[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Reactie op het verzoek van het lid Azarkan, gedaan tijdens de Regeling van werkzaamheden van 14 november 2018, over het bericht ‘Politie lost moorden op jonge, mannelijke allochtonen minder vaak op’

Politie

Brief regering

Nummer: 2018D55084, datum: 2018-11-16, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-29628-824).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 29628 -824 Politie.

Onderdeel van zaak 2018Z21381:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2018-2019

29 628 Politie

Nr. 824 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 16 november 2018

Naar aanleiding van de Regeling van Werkzaamheden d.d. 14 november 2018 (Handelingen II 2018/19, nr. 23), waarin het lid Azarkan (DENK) heeft gevraagd naar het artikel «Politie lost moorden op jonge, mannelijke allochtonen minder vaak op» bericht ik uw Kamer als volgt. In het genoemde artikel wordt gerefereerd aan het onderzoek van criminoloog en forensisch psycholoog mevrouw Liem waarin wordt gesteld dat de politie moorden op jonge, mannelijke allochtonen minder vaak op zou lossen.

Dat de politie minder tijd zou besteden aan levensdelicten met jonge, allochtone mannen als slachtoffer, bestrijd ik. De politie stelt alles in het werk om levensdelicten op te lossen. De achtergrond van het levensdelict, noch de achtergrond van het slachtoffer, speelt hierbij een rol. De mate waarin onderzoeksmogelijkheden benut kunnen worden, is afhankelijk van de opsporingsindicatie van deze zaak. De ontwikkelagenda opsporing, waarover ik uw Kamer vandaag heb geïnformeerd (bijlage bij Kamerstuk 29 628, nr. 825), levert een kwalitatieve bijdrage aan de versterking van de opsporing, ook bij levensdelicten.

Een allochtone achtergrond van een slachtoffer speelt evenmin een rol bij de tijd die de politie aan het oplossen van levensdelicten besteedt. Bij de politie is geen ruimte voor discriminatie. Over het voorkomen van discriminatie door de politie, informeer ik u geregeld. Zo heb ik u onder andere in mijn Kamerbrief van 4 oktober 2016 (Kamerstuk 30 950, nr. 105) geïnformeerd over dat de politie met het meerjarige programma «De Kracht van het Verschil» – in de periode 2016–2018 een set aan inspanningen, activiteiten en projecten verricht om onder andere discriminatie te voorkomen. Ik streef ernaar u rond de zomer 2019 een actualisatie te geven met betrekking tot het beleid van voorkoming van discriminatie.

De Minister van Justitie en Veiligheid,
F.B.J. Grapperhaus