Laatste ontwikkelingen omtrent de aanwijzing aan zorgaanbieder Careyn
Kwaliteit van zorg
Brief regering
Nummer: 2018D61106, datum: 2018-12-20, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-31765-358).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Onderdeel van kamerstukdossier 31765 -358 Kwaliteit van zorg .
Onderdeel van zaak 2018Z24469:
- Indiener: H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2019-01-15 15:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2019-01-23 10:15: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2019-02-20 14:00: Verpleeghuiszorg (Algemeen overleg), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2019-02-21 13:05: Aanvang aansluitend aan de Stemmingen: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2018-2019 |
31 765 Kwaliteit van zorg
Nr. 358 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 december 2018
In het dertigledendebat over zorgaanbieder Careyn op 5 april 2018 (Handelingen II 2017/18, nr. 70, item 5) heb ik toegezegd uw Kamer te informeren over de beoordeling van de aanwijzing die de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (inspectie) aan Careyn gaf. Ik informeerde uw Kamer hierover eerder op 9 mei 20181 en nu deel ik de laatste ontwikkelingen.
Toezichttraject
Careyn kreeg op 7 november 2017 een aanwijzing van de inspectie. De aanwijzing betrof het wegnemen van tekortkomingen op het gebied van cliëntdossiers, deskundigheid en inzet van medewerkers, sturen op kwaliteit en veiligheid en goed bestuur. De inspectie heeft Careyn twee termijnen opgelegd om aan deze aanwijzing te voldoen: 1 april 2018 voor het eerste deel van de aanwijzing en 7 november 2018 voor het resterende tweede deel van de aanwijzing.
De eerste verbetertermijn betrof het verbeteren van de dossiervoering (voldoen aan artikel 2 Wkkgz) en het organiseren van voldoende tijd voor rapportage en overdracht (artikel 3 Wkkgz). Na het verstrijken van deze termijn bezocht de inspectie zes locaties van Careyn onaangekondigd om de beoogde verbeterresultaten te toetsen in de praktijk. De inspectie oordeelde in het voorjaar dat Careyn aan dit deel van de aanwijzing heeft voldaan. Ik heb uw Kamer hierover geïnformeerd met mijn brief van 9 mei 2018 (Kamerstuk 31 765, nr. 322).
Careyn heeft sindsdien hard gewerkt om ook aan het tweede deel van de aanwijzing te voldoen. De inspectie volgde dit traject met onaangekondigde bezoeken, het opvragen van resultaatverslagen en bestuursgesprekken. Aan het eind van de aanwijzing werd op basis van de bevindingen bij zes locaties getoetst of Careyn aan de aanwijzing voldaan heeft.
Resultaat toetsing aanwijzing
De inspectie publiceert vandaag haar rapport over het onderzoek bij Careyn op haar website2. Uit het onderzoek blijkt dat Careyn voldoet aan het tweede deel van de aanwijzing.
De inspectie ziet dat Careyn op alle locaties de benodigde verbeteringen heeft gerealiseerd, in een passend tempo. Het vertrouwen van de inspectie in Careyn is daarmee weer op peil. De inspectie concludeert dit op basis van de volgende drie thema’s.
a. Deskundigheid en inzet van personeel
Met de huidige personeelsbezetting (kwalitatief en kwantitatief) kan Careyn goede en passende zorg verlenen die afgestemd is op de zorgbehoefte van de doelgroep. Er zijn voldoende deskundige medewerkers om in de specifieke zorgbehoefte van de cliënten te voorzien. Careyn zet nu bijvoorbeeld structureel kwaliteitsverpleegkundigen in op elke locatie, waardoor het kwaliteitsniveau van de cliëntenzorg versterkt en geborgd is.
b. Sturen op kwaliteit en veiligheid
Careyn moest maatregelen nemen om beter te kunnen sturen op kwaliteit en veiligheid. Om de kwaliteit van de zorgverlening systematisch te meten en veranderingen te signaleren, heeft Careyn op alle locaties een kwaliteitsmanagementsysteem. Ook vinden interne en externe audits plaats, zijn overlegstructuren ingericht om verbeteringen te sturen en te realiseren en hebben kwaliteitsverpleegkundigen een rol gekregen in het bewaken van de kwaliteit van de zorg. Deze kwaliteitsverpleegkundigen analyseren ook meldingen van onvoorziene gebeurtenissen zodat er van geleerd kan worden. Verbeterplannen sluiten aan op de gesignaleerde aandachtspunten en Careyn volgt systematisch de voortgang ervan.
c. Goed bestuur
De raad van bestuur van Careyn heeft gezorgd voor de implementatie van een kwaliteitsmanagementsysteem dat de PDCA-cyclus op alle niveaus binnen de organisatie ondersteunt. De invulling van de taak- en verantwoordelijkheidsverdeling van wijze waarop de raad van bestuur en de raad van toezicht hun taken en verantwoordelijkheden ten opzichte van elkaar en de organisatie vormgeven is verbeterd. Er is meer transparantie en beide hebben meer zicht op wat er speelt in en om de organisatie. Bijvoorbeeld door structurele contacten met medewerkers op de werkvloer te hebben. De inspectie ziet dat organisatiebreed een verbetering op gang gebracht is, waarin continu leren vanzelfsprekend is. Het inzetten van deze nieuwe koers moest geleidelijk gebeuren.
Careyn heeft het afgelopen jaar haar slagkracht benut om met een organisatiebreed programma zowel de kwaliteit en veiligheid van zorg op voldoende niveau te krijgen als ook te zorgen voor een gezonde balans met de financiële bedrijfsvoering. Tegelijkertijd is de besturing van centraal naar decentraal verplaatst. Elke Careynlocatie heeft een locatiemanager en een kwaliteitsverpleegkundige, die de teams op adequate wijze ondersteunen. Deze beweging is ingezet vanuit de overtuiging van het bestuur van Careyn dat zorginhoud dominant moet zijn en het lokale niveau leidend.
Careyn legt zich daarbij toe op haar kerntaken (verpleeghuiszorg en zorg thuis voor ouderen en kwetsbaren) en haar kerngebied. Organisatieonderdelen die daar niet bij passen, c.q. elders beter tot hun recht komen, zijn of worden vervreemd.
Daardoor legt Careyn de basis voor verdere borging van kwaliteit, gezondmaking van de organisatie en verbondenheid met de lokale sociale kaart.
Tenslotte volgde de inspectie via het incidententoezicht het verbetervermogen van Careyn. De inspectie constateert bij Careyn voldoende meldingsbereidheid en beoordeelt de onderzoeksrapportages die Careyn oplevert als zorgvuldig en van constante kwaliteit.
Tuindorp-Oost
De inspectie heeft naast het onderzoek voor de toetsing van de aanwijzing, de afgelopen periode ook de locatie Tuindorp-Oost bezocht. Dit nadat zij enkele meldingen ontving over deze locatie en er in de media aandacht was over de situatie rondom de verhuizing van bewoners aldaar. Het bezoek van de inspectie was geen aanleiding voor specifieke aanvullende toezichtactiviteiten.
Vervolg
Dit alles sterkt het vertrouwen van de inspectie in de aanpak van de raad van bestuur van Careyn om, samen met de hele organisatie, alle verbeteringen te borgen en de gestarte ontwikkeling voort te zetten. De inspectie ziet dat Careyn zich realiseert dat dit nog wel een grote opgave is, die aandacht zal blijven vragen de komende tijd.
Met het afsluiten van de aanwijzing, stopt het toezicht van de inspectie niet. Het komende jaar richt de inspectie haar toezicht op het monitoren van de borging van de verbeteringen en blijft zij volgen of de zorg voor cliënten van voldoende kwaliteit blijft.
Verder gaat de inspectie het toezichttraject bij Careyn evalueren. De inspectie evalueert trajecten zoals dit handhavingstraject bij Careyn, om zelf te leren en verbeteren. Ze haalt daarvoor feedback op uit haar eigen organisatie en uit zorgorganisaties die onder haar toezicht staan. De evaluatie wordt uitgevoerd onder leiding van een onafhankelijk voorzitter en start in januari 2019. Streven is om de evaluatie af te ronden voor de zomer van 2019. Ik zal uw Kamer over de uitkomsten informeren zodra deze gereed zijn. Hiermee geef ik tevens uitvoering aan de motie van de leden Dijksma en Bergkamp, die verzoekt om een evaluatie uit te voeren3.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
H.M. de Jonge