[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

34987, bijgewerkt t/m nr. 5 (Nota van Wijziging d.d. 11 september 2018)

Bijgewerkte tekst

Nummer: 2018D44347, datum: 2018-09-17, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2018Z13606:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Bijgewerkt t/m nr. 5 (Nota van Wijziging d.d. 11 september 2018)
34 987 Aanpassing van een aantal wetten op het terrein van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat naar aanleiding van de departementale herindeling en het herstellen van enige wetstechnische gebreken en leemten
Nr. 2 VOORSTEL VAN WET

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is een aantal wetten op het terrein van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat aan te passen naar aanleiding van de departementale herindeling en enkele wetstechnische gebreken en leemten te herstellen;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I Wijziging ‘Economische Zaken’ in ‘Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit’

In de in de kolommen C tot en met F van onderstaande tabel aangeduide bepalingen van de in kolom B genoemde wetten wordt “Economische Zaken” telkens vervangen door “Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit”.

A B C D E F
Nr. Wet Artikel Lid Onderdeel volzin
1 Bodemproductiewet 1939 1
2 Gezondheids- en welzijnswet voor dieren 1 1
3 Gezondheids- en welzijnswet voor dieren 95b a tot en met d
4 Landbouwkwaliteitswet 1
5 Landbouwwet 1 1
6 Meststoffenwet 1 1 f
7 Plantenziektenwet 1 a
8 Uitvoeringswet grondkamers 5 4
9 Uitvoeringswet grondkamers 40 1
10 Visserijwet 1963 1 1 a
11 Visserijwet BES 1 1 a
12 Wet agrarisch grondverkeer 1
13 Wet agrarisch grondverkeer 32 1
14 Wet agrarisch grondverkeer 32 4 tweede
15 Wet dieren 1.1 1
16 Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden 1 1 begripsomschrijving ‘Onze Minister’ in de zinsnede met betrekking tot gewasbeschermingsmiddelen
17 Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden 1 1 begripsomschrijving ‘Onze Minister’ in de zinsnede met betrekking tot biociden
18 Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden 1 1 begripsomschrijving ‘Onze Minister’ in de zinsnede met betrekking tot de artikelen 86 en 90
19 Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden 1 1 begripsomschrijving ‘Onze Ministers’
20 Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden 4 4
21 Wet grondslagen natuurbeheer- en bescherming BES 1 1 a
22 Wet implementatie Nagoya Protocol 1
23 Wet inrichting landelijk gebied 1 1 begripsomschrijving ‘Dienst landelijk gebied’
24 Wet inrichting landelijk gebied 1 1 begripsomschrijving ‘Onze Minister’
25 Wet natuurbescherming 1.1 1
26 Wet onafhankelijke risicobeoordeling Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit 1 a
27 Wet op de dierproeven 1 2
28 Wet opheffing bedrijfslichamen I
29 Wet opheffing bedrijfslichamen XLII 2
30 Wet opheffing bedrijfslichamen XLIII 5
31 Wet opheffing bedrijfslichamen XLIV
32 Wet opheffing bedrijfslichamen XLVI 4
33 Wet opheffing bedrijfslichamen XLVIII
34 Wet opheffing bedrijfslichamen LVIIIa
35 Wet verbod pelsdierhouderij 1 d
36 Wet verzelfstandiging Staatsbosbeheer 1 a
37 Wet verzelfstandiging Staatsbosbeheer 17 1
38 Wet verzelfstandiging Staatsbosbeheer 18 1
39 Wet van 30 januari 2002 tot wijziging van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren (veterinair complex) (Stb. 2002, 88) II 1
40 Wet van 30 januari 2002 tot wijziging van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren (veterinair complex) (Stb. 2002, 88) II 2
41 Zaaizaad- en plantgoedwet 2005 1 a

ARTIKEL II Wijziging ‘Economische Zaken’ in ‘Economische Zaken en Klimaat’

In de in de kolommen C tot en met F van onderstaande tabel aangeduide bepalingen van de in kolom B genoemde wetten wordt “Economische Zaken” telkens vervangen door “Economische Zaken en Klimaat”.

A B C D E F
Nr. Wet artikel lid onderdeel volzin
1 Aanbestedingswet 2012 1.1
2 Aanbestedingswet 2012 1.10 5
3 Aanbestedingswet 2012 1.13 5 tweede
4 Aanbestedingswet 2012 1.16 5 tweede
5 Aanbestedingswet 2012 4.28 5 tweede
6 Aanbestedingswet op defensie- en veiligheidsgebied 1.1
7 Dienstenwet 1
8 Distributiewet 1
9 Elektriciteitswet 1998 1 1 a
10 Gaswet 1 1 a
11 Gaswet 42a 4 eerste
12 Hamsterwet 3 1
13 Hamsterwet 6a 1
14 Handelsregisterwet 2007 1 1 a
15 IJkwet BES 2014 1 a
16 Instellingswet Autoriteit Consument en Markt 1
17 Mededingingswet 1 a
18 Metrologiewet 1 a
19 Mijnbouwwet 1 p
20 Mijnbouwwet 34 7 a
21 Mijnbouwwet 112 eerste
22 Mijnbouwwet 191
23 Mijnwet BES 1a 3
24 Mijnwet BES 2 2
25 Mijnwet BES 5 3 tweede
26 Mijnwet BES 7 1 aanhef
27 Mijnwet BES 7 1 a
28 Mijnwet BES 7 2 eerste
29 Mijnwet BES 8
30 Personeelswet Postbank N.V. 2 4
31 Personeelswet Postbank N.V. 3 3
32 Personeelswet Postbank N.V. 4 1
33 Personeelswet Postbank N.V. 4 2
34 Personeelswet PTT Nederland NV 1 e
35 Personeelswet PTT Nederland NV 4 3
36 Personeelswet PTT Nederland NV 4 4 eerste
37 Petroleumwet Saba Bank BES 1 1
38 Postwet 2009 1 1 a
39 Prijzennoodwet 1 1
40 Prijzennoodwet 2
41 Prijzenwet 1 1
42 Prijzenwet BES 10
43 TNO-wet 1 b
44 Telecommunicatiewet 1.1
45 Uitvoeringswet EFRO 1 a
46 Waarborgwet 1986 4 2
47 Waarborgwet 1986 6 1
48 Waarborgwet 1986 7 1
49 Waarborgwet 1986 7a 1
50 Waarborgwet 1986 7c 1 eerste
51 Waarborgwet 1986 7c 6 eerste
52 Waarborgwet 1986 7d
53 Waarborgwet 1986 7e
54 Waarborgwet 1986 9
55 Waarborgwet 1986 13 2 eerste
56 Waarborgwet 1986 46 1
57 Waarborgwet 1986 52 1
58 Warmtewet 1 a
59 Wet aanwijzing nationale accreditatie-instantie 1 a
60 Wet aardgasprijzen 1 1
61 Wet beschikbaarheid goederen 2 3 eerste
62 Wet beschikbaarheid goederen 2a 3
63 Wet elektriciteit en drinkwater BES 1.1
64 Wet Fonds economische structuurversterking 1 3
65 Wet Fonds economische structuurversterking 2 1 d
66 Wet Fonds economische structuurversterking 2 7
67 Wet Fonds economische structuurversterking 5
68 Wet goedkeuring en uitvoering Markham-overeenkomst 2
69 Wet handhaving consumentenbescherming 1.1 j
70 Wet implementatie EU-richtlijnen energie-efficiëntie 1 a
71 Wet medewerking verdedigingsvoorbereiding 2 1
72 Wet medewerking verdedigingsvoorbereiding 2 2 a
73 Wet medewerking verdedigingsvoorbereiding 2 3
74 Wet merken BES 1
75 Wet omzetting tak Rijksdienst, omvattende de Staatsmijnen in Limburg, in een naamloze vennootschap 1 1
76 Wet omzetting tak Rijksdienst, omvattende de Staatsmijnen in Limburg, in een naamloze vennootschap 1 2
77 Wet omzetting tak Rijksdienst, omvattende de Staatsmijnen in Limburg, in een naamloze vennootschap 1 3
78 Wet op de Kamer van Koophandel 1 1 a
79 Wet op de Kamers van Koophandel en Nijverheid BES 22 1
80 Wet op het Centraal bureau voor de statistiek 1 a
81 Wet post BES 1 a
82 Wet ruimtevaartactiviteiten 1 a
83 Wet schadefonds olietankschepen 1 a
84 Wet schadefonds olietankschepen BES 1 1 a
85 Wet telecommunicatievoorzieningen BES 1 a
86 Wet uitvoering EG-mededingingsverordeningen 1
87 Wet uitvoering EG-mededingingsverordeningen 5 1 eerste
88 Wet uitvoering EG-mededingingsverordeningen 5 2
89 Wet uitvoering EG-mededingingsverordeningen 7 4 eerste
90 Wet uitvoering Internationaal Energieprogramma 1
91 Wet van 21 april 1947, houdende de voorbereiding van de vaststelling van een Centraal Economisch Plan (Stb. 1947, H 127) 1
92 Wet van 21 april 1947, houdende de voorbereiding van de vaststelling van een Centraal Economisch Plan (Stb. 1947, H 127) 2 1
93 Wet van 21 april 1947, houdende de voorbereiding van de vaststelling van een Centraal Economisch Plan (Stb. 1947, H 127) 4 3
94 Wet van 21 april 1947, houdende de voorbereiding van de vaststelling van een Centraal Economisch Plan (Stb. 1947, H 127) 6 1
95 Wet van 21 april 1947, houdende de voorbereiding van de vaststelling van een Centraal Economisch Plan (Stb. 1947, H 127) 6 3
96 Wet van 21 december 2016 tot wijziging van de Mijnbouwwet (versterking veiligheidsbelang mijnbouw en regie opsporings-, winnings- en opslagvergunningen) (Stb. 2016, 554) IIIa
97 Wet van 21 december 2016 tot wijziging van de Mijnbouwwet, de Wet milieubeheer en de Wet op de economische delicten in verband met implementatie van richtlijn nr. 2013/30/EU van het Europees Parlement en de Raad van 12 juni 2013 betreffende de veiligheid van offshore olie- en gasactiviteiten en tot wijziging van richtlijn 2004/35/EG (PbEU 2013, L 178), en wijziging van Boek 6 van het Burgerlijk Wetboek in verband met de omkering van de bewijslast bij fysieke schade als gevolg van bodembeweging door mijnbouwwerkzaamheden ten behoeve van gaswinning uit het Groningenveld (Stb. 2016, 552 en 553) IVa
98 Wet van 31 mei 1937, houdende de omzetting van de Rijksstudiedienst voor de luchtvaart in een stichting (Stb. 1937, 523) 2 tweede
99 Wet van 31 mei 1937, houdende de omzetting van de Rijksstudiedienst voor de luchtvaart in een stichting (Stb. 1937, 523) 2 derde
100 Wet van 31 mei 1937, houdende de omzetting van de Rijksstudiedienst voor de luchtvaart in een stichting (Stb. 1937, 523) 3 1
101 Wet van 31 mei 1937, houdende de omzetting van de Rijksstudiedienst voor de luchtvaart in een stichting (Stb. 1937, 523) 3 2
102 Wet van 31 mei 1937, houdende de omzetting van de Rijksstudiedienst voor de luchtvaart in een stichting (Stb. 1937, 523) 3 3
103 Wet van 31 mei 1937, houdende de omzetting van de Rijksstudiedienst voor de luchtvaart in een stichting (Stb. 1937, 523) 4
104 Wet vestiging bedrijven BES 5 2 eerste
105 Wet voorraadvorming aardolieproducten 2012 1
106 Wet windenergie op zee 1
107 Wet winkelsluiting BES 12

ARTIKEL III (Aanbestedingswet 2012)

In artikel 3.67, derde en vierde lid, van de Aanbestedingswet 2012 wordt “artikel 3.66, derde lid” telkens vervangen door “artikel 3.66, tweede lid”.

ARTIKEL IV (Algemene wet bestuursrecht)

De Algemene wet bestuursrecht wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 4 van bijlage 2 wordt als volgt gewijzigd:

1. In de zinsnede met betrekking tot de Wet inkomstenbelasting 2001 wordt “Onze Minister van Economische Zaken” telkens vervangen door “Onze Minister van Economische Zaken en Klimaat”.

2. In de zinsnede met betrekking tot de Wet voorraadvorming aardolieproducten 2012 wordt “Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door “Onze Minister van Economische Zaken en Klimaat”.

B

In artikel 9 van bijlage 2 vervalt in de zinsneden met betrekking tot de Algemene Kinderbijslagwet, de Algemene nabestaandenwet, de Algemene Ouderdomswet en het Besluit bovenwettelijke werkloosheidsregeling voor onderwijspersoneel primair onderwijs, met betrekking tot het Besluit Werkloosheid onderwijs- en onderzoekpersoneel, en met betrekking tot het Besluit ziekte en arbeidsongeschiktheid voor onderwijspersoneel primair onderwijs, telkens “, dan wel Onze Minister van Economische Zaken”.

C

In artikel 2 van bijlage 3 vervalt in de zinsneden met betrekking tot het Besluit bovenwettelijke werkloosheidsregeling voor onderwijspersoneel primair onderwijs, met betrekking tot het Besluit Werkloosheid onderwijs- en onderzoekpersoneel, en met betrekking tot het Besluit ziekte en arbeidsongeschiktheid voor onderwijspersoneel primair onderwijs, telkens “, dan wel Onze Minister van Economische Zaken”.

ARTIKEL V (Dienstenwet)

De Dienstenwet wordt als volgt gewijzigd:

A

In de artikelen 5, eerste lid, aanhef, 7, aanhef, 11, aanhef, 13, eerste en derde lid, 16, eerste en tweede lid, 17, aanhef, 23, aanhef, 26 en 27, eerste lid, wordt “Onze Minister” telkens vervangen door “Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties”.

B

In de artikelen 10, 13, tweede lid, 14, tweede en vierde lid, en 21, wordt “Bij ministeriĂ«le regeling” telkens vervangen door “Bij regeling van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties”.

C

In artikel 22, aanhef, wordt “Onze Minister ten behoeve van afnemers” vervangen door “Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties ten behoeve van zakelijke afnemers onderscheidenlijk Onze Minister ten behoeve van consumenten”.

D

In artikel 27, derde lid, wordt “Bij ministeriĂ«le regeling kunnen regels worden gesteld” vervangen door “Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties kan ten aanzien van zakelijke afnemers en Onze Minister kan ten aanzien van consumenten regels stellen”.

ARTIKEL VI (Elektriciteitswet 1998)

In artikel 77i, eerste lid, onderdeel b, van de Elektriciteitswet 1998 wordt “verordening 1277/2011” vervangen door “verordening 1227/2011”.

ARTIKEL VII (Gaswet)

A

In artikel 60ad, eerste lid, onderdeel b, wordt “verordening 1277/2011” vervangen door “verordening 1227/2011”.

B

Aan artikel 81c, eerste lid, wordt toegevoegd “Bij het vaststellen van de tarieven betrekt de Autoriteit Consument en Markt, in afwijking van de artikelen 81, eerste lid, en 81a, eerste lid, de geschatte kosten voor de uitvoering van wettelijke taken waarmee bij de vaststelling van een besluit als bedoeld in artikel 81, eerste lid, geen rekening is gehouden, voor zover deze kosten doelmatig zijn.”

C

Aan artikel 82, vijfde lid, wordt toegevoegd “Bij het vaststellen van de tarieven betrekt de Autoriteit Consument en Markt, in afwijking van het tweede en vierde lid, de geschatte kosten voor de uitvoering van wettelijke taken waarmee bij de vaststelling van een besluit als bedoeld in het tweede lid, geen rekening is gehouden, voor zover deze kosten doelmatig zijn.”

D

In artikel 82c, tweede lid, wordt “artikel 16” vervangen door “artikelen 10, 10a en 42”.

ARTIKEL VIII (Gezondheids- en welzijnswet voor dieren)

In artikel 111 van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren wordt “het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap” vervangen door “het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie”.

ARTIKEL IX (Kaderwet EZ-subsidies)

De Kaderwet EZ-subsidies wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 komt te luiden:

Artikel 1

In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder Onze Minister: Onze Minister van Economische Zaken en Klimaat onderscheidenlijk Onze Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, ieder voor zover het betreft het beleidsterrein waarvoor hij verantwoordelijk is, bedoeld in artikel 2 onderscheidenlijk artikel 2a.

B

Artikel 2 komt te luiden:

Artikel 2

1. Onze Minister van Economische Zaken en Klimaat kan subsidies verstrekken voor activiteiten die passen in het beleid inzake:

a. energie en duurzaamheid;

b. innovatie;

c. mededinging;

d. ondernemerschap;

e. post;

f. regionale economische ontwikkeling;

g. telecommunicatie;

h. klimaat.

2. Onze Minister van Economische Zaken en Klimaat kan voorts subsidies verstrekken voor activiteiten op het gebied van de onderwerpen die genoemd zijn in de begrotingsstaat, onderdeel uitgaven en verplichtingen, behorend bij de wet, houdende vaststelling van de begroting van uitgaven en ontvangsten van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat voor het desbetreffende jaar, of voor een voorafgaand jaar voor zover daarin een beschikking tot subsidieverlening is gegeven. Indien bij de aanvang van enig jaar bedoelde wet nog niet in werking is getreden, wordt tot die inwerkingtreding het voorstel daartoe in aanmerking genomen.

C

Na artikel 2 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 2a

1. Onze Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit kan subsidies verstrekken voor activiteiten die passen in het beleid inzake:

a. bosbouw;

b. dierenwelzijn;

c. landbouw;

d. natuur;

e. groen onderzoek;

f. regionale economische ontwikkeling;

g. visserij;

h. voedselkwaliteit.

2. Onze Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit kan voorts subsidies verstrekken voor activiteiten op het gebied van de onderwerpen die genoemd zijn in de begrotingsstaat, onderdeel uitgaven en verplichtingen, behorend bij de wet, houdende vaststelling van de begroting van uitgaven en ontvangsten van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit voor het desbetreffende jaar, of voor een voorafgaand jaar voor zover daarin een beschikking tot subsidieverlening is gegeven. Indien bij de aanvang van enig jaar bedoelde wet nog niet in werking is getreden, wordt tot die inwerkingtreding het voorstel daartoe in aanmerking genomen.

D

Artikel 13 komt te luiden:

Artikel 13

Deze wet wordt aangehaald als: Kaderwet EZK- en LNV-subsidies.

ARTIKEL X (Telecommunicatiewet)

In artikel 6.5, tweede lid, van de Telecommunicatiewet wordt “regel” vervangen door “regels”.

ARTIKEL XI (Wet dieren)

De Wet dieren wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 2.19, derde lid, onderdeel a, wordt na “voorschriften” ingevoegd “en beperkingen”.

B

In artikel 6.4, eerste lid, wordt “kan Onze Minister regels stellen” vervangen door “kunnen bij ministeriĂ«le regeling regels worden gesteld”.

ARTIKEL XII (Wet informatie-uitwisseling bovengrondse en ondergrondse netten en netwerken)

In artikel 1, eerste lid, van de Wet informatie-uitwisseling bovengrondse en ondergrondse netten en netwerken wordt “Onze Minister van Economische Zaken” vervangen door “Onze Minister van Economische Zaken en Klimaat”.

ARTIKEL XIII (Wet inrichting landelijk gebied)

In artikel 93h, tweede lid, onderdeel c, van de Wet inrichting landelijk gebied wordt “van het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” vervangen door “van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit”.

ARTIKEL XIV (Wet natuurbescherming)

De Wet natuurbescherming wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 3.15, zesde lid, onderdeel a, onder 1°, wordt “visserij, wateren” vervangen door “visserij of wateren,”.

B

In de artikelen 1.6, tweede lid, 2.1, zevende lid, 3.16, vijfde lid, onderdelen a en b, 3.17, eerste lid, onderdelen a en b, en 9.8 wordt “ingeval van” telkens vervangen door “in geval van”.

C

In artikel 3.31, tweede lid, wordt “wordt goedgekeurd” vervangen door “wordt uitsluitend goedgekeurd”.

D

In artikel 9.3, tweede lid, wordt "artikel 19ke, tweede lid, in samenhang met het derde lid, eerste, onderscheidenlijk tweede gedachtestreep, van de Natuurbeschermingswet 1998" vervangen door "artikel 19kp, tweede lid, in samenhang met het derde lid, eerste, onderscheidenlijk tweede gedachtestreep, van de Natuurbeschermingswet 1998".

ARTIKEL XV (Wet op de economische delicten)

De Wet op de economische delicten wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1, onder 4°, wordt in de zinsnede met betrekking tot de Telecommunicatiewet “Onze Minister van Economische Zaken” telkens vervangen door “Onze Minister van Economische Zaken en Klimaat”.

B

Artikel 1a wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel 1° wordt in de zinsnede met betrekking tot de Wet natuurbescherming “3.10, eerste lid” vervangen door “3.10, eerste lid, aanhef in samenhang met onderdeel a”.

2. In onderdeel 2° wordt in de zinsnede met betrekking tot de Wet natuurbescherming na “3.9, eerste lid,” ingevoegd “3.10, eerste lid, aanhef in samenhang met de onderdelen b en c,”.

ARTIKEL XVI (Wet op de Kamer van Koophandel)

In artikel 5, eerste lid, aanhef, en tweede lid, van de Wet op de Kamer van Koophandel wordt “Onze Minister” telkens vervangen door “Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties”.

ARTIKEL XVII (Wet strategische diensten)

In artikel 1, eerste lid, en artikel 19, eerste lid, van de Wet strategische diensten wordt “Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie” telkens vervangen door “Onze Minister van Buitenlandse Zaken”.

ARTIKEL XVIII (Wet uitvoering antiboycotverordening)

In artikel 1, eerste lid, van de Wet uitvoering antiboycotverordening wordt “Onze Minister van Economische Zaken" vervangen door “Onze Minister van Buitenlandse Zaken”.

ARTIKEL XIX (Wet van 11 april 2018 tot wijziging van de Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten (evaluatie WION en regeling bevoegde rechter) (Stb. 2018, 120)

Artikel I, onderdeel F, subonderdeel a, van de Wet van 11 april 2018 tot wijziging van de Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten (evaluatie WION en regeling bevoegde rechter) (Stb. 2018, 120) komt te luiden:

a. In het eerste lid wordt “de artikelen 11, eerste lid en 12, eerste lid en tweede lid, onderdeel a,” vervangen door “artikel 5a, eerste lid, of de artikelen 11, eerste lid, en 12, eerste lid en tweede lid, onderdeel a”.

ARTIKEL XX (Wet van 31 oktober 1973, houdende maatregelen met betrekking tot de financiering van de pensioenvoorzieningen van de steenkolenmijnindustrie (Stb. 1973, 523))

De Wet van 31 oktober 1973, houdende maatregelen met betrekking tot de financiering van de pensioenvoorzieningen van de steenkolenmijnindustrie (Stb. 1973, 523) wordt ingetrokken.

ARTIKEL XXa (Het bij koninklijke boodschap van 10 november 2017 ingediende voorstel van wet houdende regels ter uitvoering van Richtlijn 2016/943/EU van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2016 betreffende de bescherming van niet-openbaar gemaakte knowhow en bedrijfsinformatie (bedrijfsgeheimen) tegen het onrechtmatig verkrijgen, gebruiken en openbaar maken daarvan (PbEU 2016, L157) (Wet bescherming bedrijfsgeheimen) (Kamerstukken 34821))

Indien het bij koninklijke boodschap van 10 november 2017 ingediende voorstel van wet houdende regels ter uitvoering van Richtlijn 2016/943/EU van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2016 betreffende de bescherming van niet-openbaar gemaakte knowhow en bedrijfsinformatie (bedrijfsgeheimen) tegen het onrechtmatig verkrijgen, gebruiken en openbaar maken daarvan (PbEU 2016, L157) (Wet bescherming bedrijfsgeheimen) (Kamerstukken 34821) tot wet is of wordt verheven, wordt in artikel 7, eerste lid, van die wet “een vordering krachtens artikel 5, eerste lid, en artikel 6, eerste lid” vervangen door “een vordering krachtens artikel 5, eerste lid, of artikel 6, eerste lid, of over een verzoek krachtens artikel 5, tweede lid”.

ARTIKEL XXI (Inwerkingtreding)

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan verschillend kan worden vastgesteld, en kan ten aanzien van de artikelen XVII en XVIII terugwerken tot en met een in dat besluit te bepalen tijdstip.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

De Minister van Economische Zaken en Klimaat,