fixusopleiding te maken hebben met de invoering van de 100 %
decentrale selectie door de instelling, als gevolg van de
inwerkingtreding van de Wet Ruim baan voor talent met ingang van het
studiejaar 2012-2013 en de gelijkstelling van EU-diploma’s in het
kader van de toelating tot fixusopleidingen. Andere wijzigingen waren
technisch van aard. 

In het kader van de toelating tot een numerus fixusopleiding zijn de
afgelopen jaren door verschillende rechters uitspraken gedaan,
bijvoorbeeld de uitspraak van 23 september 2010 die, ter onderbouwing
van het standpunt van de heren V. en G., in hun brief aan uw Kamer wordt
genoemd. In deze zaak ging het eveneens over een kandidaat, die niet
tijdig de vereiste documenten aan DUO had gezonden en waarbij de
kandidaat wel in het gelijk werd gesteld. Het is aan de onafhankelijke
rechter te beoordelen of in een individueel geval de wet- en regelgeving
juist is toegepast. Het feit dat vergelijkbare zaken aan de rechter
worden voorgelegd houdt evenwel niet in dat dan ook altijd eensluidende
uitspraken worden gedaan en daarmee direct een antwoord wordt gegeven op
de vraag of de wet- en regelgeving correct of niet correct wordt
uitgevoerd.

In dit verband wijs ik uw Kamer op een uitspraak van de
voorzieningenrechter van 23 augustus 2010 in de zaak G. om aan te tonen
dat een uitspraak van de rechter wel degelijk kan leiden tot aanpassing
van de regels. In deze zaak ging het om documenten, die te laat door DUO
werden ontvangen omdat op de envelop een postzegel ontbrak. Hoewel de
uitsluiting van deze kandidaat overeenkomstig de regelgeving was, heeft
DUO na deze uitspraak besloten om aankomend studenten hier tegemoet te
komen door voortaan gebruik te maken van een envelop met antwoordnummer.


Mijn conclusie luidt dat in de gevolgde procedures door alle betrokken
partijen zorgvuldig is gehandeld, met helaas voor de kandidaten V. en G.
een ongunstige uitkomst. Juist in verband met dat laatste en om
interpretatieverschillen van wet- en regelgeving zo veel mogelijk te
voorkomen, is mijn inzet om de wet- en regelgeving zo duidelijk en
toegankelijk mogelijk te maken en deze te wijzigen als blijkt dat regels
in de praktijk onbillijk jegens (aankomend) studenten zijn. Samen met
DUO streef ik ernaar studenten in aangelegenheden als deze zo veel
mogelijk te faciliteren. Dit past in mijn beleid om goed hoger onderwijs
aan te bieden, waarbij elke student op de juiste plek zit en
(aankomende) studenten optimaal ondersteund worden bij een goede start
van hun studie.

Ik hoop dat de studenten op wie de aan u gerichte brief betrekking
heeft, ondanks alles hun opleiding met plezier en naar tevredenheid
volgen.

De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, 

M. Bussemaker