Reactie op brief van een burger met een klacht over weigering van de NZa om te handhaven m.b.t. zorgfraude in mondzorg
Brief regering
Nummer: 2017D05030, datum: 2017-02-14, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: E.I. Schippers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (Ooit VVD kamerlid)
Onderdeel van zaak 2017Z02448:
- Indiener: E.I. Schippers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2017-02-22 12:00: Procedures en brieven (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2017-02-22 13:40: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2017-02-23 13:10: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (๐ origineel)
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 14 februari 2017 De in de brief aangehaalde casus betreft een melding bij de Nza, later gevolgd door een formeel verzoek om handhaving, van J.B. te A. mede namens zijn eenmansvennootschap Dental Society Lab jegens twee tandartsen die wegens het niet doorberekenen aan patiรซnten van kortingen op ingekochte techniekkosten de Wet marktordening gezondheidszorg mogelijk zouden overtreden. De NZa is als zelfstandig bestuursorgaan verantwoordelijk voor het toezicht en de handhavingsactiviteiten in de mondzorg. De Nza heeft mij desgevraagd het volgende laten weten. De NZa ontvangt in haar rol als toezichthouder vele meldingen en klachten die mogelijk een signaal over een ongewenste situatie in de zorg bevatten. Gelet op de hoeveelheid meldingen die de NZa ontvangt โ in 2015 alleen al 1.200, waaronder tientallen over soortgelijke praktijken โ is de NZa genoodzaakt om op basis van risicomanagement en kosten-baten analyses prioriteiten te stellen betreffende de op te pakken onderzoeken. Op basis hiervan heeft de NZa besloten de hiervoor genoemde melding niet op te pakken. De betrokkene heeft tegen de afwijzing van zijn verzoek tot handhaving beroep ingesteld bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb), dat diende op 18 januari 2017. Tijdens deze zitting kwam met name de ontvankelijkheid van de betrokkene en zijn onderneming Dental Society Lab aan bod. Het CBb verwacht eind februari 2017 met een uitspraak te komen. De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers