Eindtekst 34757
Wijziging van enkele wetten van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu (Verzamelwet IenM 2018)
Eindtekst
Nummer: 2017D32784, datum: 2017-11-17, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1
Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.
Onderdeel van zaak 2017Z10127:
- Indiener: S.A.M. Dijksma, staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2017-09-05 15:15: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2017-09-06 10:15: Procedurevergadering commissie voor Infrastructuur en Milieu (Procedurevergadering), vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu (2010-2017)
- 2017-09-13 12:00: Verzamelwet IenM 2018 (Inbreng verslag (wetsvoorstel)), vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu (2010-2017)
- 2017-10-10 17:00: Procedurevergadering commissie voor Infrastructuur en Milieu (Procedurevergadering), vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu (2010-2017)
- 2017-10-11 12:30: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2017-11-14 15:00: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (đ origineel)
De Tweede Kamer der Staten- PRIVATE Generaal zendt bijgaand door haar aangenomen wetsvoorstel aan de Eerste Kamer. De Voorzitter, 14 november 2017 Wijziging van enkele wetten van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu (Verzamelwet IenM 2018) GEWIJZIGD VOORSTEL VAN WET Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben dat het wenselijk is in de Wet luchtvaart, de Spoorwegwet, de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden, de Wet havenstaatcontrole, de Wet zeevarenden, de Wet pleziervaartuigen 2016 en de Wet personenvervoer 2000 wijzigingen, bijstellingen en technische verbeteringen aan te brengen; Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze: ARTIKEL I De Wet luchtvaart wordt als volgt gewijzigd: A Artikel 1.1, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd: Aan het slot van de omschrijving van het begrip âbasisverordeningâ wordt het volgende zinsdeel toegevoegd: of een verordening die daarvoor in de plaats treedt. B In artikel 8.25dj, vierde lid, wordt âovereenkomstig de artikelen 8.25d tot en met 8.25hâ vervangen door âovereenkomstig de artikelen 8.25d tot en met 8.25h en de krachtens deze artikelen gestelde regelsâ, wordt âartikel 8.25d, eerste, vierde, vijfde en zesde lidâ vervangen door âartikel 8.25dâ en wordt âartikel 8.25diâ vervangen door âdeze artikelenâ. C Artikel 8.58 wordt als volgt gewijzigd: 1. Het eerste lid komt te luiden: 1. Provinciale staten kunnen voor een luchthaven een commissie regionaal overleg luchthaven instellen. 2. In het tweede lid wordt âDe commissie bestaat uitâ vervangen door: Indien provinciale staten voor een luchthaven een commissie instellen, bestaat de commissie uit. ARTIKEL II De Spoorwegwet wordt als volgt gewijzigd: A In artikel 51a, vierde lid, onder b, wordt âOnze Ministerâ vervangen door: degene onder wiens gezag de veiligheidsfunctie, bedoeld in de aanhef, wordt uitgeoefend. Aa In artikel 51c, eerste lid, wordt âmaakt Onze Minister gebruik van door Onze Minister erkende examinatorenâ vervangen door: maakt Onze Minister onderscheidenlijk degene onder wiens gezag binnen het hoofdspoorwegsysteem de veiligheidsfunctie van machinist met volledige bevoegdheid of van machinist met beperkte bevoegdheid wordt uitgeoefend, gebruik van door Onze Minister erkende examinatoren. B In artikel 57, vierde lid, wordt âartikel 20, eerste of derde lid, van de Wet personenvervoer 2000â vervangen door: artikel 20, eerste en vierde lid, van de Wet personenvervoer 2000. ARTIKEL III In artikel 43, eerste lid, van de Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden wordt âen 72, eerste en derde lid van verordening (EU) Nr. 528/2012â vervangen door: 72, eerste en derde lid en 95, tweede lid, van verordening (EU) Nr. 528/2012. ARTIKEL IV Artikel 11d van de Wet havenstaatcontrole komt te luiden: Artikel 11d 1. Onze Minister kan een besluit nemen tot verwijdering van een schip uit een haven indien bij een inspectie wordt vastgesteld dat het certificaat, bedoeld in bijlage IV, onder 41, van de richtlijn of het conformiteitsdocument, bedoeld in bijlage IV, onder 50, van de richtlijn, niet aan boord is. 2. De havenbeheerder van een haven weigert een schip de toegang tot zijn haven, indien met betrekking tot dit schip in een haven van een lidstaat een besluit is genomen tot verwijdering ervan vanwege het niet aan boord hebben van het certificaat, bedoeld in bijlage IV, onder 41, van de richtlijn of het conformiteitsdocument, bedoeld in bijlage IV, onder 50, van de richtlijn, totdat de exploitant kennis geeft van een dergelijk bewijs. ARTIKEL V Na artikel 78 van de Wet zeevarenden wordt een artikel ingevoegd, luidende: Artikel 79 Ingeval bij of krachtens deze wet regels worden gesteld ter uitvoering van het STCW-Verdrag, het SOLAS-verdrag of het Maritiem Arbeidsverdrag, kan overtreding van die regels ook als strafbaar feit worden aangemerkt dan wel worden bestraft met een bestuurlijke sanctie indien deze regels in de Engelse taal zijn gesteld en bekend gemaakt. ARTIKEL VI Aan artikel 6 van de Wet pleziervaartuigen 2016 wordt een vierde lid toegevoegd, luidende: 4. Het in artikel 7, zevende lid, en artikel 9, vierde lid, van de richtlijn bedoelde product gaat vergezeld van een handleiding in de door Onze Minister vast te stellen talen. ARTIKEL VII In artikel 19b, eerste en derde lid, van de Wet personenvervoer 2000 wordt âartikel 20, eerste of derde lidâ vervangen door: artikel 20, eerste en vierde lid. ARTIKEL VIIa De Waterwet wordt als volgt gewijzigd: A In artikel 3.1, tweede lid, komt de tweede zin te luiden: Daarbij wordt voor de begrenzing van de oppervlaktewaterlichamen van de rivieren de buitenkruinlijn van de primaire waterkering voor zover die primaire waterkering is aangegeven op de kaarten die als bijlage I bij deze wet behoren, dan wel, waar deze ontbreekt, de daarbij vast te stellen lijn van de hoogwaterkerende gronden, als richtlijn gehanteerd. B In bijlage IA komt de rij beginnend met â45-2â te luiden: 45-2 154906 463364 160892 474315 ARTIKEL VIIb Na artikel 83b van de Kernenergiewet wordt een artikel ingevoegd, luidende: Artikel 83c De Autoriteit is bevoegd tot oplegging van een last onder bestuursdwang ter handhaving van de bij of krachtens deze wet gestelde verplichtingen, voor zover het het werkterrein van de Autoriteit betreft en voor zover die bevoegdheid niet al voortvloeit uit andere voorschriften van deze wet. ARTIKEL VIII De artikelen van deze wet treden in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld. ARTIKEL IX Deze wet wordt aangehaald als: Verzamelwet IenM 2018. Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden. Gegeven De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, PAGE PAGE 5