De bankierseed
Schriftelijke vragen
Nummer: 2018D57605, datum: 2018-11-30, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2018Z22686).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: M.Ö. Alkaya, Tweede Kamerlid (Ooit SP kamerlid)
Onderdeel van zaak 2018Z22686:
- Gericht aan: W.B. Hoekstra, minister van Financiën
- Indiener: M.Ö. Alkaya, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2018-2019 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2018Z22686
Vragen van het lid Alkaya (SP) aan de Minister van Financiën over de bankierseed (ingezonden 30 november 2018).
Vraag 1
Kent u het artikel «Gezworen Vijanden»?1 Wat is uw reactie op dit artikel?
Vraag 2
Erkent u het beeld dat de bankierseed als effectief middel op losse schroeven wordt gezet door de inhoud van het artikel? Zo nee, waarom niet?
Vraag 3
Kunt u aangeven welke sanctie er staat op het niet afleggen van de eed, terwijl het beroep van bankier wel wordt uitgeoefend?
Vraag 4
Beschouwt u het aanbieden van veel te riskante financiële producten en zelfs het witwassen van illegaal geld om massaal winst te maken als je «functie integer en zorgvuldig» uitoefenen?
Vraag 5
Deelt u de mening dat het gedrag van bankiers niet bijdraagt aan «het vertrouwen in de financiële sector te behouden en bevorderen»?
Vraag 6
Wat heeft u daadwerkelijk verbeterd aan de bankierseed en de Stichting Tuchtrecht Banken sinds de hierover gestelde Kamervragen?2 Hoe lang zijn de tekortkomingen in de toepassing van de bankierseed al bij u bekend?
Vraag 7
Wat vindt u ervan dat zowel de Autoriteit Financiële Markten (AFM) als De Nederlandsche Bank (DNB) het toezicht op het afleggen en naleven van de bankierseed de verantwoordelijkheid van banken zelf vindt? Bent u bereid het toezicht bij de AFM of DNB te leggen, nu blijkt dat de sector dit zelf niet afdoende doet? Kunt u uw antwoord toelichten?
Vraag 8
Erkent u dat het funest is voor het vertrouwen in de financiële sector als bankiers en topbestuurders van banken zich niet aan de wet houden?
Vraag 9
Erkent u tevens dat er door slecht of ontbrekend toezicht en de grote waarschijnlijkheid om niet persoonlijk vervolgd te worden door het niet naleven van wetten er een situatie ontstaat die zich kenschetst als «de kat op het spek binden»? Kunt u uw antwoord toelichten?