Startbeslissing MIRT-Verkenning Rottepolderplein
Vaststelling van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2019
Brief regering
Nummer: 2018D54458, datum: 2018-11-14, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35000-A-26).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat (Ooit VVD kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 35000 A-26 Vaststelling van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2019.
Onderdeel van zaak 2018Z21092:
- Indiener: C. van Nieuwenhuizen Wijbenga, minister van Infrastructuur en Waterstaat
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2018-11-20 15:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2018-11-21 10:15: Procedurevergadering commissie voor Infrastructuur en Waterstaat (Procedurevergadering), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2018-11-29 10:00: MIRT (Notaoverleg), vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat
- 2018-12-05 14:40: Aansluitend: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2018-2019 |
35 000 A Vaststelling van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2019
Nr. 26 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 14 november 2018
Met veel genoegen stuur ik u hierbij de door mij ondertekende startbeslissing voor de MIRT-Verkenning Rottepolderplein1.
In het BO MIRT van 15 maart jongstleden ben ik met de regio overeengekomen om een MIRT-Verkenning te starten naar de ontvlechting van het Rottepolderplein. Hiervoor is € 30 miljoen beschikbaar uit de programmagelden van het gebiedsgerichte bereikbaarheidsprogramma Samen Bouwen aan Bereikbaarheid (Metropoolregio Amsterdam).
Deze verkenning krijgt ook verder vorm binnen dit programma en mede door de programmatische aanpak is het gelukt om snel tot deze startbeslissing te komen en heeft de bestuurlijke Programmaraad mij er positief over geadviseerd.
De voorgenomen planning van de Verkenning en het vervolgtraject ziet er op dit moment als volgt uit:
– Verkenning t/m selectie voorkeursalternatief: 2019/2020
– Planuitwerking: 2020/2021
– Tracébesluit: 2022/2023
– Start realisatie: Niet eerder dan 2023/2024 (Mede afhankelijk van andere projecten)
Bij deze verkenning zal een Tracéwetprocedure zonder (sectorale) structuurvisie worden gevolgd. Dat betekent dat het volgende formele besluit pas bij de ondertekening van het OTB door mij genomen zal worden. Ik hecht er echter wel waarde aan om uw Kamer aan het einde van de MIRT-Verkenning te informeren over het gekozen voorkeursalternatief. Ik verwacht uw Kamer in 2020 hierover nader te kunnen informeren.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga
Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl↩︎