Reactie op verzoek commissie over de media-aandacht omtrent toekenning van een projectvoorstel voor wetenschappelijk onderzoek met apen in het BPRC
Dierproeven
Brief regering
Nummer: 2019D04114, datum: 2019-02-01, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-32336-87).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: I.K. van Engelshoven, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (Ooit D66 kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 32336 -87 Dierproeven.
Onderdeel van zaak 2019Z01886:
- Indiener: I.K. van Engelshoven, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Volgcommissie: vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2017-2024)
- 2019-02-07 13:25: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2019-02-20 11:15: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2017-2024)
- 2019-04-11 10:00: Dierproeven (Algemeen overleg), vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2017-2024)
- 2019-04-17 13:00: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2018-2019 |
32 336 Dierproeven
Nr. 87 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 1 februari 2019
De Vaste Kamercommissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft mij via de brief van 20 december 2018 verzocht om te reageren op de media-aandacht omtrent de toekenning van een projectvoorstel voor wetenschappelijk onderzoek met apen in het Biomedical Primate Research Centre (BPRC), en hoe dit zich verhoudt tot mijn besluit om het aantal dierproeven met apen in het BPRC met veertig procent te verminderen.
Mijn ambitie om het aantal proeven met apen in het BPRC met veertig procent te verminderen, is onverminderd groot. Dit besluit staat vast. Voor 1 april ontvangt u mijn appreciatie van het plan van aanpak van het BPRC om het aantal dierproeven met apen met veertig procent te verminderen, zoals ik in het AO Dierproeven van 7 juni 2018 heb toegezegd (Kamerstuk 32 336, nr. 73).
De recente media-aandacht is ontstaan naar aanleiding van een projectvergunning door de Centrale Commissie Dierproeven (CCD), die is verleend aan het BPRC. Ik hecht er daarom aan hier duidelijk te maken hoe deze vergunning is verleend. Alle dierproeven worden op basis van de Wet op de Dierproeven (WoD) nauwkeurig beoordeeld door de CCD, die vervolgens bepaalt of de dierproef vanuit wetenschappelijk en ethisch oogpunt mag plaatsvinden. Een dierproef mag alleen plaatsvinden als het resultaat niet kan worden bereikt door middel van andere onderzoeksmethoden zonder het gebruik van dieren, en alleen als nut en noodzaak van het onderzoek voldoende opwegen tegen het ongerief voor het proefdier. Dit is bij deze projectvergunning het geval. Het BPRC heeft in haar reactie al laten weten dat de vergunning niets af doet aan het plan om het aantal proeven met veertig procent te verminderen.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
I.K. van Engelshoven