Reactie op verzoek commissie inzake het bericht “Voor 40 miljoen euro aan medicijnen wordt onnodig weggegooid”
Kostenbeheersing in de zorg
Brief regering
Nummer: 2018D58903, datum: 2018-12-10, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-33654-34).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: B.J. Bruins, minister voor Medische Zorg
Onderdeel van kamerstukdossier 33654 -34 Kostenbeheersing in de zorg.
Onderdeel van zaak 2018Z23346:
- Indiener: B.J. Bruins, minister voor Medische Zorg
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2018-12-12 13:50: Aansluitend: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2018-12-19 10:15: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2019-02-07 15:00: Geneesmiddelenbeleid (Algemeen overleg), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2019-02-13 15:05: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2018-2019 |
33 654 Kostenbeheersing in de zorg
Nr. 34 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR MEDISCHE ZORG
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 10 december 2018
Charlotte Bekker heeft namens UMC Utrecht, Universiteit Utrecht en de Sint Maartenskliniek onderzoek gedaan naar medicijnverspilling en hieruit geconcludeerd dat Nederland minstens 40 miljoen euro op de zorg kan besparen, omdat het te voorkomen was geweest dat patiënten te veel medicijnen meekregen.1 Zij doet een aantal relevante aanbevelingen, zoals het niet meer op de «automatische piloot» medicatie voorschrijven en het opnieuw uitgeven van dure medicijnen waarvan de kwaliteit kan worden gegarandeerd.
Ook ik hecht belang aan het voorkomen van verspilling van medicatie en ondersteun de aanbevelingen van Charlotte Bekker daarom van harte. Enerzijds omdat weggegooide middelen slecht voor het milieu zijn, en anderzijds omdat deze middelen geld hebben gekost (zowel aan grondstoffen als aan productie en distributie) en verspilling niet past bij een doelmatige inzet van (premie)gelden.
De afgelopen jaren is veel gebeurd om verspilling in de zorg te verminderen. Van 2013 tot 2016 was er het programma «Aanpak verspilling in de zorg» (Kamerstuk 33 654, nr. 1). Dit programma was opgedeeld in deelprogramma’s waaronder het thema tegengaan verspilling geneesmiddelen. In dat deelprogramma is stevig ingezet op het verminderen van de oorzaak van verspilling bij geneesmiddelen te weten het tegengaan dat er medicijnen overblijven. Er zijn diverse afspraken gemaakt met de partijen uit de sector, bijvoorbeeld de prescriptieregeling.
Hierin is onder andere afgesproken dat bij geneesmiddelen boven de € 1.000,– per maand na de eerste uitgifte voor maximaal één maand wordt afgeleverd gedurende de instelperiode (eerste zes maanden) en dat bij eerste uitgifte van medicatie altijd voor maximaal 14 dagen wordt meegegeven.
Er moet altijd worden afgewogen tussen wat enerzijds noodzakelijk en veilig is, maar anderzijds wat praktisch is voor de patiënt en onnodige terhandstellingskosten voorkomt. Iedere keer dat een recept wordt opgehaald bij de apotheek moet de patiënt namelijk terhandstellingskosten betalen voor het werk van een apotheek, of het nou gaat om één of zes doosjes geneesmiddelen per keer.
Er is daarnaast veel aandacht geweest en onderzoek gedaan naar hergebruik van medicatie in de zorg. Dit blijkt in de praktijk weerbarstig, omdat heruitgifte van medicijnen met behulp van bijvoorbeeld een temperatuursensor of chiptechnologie, vanwege de kosten van het opnieuw in het proces brengen alleen rendabel is bij vrij dure medicijnen. Volgens het onderzoek van Charlotte Bekker ligt het omslagpunt bij € 100,– per verpakking voor medicijnen die op kamertemperatuur bewaard kunnen worden, in het geval van een gekoeld product bij € 215,–.
In 70% van de gevallen zijn de kosten van de overgebleven medicijnen echter minder dan circa € 2,50,– per patiënt per maand. De logistieke kosten voor het organiseren van heruitgifte wegen dan niet op tegen de mogelijke besparingen die dit in euro’s oplevert. Bij dure medicijnen ligt dit anders.
Een aantal initiatieven vanuit de sector die helpen verspilling tegen te gaan, ondersteun ik. Een voorbeeld hiervan is het doorgebruiken van thuismedicatie in het ziekenhuis. Ook de inzet van farmabuddy’s leidt tot goede resultaten. Farmabuddy’s zijn apothekersassistenten die heel intensief betrokken zijn bij het zorgproces in de laatste levensfase, waardoor er minder (onnodig) gebruik van medicijnen plaatsvindt. Via een financiële tegemoetkoming stimuleer ik dat op meerdere plaatsen in Nederland farmabuddy’s worden opgeleid en ingezet.
Door de inspanningen van de afgelopen jaren is de aandacht voor verspilling toegenomen en blijven veldpartijen kijken naar mogelijkheden om deze op verantwoorde wijze terug te dringen. Tegelijkertijd laat dit onderzoek zien dat er nog veel winst is te behalen, onder andere door gepaster voor te schrijven en af te leveren. Op 28 november 2018 is er naar aanleiding van het proefschrift van Charlotte Bekker een bijeenkomst geweest van stakeholders, waaruit bleek dat partijen bereid zijn om gezamenlijk te kijken of hergebruik van dure geneesmiddelen mogelijk is. Ik roep alle betrokken partijen dan ook op om de aandacht op verspilling niet te laten verslappen en de aanbevelingen uit het onderzoek ter harte te nemen.
De Minister voor Medische Zorg,
B.J. Bruins
Charlotte Bekker, Sustainable use of medication, medication waste and feasibility of redispensing, 2018, Universiteit Utrecht, UMC Utrecht, Sint Maartenskliniek↩︎