Nader antwoord op vragen van de leden Sjoerdsma, Omtzigt en Voordewind over de toekenning van de mensenrechtentulp aan Zeid Ra’ad Al Hussein
Antwoord schriftelijke vragen (nader)
Nummer: 2019D01061, datum: 2019-01-18, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20182019-1235).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken (Ooit VVD kamerlid)
Onderdeel van zaak 2018Z15105:
- Gericht aan: S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken
- Indiener: S.W. Sjoerdsma, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: P.H. Omtzigt, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: J.S. Voordewind, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2018-2019 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
1235
Vragen van de leden Sjoerdsma (D66), Omtzigt (CDA) en Voordewind (ChristenUnie) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de toekenning van de mensenrechtentulp aan Zeid Ra’ad Al Hussein (ingezonden 3 september 2018).
Nader antwoord van Minister Blok (Buitenlandse Zaken) (ontvangen 18 januari 2019). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2017–2018, nr. 3070.
Op 3 september jl. ontving u de antwoorden op de vragen gesteld door de leden Van Helvert en Omtzigt en de vragen gesteld door de leden Omtzigt, Sjoerdsma en Voordewind over de toekenning van de Mensenrechtentulp aan Zeid Ra'ad Al Hussein. De beantwoording van deze vragen werd u toegestuurd op 3 september 2018 met respectievelijk kenmerk 2018D41938 en kenmerk 2018D42031.
Naar aanleiding van een verzoek op basis van artikel 16 van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) wordt de beantwoording van deze Kamervragen op enkele punten herzien. Daarbij gaat het om verwijzingen naar twee interne klokkenluiderszaken binnen de Office of the High Commissioner of Human Rights (OHCHR).
De beantwoording van vraag 12 in de Kamervragen met kenmerk 2018D41938 en de beantwoording van vragen 4 en 5 in de Kamervragen met kenmerk 2018D42031 over de zaak van Emma Reilly is aangepast en aangevuld. De beantwoording liet ruimte voor de conclusie dat de OHCHR heeft ontkend dat er lijsten met namen van mensenrechtenverdedigers zijn gedeeld met de Chinese autoriteiten. De OHCHR heeft bevestigd dat namen zijn gedeeld, maar weerlegt dat dit tot schadelijke gevolgen heeft geleid voor de mensenrechtenverdedigers in kwestie. Daarnaast wordt in de herziene beantwoording nader ingegaan op de behandeling van de zaak van Reilly door de VN Ethics Office en het feit dat de Ethics Office heeft vastgesteld dat Reilly wangedrag binnen de OHCHR heeft gemeld.
In het antwoord op vragen 1, 2, 3 en 6 van de Kamervragen met kenmerk 2018D42031 is de verwijzing naar de zaak van Miranda Brown bij het VN Tribunaal voor geschillenbeslechting verwijderd, omdat deze zaak geen verband hield met haar rol als klokkenluider binnen de OHCHR.
Ten slotte zijn in de gehele beantwoording van beide sets Kamervragen de foutieve verwijzingen naar het «UN Disciplinary Tribunal» vervangen door het «VN tribunaal voor geschillenbeslechting» (UN Dispute Tribunal).
In de bijlage treft u de herziene versies van de beantwoording van de Kamervragen aan. Op rijksoverheid.nl zijn de oorspronkelijke antwoorden vervangen door deze herziene antwoorden, om gestand te doen aan het verzoek onder de AVG voor een correctie van persoonsgegevens.
Vraag 1, 2, 3, 6
Klopt het dat u de mensenrechtentulp uitreikt aan de Hoge Commissaris voor de Mensenrechten, de Jordaanse prins Zeid Ra’ad Al Hussein, die ervan wordt beschuldigd door klokkenluiders aan de orde gebrachte misstanden binnen de Verenigde Naties (VN) in de doofpot gestopt te hebben?1
Kunt u toelichten wat op welke wijze de keuze voor de betreffende Hoge Commissaris tot stand is gekomen?
Is er een onafhankelijke commissie geweest die de prijs heeft toegekend? Zo ja, wie waren daarvan de leden?
Op welke wijze acht u het terecht dat u de Hoge Commissaris de hoogste mensenrechtenprijs van Nederland toekent, terwijl momenteel verschillende beschuldigingen van niet-gehonoreerde klokkenluiderszaken aan zijn adres gericht zijn?
Antwoord 1, 2, 3, 6
Vanwege het 70-jarig bestaan van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens en het 20-jarig bestaan van de VN Verklaring over mensenrechtenverdedigers is dit jaar in plaats van de afgelopen jaren gehanteerde selectieprocedure gekozen voor een eenmalige speciale editie van de Mensenrechtentulp. Ik heb besloten deze speciale editie toe te kennen aan de uitgaande VN Hoge Commissaris voor de Mensenrechtenrechten. Daarnaast heb ik besloten op of rond de internationale dag voor de mensenrechten, op 10 december, enkele lokale Mensenrechtentulpen uit te reiken aan mensenrechtenverdedigers via een aantal deelnemende Nederlandse ambassades.2
Het besluit om de Mensenrechtentulp 2018 toe te kennen aan Zeid Ra'ad Al Hussein is gebaseerd op zijn persoonlijke betrokkenheid en zijn moedige, onafhankelijke optreden om mensenrechtenverdedigers te steunen tijdens zijn mandaat als VN Hoge Commissaris voor de Mensenrechten van september 2014 tot en met augustus 2018. Vanwege zijn uitgesproken en kritische houding, staat Zeid Ra'ad Al Hussein symbool voor alle mensenrechtenverdedigers wereldwijd. Bij de besluitvorming rond de toekenning was geen onafhankelijke commissie betrokken.
Het kabinet is van mening dat in alle gevallen waarin een klokkenluider misstanden aan het licht brengt, er een onafhankelijk onderzoek moet plaatsvinden waarin alle relevante aspecten worden onderzocht. Een goed functionerend meldingsmechanisme, inclusief klokkenluidersbescherming, is onmisbaar voor een adequate reactie op wangedrag of schending van ethische standaarden. Voor de zaak Kompass is er reeds een uitspraak van het VN tribunaal voor geschillenbeslechting. De zaak van Mw. Reilly is nog aanhangig voor het VN tribunaal voor geschillenbeslechting. Uiteraard zal het kabinet lopende klokkenluiderszaken bij de VN, inclusief degene van Mw. Reilly, actief blijven volgen.
Vraag 4, 5
Klopt het dat Emma Reilly eerder een klokkenluiderszaak bij de Hoge Commissaris aan de orde stelde, maar hiertoe geen gehoor vond?
Wat is de gang van zaken rondom deze klokkenluiderszaak geweest? Hoe beoordeelt u het handelen van de Hoge Commissaris in deze zaak?
Antwoord 4, 5
De zaak van Mw. Emma Reilly ging over de mogelijke schadelijke gevolgen van het delen van een lijst met namen van mensenrechtenverdedigers aan de Chinese autoriteiten door staf van de OHCHR. OHCHR heeft de aantijgingen dat mensenrechtenverdedigers hierdoor in gevaar zijn gebracht verworpen.3 De claim van Mw. Reilly over de schadelijke gevolgen van het delen van de lijst en de vermeende tegen haar gerichte represaillemaatregelen binnen OHCHR zijn behandeld door de VN Ethics Office. De VN Ethics Office stelde vast dat Mw. Reilly heeft deelgenomen aan zgn. protected activities,hetgeen betekent dat er melding is gemaakt van wangedrag. Echter heeft de Ethics Office geen direct verband vastgesteld tussen de melding van wangedrag door Mw. Reilly en de claim over vermeende represaillemaatregelen door de leiding van de OHCHR tegen Mw. Reilly. Verder heeft de VN Ethics Office bevestigd dat de lijsten met namen zijn gedeeld, maar constateerde dat deze handeling niet ingaat tegen de interne regels van de OHCHR. Er loopt nog een procedure bij het VN tribunaal voor geschillenbeslechting. Het kabinet wacht de uitkomst daarvan met belangstelling af.
Vraag 7
Hoe beoordeelt u het handelen van de Hoge Commissaris in de zaak van Anders Kompass, klokkenluider over vredessoldaten die zich vergrepen aan jonge kinderen in de Centraal Afrikaanse republiek?
Antwoord 7
Het kabinet hecht groot belang aan zorgvuldige omgang met klokkenluiders. Daarom zet het kabinet zich in voor zowel verbetering van de bescherming van klokkenluiders binnen het VN-systeem als voor een verbeterde aanpak van seksuele uitbuiting en seksueel misbruik (zero tolerance beleid), en steunt de additionele maatregelen die sinds de zaak Kompass binnen het VN-systeem zijn genomen. Het kabinet verwijst ter zake naar de reactie op het televisieprogramma van Zembla (Kamerstuk 34 775 V, nr. 74).
De SGVN heeft destijds, kort nadat de zaak over seksueel misbruik van kinderen aan het licht kwam, opdracht gegeven om deze zaak inhoudelijk grondig te laten onderzoeken door een extern panel. Het onderzoeksrapport concludeerde dat de VN niet adequaat heeft gereageerd op de zaak en constateerde systematische problemen in het VN systeem. Wat betreft de rol van de Hoge Commissaris in de zaak concludeerde het onafhankelijke panel dat zijn handelen niet als machtsmisbruik kan worden gekwalificeerd.4
De reactie van Hoge Commissaris Zeid Ra'ad Al Hussein op zijn optreden in de zaak van Anders Kompass is opgenomen in de Annex bij het onderzoeksrapport van het onafhankelijke panel, «Taking Action on Sexual Exploitation and Abuse by Peacekeepers, Report of an Independent Review on Sexual Exploitation and Abuse by International Peacekeeping Forces in the Central African Republic».5
Vraag 8, 9
Bent u bereid de Hoge Commissaris te verzoeken deze klokkenluiders excuses te maken voor zijn behandeling van hun klachten?
Bent u bereid hem te vragen dit te doen voordat hij de prijs in ontvangst neemt?
Antwoord 8, 9
In bilaterale gesprekken voorafgaande aan de uitreiking van de Mensenrechtentulp is met Zeid Ra’ad Al Hussein teruggeblikt op zijn termijn als Hoge Commissaris. Daarbij zijn zijn verdiensten ter sprake gekomen als ook de lessons learned. Het is niet aan het kabinet om Zeid Ra’ad Al Hussein zijn excuses over deze specifieke zaken te vragen.
Vraag 10
Bent u bereid deze vragen per ommegaande, voorafgaand aan de prijsuitreiking, te beantwoorden?
Antwoord 10
De vragen zijn zo snel als mogelijk beantwoord.
https://eenvandaag.avrotros.nl/item/uitreiking-mensenrechtentulp-nooit-meer-rustig-geworden/↩︎
Zie ook de website over de Mensenrechtentulp https://www.mensenrechtentulp.nl/↩︎
Zie OHCHR website, https://www.ohchr.org/EN/NewsEvents/Pages/DisplayNews.aspx?NewsID=21139&LangID=E↩︎
Report of an independent review on sexual exploitation and abuse by international peacekeeping forces in the Central African Republic: «Taking action on sexual exploitation and abuse by peacekeepers», A/71/99.↩︎
Report of an independent review on sexual exploitation and abuse by international peacekeeping forces in the Central African Republic: «Taking action on sexual exploitation and abuse by peacekeepers», A/71/99, Annex III.↩︎