Preview document (🔗 origineel)

---

Voorstel voor een initiatief van nationale parlementen

Geachte collega’s van commissies klimaat/milieu/energie,

Wij zijn aangewezen als rapporteurs door de Nederlandse Tweede Kamer voor het starten van een zogenaamd interparliamentary initiative for a Climate Coalition. De kern van dit initiatief is om te bezien hoe wij de uitvoering van het Parijs akkoord vanuit de kant van het parlement handen en voeten kunnen geven. Een belangrijk onderdeel daarvan is dat wij willen proberen andere nationale parlementen mee te krijgen om zoveel mogelijk lidstaten op te roepen tot een scherpere ambitie voor klimaatdoelen voor 2030 en daarna, omdat de urgentie groter wordt en de beleidsaanpak daar nog onvoldoende antwoord op geeft.

Wij vragen daarom jullie als parlementaire collega’s of jullie samen met ons willen optrekken om:

• een oproep te doen aan onze regeringen en de Europese Commissie tot een hoger ambitieniveau en meer (concrete) actie om het Parijs akkoord uit te werken en vorm te geven in de praktijk, door

• de ambities te verhogen naar een zodanig niveau dat de ruim onder 2 graden doelstelling in 2050 haalbaar wordt, en

• tevens namens de EU in mondiaal verband een zodanig doel te bepleiten.

Overwegingen

• In het Parijs akkoord is afgesproken de mondiale temperatuurstijging te beperken tot ruim onder 2 graden Celsius, en daarbij te streven naar een verdere beperking van de opwarming tot maximaal 1,5 graad Celsius. 195 Landen hebben inmiddels dit akkoord getekend waaronder alle EU lidstaten.

• Voor klimaatmitigatie waren in EU-verband al doelen vastgesteld (in de Europese Raad van oktober 2014), t.w. 40% CO2-reductie in 2030. Om die doelen te halen zijn EU-voorstellen (Emission Trading Systems, Effort Sharing Regulation, LULUCF) geformuleerd door de Europese Commissie en inmiddels vastgesteld door Raad en Europees Parlement.

• Echter, deze doelen en afspraken dateren van voor het Parijs Akkoord en zijn onvoldoende om de doelen van het Parijs-akkoord de ruim onder de 2 graden-doelstelling, noch de 1,5 graad-doelstelling te halen .

• In 2019, vier jaar na het vaststellen van het verdrag van Parijs, is de eerste van een (zich elke vijf jaar herhalende) mogelijkheid om internationaal de doelen aan te scherpen. Dat ijkjaar zouden we kunnen benutten om met een groep van voorlopers gemeenschappelijke scherpere ambities te overleggen.

• IN NEDERLAND:

• Heeft de Regering in zijn regeerakkoord van 2017 besloten eenzijdig de eigen CO₂-reductiedoelen te verhogen naar 49% in 2030.

• Hiertoe is een proces gestart waarin met alle betrokken partijen (overheden, bedrijfsleven, ngo’s, financiële instellingen etc.) wordt gewerkt aan een klimaat- en energieakkoord. In dit klimaat- en energieakkoord worden in vijf verschillende hoofdtafels (t.w. industrie, elektriciteit, gebouwde omgeving, verkeer en vervoer, Landbouw en landgebruik) de doelen en maatregelen vastgelegd, waaraan alle partijen zich committeren. Dit akkoord zal op hoofdlijnen al voor de zomer van 2018 gereed zijn, waarna de uitwerking in 2019 start.

• Daarnaast heeft de Nederlandse regering zich gecommitteerd aan het onderzoeken van de mogelijkheden van een kopgroep van een aantal lidstaten die eveneens de wens heeft een 55% doelstelling voor 2030 te hanteren – wetende dat scherpere ambities beter haalbaar zijn met een kopgroep dan als geïsoleerde lidstaat.

• In Nederland is tevens (in januari 2017) een Klimaatwet ingediend bij de Tweede Kamer als initiatiefwet van een vijftal partijen met het doel de broeikasgassen voor 2030 met minimaal 55 procent te reduceren ten opzichte van 1990, en voor 2050 met minimaal 95 procent ten opzichte van 1990.

Wij stellen voor om met zoveel mogelijk nationale parlementen de handen ineen te slaan om de Parijs-doelen te verwezenlijken en te bespreken hoe we gezamenlijk een weg naar de ruim onder de 2 graden doelstelling in 2050 kunnen plaveien.

Om deze doelstelling in 2050 te kunnen behalen, is het noodzakelijk om de doelen voor 2030 aan te scherpen. Wij roepen andere parlementen op samen met ons het streven naar de 55%-reductie in 2030 vorm te geven, door er bij onze regeringen aan te dringen op het deelnemen aan een kopgroep met zodanige ambities.

Met een aantal landen samen kunnen we meer bereiken: een hogere broeikasgasemissiereductie enerzijds, en ook het uitwisselen van best practices, het exporteren en delen van nieuwe technieken of het bundelen van de krachten waar het gaat om grootschalige projecten – waarmee ook concurrentie uit andere werelddelen zoals China en de VS (California) gepareerd kan worden.

Wij zouden het zeer waarderen als u met ons in gesprek wilt gaan hierover, en/of als u aangeeft bereid te zijn een gezamenlijke oproep aan de regeringen te doen. In dat geval zijn we graag bereid om een toelichting te komen geven op onze ideeën.