[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Memorie van toelichting

Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) voor het jaar 2018 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)

Memorie van toelichting

Nummer: 2018D56144, datum: 2018-11-30, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35095-XII-2).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 35095 XII-2 Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) voor het jaar 2018 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota).

Onderdeel van zaak 2018Z21930:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2018-2019

35 095 XII Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) voor het jaar 2018 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)

Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING

A. ARTIKELGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikelen 1 en 2

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2018 wijzigingen aan te brengen in:

1. De departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.

2. De begrotingsstaat inzake de agentschappen van dit ministerie.

De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
C. van Nieuwenhuizen Wijbenga

B. BEGROTINGSTOELICHTING

INHOUDSOPGAVE

1. Leeswijzer 2
2. Het beleid 2
2.1 Overzicht belangrijkste uitgaven- en ontvangstenmutaties 2
2.2 De beleidsartikelen 4
2.3 De niet-beleidsartikelen 19
2.4 De agentschappen 21

1. Leeswijzer

Algemeen

De opzet en structuur van de onderliggende begroting voor Hoofdstuk XII is gebaseerd op de rijksbegrotingsvoorschriften van het Ministerie van Financiën. In de Rijksbegrotingsvoorschriften 2018 zijn onderstaande uniforme ondergrenzen opgenomen, welke worden gehanteerd bij het toelichten van begrotingsmutaties op het niveau van artikelonderdeel.

< 50 1 2
=> 50 en < 200 2 4
=> 200 < 1.000 5 10
=> 1.000 10 20

Opbouw

Dit wetsvoorstel kent een opbouw waarbij afhankelijk van de informatievraag- en behoefte verder kan worden ingezoomd. Deze verdiepingsslag is als volgt opgebouwd:

1. In de begroting(wet)staat zijn de wijzigingen op de begrotingsstaat van het jaar 2018 voor de begroting van Infrastructuur en Waterstaat (XII) opgenomen. Deze dient ter autorisatie van de mutaties die op artikelniveau in de verplichtingen-, uitgaven- en ontvangstenramingen worden voorgesteld bij deze Tweede suppletoire begroting.

2. In het overzicht in paragraaf 2.1 zijn de belangrijkste uitgaven- en ontvangstenmutaties opgenomen, die op hoofdlijnen inzicht verstrekt in de belangrijkste budgettaire voorstellen die leiden tot wijzing van de begroting 2018 (Kamerstukken II, 2017–2018, 34 775 XII, nr. 1). Hiermee kan snel een indruk worden verkregen van de inhoud van dit wetsvoorstel.

3. In de artikelsgewijze toelichting (paragraaf 2.2 beleidsartikelen en paragraaf 2.3 niet-beleidsartikelen) zijn in de tabellen budgettaire gevolgen van beleid de mutaties in de Tweede suppletoire begroting 2018 uitgesplitst in miljoenennota- en najaarsnotamutaties. De miljoenennotamutaties zijn reeds in de, aan uw Kamer voorgelegde, Ontwerpbegroting 2019 (Kamerstukken II, 2018–2019, 35 000 XII, nr. 1) toegelicht. De begrotingsmutaties van de najaarsnota worden toegelicht op basis van bovengenoemde staffel en/of beleidsmatig relevant.

4. In de paragraaf agentschappen (zie paragraaf 2.4) staan de aanpassingen in de exploitatie- en kasstroomoverzichten van de agentschappen waarbij sprake is van cumulatieve mutaties (in totaal) groter dan 5% van de oorspronkelijk vastgestelde begroting of cumulatieve mutaties (in totaal) groter dan € 20 miljoen ten opzichte van de oorspronkelijk vastgestelde begroting.

Inboeking onderuitputting

In het voorjaar van 2018 zijn er extra middelen vrijgemaakt voor onder andere het gasbesluit, de inrichting van LNV en de Brexit-voorbereiding. Hiervoor is dekking gevonden in de structurele onderuitputting op de verschillende departementale begrotingen. Op de beleidsbegroting van IenW is een structurele onderuitputting van € 20 miljoen oplopend naar € 23 miljoen vanaf 2021 ingeboekt in afwachting van concrete invulling. In de loop van het jaar wordt deze concreet ingevuld met onderuitputting waarvan bij aanvang van het jaar nog niet bekend is waar deze precies optreedt.

2. Het beleid

2.1 Overzicht belangrijkste uitgaven- en ontvangsten mutaties

De onderstaande tabel geeft de belangrijkste wijzigingen in de uitgaven en inkomsten aan ten opzichte van de Miljoenennota 2019. Een meer gedetailleerd overzicht van de mutaties per artikel is te vinden bij de budgettaire gevolgen van beleid in paragraaf 2.2 (de beleidsartikelen) en 2.3 (de niet-beleidsartikelen).

Stand vastgestelde begroting 2018 8.357.500 247.500
Stand 1e suppletoire begroting 2018 9.038.900 33.100
Mutaties Miljoenennota 2019 (uitkomst 2018) – 734.200 – 2.500
Belangrijkste suppletoire mutaties – 89.000
1. Interdepartementale Overboekingen
– Waarvan uit het Infrastructuurfonds 26 – 55.900
– Waarvan uit het Deltafonds 26 3.900
– Waarvan uit het Hoofdstuk XII div. – 33.000
– 4.000 – 500
2. Diversen
Stand 2e suppletoire begroting 2018 8.215.700 30.100

Toelichting

1. interdepartementale overboekingen

Dit betreft diverse interdepartementale overboekingen naar het Provincie-, Gemeente- en het BTW-compensatiefonds voor onder andere het project aansluiting A6 Lelystad Airport (€ 14,1 miljoen), het project Extra Sneltrein Groningen-Leeuwarden (€ 31,8 miljoen) en het project Rotterdamse Baan (€ 8 miljoen) vanuit het Infrastructuurfonds en een ontvangst (€ 3,5 miljoen) voor Cyber Security ten behoeve van het Security Operation Center van RWS op het Deltafonds. Vanuit Hoofdstuk XII bestaan de interdepartementale overboekingen voornamelijk uit een bijdrage geleverd aan het Provincie-, Gemeente- en het BTW-compensatiefonds voor diverse saneringsopgaves (€ 13,6 miljoen), binnenstedelijke knelpunten in relatie tot het Nationale Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL) 2018 (€ 9,5 miljoen) en de Green Deal Zero-emissie Stadslogistiek (€ 3,6 miljoen).

2.2 De beleidsartikelen

In de tabellen budgettaire gevolgen van beleid zijn de mutaties in de Tweede suppletoire begroting 2018 uitgesplitst in miljoenennota- en najaarsnotamutaties. De miljoenennotamutaties zijn reeds in de, aan uw Kamer voorgelegde, Ontwerpbegroting 2019 (Kamerstukken II, 2018–2019, 35 000 XII, nr. 1) toegelicht. De najaarsnotamutaties worden onder de tabellen op het niveau van het artikelonderdeel toegelicht. Dit rekening houdend met de normering zoals eerder met uw Kamer is gedeeld.

Artikel 11 Integraal waterbeleid

Verplichtingen 33.076 36.959 – 2.800 4.879 39.038
Waarvan garantieverplichtingen
Uitgaven 45.789 52.655 – 3.011 – 1.034 48.610
Waarvan juridisch verplicht 84% 93%
11.01 Algemeen waterbeleid 34.677 39.674 – 2.281 – 879 36.514
11.01.01 Opdrachten 6.556 10.501 – 2.683 – 1.179 6.639
– Overige opdrachten 6.556 10.501 – 2.683 – 1.179 6.639
11.01.02 Subsidies 12.632 14.562 14.562
– Overige subsidies 1.030 1.240 1.240
– Partners voor Water 4 (HGIS) 11.602 13.322 13.322
11.01.03 Bijdragen aan agentschappen 15.489 14.561 402 300 15.263
– Waarvan bijdrage aan KNMI 460 410 12 300 722
– Waarvan bijdrage aan RWS 15.029 14.151 390 14.541
11.01.04 Bijdragen aan medeoverheden 50 50
– Overige bijdragen aan medeoverheden 50 50
11.02 Waterveiligheid 3.011 2.921 – 68 – 150 2.703
11.02.01 Opdrachten 3.011 2.921 – 68 – 150 2.703
– Overige opdrachten 3.011 2.921 – 68 – 150 2.703
11.03 Grote oppervlaktewateren 2.054 3.385 – 671 – 5 2.709
11.03.01 Opdrachten 2.054 3.385 – 671 – 5 2.709
11.04 Waterkwaliteit 6.047 6.675 9 0 6.684
11.04.01 Opdrachten 4.227 4.434 9 – 141 4.302
11.04.02 Subsidies 400 436 436
– Overige subsidies 400 436 436
11.04.04 Bijdragen aan medeoverheden 325 325 325
– Overige bijdragen aan medeoverheden 325 325 325
11.04.05 Bijdragen aan (inter-)nationale organisaties 1.095 1.480 141 1.621
– Overige bijdragen aan (inter-)nationale organisaties 1.095 1.480 141 1.621
Ontvangsten 278 319 597

Verplichtingen

De verhoging van het verplichtingenbudget met per saldo € 4,9 miljoen wordt met name veroorzaakt door de Blue deal HGIS van € 5,7 miljoen. Voor de Blue deal HGIS wordt eind 2018 in samenwerking met het Ministerie van Buitenlandse Zaken een meerjarenverplichting aangegaan voor de uitvoering van een meerjarenprogramma door de Unie van Waterschappen over de periode 2018 tot en met 2022. Hiervoor wordt verplichtingenbudget uit 2019 tot en met 2022 naar voren gehaald. Daarentegen staat een verlaging van het verplichtingenbudget door de meevaller op de eindafrekening van het project icoon Afsluitdijk van € 0,8 miljoen.

Uitgaven

11.01 Algemeen Waterbeleid

Overige opdrachten

De verlaging van het kasbudget wordt met name veroorzaakt door de meevaller op de eindafrekening van het project icoon Afsluitdijk van € 0,8 miljoen. De vrijvallende middelen worden ingezet voor het bodemsaneringsproject Rotterdam. Ook de vertraging bij het Europese onderzoeksprogramma Eranet for Climate Services zorgt voor een verlaging van het benodigd kasbudget (€ 0,3 miljoen). Vertraging is ontstaat doordat de projecten later zijn gestart dan voorzien door o.a. problemen met buitenlandse financiers.

Artikel 13 Bodem en Ondergrond

Verplichtingen 57.228 52.218 25.349 – 15.914 61.653
Waarvan garantieverplichtingen
Uitgaven 53.840 41.797 – 2.751 – 16.035 23.011
Waarvan juridisch verplicht 85% 100%
13.03 Gebiedsontwikkeling 90 0 0
13.03.01 Opdrachten 30 0 0
– Overige opdrachten 30 0 0
13.03.02 Subsidies 60 0 0
– Overige subsidies 60 0 0
13.03.03 Bijdragen aan agentschappen 0 0 0
– Overige bijdragen aan agentschappen 0 0 0
13.03.04 Bijdragen aan medeoverheden 0 0 0
– Overige bijdragen aan medeoverheden 0 0 0
13.04 Ruimtegebruik bodem 46.950 34.897 – 2.817 – 13.392 18.688
13.04.01 Opdrachten 4.740 9.949 – 2.635 – 870 6.444
– Overige opdrachten 2.505 4.675 129 – 429 4.375
– Bodem en STRONG 2.235 5.274 – 2.764 – 441 2.069
13.04.02 Subsidies 13.707 15.119 – 6.508 – 1.309 7.302
– Bedrijvenregeling 8.684 8.684 – 6.508 135 2.311
– Subsidie Caribisch Nederland 5.023 6.435 – 1.444 4.991
13.04.03 Bijdragen aan agentschappen 2.623 3.501 68 3.569
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS 2.623 3.501 68 3.569
13.04.04 Bijdragen aan medeoverheden 25.880 6.328 6.258 – 11.213 1.373
– Meerjarenprogramma Bodem 25.880 6.184 6.258 – 11.069 1.373
– Overige bijdragen aan medeoverheden 0 144 – 144 0
13.05 Eenvoudig Beter 6.800 6.900 66 – 2.643 4.323
13.05.01 Opdrachten 3.400 3.500 – 22 – 2.643 835
– Overige opdrachten 3.400 3.500 – 22 – 2.643 835
13.05.02 Subsidies 0 0 0
– Stimulatieregeling implementatie Omgevingswet 0 0 0
13.05.03 Bijdragen aan agentschappen 3.400 3.400 88 3.488
– Waarvan bijdrage aan RWS 3.400 3.400 88 3.488
Ontvangsten 8.824 2.950 – 2.950 0

Verplichtingen

De verlaging van het verplichtingenbudget komt met name door diverse bodemsaneringsprojecten. Het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat draagt via het Gemeentefonds bij aan de volgende bodemsaneringsopgaven: gebiedsgerichte aanpak in het havengebied Rotterdam, de petroleumhaven in Amsterdam, het vetgasterrein in Amersfoort en de sanering van verontreinigde bodem in Dordrecht. Dit jaar gaat het om een bedrag van € 13,6 miljoen. Tevens komt de verlaging van het verplichtingenbudget door de Inspectieview Milieu waarbij de structurele beheerkosten van € 1,1 miljoen nu in beeld zijn. Tot slot komt de verlaging van het verplichtingenbudget voornamelijk door een opdrachtverstrekking aan het RIVM met betrekking tot het onderwerp normen en instrumentarium bodem en een opdrachtverstrekking aan NEN voor ondersteuning ten aanzien van normdocumenten met betrekking tot regelgeving (€ 0,5 miljoen).

Uitgaven

13.04 Ruimtegebruik bodem

Subsidies Caribisch Nederland

De verlaging van het subsidiebudget met € 1,4 miljoen wordt veroorzaakt door een overboeking binnen artikelonderdeel van Subsidies Caribisch Nederland naar Meerjarenprogramma Bodem.

Meerjarenprogramma Bodem

De verlaging van het kasbudget op het artikelonderdeel Ruimtelijk bodem komt met name door de bij de verplichtingen toegelichte bodemsaneringsprojecten (€ 13,6 miljoen). Daarentegen wordt het kasbudget verhoogd door een meevaller op de eindafrekening van het project icoon Afsluitdijk (€ 0,8 miljoen) en door een bijdrage voor Eranet vanaf artikel 11 (€ 0,3 miljoen).

13.05 Eenvoudig Beter

Overige opdrachten

De verlaging van het kasbudget op het artikelonderdeel Eenvoudig Beter wordt veroorzaakt door de vertraging bij de implementatie van de omgevingswet. Deze middelen (€ 2,6 miljoen) worden voornamelijk ingezet voor een bijdrage aan ILT op artikel 24 ten behoeve van met name de tariefverhoging 2018 en voor de beheerskosten applicatie Inspectieview Milieu.

Artikel 14 Wegen en verkeersveiligheid

Verplichtingen 27.319 30.492 4.343 5.187 40.022
Waarvan garantieverplichtingen
Uitgaven 36.725 39.808 3.772 3.602 47.182
Waarvan juridisch verplicht 84% 100%
14.01 Netwerk 20.575 23.658 3.430 3.610 30.698
14.01.01 Opdrachten 15.304 18.387 834 – 759 18.462
– Opdrachten Wegverkeersbeleid 1.146 5.026 – 2.150 – 86 2.790
– Beter Benutten / Programma Innovatie Mobiliteit 10.141 10.994 250 1.344 12.588
– Overige Opdrachten 4.017 2.367 2.734 – 2.017 3.084
14.01.02 Subsidies 650 650 840 1.490
14.01.03 Bijdragen aan agentschappen 4.621 4.621 2.596 7.217
14.01.04 Bijdragen aan medeoverheden 0 3.529 3.529
14.02 Veiligheid 16.150 16.150 342 – 8 16.484
14.02.01 Opdrachten 6.218 6.218 – 71 – 916 5.231
14.02.02 Subsidies 8.401 8.401 182 108 8.691
14.02.03 Bijdragen aan agentschappen 584 584 11 595
14.02.05 Bijdragen aan internationale organisaties 30 30 30
14.02.06 Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s 917 917 220 800 1.937
Ontvangsten 6.782 6.782 – 2.042 4.740

Verplichtingen

De ophoging van het verplichtingenbudget bij de Tweede suppletoire begroting 2018 met € 5,2 miljoen komt met name door een overboeking vanuit het Infrastructuurfonds (€ 4,1 miljoen). De inzet van deze middelen is nader toegelicht bij de uitgaven. Daarnaast is voor het aangaan van meerjarige overeenkomsten voor kennisplatvorm tunnelveiligheid respectievelijk militaire mobiliteit verplichtingenbudget (€ 1,1 miljoen) vanuit latere jaren naar 2018 overgeheveld.

Uitgaven

14.01 Netwerk

14.01.01 Opdrachten

Overige opdrachten

Vanuit de Klimaat enveloppe regeerakkoord, waarvoor bij incidentele suppletoire begroting 2018 middelen aan dit artikelonderdeel zijn toegevoegd, is € 2 miljoen overgeboekt naar het Provincie- en Btw-compensatiefonds voor het Programma Duurzame mobiliteit. De middelen worden ingezet als cofinanciering bij verschillende regionale projecten en in de decembercirculaire gepubliceerd.

Better Benutten/programma innovatie mobiliteit

Ten behoeve van opdrachten van de Innovatieunit, onderdeel van het programma Beter Benutten, is vanuit de voor dit doel bij het Infrastructuurfonds gereserveerde middelen (€ 1,8 miljoen) naar dit instrument overgeheveld. Hiervan is € 0,4 miljoen overgeheveld naar het Ministerie van OCW voor de Task Force Beter Benutten Onderwijs en Openbaar Vervoer en € 0,1 miljoen naar artikel 17 luchtvaart voor onderzoek naar het ontwerp en bouw van een (prototype) elektrisch taxitractor.

14.01.02 Subsidies

Ten behoeve van de bijdrage aan de subsidie Wandel en Fiets worden middelen (0,8 miljoen) overgeheveld uit het gereserveerde budget van Programma Fiets op het Infrastructuurfonds.

14.01.04 Bijdragen aan medeoverheden

Ten behoeve van de eenmalige impuls aan Caribisch Nederland voor wegen worden er middelen overgeheveld van het Infrastructuurfonds (€ 3,5 miljoen) conform het Regeerakkoord.

14.02 Veiligheid

De wijzigingen bij Tweede suppletoire begroting 2018 binnen dit artikelonderdeel zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet uiteengezet (zie de leeswijzer).

Ontvangsten

Vanuit de Stichting Buisleidingstraat zijn de ontvangsten lager dan geraamd. Om deze lagere ontvangst op te vangen wordt de reservering die hiervoor op het Infrastructuurfonds staat aangesproken (€ 2 miljoen).

Artikel 16 Openbaar Vervoer en Spoor

Verplichtingen 7.846 7.465 245 – 784 6.926
Waarvan garantieverplichtingen
Uitgaven 18.622 18.976 316 – 2.909 16.383
Waarvan juridisch verplicht 88% 94%
16.01 Spoor 18.622 18.976 316 – 2.909 16.383
16.01.01 Opdrachten 6.382 6.634 269 – 1.809 5.094
16.01.02 Subsidies 8.934 9.036 30 – 1.100 7.966
– Subsidieregeling Derde Spoor 0 0 0 – 1.100 – 1.100
– Overige subsidies 8.934 9.036 30 0 9.066
16.01.03 Bijdragen aan agentschappen 919 919 17 936
16.01.04 Bijdragen aan medeoverheden 2.287 2.287 2.287
16.01.05 Bijdragen aan internationale organisaties 100 100 100
Ontvangsten 0 143 143

Verplichtingen

De wijzigingen bij de Tweede suppletoire begroting 2018 zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet uiteengezet (zie de leeswijzer).

16.01 Spoor

Overige opdrachten

De verlaging van het opdrachtenbudget (€ 1,8 miljoen) wordt voornamelijk veroorzaakt door een overboeking naar het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat ten behoeve van de toezichtstaken die Autoriteit Consumenten en Mededinging uitvoert in het kader van het Spoorwegwet.

16.01.02 Subsidies

Ten behoeve van de subsidieregeling Derde Spoor worden middelen (€ 1,1 miljoen) overgeheveld naar het Infrastructuurfonds doordat er minder aanspraak op de regeling wordt gemaakt dan verwacht.

Artikel 17 Luchtvaart

Verplichtingen 38.305 54.365 – 20.217 – 12.418 21.730
Waarvan garantieverplichtingen 23.000 23.000 – 23.000
Uitgaven 15.162 18.097 2.029 1.051 21.177
Waarvan juridisch verplicht 92% 88%
17.01 Luchtvaart 15.162 18.097 2.029 1.051 21.177
17.01.01 Opdrachten 4.926 7.103 2.660 1.966 11.729
Opdrachten GIS 284 284 0 1.073 1.357
– Overige Opdrachten 4.642 6.819 2.660 893 10.372
17.01.02 Subsidies 3.474 4.232 32 – 972 3.292
17.01.03 Bijdragen aan agentschappen 5.186 5.186 – 663 – 279 4.244
– Waarvan bijdrage aan KNMI 14 14 14
– Waarvan bijdrage aan RWS 424 424 3 – 279 148
– Waarvan bijdrage aan RWS (Caribisch Nederland) 4.748 4.748 – 666 4.082
17.01.04 Bijdragen aan medeoverheden 0 504 504
– Bijdragen aan medeoverheden Caribisch Nederland 0 504 504
17.01.05 Bijdragen aan internationale organisaties 1.476 1.476 – 296 1.180
17.01.06 Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s 100 100 128 228
– LVNL 100 100 128 228
Ontvangsten 1.115 1.925 – 311 1.614

Verplichtingen

Bij deze Tweede Suppletoire begroting 2018, wordt verplichtingenbudget (€ 13,9 miljoen) vanuit 2018 naar de juiste jaren verplaatst om aan te sluiten bij de kasbudgetten in die betreffende jaren. De kasbudgetten zijn eerder al in de juiste jaren geplaatst. Het betreffen de middelen voor wederopbouw van de luchthaven en erosieproblematiek van de klif op Sint Eustatius. Deze middelen zijn middels een Incidentele suppletoire begroting in 2018 toegevoegd aan de begroting van IenW.

17.01 Luchtvaart

17.01.01 Opdrachten

De belangrijkste mutaties bij Najaarsnota zijn de volgende.

In 2018 zijn percelen aangekocht van eigenaren met een grondpositie in het geluids- en veiligheidssloopzone Schiphol (GIS) binnen het Luchthaven indelingsbesluit. Daarnaast wordt rekening gehouden met uitgaven in het kader van de klacht- en garantieregeling en het betalen van schadeclaims. Hiervoor is het opdrachtenbudget met € 1,1 miljoen opgehoogd.

Er zijn minder opdrachten verleend waarvoor van de Federal Aviation Administration (FAA) gelden worden ontvangen. Het betreft een verlaging van € 0,6 miljoen.

Voor de voorbereiding en aanbesteding van het herstel van de klif Fort Oranje in Sint-Eustatius is een bijdrage van € 0,7 miljoen van het ministerie Binnenlandse Zaken ontvangen.

De bijdrage voor compenserende maatregelen tijdens de tijdelijke sluiting van de baan Saba (€ 0,5 miljoen) zijn overgeboekt van het opdrachtenbudget naar het budget bijdragen aan medeoverheden.

17.01.02 Subsidies

Dit betreft voornamelijk de overboeking van het subsidiebudget van Vliegveld Twente van € 0,75 miljoen, omdat de subsidie ten behoeve van de luchthaven Twente niet meer in 2018 zal plaatsvinden. Dit budget wordt overgeboekt naar het opdrachtenbudget en is noodzakelijk op grond van de regelgeving behorende bij het isolatieprogramma Lelystad.

Artikel 18 Scheepvaart en Havens

Verplichtingen 4.576 63.557 9.768 – 28.697 44.628
Waarvan garantieverplichtingen
Uitgaven 25.396 41.083 297 – 2.052 39.328
Waarvan juridisch verplicht 93% 94%
18.01 Scheepvaart en havens 25.396 41.083 297 – 2.052 39.328
18.01.01 Opdrachten 17.561 30.329 39 – 3.321 27.047
– Topsector Logistiek 8.071 18.708 – 120 – 3.037 15.551
– Havens Caribisch Nederland 7.805 9.344 368 7 9.719
– Overige Opdrachten 1.685 2.277 – 209 – 291 1.777
18.01.02 Subsidies 5.044 7.984 81 8.124
– Topsector Logistiek 4.935 6.460 29 6.489
– Overige Subsidies 109 1.524 52 59 1.635
18.01.03 Bijdragen aan agentschappen 1.114 1.168 177 85 1.430
– Waarvan bijdrage aan RWS 1.114 1.168 7 37 1.212
– Waarvan bijdrage aan RVO 0 170 48 218
18.01.04 Bijdragen aan medeoverheden 0 1.145 1.145
– Bijdragen aan medeoverheden Caribisch Nederland 0 1.145 1.145
18.01.05 Bijdragen aan internationale organisaties 1.677 1.602 – 20 1.582
– Overige bijdragen aan internationale organisaties 1.677 1.602 – 20 1.582
Ontvangsten 200 200

Verplichtingen

De lagere verplichtingen bij de Tweede Suppletoire begroting 2018 worden voornamelijk veroorzaakt door vertraging in de aanbesteding van noodzakelijke zeehavenverbeteringen op Saba en Sint Eustatius (€ 24,6 miljoen). Deze middelen zijn in 2018 bij Incidentele Suppletoire begroting voor Wederopbouw Caribisch Nederland toegevoegd aan de begroting Hoofdstuk XII van IenW ten behoeve van de wederopbouw van de zeehavens van Saba en Sint Eustatius naar aanleiding van de orkaanschade.

Daarnaast is er vertraging in de uitvoering van diverse kleinere projecten vanuit het meerjarige programma Topsector Logistiek (€ 3,0 miljoen). Dit budget wordt conform afspraak vanuit de begroting Hoofdstuk XII teruggeboekt naar het Infrastructuurfonds waar het oorspronkelijk ook vandaan komt.

18.01 Scheepvaart en havens

18.01.01 Opdrachten

De lagere uitgaven bij de Tweede Suppletoire begroting 2018 worden voornamelijk veroorzaakt door vertraging in de uitvoering van diverse kleinere projecten vanuit het meerjarige programma Topsector Logistiek (€ 3,0 miljoen). Dit budget wordt conform afspraak vanuit Hoofdstuk XII teruggeboekt naar het Infrastructuurfonds waar het oorspronkelijk ook vandaan komt.

18.01.04 Bijdragen aan medeoverheden

Dit betreft een overboeking (€ 1,1 miljoen)vanuit het opdrachtenbudget havens Caribisch Nederland ten behoeve van een bijzondere uitkering aan Saba voor een eenmalige impuls en wederopbouw van de zeehaven.

Artikel 19 Uitvoering Milieubeleid en Internationaal

Verplichtingen 44.148 51.104 6.131 997 58.232
Waarvan garantieverplicht
Uitgaven 45.116 52.661 2.752 564 55.977
Waarvan juridisch verplicht 93% 97%
19.02 Internationaal beleid coördinatie en samenwerking 45.116 52.661 2.752 564 55.977
19.02.01 Opdrachten 5.338 5.236 1.227 – 1.288 5.175
– Overige opdrachten 5.338 5.236 1.227 – 1.288 5.175
19.02.02 Subsidies 1.889 1.039 – 200 – 239 600
– Interreg 1.889 1.039 – 200 – 288 551
– Overige subsidies 49 49
19.02.03 Bijdragen aan agentschappen 35.935 43.142 2.389 791 46.322
– Waarvan bijdrage aan RWS 205 284 49 333
– Waarvan bijdrage aan RIVM 27.414 31.599 551 675 32.825
– Waarvan bijdrage aan RVO 8.316 10.734 628 – 217 11.145
– Overige bijdragen aan agentschappen 525 1.161 333 2.019
19.02.05 Bijdragen aan (inter)nationale organisaties 1.954 3.244 – 664 1.300 3.880
– Overige bijdragen aan (inter)nationale organisaties 1.954 3.244 – 664 1.300 3.880
Ontvangsten 224.000 0 431 431

De wijzigingen bij de Tweede suppletoire begroting 2018 binnen dit artikel zijn kleiner dan de gehanteerde norm voor toelichting en worden daarom niet specifiek uiteengezet (zie de leeswijzer).

Artikel 20 Lucht en geluid

Verplichtingen 20.374 16.348 999 970 18.317
Waarvan garantieverplichtingen
Uitgaven 34.374 32.042 185 – 8.268 23.959
Waarvan juridisch verplicht 100% 100%
20.01 Gezonde lucht en tegengaan geluidhinder 34.374 32.042 185 – 8.268 23.959
20.01.01 Opdrachten 4.453 4.490 172 1.734 6.396
– Overige opdrachten 4.453 4.490 172 1.734 6.396
20.01.03 Bijdragen aan agentschappen 804 900 21 921
– Waarvan bijdrage aan RWS 804 900 21 921
20.01.04 Bijdragen aan medeoverheden 28.719 26.254 – 10.115 16.139
– Uitvoering geluidsanering 17.480 15.015 – 1.000 14.015
– Programma NSL 11.239 11.239 – 9.115 2.124
20.01.07 Bekostiging 398 398 – 8 113 503
– Overige bekostiging 398 398 – 8 113 503
Ontvangsten

Verplichtingen

De verhoging van het verplichtingenbudget wordt met name veroorzaakt door een opdracht van RWS voor transitiegericht inkopen en voor het project emissiereducties als gevolg van maatregelen in het Schone Lucht Akkoord.

Uitgaven

20.01 Gezonde lucht en tegengaan geluidshinder

Overige opdrachten

De verhoging van het kasbudget betreft met name een overboeking vanuit artikel 21.07 uit niet gerealiseerde middelen voor de Demonstratieregeling Klimaattechnologieën en -innovaties in transport (DKTI-Transport). De ophoging van het budget voor de DKTI-Transport met € 1,5 miljoen wordt ingezet voor diverse opdrachten op het terrein van gezonde lucht en geluid.

Programma NSL

De verlaging van het kasbudget wordt met name veroorzaakt door overboekingen naar het gemeentefonds en het btw-compensatiefonds met betrekking tot het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit 2018 (NSL) van in totaal € 9,5 miljoen.

Artikel 21 Duurzaamheid

Verplichtingen 35.176 67.468 – 5.613 – 2.846 59.009
Waarvan garantieverplichtingen
Uitgaven 34.421 65.268 – 5.254 – 6.441 53.573
Waarvan juridisch verplicht 79% 98%
21.04 Duurzaamheidsinstrumentarium 237 427 – 143 124 408
21.04.01 Opdrachten 237 427 – 143 124 408
– Overige opdrachten 237 427 – 143 124 408
21.05 Duurzame productketens 18.276 27.316 – 1.991 – 61 25.264
21.05.01 Opdrachten 9.617 12.993 – 5.356 625 8.262
– Overige opdrachten 9.617 7.993 – 2.415 1.074 6.852
– Transitie inkopen 5.000 – 2.941 – 449 1.610
21.05.02 Subsidies 1.620 7.533 2.607 – 5.037 5.103
– Chemische recycling kunststof 5.000 – 1.434 – 694 2.872
– Subsidies duurzame productketens 1.620 2.533 – 250 – 52 2.231
– Subsidies Caribisch Nederland 0 4.291 – 4.291 0
21.05.03 Bijdragen aan agentschappen 7.039 6.570 508 60 7.138
– Waarvan bijdrage aan RWS 7.039 6.570 508 60 7.138
21.05.04 Bijdragen aan medeoverheden 0 4.291 4.291
– Overige bijdragen aan medeoverheden Caribisch Nederland 0 4.291 4.291
21.05.06 Bijdragen aan ZBO’s / RWT’s 220 250 470
21.06 Natuurlijk kapitaal 1.206 2.500 – 1.950 283 833
21.06.01 Opdrachten 891 2.500 – 1.950 283 833
– Overige opdrachten 891 2.500 – 1.950 283 833
21.06.02 Subsidies 315 0 0
– Overige subsidies 315 0 0
21.07 Duurzame mobiliteit 14.702 35.025 – 1.170 – 6.787 27.068
21.07.01 Opdrachten 9.987 6.943 – 1.600 – 2.308 3.035
– Duurzaamheid 9.740 6.272 – 1.600 – 2.180 2.492
– Overige opdrachten 247 671 – 128 543
21.07.02 Subsidies 452 23.419 327 – 4.993 18.753
– Subsidies duurzame mobiliteit 452 23.419 327 – 4.993 18.753
21.07.03 Bijdragen aan agentschappen 4.263 4.663 103 514 5.280
– Waarvan bijdrage aan KNMI 178 178 178
– Waarvan bijdrage aan RWS 1824 2.224 47 2.271
– Overige bijdragen aan agentschappen 2.261 2.261 56 514 2.831
Ontvangsten 0 106 106

Verplichtingen

De lagere verplichtingen worden met name veroorzaakt door een overboeking naar het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. In het kader van de zero-emissie stadslogistiek (Green Deal ZES) is voor de ondersteuning aan de gemeenten € 3,6 miljoen beschikbaar gesteld. Daarnaast vindt er ook een overboeking plaatst naar het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap voor de programmamiddelen 1e tranche Praktijkgericht Onderzoek van Afval Naar Grondstof (PRO VANG) van € 1 miljoen. Daarentegen is het verplichtingenbudget voor Circulaire Economie opgehoogd met € 2 miljoen zodat het verplichtingenbudget weer in lijn is met het huidige kasbudget.

Uitgaven

21.05 Duurzame productketens

Subsidies Caribisch Nederland

De verlaging van het subsidiebudget wordt met name veroorzaakt door een overboeking binnen artikelonderdeel van Subsidies Caribisch Nederland naar Overige bijdragen aan medeoverheden Caribisch Nederland. Het subsidiebudget wordt ingezet voor de wederopbouw op Caribisch Nederland na de orkaan Irma (€ 2,2 miljoen) en voor afvalbeheer op Bonaire (€ 2,1 miljoen).

21.07 Duurzame mobiliteit

Duurzaamheid

De verlaging van het kasbudget wordt met name veroorzaakt door de overboeking naar het Ministerie van binnenlandse zaken koninkrijksrelaties van € 3,6 miljoen in het kader van de Green Deal ZES (zie verplichtingen). Hiertegenover staat een ophoging van het kasbudget met € 1,5 miljoen vanuit de Demonstratieregeling Klimaattechnologieën en -innovaties in transport (DKTI-Transport), zie hieronder.

Subsidie duurzame mobiliteit

In 2018 is er een lagere realisatie bij de uitvoering van de DKTI-Transport. € 3 miljoen van het niet-gerealiseerde deel van de DKTI-Transport in 2018 wordt ingezet voor de uitvoering verkeersemissies (art. 20) en uitvoering DUMO en brandstofvisie (art. 21).

Overige bijdragen aan agentschappen

De verhoging van het uitgavenbudget betreft een overboeking van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat van € 0,5 miljoen voor de opdracht energie en vervoer bij de Nederlandse Emissie-autoriteit.

Artikel 22 Omgevingsveiligheid en milieurisico’s

Verplichtingen 28.439 37.510 8.394 1.474 47.378
Waarvan garantieverplichtingen
Uitgaven 34.937 45.743 6.428 – 496 51.675
Waarvan juridisch verplicht 90% 94%
22.01 Veiligheid chemische stoffen 7.115 10.999 487 – 2.844 8.642
22.01.01 Opdrachten 4.999 6.201 227 – 1.784 4.644
– Overige opdrachten 4.999 6.201 227 – 1.784 4.644
22.01.02 Subsidies 175 2.507 210 – 1.060 1.657
– Overige subsidies 175 2.507 210 – 1.060 1.657
22.01.03 Bijdragen aan agentschappen 1.941 2.291 50 2.341
– Waarvan bijdrage aan RWS 1.941 2.291 50 2.341
22.02 Veiligheid biotechnologie 3.000 3.000 398 3.398
22.02.01 Opdrachten 3.000 3.000 398 3.398
– Overige opdrachten 3.000 3.000 398 3.398
22.03 Veiligheid bedrijven en transport 24.822 31.744 5.941 1.950 39.635
22.03.01 Opdrachten 4.655 569 4.996 – 379 5.186
– Overige opdrachten 4.655 569 4.996 – 379 5.186
22.03.02 Subsidies 15.372 26.172 900 2.369 29.441
– Subsidie asbest 12.591 24.291 – 1.200 2.000 25.091
– Overige subsidies 2.781 1.881 2.100 369 4.350
22.03.03 Bijdragen aan agentschappen 1.749 1.957 45 2.002
– Waarvan bijdrage aan RWS 1.749 1.957 45 2.002
22.03.04 Bijdragen aan medeoverheden 0 100 100
22.03.09 Inkomensoverdrachten 3.046 3.046 – 140 2.906
– Overige inkomensoverdrachten 3.046 3.046 – 140 2.906
Ontvangsten 250 2.432 959 3.391

Verplichtingen

De hogere verplichtingen worden met name veroorzaakt door het naar voren halen van verplichtingenbudget uit 2019 voor de subsidieregeling asbest. De uitgaven voor de subsidieregeling zullen volgend jaar plaatsvinden. De verplichting wordt hiervoor zoals gebruikelijk al een jaar eerder, in 2018, aangegaan. Het totaal aan middelen voor deze regeling blijft onveranderd op € 75 miljoen voor de periode tot en met 2019.

Uitgaven

22.01 Veiligheid chemische stoffen

Overige opdrachten

De verlaging van het kasbudget komt met name door een overboeking van € 1,3 miljoen naar het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit. Dit betreft een overboeking voor het aandeel van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat voor de basisfinanciering College Toelating Gewasbeschermingsmiddelen 2018 (CTGB). Het kasbudget wordt bovendien verlaagd door de overboeking binnen artikel van € 0,5 miljoen naar de subsidieregeling asbest (artikel 22.03). Met deze subsidieregeling wordt de versnelling voor de sanering van asbestdaken gerealiseerd. Het totaal aan middelen voor deze regeling blijft onveranderd op € 75 miljoen voor de periode tot en met 2019.

Overige subsidies

De verlaging van het kasbudget komt met name door de overboeking binnen artikel van € 0,8 miljoen naar de subsidieregeling asbest (artikel 22.03).

22.03 Veiligheid bedrijven en transport

Subsidie asbest

De verhoging van het kasbudget komt met name door de overboeking (€ 1,3 miljoen) van artikel 22.01 naar artikel 22.03 voor de subsidieregeling asbest.

Artikel 23 Meteorologie, seismologie en aardobservatie

Verplichtingen 49.568 49.508 1.607 979 52.094
Waarvan garantieverplichtingen
Uitgaven 50.508 50.448 1.613 113 52.174
Waarvan juridisch verplicht 100% 100%
23.01 Meteorologie en seismologie 24.751 24.691 7.713 113 32.517
23.01.03 Bijdrage aan het agentschap KNMI 23.811 23.751 7.713 113 31.577
– Meteorologie 23.175 23.115 7.397 113 30.625
– Seismologie 636 636 316 0 952
23.01.05 Bijdragen aan (inter)nationale organisaties 940 940 940
– Contributie WMO (HGIS) 940 940 940
23.02 Aardobservatie 25.757 25.757 – 6.100 19.657
23.02.03 Bijdrage aan het agentschap KNMI 25.757 25.757 – 6.100 19.657
– Aardobservatie 25.757 25.757 – 6.100 19.657
Ontvangsten 0 0 0 0 0

Verplichtingen

De verplichtingenmutaties zijn een weerspiegeling van de onderstaande toegelichte kasmutaties.

23.01 Meteorologie, seismologie en aardobservatie

Het KNMI heeft onderzocht hoe de toekomstvastheid van het instituut geborgd kan worden. Zowel voor wat betreft haar bedrijfsvoering als haar taken gelet op technologische ontwikkeling. Naar aanleiding van besluitvorming over dit programma (Basale Dienstverlening+) worden aanvullende middelen beschikbaar gesteld (€ 6,4 miljoen). Ook wordt het KNMI vanuit een centraal budget gedeeltelijk gecompenseerd voor de uitgaven in het kader van de Participatiewet.

Daarnaast ontvangt het KNMI een bijdrage voor aanvullende taken met betrekking tot het inrichten van de functie met betrekking tot Space Weather en het uitvoeren van Broeikasgasmetingen in 2018 (€ 0,61 miljoen) en wordt vanuit een centraal budget het KNMI gedeeltelijk gecompenseerd voor de uitgaven in het kader van de Participatiewet.

23.02 Aardobservatie

Er vindt een kasschuifplaats voor de contributie met betrekking tot aardobservatie om de middelen aan te laten sluiten bij de te verwachten programmering.

Artikel 24 Handhaving en Toezicht

Verplichtingen 103.314 103.314 7.233 6.132 116.679
Waarvan garantieverplichtingen
Uitgaven 103.314 103.314 7.233 6.132 116.679
Waarvan juridisch verplicht 100% 99%
24.01 Handhaving en toezicht 103.314 103.314 7.233 6.132 116.679
24.01.03 Bijdragen aan agentschappen 103.314 103.314 7.233 6.132 116.679
Ontvangsten

Verplichtingen

De verplichtingenmutaties zijn een weerspiegeling van de onderstaande toegelichte kasmutaties.

24.01 Bijdrage aan agentschap

De ILT ontvangt vanuit het moederdepartement o.a. een bijdrage voor de kosten van het ICT-beheer bij de shared serviceorganisatie Dienst ICT Uitvoering (DICTU) (€ 2,3 miljoen). Daarnaast ontvangt ILT o.a. een bijdrage voor het de beheerskosten van de applicatie Inspectieview Milieu (€ 1,1 miljoen), een bijdrage voor het programma Zwavel (€ 0,5 miljoen) en compensatie voor Kiwa (€ 0,4 miljoen). Tot slot heeft de ILT nog een aantal kleinere bijdragen ontvangen bijvoorbeeld voor wijzigingen in maritieme regelgeving, hoogwaterveiligheid.

Reorganisatie Koers

Deze mutatie (€ 1,1 miljoen) betreft een eenmalige goedgekeurde bijdrage van het moederdepartement in het kader van voorbereidende werkzaamheden met het oog op de in 2019 verwachte reorganisatiekosten die volgt uit het «vernieuwingsprogramma Koers ILT».

Artikel 25 Brede Doeluitkering (BDU)

Verplichtingen 881.534 888.409 36.837 20.220 945.466
Waarvan garantieverplichtingen
Uitgaven 881.588 911.155 18.419 0 929.574
Waarvan juridisch verplicht 100% 100%
25.01 Brede doeluitkering 881.588 911.155 18.419 0 929.574
Ontvangsten

Verplichtingen

De hogere verplichting is het resultaat van een overheveling vanuit het Infrastructuurfonds (€ 20,2 miljoen) ten behoeve van het kwaliteitsprogramma Blankenburgverbinding.

Artikel 26 Bijdrage Investeringsfondsen

Verplichtingen 6.564.953 7.009.852 – 622.143 – 78.204 6.309.505
Uitgaven 6.564.953 7.009.852 – 622.143 – 56.884 6.330.825
26.01 Bijdrage Investeringsfondsen 5.675.020 6.123.588 – 608.360 – 59.679 5.455.549
26.01.01 Bijdrage aan het Infrastructuurfonds 5.675.020 6.123.588 – 608.360 – 59.679 5.455.549
– Bijdrage IF 5.675.020 6.123.588 – 608.360 – 59.679 5.455.549
26.02 Bijdrage Investeringsfondsen 889.933 886.264 – 13.783 2.795 875.276
26.02.01 Bijdrage aan het Deltafonds 889.933 886.264 – 13.783 2.795 875.276
– Bijdrage DF 889.933 886.264 – 13.783 2.795 875.276
Ontvangsten

Voor een specificatie van de mutaties wordt verwezen naar de Tweede suppletoire begrotingen 2018 van het Infrastructuurfonds en het Deltafonds.

2.3 De niet-beleidsartikelen

Artikel 97 Algemeen Departement

Verplichtingen 54.487 130.146 3.526 4.128 137.800
Uitgaven 57.813 117.830 3.526 1.021 122.377
97.01 Algemeen departement 57.813 101.830 3.526 1.021 106.377
97.01.01 Opdrachten 29.429 73.446 882 1.272 75.600
– Overige Opdrachten 15.644 16.133 594 – 428 16.299
– Regeringsvliegtuig 6.735 50.263 22 – 36 50.249
– DCC 7.050 7.050 266 1.736 9.052
97.01.02 Subsidies 1.450 1.450 159 – 91 1.518
– Overige Subsidies 1.450 1.450 159 – 91 1.518
97.01.03 Bijdragen aan agentschappen 21.707 21.707 2.422 0 24.129
– Waarvan bijdrage aan agentschap ILT 12.471 12.471 12.471
– Waarvan bijdrage aan agentschap KNMI 213 213 2.370 2.583
– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS 2.579 2.579 52 2.631
– Overige Bijdragen aan agentschappen 6.444 6.444 6.444
97.01.06 Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s 5.227 5.227 63 – 160 5.130
– StAB 5.227 5.227 63 – 160 5.130
97.02 Sanering Thermphos 16.000 16.000
97.02.02 Subsidies 16.000 16.000
– Sanering Thermphos 16.000 16.000
Ontvangsten 1.101 3.657 3.657

97.01 IenW- brede programmamiddelen

Opdrachten

De toename van opdrachten betreft overwegend bijdragen aan het Departementale Crisis Centrum (DCC) dat is ondergebracht bij RWS. Door de droogte zijn er problemen geconstateerd met het waterpeil en daarom is er een noodmaatregel ingesteld om de drinkwatervoorziening in het IJsselmeer op peil te houden. Gekozen is voor een maatregel waarbij wateraanvoer via boten plaatsvindt. Daarnaast betreft het uitgaven ten behoeve van de Evaluatie crisishulp orkanen Caribisch gebied en de Nationale Nucleaire oefening.

Artikel 98 Apparaatsuitgaven kerndepartement

Verplichtingen 280.211 277.222 17.137 – 2.153 292.206
Uitgaven 284.403 292.708 17.945 – 7.342 303.311
98.01 Personele uitgaven 203.408 210.291 19.041 – 1.292 228.040
– waarvan eigen personeel 179.514 179.357 15.788 802 195.947
– waarvan inhuur externen 13.854 20.894 5.292 – 1.899 24.287
– waarvan overige personele uitgaven 10.040 10.040 – 2.039 – 195 7.806
98.02 Materiele uitgaven 80.995 82.417 – 1.096 – 6.050 75.271
– waarvan ICT 17.991 20.707 3.961 – 13.882 10.786
– waarvan bijdrage aan SSO's 44.259 42.699 – 2.079 11.842 52.462
– waarvan overige materiële uitgaven 18.745 19.011 – 2.978 – 4.010 12.023
Ontvangsten 5.430 14.888 0 292 15.180

Verplichtingen

De verplichtingenmutaties zijn een weerspiegeling van de onderstaande toegelichte kasmutaties. Het verschil wordt overwegend veroorzaakt doordat er meerjarige verplichtingen zijn aangegaan in 2018 waarvan de kasuitgaven in latere jaren zijn voorzien.

98.01 Personele uitgaven

De lagere personele uitgaven zijn overwegend het gevolg van vertragingen bij de projecten Beter Benutten en ERTMS waardoor er minder is uitgegeven aan externe inhuur. Daarnaast is er minder aan post-actieve werknemers uitgekeerd dan het vooraf geraamde bedrag.

98.02 Materiële uitgaven

De lagere kosten voor ICT wordt overwegend veroorzaakt door uitbesteding van een deel van de kantoorautomatisering aan rijksbrede SSO’s. Daarnaast zijn de uitgaven voor ICT lager als gevolg van vertraging in het onderzoek naar de vervanging van het bedrijfsvoeringsysteem SAP en een niet uitgevoerde upgrade van het documentmanagementsysteem HPRM. De lagere reguliere materiële uitgaven zijn het gevolg van een overboeking van budget naar de agentschappen RWS, KNMI en ILT voor compensatie van gemaakte kosten in het kader van de Participatiewet en een herschikking ter dekking van het Luchtvaartdossier.

Artikel 99 Nominaal en onvoorzien

Verplichtingen 108 145.421 – 165.615 – 20.194
Uitgaven 108 145.421 – 165.481 – 20.060
99.01 Nominaal en onvoorzien 108 145.421 – 165.481 – 20.060
Ontvangsten

De wijzigingen bij Tweede suppletoire binnen dit artikel zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet uiteengezet (zie de leeswijzer).

99.01 Onvoorzien

In afwachting van een concrete invulling is op dit artikel een structurele reeks onderuitputting van € 20 miljoen, oplopend naar € 23 miljoen vanaf 2021 ingeboekt. De concrete invulling vindt plaats in de periode tussen de najaarsnota en de Slotwet.

Onderuitputting op de verschillende budgetten van deze begroting zal in de Slotwet worden geboekt naar dit artikel met als doel de minregel technisch tegen te boeken. Met deze werkwijze is geen sprake van overbesteding van dit artikel.

2.4 De agentschappen

Conform de Rijksbegrotingsvoorschriften worden hieronder de exploitatie en kasstroomoverzichten opgenomen van agentschappen waarbij sprake is van cumulatieve mutaties (in totaal) groter dan 5% van de oorspronkelijk vastgestelde begroting of cumulatieve mutaties (in totaal) groter dan

€ 20 miljoen ten opzichte van de oorspronkelijk vastgestelde begroting.

Rijkswaterstaat

Baten
Omzet IenW 2.275.607 – 5.258 169.412 2.439.761
Omzet nutv werkzaamheden 368.508 – 423.515 – 55.007
Omzet overige departementen 28.360 32.086 60.446
Omzet derden 181.970 13.330 195.300
Rentebaten 800 – 800 0
Vrijval voorzieningen 7.621 7.621
Bijzondere baten 3.000 – 500 2.500
Totaal baten 2.489.737 363.250 – 202.366 2.650.621
Lasten
Apparaatskosten 1.032.391 718 33.271 1.066.380
– Personele kosten 788.468 718 64.094 853.280
Waarvan eigen personeel 728.953 718 50.697 780.368
Waarvan inhuur externen 58.015 14.897 72.912
Waarvan overige personele kosten 1.500 – 1.500 0
– Materiële kosten 243.923 – 30.823 213.100
Waarvan apparaat ICT 30.000 4.903 34.903
Waarvan bijdrage aan SSO's 56.000 – 8.693 47.307
Waarvan overige materiële kosten 157.923 – 27.033 130.890
Onderhoud 1.399.623 362.532 – 250.655 1.511.500
Rentelasten 8.748 – 4.998 3.750
Afschrijvingskosten 39.975 – 10.118 29.857
– Materieel 38.500 – 10.847 27.653
Waarvan apparaat ICT 6.000 – 2.148 3.852
– Immaterieel 1.475 729 2.204
Overige lasten 20.410 20.410
– Dotaties voorzieningen 3.002 3.002
– Bijzondere lasten 17.408 17.408
Totaal lasten 2.480.737 363.250 – 212.090 2.631.897
Saldo van baten en lasten 9.000 0 9.724 18.724
Dotatie aan reserve Rijksrederij – 9.000 – 1.242 7.758
Te verdelen resultaat 0 0 10.966 10.966

Toelichting

Baten

Omzet IenW

De omzet moederdepartement is met name verhoogd als gevolg van een vergoeding voor het niet volledig kunnen verhalen van schade bij schadevaren en -rijden (€ 42,6 mln.), de uitkering van de loon- en prijsbijstelling 2018 (€ 41,6 mln.), een bijdrage voor de onverwachte reparaties aan de Merwedebrug (€ 32,1 mln.), een vergoeding voor de kosten samenhangend met het incident en de reparatie van de stuw Grave (€ 16,1 mln.), een bijdrage voor de sanering van grond bij steunpunten (€ 14,3 mln.), een bijdrage aan het Security Operations Centre van RWS (€ 8,9 mln.), een overboeking vanuit het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat t.b.v. het Maritiem Informatievoorziening Servicepunt (€ 5,7 mln.), een toevoeging voor het beheer en onderhoud van de tunnel technische installaties van de A4 Delft-Schiedam (€ 5,3 mln.) en een bijdrage voor de hogere ICT uitgaven (€ 5,0 mln.). Tegenover deze verhogingen staat een verlaging van de omzet moederdepartement met € 21,3 mln. als gevolg van de herverkaveling met het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) en het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties (BZK).

Omzet nog uit te voeren werkzaamheden

De verwachting is dat de balanspost nog uit te voeren werkzaamheden (NUTW) dit jaar met circa € 55,0 mln. toeneemt van circa € 368,5 mln. ultimo 2017 naar circa € 423,5 mln. ultimo 2018. Zie verder de toelichting onder de post Onderhoud bij de Lasten.

Omzet overige departementen

De verwachte verhoging van de omzet overige departementen wordt met name veroorzaakt door de apparaats- en programmakosten die RWS bij het Ministerie van BZK en het Ministerie van EZK in rekening brengt voor de werkzaamheden in het kader van Beleidsondersteuning en Advisering en de Omgevingswet.

Omzet derden

De verwachte toename van de omzet derden wordt met name veroorzaakt door extra opbrengsten in het kader van Werken voor en met Partners en meer beheeropbrengsten op het areaal van RWS.

Rentebaten

Deze baten hebben voornamelijk betrekking op vergoedingen over de rekening-courant en korte termijndeposito’s die door Rijkswaterstaat worden aangehouden. Omdat er vanwege de relatief lagere rentestanden gedurende 2018 geen korte termijndeposito’s worden aangehouden, worden er over 2018 geen rentebaten gerealiseerd.

Vrijval voorzieningen

In 2018 wordt een vrijval uit de Reorganisatievoorziening (loonkosten VWNW kandidaten en toekomstige maatwerkafspraken) verwacht.

Bijzondere baten

De geraamde bijzondere baten betreffen voornamelijk verwachte boekwinst op de verkoop van vaste activa. Deze verwachte boekwinst is naar beneden bijgesteld.

Lasten

Personele kosten

De verwachte verhoging van de personele kosten is met name het gevolg van de CAO loonstijging per 1 juli 2018 van 3% en het aantrekken van capaciteit voor de groeiende onderhoudsopgave en voor het Werken voor en met Partners. Daarnaast zijn de verwachte kosten voor het Corporate Learning Center begroot onder de materiele kosten, maar worden deze verantwoord onder de personele kosten. Hiervoor is nu gecorrigeerd.

Materiele kosten

De verwachte kosten voor het Corporate Learning Center zijn begroot onder de materiele kosten maar worden deze verantwoord onder de personele kosten. Hiervoor is nu gecorrigeerd. Daarnaast zijn de verwachte materiele kosten in 2018 meer in lijn gebracht met de lagere realisaties in voorgaande jaren.

Onderhoud

Het beschikbare budget voor Onderhoud is in 2018 met name verhoogd als gevolg van de NUTW ultimo 2017 (€ 368,5 mln.), een vergoeding voor het niet volledig kunnen verhalen van schade bij schadevaren en -rijden (€ 42,6 mln.), een bijdrage voor de onverwachte reparaties aan de Merwedebrug (€ 32,1 mln.), de uitkering van de prijsbijstelling 2018 (€ 18,8 mln.), een vergoeding voor de kosten samenhangend met het incident en de reparatie van de stuw Grave (€ 16,1 mln.) en een bijdrage voor de sanering van grond bij steunpunten (€ 14,3 mln.). Tegenover het totale beschikbare budget 2018 voor Onderhoud van € 1.935,0 mln. staat een prognose van € 1.511,5 mln. Het verschil van € 423,5 mln. betreft de verwachte NUTW ultimo 2018.

Rentelasten

De verwachte rentelasten zijn naar beneden bijgesteld, omdat in 2018 en eerdere jaren minder is geïnvesteerd dan van tevoren gepland en er sprake is van lagere rentepercentages.

Afschrijvingskosten

De verwacht afschrijvingskosten zijn naar beneden bijgesteld, omdat in 2018 en eerdere jaren minder is geïnvesteerd dan van tevoren gepland.

Overige kosten

In 2018 wordt een dotatie aan de Reorganisatievoorziening (wachtgeld en lopende maatwerkafspraken) verwacht. De post bijzondere lasten bestaat met name uit het verwachte agentschapsdeel Vpb-lasten van circa € 16 mln. inclusief de naheffing over 2016 en 2017 van in totaal circa € 7 mln.

1. Rekening courant RHB 1 januari 2018 240.626 435.944 676.570
2a Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+) 2.489.737 – 5.258 213.528 2.698.007
2b Totaal uitgaven operationele kasstroom (–/–) – 2.440.762 5.258 – 163.534 – 2.599.038
2. Totaal operationele kasstroom 48.975 0 49.994 98.969
3a Totaal investeringen (–/–) – 54.000 2.899 – 51.101
3b Totaal boekwaarde desinvesteringen (+) 4.398 4.398
3. Totaal investeringskasstroom – 54.000 0 7.297 – 46.703
4a Eenmalige uitkering aan het moederdepartement (–/–) – 12.400 20 – 12.380
4b Eenmalige storting door het moederdepartement (+) 6.000 6.000
4c Aflossingen op leningen (–/–) – 38.000 16.000 – 22.000
4d Beroep op leenfaciliteit (+) 34.000 – 7.638 – 3.005 23.357
4. Totaal financieringskasstroom 2.000 – 20.038 13.015 – 5.023
5. Rekening-courant RHB 31 december 2018 237.601 415.906 70.306 723.813

Toelichting

Operationele kasstroom

De verwachte ontvangsten binnen de operationele kasstroom zijn met name gestegen als gevolg van de verhoogde omzet moederdepartement, omzet overige departementen en omzet derden. De verwachte uitgaven binnen de operationele kasstroom zijn minder gestegen en dit sluit ook aan bij het verwachte positieve resultaat 2018 en de verwachte toename van de balanspost NUTW in 2018.

Investeringskasstroom

De verwachte investeringen zijn naar beneden bijgesteld als gevolg van een vertraagde aanbesteding bij het project Mobile Only (aanschaf mobiele ICT-middelen, zoals een laptop en een smartphone). De verwachte boekwaarde desinvesteringen betreft o.a. de boekwaarde van het verkochte pand Kanaaldijk 301 in Alkmaar.

Financieringskasstroom

RWS heeft vanaf 2017 nieuwe activaklassen (wijziging in levensduur). Voor deze levensduur was in 2017 geen leenplafond aanwezig en kon dus niet geleend worden. Dit leidt tot minder aflossingen in 2018 dan verwacht. Het verwachte beroep op de leenfaciliteit is naar beneden bijgesteld als gevolg van de lagere verwachte investeringen.

Inspectie Leefomgeving en Transport

Baten
Omzet IenW 116.123 11.960 128.083
Omzet overige departementen 875 – 500 375
Omzet derden 23.290 1.290 24.580
Rentebaten 50 0 50
Vrijval voorzieningen 0 0 0
Bijzondere baten 0 0 0
Totaal baten 140.338 140.338 12.750 153.088
Lasten
Apparaatskosten 138.896 0 12.750 151.646
– Personele kosten 103.492 0 6.025 109.518
Waarvan eigen personeel 98.190 4.700 102.891
Waarvan inhuur externen 5.102 1.325 6.427
Waarvan overige personele kosten 200 0 200
– Materiële kosten 35.404 0 6.725 42.129
Waarvan apparaat ICT 200 0 200
Waarvan bijdrage aan SSO's 17.824 5.083 22.907
Waarvan overige materiële kosten 17.380 1.642 19.022
Rentelasten 0 0 0 0
Afschrijvingskosten 1.342 0 0 1.342
– Materieel 0 0 0
– Immaterieel 1.342 0 1.342
Overige lasten 100 0 0 100
– Dotaties voorzieningen 100 0 100
– Bijzondere lasten 0 0 0
Totaal lasten 140.338 0 12.750 153.088
Saldo van baten en lasten 0 0 0 0

Toelichting

Baten

Omzet IenW

De ILT ontvangt vanuit het moederdepartement o.a. een bijdrage voor de kosten van het ICT-beheer bij de shared serviceorganisatie Dienst ICT Uitvoering (DICTU) en voor ILT specifieke aanpassingen van werkplekken (€ 2,3 miljoen). Daarnaast ontvangt ILT o.a. een bijdrage voor het de beheerskosten van de applicatie Inspectieview Milieu (€ 1,1 miljoen), een bijdrage voor de verhuiskosten naar de Rijnstraat (€ 1,9 miljoen), een bijdrage voor extra toezicht op Schiphol (€ 0,5 miljoen) en een bijdrage voor de IenW-brede IV-portefeuille die is belegd bij de Inspecteur-Generaal van de ILT (€ 1 miljoen). Verder is de loon- en prijsbijstelling toegevoegd aan dit artikel (€ 2,5 miljoen). Tot slot heeft de ILT nog een aantal kleinere bijdragen ontvangen bijvoorbeeld voor wijzigingen in maritieme regelgeving en de beheerskosten van TERRA.

Reorganisatie Koers

Deze mutatie (€ 1,1 miljoen) betreft een eenmalige bijdrage van het moederdepartement in het kader van voorbereidende werkzaamheden met het oog op de in 2019 verwachte reorganisatiekosten die volgt uit het «vernieuwingsprogramma Koers ILT».

Omzet derden

Deze mutatie betreft de actualisatie van de opbrengsten van derden uit vergunningverlening op basis van de realisatie 2017.

Lasten

Personele kosten

De mutatie betreft, naast loon- en prijsbijstelling, de personele uitgaven samenhangend met de eerdergenoemde dossiers.

Materiële kosten

Dit betreft de bijdrage voor de kosten van DICTU (€ 2,3 miljoen) en de materiële uitgaven samenhangend met de eerdergenoemde dossiers (inspectieviews, terra, verhuiskosten, gestegen ICT-kosten en facilitaire kosten).

1. Rekening courant RHB 1 januari 2018 31.810 31.810
2a Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+) 2.000 100 2.100
2b Totaal uitgaven operationele kasstroom (–/–) – 4.000 – 100 – 4.100
2. Totaal operationele kasstroom – 2.000 – 2.000
3a Totaal investeringen (–/–) – 200 – 200
3b Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)
3. Totaal investeringskasstroom – 200 – 200
4a Eenmalige uitkering aan het moederdepartement (–/–)
4b Eenmalige storting door het moederdepartement (+) 1.100 1.100
4c Aflossingen op leningen (–/–)
4d Beroep op leenfaciliteit (+)
4. Totaal financieringskasstroom
5. Rekening-courant RHB 31 december 2018 29.610 0 1.100 30.710

Toelichting

Ten opzichte van de 1e suppletoire begroting zijn er geen majeure wijzigingen in het kasstroomoverzicht die toegelicht moeten worden.

Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut

Baten
Omzet IenW 53.067 – 330 2.131 54.868
Omzet nutv werkzaamheden 3.638 3.638
Omzet overige departementen 1.991 220 800 3.011
Omzet derden 24.254 – 4.227 20.027
Rentebaten 1 1
Bijzondere baten
Totaal baten 79.312 – 110 2.343 81.545
Lasten
Apparaatskosten 40.242 – 110 5.674 45.807
– Personele kosten 30.197 – 110 2.634 32.721
Waarvan eigen personeel 29.697 – 110 2.338 31.925
Waarvan inhuur externen 500 244 744
Waarvan overige personele kosten 52 52
– Materiële kosten 10.045 3.041 13.086
Waarvan apparaat ICT 1.612 3.115 4.727
Waarvan bijdrage aan SSO’s 4.966 – 541 4.425
Waarvan overige materiële kosten 3.467 467 3.821
Materiële programmakosten
– Aardobservatie 25.757 – 2.612 23.145
– Overig 10.980 – 1.085 9.895
Rentelasten 242 – 242
Afschrijvingskosten 2.091 609 2.700
– Materieel 2.091 209 2.300
– Immaterieel 400 400
Overige lasten
– Dotaties voorzieningen
– Bijzondere lasten
Totaal lasten 79.312 – 110 2.343 81.545
Saldo van baten en lasten 0 0 0 0

Toelichting

Baten

Omzet IenW

De omzet IenW stijgt door de toekenning van extra middelen vanaf 2018 in het kader van het programma Basale Dienstverlening +. Daarnaast zijn er extra middelen beschikbaar gesteld aan het KNMI voor het uitvoeren van taken met betrekking tot broeikasgasmetingen (€ 0,23 miljoen), Space Weather (€ 0,37 miljoen) en wordt het KNMI gecompenseerd voor de loon- en prijsbijstelling (€ 0,6 miljoen).

Daarnaast vindt er een kasschuif plaats voor de middelen aardobservatie, waardoor de omzet van IenW daalt met € 6,1 miljoen.

Omzet IenW – Nog uit te voeren werkzaamheden

De kasontvangsten voor aardobservatie zijn lager dan de contributies voor aardobservatie. Voor dit doel zijn echter eerder middelen ontvangen en worden nu ingezet.

Omzet overige departementen

Naar aanleiding van de herverkaveling is een gedeelte van de opdrachtenportefeuille voor het KNMI van IenW naar EZK overgeheveld. Naar aanleiding hiervan zijn er onlangs aanvullende afspraken gemaakt tussen het KNMI en EZK. Als gevolg daarvan stijgt de omzet vanuit overige departementen. Dit betreft met name een bijdrage voor Space Weather (€ 0,37 miljoen) en Seismologische dienstverlening en broeikasgasmetingen (€ 0,4 miljoen).

Omzet derden

De omzet blijft met name achter door lagere kosten voor subsidieprojecten. Omdat er een directe relatie is tussen de gerealiseerde kosten en de bedragen die kunnen worden gedeclareerd bij de subsidiegevers, kunnen ook minder opbrengsten worden verantwoord.

Lasten

Personele kosten

De personele kosten stijgen vooral als gevolg van extra kosten in het kader van het programma Basale Dienstverlening + (€ 1,0 miljoen). Daarnaast stijgen de kosten als gevolg van de stijging van de pensioenpremies en de nieuwe cao (circa € 0,6 miljoen), extra dienstverlening in het kader van Space Weather (€ 0,3 miljoen) en stijgende inhuurkosten (€ 0,2 miljoen).

Materiële apparaatskosten

De materiele apparaatskosten stijgen als gevolg van extra kosten in het kader van het programma Basale Dienstverlening en hogere kosten van subsidieprojecten.

Materiële programmakosten

Door de lagere afdracht voor de contributie met betrekking tot aardobservatie vallen deze materiele programma kosten lager uit (€ 2,6 miljoen). Daarnaast zijn de kosten van met name de subsidieprojecten lager dan begroot.

Afschrijvingskosten

Door een vertraging bij het uitvoeren van investeringsprojecten blijven de afschrijvingskosten achter bij de begroting (€ 0,7 miljoen).

1. Rekening-courant RHB 1 januari 2016 6.903 – 2.793 0 4.110
1.a Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+) 2.091 3.161 – 2.552 2.700
1.b Totaal uitgaven operationele kasstroom (–/–) – 982 – 3.089 – 4.071
2. Totaal operationele kasstroom 1.109 3.161 – 5.641 – 1.371
3a. Totaal investeringen (–/–) – 510 – 4.372 3.623 – 1.259
3b. Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)
3. Totaal investeringskasstroom – 510 – 4.372 3.623 – 1.259
4a. Eenmalige uitkering aan moederdepartement (–/–)
4b. Eenmalige storting door het moederdepartement (+) 300 300
4c. Aflossingen op leningen (–/–) – 948 948
4d. Beroep op leenfaciliteit (+) 510 6.872 – 3.097 4.285
4. Totaal financieringskasstroom – 438 6.872 – 2.797 3.637
5. Rekening-courant RHB 31 december 2018 7.064 2.868 – 4.815 5.117

Toelichting

Operationele kasstroom

Door de kasschuif aardobservatie van € 6,1 miljoen zijn de ontvangsten van artikel 23.02 lager geworden dan de daadwerkelijke contributiebedragen voor aardobservatie. Daardoor is voor aardobservatie niet langer sprake van een operationele ontvangst, maar van een operationele uitgave. De operationele ontvangsten dalen daarom met € 3,0 miljoen en de operationele uitgaven stijgen met € 3,1 miljoen. Daarnaast stijgen de operationele ontvangsten met € 0,4 miljoen door de gestegen afschrijvingskosten.

Investeringskasstroom

De prognose van de investeringsuitgaven is naar beneden bijgesteld doordat de geplande investering met betrekking tot de I-strategie naar verwachting niet meer in 2018 zal plaatsvinden.

Financieringskasstroom

Als gevolg van het resultaat 2017 is het Eigen Vermogen van het KNMI nihil. In lijn met de Regeling Agentschappen wordt het Eigen Vermogen van het KNMI behoedzaam aangevuld door de eigenaar met € 0,3 miljoen per jaar tot en met 2023 tot een bedrag van € 1,8 miljoen.

Gezien de investeringen lager uitvallen wordt er ook minder beroep op de leenfaciliteit gedaan dan oorspronkelijk aangevraagd.