Amendement van het lid Smeulders over het niet wijzigen van de proeftijdbepalingen
Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs, de Wet financiering sociale verzekeringen en enige andere wetten om de balans tussen vaste en flexibele arbeidsovereenkomsten te verbeteren (Wet arbeidsmarkt in balans)
Amendement
Nummer: 2018D58071, datum: 2018-12-04, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35074-7).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: P.H.M. Smeulders, Tweede Kamerlid (Ooit GL kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 35074 -7 Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs, de Wet financiering sociale verzekeringen en enige andere wetten om de balans tussen vaste en flexibele arbeidsovereenkomsten te verbeteren (Wet arbeidsmarkt in balans).
Onderdeel van zaak 2018Z22944:
- Indiener: P.H.M. Smeulders, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2018-2019 |
35 074 Wijziging van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs, de Wet financiering sociale verzekeringen en enige andere wetten om de balans tussen vaste en flexibele arbeidsovereenkomsten te verbeteren (Wet arbeidsmarkt in balans)
Nr. 7 AMENDEMENT VAN HET LID SMEULDERS
Ontvangen 4 december 2018
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
Artikel I, onderdeel C, vervalt.
II
Artikel IV, onderdeel A, vervalt.
III
Artikel X vervalt.
Toelichting
De indiener is van mening dat deze maatregel op geen enkele manier onderbouwd is. Het is niet duidelijk welk knelpunt dit oplost, of welke partijen hier behoefte aan hebben. Ten tweede creëert het nieuwe onzekerheid voor werknemers, die met deze maatregel 5 maanden lang nauwelijks bescherming genieten. Ten derde gaat het arbeidsmobiliteit tegen, omdat er bij werknemers angst kan ontstaan om een nieuw vast contract aan te gaan. Ten slotte acht de indiener de kans groot dat er misbruik van deze mogelijkheid gemaakt kan worden, en heeft het kabinet onvoldoende onderbouwd hoe dat tegengegaan kan worden.
Smeulders