[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van het lid Van Brenk over het artikel ‘Mooi maar gevaarlijk’

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2018D50613, datum: 2018-10-24, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20182019-401).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2018Z15289:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2018-2019 Aanhangsel van de Handelingen
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

401

Vragen van het lid Van Brenk (50PLUS) aan de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over het artikel «Mooi maar gevaarlijk» (ingezonden 5 september 2018).

Antwoord van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 24 oktober 2018).

Vraag 1

Bent u bekend met het artikel «Mooi maar gevaarlijk», gepubliceerd in Max Magazine?

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Hoe beoordeelt u de stelling dat een wensballon wellicht mooi oogt maar een groot brandgevaar kan opleveren?

Antwoord 2

Wensballonnen moeten voldoen aan wettelijke eisen met betrekking tot productveiligheid en moeten instructies voor veilig gebruik bevatten. De NVWA treedt op als wensballonnen niet voldoen aan deze wettelijke eisen. De gebruiker is zelf verantwoordelijk voor het veilig oplaten van de wensballon. Het brandgevaar dat in de stelling wordt genoemd heeft te maken met de omgeving waarin de wensballon neerkomt nadat de wensballon is opgelaten.

Vraag 3

Hoe beoordeelt u de stelling dat het onverantwoord is om een wensballon op te laten, zeker in een droge periode zoals die afgelopen zomer plaatsvond?

Antwoord 3

De gebruiker is zelf verantwoordelijk voor het veilig oplaten van de wensballon. Het is van belang dat deze zich bewust is van de risico’s die kunnen leiden tot (natuur)branden, zeker in een periode van droogte.

Vraag 4

Hoe oordeelt u over het verbod op het oplaten van wensballonnen, dat enkele gemeenten al hebben ingesteld?

Antwoord 4

Het al dan niet verbieden van het oplaten van wensballonnen is een lokale aangelegenheid. Gemeenten mogen hierin hun eigen afweging maken en lokale omstandigheden een rol laten spelen.

Vraag 5, 6

Hoe oordeelt u over de waarschuwing die de brandweer heeft doen uitgaan, en over hun pleidooi voor een landelijk verbod van wensballonnen?

Bent u bereid wensballonnen wettelijk te gaan verbieden, gezien het directe gevaar dat deze kunnen opleveren en gezien het pleidooi van de brandweer? Kunt u uw antwoord toelichten?

Antwoord 5, 6

De waarschuwing van de brandweer past bij de taak die zij heeft op het gebied van risicobeheersing. Vanuit het oogpunt van risicobeheersing heb ik begrip voor de wens om tot een landelijk verbod over te gaan. Ik zie geen aanleiding om het oplaten van wensballonnen op landelijk niveau wettelijk te verbieden, aangezien er reeds wettelijke mogelijkheden zijn voor gemeenten. Dit betreft een lokale keuze.