Het bericht dat een in Nederland veroordeelde pedofiel kon emigreren naar Kenia en zich daar jarenlang kon vergrijpen aan minderjarige meisjes
Schriftelijke vragen
Nummer: 2019D03399, datum: 2019-01-29, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2019Z01489).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: M. van Nispen, Tweede Kamerlid (SP)
Onderdeel van zaak 2019Z01489:
- Gericht aan: F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid
- Indiener: M. van Nispen, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2018-2019 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2019Z01489
Vragen van het lid Van Nispen (SP) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over het bericht dat een in Nederland veroordeelde pedofiel kon emigreren naar Kenia en zich daar jarenlang kon vergrijpen aan minderjarige meisjes (ingezonden 29 januari 2019).
Vraag 1
Kent u het bericht waarin de vroegere slachtoffers van Hans V. vertellen over zijn misdaden en dat Hans V. zijn pedofiele praktijken na zijn gevangenisstraf in Nederland voort kon zetten in Kenia?1 2
Vraag 2
Vindt u ook dat Nederland er alles aan moet doen teneinde te voorkomen, dat veroordeelde kindermisbruikers in het buitenland opnieuw slachtoffers maken? Zo ja, welke mogelijkheden zijn er op dit moment dit te voorkomen en zijn deze mogelijkheden wat u betreft afdoende?
Vraag 3
Welke relevante internationale wetten en maatregelen golden ten tijde van het uitreizen van Hans V. nog niet, maar nu wel?
Vraag 4
Ziet u mogelijkheden te komen tot nieuwe internationale wetten of afspraken teneinde te voorkomen dat veroordeelde kindermisbruikers kunnen uitreizen naar andere landen en daar bijvoorbeeld weer gewoon met kinderen kunnen werken? Zo ja, wat vindt u van de door Terre des Hommes geuite opties in het hiervoor aangehaalde Telegraaf-artikel? Zo nee, waarom niet?
Vraag 5
Ziet u mogelijkheden de internationale samenwerking en de uitwisseling van relevante gegevens te verbeteren, teneinde het toezicht op een in een ander land veroordeelde zedenpleger mogelijk te maken?