Antwoord op vragen van de leden Sneller en Van Weyenberg over toepassing van het verlaagde btw-tarief op e-publicaties
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2019D03795, datum: 2019-02-01, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20182019-1378).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: M. Snel, staatssecretaris van Financiën
- Mede namens: A. Slob, minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media (Ooit ChristenUnie kamerlid)
Onderdeel van zaak 2019Z00112:
- Gericht aan: M. Snel, staatssecretaris van Financiën
- Gericht aan: A. Slob, minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media
- Indiener: J.C. Sneller, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: S.P.R.A. van Weyenberg, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2018-2019 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
1378
Vragen van de leden Sneller en Van Weyenberg (beiden D66) aan de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media en de Staatssecretaris van Financiën over toepassing van het verlaagde btw-tarief op e-publicaties (ingezonden 8 januari 2019).
Antwoord van Staatssecretaris Snel (Financiën), mede namens de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media (ontvangen 1 februari 2019).
Vraag 1
Kunt u zich herinneren dat tijdens de Eurogroep en Ecofinraad van 2 oktober jl. een politiek akkoord is bereikt over het dossier betreffende btw op e-publicaties?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Kunt u zich de uitspraken van de Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media herinneren tijdens het wetgevingsoverleg Media op 27 november 2017, waarin hij stelde dat het kabinet voorstander is van een verlaagd btw-tarief op e-publicaties en dit, indien een politiek akkoord onder de lidstaten is bereikt, «zo snel mogelijk» wil doorvoeren?2
Antwoord 2
Ja.
Vraag 3
Kunt u zich de opmerking van de Minister van Financiën herinneren in het schriftelijk overleg over de Ecofin van 28 september jl., waarin hij stelde dat het kabinet vooruitlopend op een politiek akkoord betreffende btw op e-publicaties al voorbereidingen treft ter verlaging van deze btw en dat hij voornemens is dit snel te regelen?3
Antwoord 3
Ja.
Vraag 4, 5, 6, 7
Welke voorbereidingen ter verlaging van de btw op e-publicaties worden momenteel door het kabinet getroffen? Wat is hierbij de stand van zaken?
Wat is het verwachte tijdpad rondom de invoering van de verlaging van btw op e-publicaties?
Op welke wijze bent u voornemens overleg met de sector te voeren, bijvoorbeeld over de definitie en reikwijdte, met betrekking tot deze verlaging van btw op e-publicaties?
Bent u bereid de Kamer over de voortgang van de voorbereidingen betreffende de invoering van een verlaagd btw-tarief op e-publicaties te informeren?
Antwoord 4, 5, 6, 7
Het kabinet staat positief tegenover de mogelijkheid die de BTW-richtlijn 20064 sinds december 2018 biedt met betrekking tot het gelijk behandelen van fysieke en digitale boeken, kranten en tijdschriften. Om die reden zijn de voorbereidingen om handen en voeten aan dit voorstel te geven reeds van start gegaan. Op dit moment wordt onderzocht op welke wijze de implementatie van de wijzigingsrichtlijn btw-tarieven voor langs elektronische weg geleverde boeken, kranten en tijdschriften5 kan worden vormgeven. Een belangrijk onderdeel bij de implementatie is het formuleren van een definitie voor langs elektronische weg geleverde boeken, kranten en tijdschriften; een markt die volop in beweging is. Deze definitie moet nu en in de toekomst relevant zijn. Daarnaast moet de definitie duidelijk en goed uitvoerbaar zijn voor zowel de sector als de Belastingdienst. De praktische uitwerking van de definitie (afbakening) is complex, gezien de grote verscheidenheid in elektronische publicaties en vergelijkbare producten. Verder is Nederland voor het vaststellen van de reikwijdte van de definitie gebonden aan de ruimte die de BTW-richtlijn 20066 biedt. Ook deze juridische kaders worden op dit moment nader onderzocht.
Het kabinet zet uiteraard in op een ordentelijk wetgevingsproces. Zodoende worden in de voorbereidende wetgevingsfase verschillende belanghebbenden betrokken. De eerste gesprekken met de sector hebben al plaatsgevonden. Verder ben ik voornemens om een conceptwetsvoorstel in de eerste helft van 2019 breed te consulteren via een internetconsultatie, zodat alle belanghebbenden in de gelegenheid worden gesteld te reageren. Het streven is het wetsvoorstel, na advies van de Raad van State, aan uw Kamer te kunnen aanbieden, met een beoogde inwerkingtredingsdatum van 1 januari 2020.
https://www.consilium.europa.eu/nl/press/press-releases/2018/10/02/electronic-publications-council-agrees-to-allow-reduced-vat-rates/↩︎
Kamerstuk 34 775 VIII, nr. 107↩︎
Kamerstuk 21 501-07, nr. 1546↩︎
Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde, Pb EU L 347 van 11 december 2006.↩︎
Richtlijn 2018/1713 van de Raad van 6 november 2018 tot wijziging van Richtlijn 2006/112/EG, wat btw-tarieven op boeken, kranten en tijdschriften, Pb EU L 286/20 van 14 november 2018.↩︎
Richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde, Pb EU L 347 van 11 december 2006.↩︎