Preview document (🔗 origineel)

---

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 februari 2017

De vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft mij
verzocht om een reactie te geven op de brief van mevrouw O. te A. over
de aanvraag van buitenlandse studiefinanciering. Mevrouw O. brengt in
haar brief twee punten onder de aandacht van de vaste commissie over de
werkwijze van de Dienst Uitvoering Onderwijs (hierna: DUO) bij
buitenlandse studiefinanciering. Hieronder reageer ik op beide punten. 

Het eerste punt betreft de kwaliteit van de beschikking van DUO. Mevrouw
O. geeft aan dat DUO in de beschikking niet refereert aan een
wetsartikel, beleidsrichtlijn of vastgesteld beoordelingskader. 

Het klopt dat DUO in haar beschikkingen geen uitgebreide juridische
onderbouwing opneemt. De reden hiervoor is dat dit de begrijpelijkheid
van het bericht vaak niet ten goede komt. In dat geval zou namelijk
verwezen moeten worden naar de van toepassing zijnde wet- en regelgeving
en zou tevens het toetsingskader moeten worden geschetst. Ik constateer
echter dat de informatie die wordt gegeven in de beschikking inderdaad
summier is. Ik heb daarom DUO de opdracht gegeven om te onderzoeken of
het mogelijk is in toekomstige beschikkingen meer informatie op te
nemen, zoals een verwijzing naar het relevante kader op de website van
DUO.  

Het tweede punt dat mevrouw O. onder de aandacht brengt betreft de
afwijzing van de accreditatie van de West Virginia State University.
Mevrouw O. wil graag weten of ik de afwijzing van de accreditatie door
DUO onderschrijf. 

Om in aanmerking te komen voor studiefinanciering voor een opleiding
buiten Nederland (meeneembare studiefinanciering) moet een student naast
de algemene criteria die gelden voor studiefinanciering voldoen aan een
aantal aanvullende voorwaarden. Zo worden onder meer een aantal eisen
gesteld aan de buitenlandse opleiding. Eén van die eisen is dat een
opleiding geaccrediteerd moet zijn binnen het nationaal stelsel. Dit
geldt zowel voor Nederlandse- als voor buitenlandse opleidingen. Zonder
formele erkenning is het niet duidelijk welke kwaliteitseisen aan een
opleiding ten grondslag liggen. EP-Nuffic toetst na een verzoek van DUO
of de desbetreffende buitenlandse opleiding voldoet. Daartoe hanteert
EP-Nuffic per land een procedure op maat. Het toetsingskader dat
EP-Nuffic hanteert is gepubliceerd op de website van DUO. Een overzicht
van het onderwijssysteem van de Verenigde Staten en de vergelijkbaarheid
met het Nederlandse onderwijssysteem is eveneens te vinden op deze
website. Hierin wordt expliciet weergegeven dat een student die
voornemens is een opleiding te volgen in het vakgebied Business, ervoor
zorg moet dragen dat het programma door de desbetreffende ‘specialized
accrediting organization’ is geaccrediteerd. 

Bij de behandeling van het verzoek van betrokkene heeft EP-Nuffic
desgevraagd aangegeven dat er geen accreditatie bestaat op
programmaniveau voor de desbetreffende opleiding. Daarnaast heeft
EP-Nuffic aangegeven dat, vergeleken met een dergelijke Nederlandse
opleiding, niet gegarandeerd kan worden dat de opleiding vergelijkbaar
is met een bachelor-diploma aan een Nederlandse instelling voor hoger
beroepsonderwijs. Op grond hiervan is het verzoek om meeneembare
studiefinanciering voor de desbetreffende opleiding in eerste instantie
afgewezen door DUO. Inmiddels heeft betrokkene bij DUO een
bezwaarschrift ingediend tegen dit besluit. Ik onthoud mij daarom van
een nadere inhoudelijke reactie in deze specifieke zaak.

De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

M. Bussemaker

   HYPERLINK
"https://duo.nl/particulier/student-hbo-of-universiteit/buitenland/waard
eringscriteria-buitenlandstudie.jsp" 
https://duo.nl/particulier/student-hbo-of-universiteit/buitenland/waarde
ringscriteria-buitenlandstudie.jsp 

   HYPERLINK
"https://duo.nl/particulier/images/vs-versie-9-juli-2015.pdf" 
https://duo.nl/particulier/images/vs-versie-9-juli-2015.pdf