Uitstel beantwoording vragen van het lid Van Nispen over de bruikbaarheid van de cijfers van het World Justice Project bij het vergelijken van rechtsstelsels
Mededeling (uitstel antwoord)
Nummer: 2019D00793, datum: 2019-01-15, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20182019-1171).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid
Onderdeel van zaak 2018Z23721:
- Gericht aan: F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid
- Gericht aan: S. Dekker, minister voor Rechtsbescherming
- Indiener: M. van Nispen, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (đ origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2018-2019 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
1171
Vragen van het lid Van Nispen (SP) aan de Ministers van Justitie en Veiligheid en voor Rechtsbescherming over de bruikbaarheid van de cijfers van het World Justice Project bij het vergelijken van rechtsstelsels (ingezonden 13Â december 2018).
Mededeling van Minister Grapperhaus (Justitie en Veiligheid), mede namens de Minister voor Rechtsbescherming (ontvangen 15Â januari 2019).
Vraag 1
Is de Rule of Law-index voor u Ă©Ă©n van de belangrijkste indicatoren om uw bewering te onderbouwen dat Nederland een vitale rechtsstaat heeft die op hoog niveau functioneert en vergeleken met andere landen hoog scoort? Zo nee, welke dan wel?1
Vraag 2
Welke bronnen heeft u nog meer om uw bewering te onderbouwen dat Nederland in vergelijking met andere landen een vitale rechtsstaat heeft die op hoog niveau functioneert?
Vraag 3
Klopt het dat de ranglijst van het World Justice Project (WJP), de zogenoemde WJP Rule of Law Index, gebaseerd wordt op enquĂȘteonderzoek?
Vraag 4
Is te achterhalen wie het (enquĂȘte)onderzoek in Nederland feitelijk uitvoert? Zo nee, waarom niet?
Vraag 5
Welke onderzoeksvragen zijn er en welke methodologie ligt hieraan ten grondslag?
Vraag 6
Weet u hoe vaak het onderzoek van het WJP wordt uitgevoerd in Nederland en wanneer dit onderzoek voor het laatst heeft plaatsgevonden, met andere woorden: van wanneer dateren de meest recente data vanuit Nederland?
Vraag 7
Is het toeval dat Nederland in 2015, 2016 en 2018 op dezelfde plaats terecht is gekomen in de Rule of Law-index? Welk nieuw onderzoek ligt hieraan steeds ten grondslag?
Vraag 8
Vindt u dat het onderzoek van het WJP voldoende representatief is voor de gehele Nederlandse rechtsstaat? Klopt het dat het WJP-onderzoek zich slechts focust op de drie grootste Nederlandse steden en dat op basis van de enquĂȘtes die door mensen, woonachtig in de drie grootste steden in Nederland, worden ingevuld een beeld wordt geschetst voor geheel Nederland?
Vraag 9
Hoe is het onderzoek van het WJP in andere landen georganiseerd? Vindt het onderzoek in andere landen op precies dezelfde wijze plaats als in Nederland?
Vraag 10
Door wie wordt het WJP-onderzoek gefinancierd?
Vraag 11
Zijn er ook financiële bijdragen vanuit Nederland voor het WJP-onderzoek? Zo ja, wie financiert dit en om welke bedragen gaat het?
Vraag 12
Hoe betrouwbaar en objectief zijn volgens u de onderzoeksresultaten? Biedt dit voldoende rechtvaardiging om stellige conclusies te trekken en objectieve vergelijkingen te maken tussen rechtsstelsels van verschillende landen?
Mededeling
Hierbij bericht ik u, mede namens de Minister voor Rechtsbescherming dat de schriftelijke vragen van het lid Van Nispen (SP) over de bruikbaarheid van de cijfers van het World Justice Project bij het vergelijken van rechtsstelsels (ingezonden 13Â december 2018) niet binnen de gebruikelijke termijn kunnen worden beantwoord, aangezien nog niet alle benodigde informatie ontvangen is.
Ik streef ernaar de vragen zo spoedig mogelijk te beantwoorden.
Kamerstuk 29Â 279, nr. 470, d.d. 16Â november 2018.â©ïž