Reactie op verzoek commissie over het beleid van Staatsbosbeheer en de algemene stand van zaken rond traditioneel gescheperde schaapskuddes
Evaluatie Staatsbosbeheer
Brief regering
Nummer: 2019D00151, datum: 2019-01-07, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-29659-152).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (Ooit ChristenUnie kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 29659 -152 Evaluatie Staatsbosbeheer.
Onderdeel van zaak 2019Z00059:
- Indiener: C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2017-2024)
- 2019-01-15 15:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2019-01-23 11:15: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2017-2024)
- 2019-02-12 16:00: Natuur (Algemeen overleg), vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2017-2024)
- 2019-02-20 13:15: Aansluitend aan de beëdiging: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2018-2019 |
29 659 Evaluatie Staatsbosbeheer
Nr. 152 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 7 januari 2019
De vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft op 21 november 2018 gevraagd om een reactie op de brief van de Vereniging voor Gescheperde Schaapskudden Nederland (VGSN) en meerdere schapenorganisaties met betrekking tot het beleid van Staatsbosbeheer op het gebied van natuurbeheer met gescheperde schaapskudden. In deze brief ga ik in op dit verzoek. Ik maak tevens van de gelegenheid gebruik om de voortgang te melden van initiatieven gericht op het verbeteren van de positie van traditioneel gescheperde schaapskuddes in Nederland.
Beleid van Staatsbosbeheer
In de brief van VGSN uit de vereniging namens de sector haar zorgen over het beleid van Staatsbosbeheer ten aanzien van gescheperde schaapskuddes, omdat Staatsbosbeheer meervoudige aanbestedingsprocedures als uitgangspunt zou nemen. Ik heb navraag laten doen bij Staatsbosbeheer naar aanleiding van deze brief. Staatsbosbeheer heeft toegelicht dat zij als ZBO gehouden is aan de aanbestedingsregelgeving, maar ook dat zij ernaar streeft om zorgvuldig tot het sluiten van overeenkomsten met schaapherders te komen. Inmiddels wordt door Staatsbosbeheer voor gescheperde schapenbegrazing een «verlicht regime» toegepast, inclusief (standaard) meerjarige contracten. Ik heb begrepen dat de eerste ervaringen positief zijn.
De keuze voor een «verlicht regime» past bij de mogelijkheden die Staatsbosbeheer als ZBO heeft. Binnen de kaders van de Aanbestedingswet 2012 bestaat er ruimte voor verschillende soorten procedures, waaronder procedures waarin meer inspraak en keuzemogelijkheden bestaan. Er zijn in sommige gevallen tevens marktspecifieke problemen en omstandigheden denkbaar waarbij enkelvoudig kan worden aanbesteed. Het is echter aan Staatsbosbeheer om af te wegen welke procedure het best passend is in welk geval. Ik heb er vertrouwen in dat Staatsbosbeheer bij het geven van nieuwe opdrachten terdege rekening zal houden met de bestaande lokale situatie en de natuur- en cultuurkenmerken van een bepaald gebied.
Voortgang initiatieven
In Nederland zijn 107 kuddes, waarvan ca. 50 traditioneel gescheperd met 90 herders. De maatschappelijke waarde van deze kuddes is groot. Zij dragen bij aan:
• De instandhouding van cultuurhistorische tradities en landschappen, natuur(doeltypen) en streekidentiteiten;
• Het behoud van biodiversiteit en de instandhouding van zeldzame schapenrassen;
• Natuurbeleving en educatie in onze natuurgebieden.
Begin 2016 werd door Alterra aangetoond dat de (financiële) positie van traditioneel gescheperde kuddes zorgelijk was. Er zijn sindsdien veel gesprekken geweest met provincies, het Interprovinciaal Overleg (IPO), herdersorganisaties, het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, terreinbeherende organisaties (tbo’s) en Rijkswaterstaat om te bezien wat nodig is. Inmiddels wordt door genoemde partijen geconcludeerd dat het, gemiddeld genomen, beter gaat met de sector. Met name de provincies, die primair verantwoordelijk zijn voor natuurbeheer, maar ook tbo’s en mijn voorganger en ik hebben extra maatregelen genomen. Ook zijn er enkele positieve andere ontwikkelingen geweest:
• In de provincies Drenthe en Overijssel is het financieringsprobleem van traditioneel gescheperde kuddes opgelost door een deel van de subsidie rechtstreeks als exploitatievergoeding uit te keren aan stichtingen met herders, kuddes en schaapskooien, en een deel te oormerken als vergoeding voor tbo’s. Tenslotte wordt een deel van de inkomsten opgebracht uit de eigen verdiensten van de herders en hun stichtingen. Daarmee zijn 15 traditioneel gescheperde schaapskuddes voor langere tijd verzekerd in hun voortbestaan. Enkele andere provincies overwegen om ook een dergelijke regeling te maken;
• Het traditioneel scheperen van schaapskudden is in 2017 door OCW op de inventarislijst immaterieel erfgoed geplaatst. Hierdoor heeft enige ondersteuning plaatsgevonden in de vorm van advisering aan Het Gilde van Traditionele Schaapherders. Groeiende betrokkenheid van het Ministerie van OCW zie ik als een logische ontwikkeling;
• Het beleid van de Programmatische Aanpak Stikstof (PAS) leverde de afgelopen jaren meer opdrachten op;
• Tbo’s dragen inmiddels geen btw meer af, dus ook niet voor begrazing van natuurterreinen door schaapskuddes;
• Met een eenmalige subsidie van LNV is in 2017 een opleiding voor en certificering van herders gestart, alsmede een online kennisbank opgezet;
• De ontwikkeling van heideboerderijen is door LNV gesubsidieerd. Dit is een concept dat de positie van schaapherders structureel verankert in het beheer van heideterreinen en de natuurinclusieve landbouw;
• Een gemiddelde kudde krijgt € 6.000 aan graasdierpremie. Dit wordt via het vigerende Gemeenschappelijk Landbouwbeleid verstrekt.
Gelet op de groeiende betrokkenheid van alle genoemde partijen bij de instandhouding van de positie van traditionele kuddes, alsmede de eenvormige en structurele financiering door provincies (via het IPO-format van de Subsidieregeling Natuur en Landschap), is mijns inziens invulling gegeven aan een toezegging1 en drie moties2 uit de vorige kabinetsperiode.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
C.J. Schouten
Toezegging oktober 2013: de Staatssecretaris van EZ zal de Kamer informeren over pacht die Staatsbosbeheer zou heffen van een schaapherder die in Limburg een gebied beheert voor Staatsbosbeheer. Deze zaak is opgelost.↩︎
Kamerstuk 33 400 XIII, nr. 131; Kamerstuk 34 300 XIII, nr. 133; Kamerstuk 34 550 XIII, nr. 86.↩︎