[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

34775-B, bijgewerkt t/m nr. 6 (NvW d.d. 3 november 2017)

Bijgewerkte tekst

Nummer: 2017D31616, datum: 2017-11-03, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2017Z11911:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Bijgewerkt t/m nr. 6(NvW d.d. 3 november 2017)



	34 775 B  =  \* MERGEFORMAT   	Vaststelling van de begrotingsstaat van
het gemeentefonds voor het jaar 2018







Nr. 1	VOORSTEL VAN WET

	19 september 2017



	Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins
van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

	Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

	Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat ingevolge artikel 105 van de
Grondwet de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Rijk bij
de wet moet worden vastgesteld, dat in artikel 1 van de
Comptabiliteitswet 2001 wordt bepaald welke begrotingen tot die van het
Rijk behoren en dat overigens de inrichting van de begroting van de
uitgaven en de ontvangsten van het gemeentefonds moet geschieden met
inachtneming van de bepalingen van de Financiële-verhoudingswet;

	Zo is het, dat Wij, de afdeling advisering van de Raad van State
gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden
en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1 

	De bij deze wet behorende begrotingsstaat van het gemeentefonds voor
het jaar 2018 wordt vastgesteld.

Artikel 2 

	De vaststelling van de in artikel 1 bedoelde begrotingsstaat geschiedt
in duizenden euro’s.

Artikel 3 

	Het verplichtingenbedrag in artikel 5, eerste lid, van de
Financiële-verhoudingswet ter zake van de algemene uitkering c.a. en de
aanvullende uitkeringen wordt voor het uitkeringsjaar 2018 vastgesteld
op € 16.400.415.000.

	De verplichtingenbedragen in artikel 5, tweede lid, van de
Financiële-verhoudingswet voor de integratie-uitkeringen en de
decentralisatie-uitkeringen zijn respectievelijk € 11.049.524.000 en
€ 828.579.000.

	Het verplichtingenbedrag voor onderzoek en bijdragen in het kader van
de Financiële verhoudingswet en voor de Waarderingskamer bedraagt
€ 4.152.000.

Artikel 4 

	Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari van het jaar
waarop de vaststelling van de begroting betrekking heeft. Indien het
Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven op of na
deze datum van 1 januari, treedt zij in werking met ingang van de dag
na de datum van uitgifte van dat Staatsblad en werkt zij terug tot en
met 1 januari.

	Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en
dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks
aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

De Staatssecretaris van Financiën,



Vaststelling van de begrotingsstaat van het gemeentefonds (B) voor het
jaar 2018

Artikel	Omschrijving	Verplichtingen	Uitgaven	Ontvangsten

1	gemeentefonds	28.282.670 	28.282.670 	28.282.670 



 

 

 PAGE    

 PAGE   3